Klaas Kleine, de siersmid en romanticus uut Deever

In het blad ‘Kijk op het Noorden, het maandelijkse signalement van het economische, culturele, maatschappelijke en recreatieve leven in Noord-Nederland’,  jaargang 15, nummer 76, uitgave april 1983, staat op bladzijde 13 bijgaand artikeltje over alleskunner wijlen Klaas Kleine (geboren op 20 maart 1940 op Koldervene, veel te jong overleden op 24 oktober 2000 in Deever). Bestaat het blad ‘Kijk op het Noorden’ nog ?

Klaas Kleine, siersmid en romanticus

Vroeger had ieder dorp minstens één hoefsmid. Het was in de tijd, dat er in de landbouw nog veel paarden werden gebruikt. Het smeden van de ijzers in het laaiende vuur en het beslaan van de paarden waren karweitjes die meestal door een groepje mensen werd gadegeslagen. De dorpssmederij was, evenals het café, de plaats waar meestal tegen de avond mannen zich verzamelden en vooral in de winter was het een lekker warm plaatsje om het nieuws uit te wisselen en herinneringen op te halen.
Tractoren hebben de meeste paarden verdreven en de dorpssmederijen zijn vrijwel alle verdwenen. Daarmee is een stukje romantiek verloren gegaan. Maar Diever heeft nog een hoefsmid en nog wel een die zeer romantisch is aangelegd. Klaas Kleine, 42 jaar, wiens markante hoofd getooid is met een baard, hecht zeer aan het verleden. Eenmaal per jaar, in de herfstvakantie, probeert hij het zelfs zo goed mogelijk te laten herleven. Dan trekt hij zich met vrouw en kinderen terug in het achterhuis. Elektriciteitsvoorziening en waterleiding worden dan volkomen genegeerd. Het vuur levert de warmte en een oude pomp zorgt voor het water. In de smidse wordt de blaasbalg met de hand bediend. De kinderen schikken zich met veel plezier in het terugzetten van de klok naar vroeger en vermaken zich met lei en griffel.
Ook het overige deel van het jaar is Klaas Kleine een echte romanticus. Hij zet het oude ambacht, dat zijn vader ook al beoefende, voort in het smederijtje aan de Brink. Met het maken van hoefijzers kan hij uiteraard niet meer aan de kost komen. Al geruime tijd geleden begon hij zich toe te leggen op her maken van siersmeedwerk. Evenals de hoefsmeden vroeger trekt hij daar mensen mee, niet in de laatste plaats toeristen. ’s Zomers geeft hij dan ook geregeld demonstraties van siersmeden.
Kleine heeft zich ook op het maken van violen toegelegd, want hij houdt veel van muziek, vooral uit de middeleeuwen. Zijn eerste viool maakte hij van hout van sigarenkistjes, daarna knapte hij een oude viool op en zijn grote kunststuk was het nabouwen van een middeleeuwse vedel. Een andere prestatie van hem is dat hij het oude landgeitenras van de ondergang heeft gered door een fokcentrum op te richten. Hij had het geluk, dat in een dierentuin nog een paar exemplaren van het vroeger zo geliefde, maar praktisch verdwenen ras, aanwezig waren.
Het ligt voor de hand dat Kleine van zijn eigen Drentse taal houdt. Hij spreekt en leest deze niet alleen, maar enkele jaren geleden is hij ook begonnen er zelf in te publiceren. Hij schreef gedichten en begon aan een Drentse vertaling van het boek Job uit het Oude Testament.
Wie een stukje oude Drentse sfeer wil proeven kan op weinig plaatsen zo goed terecht als bij de smid Klaas Kleine.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Alleskunner wijlen Klaas Kleine (dertien ambachten en geen ongelukken, van nature kritisch en een beetje cynisch) was onder meer hoefsmid, siersmid, edelsmid, romanticus, historicus, bouwkundige, huizenbouwer, restaurateur, timmerman, metselaar, geitenfokker, kaasmaker, vioolbouwer, toneelspeler, schrijver, dichter, vertaler, onderzoeksjournalist, klokkenluider, koster, ouderling, kerkvoogd (als nog een kunde aan deze lijst moet worden toegevoegd, aarzel dan niet die aan de redactie door te geven).
Meer gegevens over Klaas Kleine zijn te vinden op een bladzijde van Wikipedia.
Wijlen Klaas Kleine (geboren op 20 maart 1940 op Koldervene, veel te jong overleden op 24 oktober 2000 in Deever) kocht op 14 oktober 1966 het huis op de hoek van de grote en kleine Peperstraat voor f. 6.000,- van Aaltje Haveman, de weduwe van Hendrik Koning, en ging met het pand aan de slag op basis van een vermetel plan voor restauratie en herbouw.
Op een afbeelding uit 1955 is het erfgoedlijstwaardige pand nog met het achterhuis te zien, vóórdat burgemeester Jan Cornelis Meiboom (die in de volksmond altijd ome Kees werd genoemd) en de zijnen besloten alvast het achterste deel van het erfgoedlijstwaardige pand af te laten breken. Op een afbeelding uit 1964 of 1965 is het overblijvende deel van het erfgoedlijstwaardige pand te zien ná de afbraak van het achterste gedeelte van het pand. Merk op dat toen in het bovenlicht van de voordeur geen levensboom als sierelement aanwezig was.
De foto in bijgaande afbeelding van het artikel is in april 1983 gemaakt in de smederij an de Peperstroate.
Op de kleurenfoto -die de redactie op 20 november 2005 heeft gemaakt- is de woning en smederij van Klaas Kleine te zien. Woonde toen de weduwe van Klaas Kleine nog in het pand, of woonde zij inmiddels elders ?
In Deever doen sterke geruchten de ronde dat ijverige dorpskrachten van de plaatselijke heemkundige vereniging weer eens bezig zijn met ‘een boekje’, deze keer is het onderwerp Klaas Kleine. Het kan bijna niet missen zo’n vijftien jaar na zijn verscheiden. De redactie adviseert de dorpskrachten ‘het boekje’ de titel ‘Klaas Kleine, het meraekel van Deever’ te geven, want de eretitel ‘oraekel’ is al vergeven.

This entry was posted in Deever, Klaas Kleine, Neringdoende, Peperstroate. Bookmark the permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *