Grote bosch- en heidebraand op Zorgvliet en Woater’n

In het Nieuwsblad van Friesland: Hepkema’s courant van 5 augustus 1905 verschenen de volgende drie berichten over een grote bos- en heidebrand te Zorgvlied en Wateren.

Grote Bosch en Heidebrand te Zorgvlied en Wateren
ZORGVLIED, 2 augustus.
Hedenmorgen omstreeks 10 uur zag men in westelijke richting een zware rookwolk opstijgen. Aanvankelijk dacht men aan een gewoon heidebrandje, doch weldra zag men over een groote oppervlakte een vuurgloed, die zich ernstig liet aanzien.
Door den wind meer en meer voortgedreven, bereikten de vlammen weldra de dennenbosschen, deels toebehoorende aan de Maatschappij van Weldadigheid, deels aan Mr. L.G. Verwer alhier, zoodat men vreesde dat ook huizen en op het veld staande granen door het felle vuur aangetast zouden worden. Dit zou ongetwijfeld zijn gebeurd, wanneer niet krachtige hulp was toegesneld. Een paar afdeelingen soldaten, onder leiding van officieren, kwamen uit het kamp te Diever met schoppen en bijlen te hulp en aan hen is het blusschingswerk hoofdzakelijk te danken. Op verschillende punten werden loopgraven aangebracht en op sommige plaatsen werden gangen door de bosschen gehakt. Ook werden door de Maatschappij van Weldadigheid met een met vijf ossen bespannen groote ploeg groote geulen geploegd om het vuur binnen zekeren kring te houden.
Vele boeren en arbeiders brachten hun have en goed zoo goed mogelijk in veiligheid. Een akker aardappelen verschroeide en ook een partijtje nog op ’t veld staande rogge werd aangetast. Eene woning, welke vuur vatte, wist men nog te behouden. Een militair bekwam ernstige brandwonden aan het been. Hij werd voorloopig alhier verbonden en is daarna per rijtuig naar het kamp teruggevoerd.
Het is nu 10 uur ’s avonds. Ik word weer opgeroepen. Men zegt, dat het vuur opnieuw is uitgebroken.
(Tot op zeer verren afstand is deze brand te zien geweest. Midden over dag kon men op het vrije veld bij Heerenveen en zelfs tusschen Grouw en Wartena ver in het Oosten en Zuidoosten dikke rookwolken zien opstijgen. Redactie)

Later bericht
ZORGVLIED, 3 augustus
Nog altijd is het gevaar voor ons dorp niet geheel geweken. Den geheelen nacht en ook hedenmiddag woedde het vuur nog door, hoewel men ijverig met het blusschingswerk door gaat, terwijl het terrein voortdurend bewaakt wordt door militairen en birgers.
De militairen, die gisteren zoo vlug en vaardig loopgraven maakten, waardoor Wateren voor verder vuur bevrijd bleef, waren onder bevel van Kapitein Thomson.
In sommige huizen blijft nog de inboedel etc. gepakt. Voor Zorgvlied is heden de wind gunstiger geworden. Over een uitgetrektheid bosch en heideveld van minstens een half uur lengte en breedte heeft het vuur zich brandende en smeulende nu reeds verbreid. Veel schoons gaat verloren. Men hoopt echter door waken en werken ons dorp vrij te houden.
Naar men mededeelt is de brand ontstaan door onvoorzichtigheid van twee personen, die in het waren te plaggensteken en de slechte gewoonte volgden om in het open veld hunne koffie te koken. Door den Rijksveldwachter Dijkermans moeten ze reeds in verhoor zijn genomen en, naar we vernemen, hebben ze erkend, dat op boven omschreven wijze de brand was ontstaan.
Uit Frederiksoord schrijft men ons, dat ongeveer 40 H.A. is afgebrand en dat voor de Maatschappij van Weldadigheid de schade geschat wordt op f. 4000.

Wat een soldaat ons van den boschbrand vertelde.
LEEUWARDEN, 3 Augustus.
Uit het kamp tusschen Wapse en Diever zijn heden morgen alhier gearriveerd met een extra trein van Steenwijk een 700 man soldaten, na een verblijf van 10 dagen aldaar. Opgewacht dooreen breede schare nieuwsgierigen, ging het met de muziek voorop in optocht naar de kazerne, waar een welverdiende rust werd gevonden. Vierdehalf uur toch hadden de manschappen van morgen moeten marcheeren om aan hot station Steenwijk te komen, terwijl de meesten ook gisteren een zwaren werkdag hadden gehad, ’t Was de verjaardag van H.M. de Koningin-Moeder, die met het houden van volksspelen gevierd zou worden, doch om middag kwam de tijding van een geweldigen heide- en boschbrand onder Zorgvlied en Wateren en kapitein Thomson verzocht zijn bataillon hulp te verleenen, waaraan eenparig bereidwillig gevolg werd gegeven. Een der manschappen deelde ons dienaangaande het volgende mede.
Om halftien moet onder Frederiksoord de brand zijn ontstaan tengevolge van een koffievuurtje van een paar arbeiders, werkzaam in het veld. Aangewakkerd door den stevigen wind, verbreidde zich het vuur met een verbazende snelheid. Aller gemoederen in wijden omtrek vervuld van angst en zorg. De gevolgen waren niet te overzien en het volk stond machteloos. Zo werd der soldaten hulp ingeroepen en trok het gehele bataillon van Thomson, onder diens leiding derwaarts. Gewapend met schoppen, kwamen na een geforceerden marsch van ongeveer vijf kwartier ter plaatse bij de vlammenzee, die pas een groot dennenbosch, geschat op wel 40 hectare, had aangetast, dat met zijn hooge, droge heide onder de stammen, dan ook totaal is verloren gegaan. Het was niet meer te behouden en voor den wind lagen weer andere uitgestrekte bosschen en er stonden huizen die bedreigd werden, evenals Zorgvlied met zijn omgeving, eigen aan de familie Verwer.
Al een paar uur gaans had de brand zich uitgestrekt en groote schade aangericht. Fluks begonnen we met man en macht in goede orde een geul te graven, een paar honderd meter vóór de snel naderende vlammen, die zich ook zijwaarts voortplantte. Bij ’t graven der geul, werd naar de zijde van den te bekampen vijand de heide in brand gestoken, zoodat de vlammen tegen elkander ingingen en het vuur geen voedsel meer vond, om vóór den wind verder te gaan.
Wel ging het zijwaarts af, en wat daar in de verte gedaan werd door burgers, weet ik niet, doch ons gelukte het na een inspannenden arbeid van eenige uren den voortgang van den brand te stuiten. Een uitgestrekt bosch voor ons en wat daarachter lag werd door ons behouden. Naar mijne berekening hebben we met ons bataillon van klein 400 man van ’s middags goed twee uur tot ’s avonds bijna zeven, een geul gegraven van pl.m. 20 minuten gaans.
Toen was het gevaar zoo goed als geweken en hebben manschappen van het andere bataillon nog dienst gedaan. Ook heb ik een ploeg met vier ossen aan het reddingswerk zien deelnemen.
Heden in de kazerne werd ons medegedeeld, dat een gift, van f 100 was ingekomen, waarvan ik 29 cnt als mijn rechtmatig deel heb ontvangen. Dat is betrekkelijk weinig, doch om geld was het niet begonnen alleen de attentie mag worden gewaardeerd. Een der soldaten heeft zijn voeten gebrand en zou in het kamp zijn achtergebleven.
Van het kamp zelf hoorden we dat het veel grooter is en beter drinkwater heeft, dan dat te Mildam en dat het direct weer in orde wordt gemaakt voor de ontvangst van een 1500 manschappen in September.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief

This entry was posted in de Kaamp op de Oeren, Lodewijk Guillaume Verwer, Maatschappij van Weldadigheid, Wapse, Woater’n, Zorgvliet. Bookmark the permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *