Category Archives: Boer’nwaark

Monsters neem’m veur de melkfubriek van Deever

De redactie van ut Deevers Archief bezocht in het voorjaar van 2019, alweer enige jaren geleden, de toen 88-jarige Roelof Jannes Smit eindelijk in levende lijve in zijn aanleunwoning van het bejaardenhuis in De Weiert an de Heufdstroate in Deever. Heel veel Deeverse en Deeverbrogse en Bolderhookse onderwerpen waren al aan de orde geweest, totdat Roelof Jannes Smit op een gegeven moment vroeg: ‘Mor wat kooi’j hier doon ?’
De redactie vertelde hem dat hij was gekomen voor zijn toestemming zijn verhalen die hij over vrogger in Deever en Deeverbrogge op papier had gezet, toen hij nog in Nieuwe Pekela woonde, op te nemen in ut Deevers Archief. Waaronder zijn verhaal over ervaringen als monsternemer voor de melkfabriek in Diever. Dat mocht, die toestemming gaf hij. De redactie is hem daar postuum bijzonder erkentelijk voor.
Het is wel bijzonder dat Roelof Smit op twaalfjarige leeftijd monsternemer van de melkfabriek in Deever werd. 
Niet iedereen werd geschikt geacht als monsternemer, want eerlijkheid, betrouwbaarheid en niet beïnvloedbaarheid moesten bij een monsternemer voorop staan. Wellicht heeft het een beetje geholpen dat zijn vader Wolter Smit de vrachtwagenrijder van de melkfabriek was.

Monsters nemen voor de Zuivelfabriek van Diever
Ik werd monsternemer van de zuivelfabriek van Diever, toen ik goed twaalf jaar oud was. Dit hield in dat ik bij verschillende boeren in Diever monsters van de melk van hun koeien moest nemen. Ik kreeg één gulden voor elke dag dat ik monsters nam.
Het nemen van melkmonsters moest ‘s morgens en ’s avonds worden gedaan. Mijn eerste opdracht was het nemen van monsters op de boerderij van Albert Jonkers in de Holthe aan de Dieverbrug. Dit deed ik onder leiding van Jan Moes, die controleur was op de zuivelfabriek.
Ik kreeg voor het monsternemen mee: een unster, een driepoot waar het unster aan moest hangen, een grote emmer met een inhoud van twaalf liter, een kistje met monsterflesjes, un sliefie, een potlood en een monsterboekje. Deze uitrusting moest mee achter op de fiets.
De melk van een koe werd overgegooid in mijn emmer. Daaruit nam ik na goed roeren met ut sliefie een monstertje, dat ik in een flesje schonk, waarna ik het flesje afsloot met een kurkje van rubber. Elke koe had een naam en een stamboeknummer. Op de buitenkant van elk flesje zat een klein ruw geslepen rechthoekje, waarop ik het stamboeknummer van de betreffende koe noteerde.
Ik moest de emmer, met daarin de geleverde melk, met behulp van het unster wegen. Het unster was zo afgesteld dat deze op nul stond als de emmer leeg aan het unster hing. Ik moest, zoals gezegd, de controle ’s avonds herhalen. Het ochtendmonster en het avondmonster van een koe deed ik in hetzelfde flesje. Ik noteerde in het monsterboekje achter de naam en het stamboeknummer het gewicht van de geleverde ochtend- en avondmelk. Eén kilo melk werd gelijk gesteld aan één liter melk. Ik bracht ’s avonds de driepoot, de emmer en het unster naar de volgende boer. De flesjes met de monsters en het monsterboekje leverde ik af bij de fabriek.
Als monsternemer moest je oppassen dat bij het legen van de emmer in de melkbus, deze niet overstroomde. Je kon gewoon niet zien of de bus vol was, omdat de melk via een zeef met zeefdoek in de bus stroomde.
Veel kleine boeren vervoerden hun melk op de fiets, waarbij aan beide kanten van de bagagedrager een bus met melk kwam te hangen. Ik moest dan de melk gelijkmatig over de twee bussen verdelen voor het evenwicht tijdens het vervoer. Ook gingen veel boeren met paard en wagen naar het land. Ik kan me niet herinneren dat er toen boeren waren, die met de tractor naar hun weiland gingen. Er werd toen ook nog niet machinaal gemolken.
De afstanden naar de weide waren soms niet gering. Zo herinner ik mij dat Klaas Fledderus van ut Kastiel zijn koeien in een land achter de steenfabriek op de Smilde had lopen. Kobus Kruid uit Oll’ndeever had weide op wat wij Canada noemden, dat was in de buurt van het Onderduikershol. Sommige boeren hadden hun koeien in de Oude Willem lopen.

Afbeelding 1
Roelof Jannes Smit is de maker van deze tekening van zijn kistje voor de twaalf monsterflesjes en ut sliefie.

Enkele bijzondere gebeurtenissen
Er was een boer die bij elke controle zei: Skrief bee oense koo’n moar un liter mièr op, want wee hept gisteroam’d aarg lèète emölk’n. Ik deed dat natuurlijk niet ! Ook waren er boeren, die bijvoorbeeld zeiden: Wee melkt vanoam’d um vief ure. Als ik dan om vijf uur kwam, dan moesten ze nog van alles doen, zodat het bijna zes uur werd, voordat ze begonnen te melken. Dan was de melkopbrengst per koe toch iets hoger !
Op een morgen in de zomer moest ik monsters nemen bij Koendert Krol, die had zijn koeien lopen in de Sproakeling’n (Sprakelingen). Ik fietste op een heel smal paadje. De driepoot, de emmer en het kistje had ik achter op mijn fiets vastgemaakt. Ut sliefie zat in het kistje met monsterflesjes, maar de steel met het omgebogen uiteinde stak uit het kistje via een inkeping in het deksel, omdat deze iets langer was dan het kistje. Zie afbeelding 2. Op dat paadje kwam ik Michiel Koning van Kalteren tegen. Hij kwam terug van ‘t melken. Hij had de melkbus aan de fiets. Hij bleef met zijn kiele achter de haak van mijn sliefie hangen. Zijn kiele en mijn sliefie waren beiden stuk.

Monsters nemen in de Tweede Wereldoorlog
In de winter van 1944-1945 moest ik op een morgen naar Klaas Hofstee (Klaas van Sieger) in Oll’ndeever. Die was altijd vroeg met het melken. Ik was net na spertijd in het donker van huis gegaan. Bij de melkfabriek werd ‘halt’ geroepen. Ik was toen dertien jaar. Daar stond een gewapende Duitse militair. Ik moest hem uitleggen wat ik wilde gaan doen. Ik moest ook het kistje van de fiets halen. Hij controleerde de inhoud van het kistje en bekeek het monsterboekje. Ik toonde hem mijn Bescheinigung (redactie: Duits woord voor officiële schriftelijke verklaring), dat was het papier, waaruit moest blijken dat hij mijn fiets niet mocht afpakken. Een Bescheinigung werd verstrekt aan mensen die werkzaam waren in de voedselvoorziening. In het laatste jaar van de oorlog respecteerden de Duitsers deze vrijstelling niet meer zo nauwkeurig. Zo kon het gebeuren dat je toch de fiets kwijtraakte. Ik mocht echter doorrijden. Het was erg koud en ik was blij dat ik bij Klaas van Sieger in de warme stal kwam.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Roelof Jannes Smit is geboren op 8 mei 1931 an de Deeverbrogge. Hij is overleden op 17 mei 2021 in Deever. Hij is samen met zijn vrouw begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever. Zie het overlijdensbericht.

Afbeelding 2
De hier afgebeelde foto van de Coöperatieve Zuivelfabriek en Korenmalerij met de woning van de directeur aan het Moleneinde in Deever is op 16 mei 1933 gemaakt. Het Moleneinde was toen een klinkerweg. De redactie weet niet wie de maker van de foto is. De foto was aanwezig in de verzameling van de familie Johannes Nijboer uit Oll’ndeever. Op de hier afgebeelde foto is op de steiger van de melkontvangst van de fabriek het personeel van de fabriek te zien. De altijd in een witte overall geklede botermaker Johannes Nijboer zal ook wel op de foto zijn te zien. Wat de hier afgebeelde foto zo belangwekkend maakt, dat is de zichtbaarheid van het eerste en oudste deel van de fabriek. Dat is het gedeelte met het zadeldak en met het ronde raam in de top van de zijgevel. De zuivelfabriek werd in de Deeverse volksmond meestal ‘de botterfubriek’ of gewoon ‘de fubriek’ genoemd.
Afbeelding 3
De redactie van ut Deevers Archief heeft bijgaand afgebeelde kleurenfoto gemaakt op 1 december 2023.

Posted in Boer'nwaark, Süvelfubriek Deever | Leave a comment

De rogge steet an de gaaste teeg’nover De Eschhorst

De redactie van ut Deevers Archief toont bijzonder graag afbeeldingen van ut boer’nlee’m, ut boer’nwaark en de bau in de gemiente Deever, zoals hij dat in zijn jeugd gelukkig nog heel goed heeft gekend. De redactie heeft al heel wat afbeeldingen van gaast’n rogge op de nes opgenomen in ut Deevers Archief. Maar hoe meer afbeeldingen van de bau in de gemiente Deever hij kan tonen, hoe liever het hem is.
In de collectie met de naam ‘Collectie Topografische Foto’s’ van het Drents Museum en aanwezig in het Drents Archief in Assen is bijgaand afgebeelde zeer nostalgische zwart-wit foto (nummer DM3202499) van lange rijen van gaast’n rogge op un bauakker op de Westeresch van Deever aanwezig. De naam van de maker van de foto is helaas niet bekend.
Nu was de Westeresch van Deever een grote es, dus behoeft de plaats van de akker wel nader te worden beschreven. De akker ligt aan de Hoofdstraat tegenover de gemeentelijke burgemeesterswoning met de naam De Eschhorst. Dus de tegenwoordige Broekemastraat en de Van Nootenstraat zijn aangelegd op deze akker. De redactie moet de oude veldnaam van deze akker nog uitzoeken.
De redactie heeft nogal moeite met de datering van de hier afgebeelde foto, beter gezegd het lukt hem niet deze foto precies te dateren. Het echtpaar Jan Cornelis Meiboom (die in de Deeverse volksmond altijd ome Kees werd genoemd) en Nellie Veldman (die in de Deeverse volksmond altijd tante Nel werd genoemd) noemde de gemeentelijke burgemeesterswoning De Eschhorst. Dus de hier afgebeelde foto moet ná 1939 zijn gemaakt. De redactie heeft het vermoeden dat de foto in de periode 1945-1950 is gemaakt. Wie van de zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief kan gegevens van de hier afgebeelde foto aanleveren ?

Posted in Boer'nlee'm, Boer'nwaark, Westeresch | Leave a comment

Un olde boer’nkarre bee un olde skure op ut Kastiel

De redactie van ut Deevers Archief toont bijzonder graag afbeeldingen van boerdereej’n, ut boer’nlee’m, ut boer’nwaark en de bau in de gemiente Deever, zoals hij dat in zijn jeugd gelukkig nog heel goed heeft gekend. De redactie heeft al aardig wat afbeeldingen van boerdereej’n, ut boer’nlee’m, ut boer’nwaark en de bau in de gemiente Deever in ut Deevers Archief.
Maar hoe meer afbeeldingen van boerdereej’n, ut boer’nlee’m, ut boer’nwaark en de bau in de gemiente Deever hij kan tonen, hoe liever het hem is. En dan vooral afbeeldingen waarop bijvoorbeeld ook boer’ngerak is te zien. En op de hier afgebeelde foto is nota bene aan de rechterkant een melkbus te zien
In de collectie met de naam ‘Collectie Topografische Foto’s’ van het Drents Museum en aanwezig in het Drents Archief in Assen is bijgaand afgebeelde zwart-wit foto (nummer DM3202501) van een dorpsbeeld op ut Kastiel in Deever aanwezig. De naam van de maker van de hier afgebeelde foto is helaas niet bekend.
De redactie heeft nogal moeite met de datering van de hier afgebeelde foto, beter gezegd het lukt hem niet deze foto te dateren. De hier afgebeelde foto is in elk geval wel gemaakt in de tijd dat de elektrische energie in Deever nog via bovengrondse leidingen werd getransporteerd. In de gegevens bij de foto in het Drents Archief is te lezen dat de foto is gemaakt bij een boerderij met adres Burgemeester va Oslaan 26. Derhalve moet de hier afgebeelde foto ná 1939, dus na de pensionering van burgemeester Hendrik Gerard van Os, zijn gemaakt. De redactie gokt dat de foto in de eerste jaren ná de Tweede Wereldoorlog is gemaakt. De weg over ut Kastiel heeft tot 30 september 1976 helaas de naam Burgemeester van Oslaan gehad. Tegenwoordig heet de weg over ut Kastiel gelukkig ut Kastiel. De redactie moet nog uitzoeken wat  het tegenwoordige adres is van de boerderij met adres Burgemeester van Oslaan 26.
De redactie heeft zich bij de hier afgebeelde foto, zoals aanwezig in het Drents Archief, zie afbeelding 1, suf gepiekerd over de locatie van wat zichtbaar is op de foto. Maar kan het zijn dat de afbeelding moet worden gespiegeld ? Zie afbeelding 2. Want dan zou de schuur en de boerenkar en de melkbus kunnen staan bij het boerderijtje, dat nu als adres Kastiel 8 heeft. En dat wordt met name ingegeven door wat achter de boerenkar is te zien: dat kan het zandpad met aan weerskanten eikebomen tussen het huidige Kastiel 1 en Kastiel 3 zijn. In het boerderijtje met adres Kastiel 8 woonde in de jaren na de Tweede Wereldoorlog het echtpaar Harm Kloosterman en Jantje Klaster, Op hun melkbussen stond na de hernummering van de melkleveranciers van de zuivelfabriek aan het begin van de vijftiger jaren van de vorige eeuw het nummer 4.
De redactie hoopt ten zeerste dat iemand onder de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief bruikbare gegevens bij afbeeldingen 1 en 2 kan aanleveren.

Posted in Boer'nlee'm, Boer'nwaark, Boerdereeje, ut Kastiel | Leave a comment

De rogge steet an de gaaste bee de meule

De redactie van ut Deevers Archief toont bijzonder graag afbeeldingen van ut boer’nlee’m, ut boer’nwaark en de bau in de gemiente Deever, zoals hij dat in zijn jeugd gelukkig nog heel goed heeft gekend. De redactie heeft al heel wat afbeeldingen van korenmolen De Vlijt in Oll’ndeever opgenomen in ut Deevers Archief. Maar hoe meer afbeeldingen van deze molen hij kan tonen, hoe liever het hem is. En dan vooral afbeeldingen waarop bijvoorbeeld ook akkers met rogge zijn te zien.
In de collectie met de naam ‘Collectie Topografische Foto’s’ van het Drents Museum en aanwezig in het Drents Archief in Assen is bijgaand afgebeelde zwart-wit foto (nummer DM3202487) van korenmolen De Vlijt in Oll’ndeever aanwezig. De naam van de maker van de foto is helaas niet bekend.
De redactie heeft nogal moeite met de datering van de hier afgebeelde foto, beter gezegd het lukt hem niet deze foto te dateren. De foto is in elk geval wel gemaakt vóór de grote restauratie van de gemeentelijke toren en het kerkgebouw aan de brink van Deever in de periode 1955-1957, want de op de afgebeelde foto zichtbare wijzerplaat van de torenklok zit boven het galmgat. In 1942 is de stelling van de molen gevallen, die zal daarna zijn gerepareerd ?
De eigenaar van korenmolen De Vlijt in Oll’ndeever Albert (Ab) Jansen is gestopt met de molen in 1954. Hij is met zijn gezin naar Amerika gegaan. Albert (Ab) Jansen heeft in januari 1954 de molen verkocht aan Arend Uiterwijk Winkel.
De redactie heeft slechts het vermoeden, dat de hier afgebeelde foto, mede gelet op de al redelijk hoge bomen langs de Brinkstraat, ná de Tweede Wereldoorlog is gemaakt. Maar wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief kan de hier afgebeelde foto wel juist dateren ?
En van wie was de bouwakker, waarop rogge an de gaaste staat ?
En was Albert (Ab) Jansen de man die bij de molen staat ?

Posted in Boer'nwaark, Landbouw, Meule van Oll’ndeever, Oll'ndeever | Leave a comment

In de bou bee boer Oarend Bult in Oll’ndeever

De hier afgebeelde zwart-wit foto is gemaakt tijdens het rogge maaien in Oll’ndeever.
Bij de paarden staat knecht Gerrit Haanstra (geboren op 15 januari 1915 op Woater’n, overleden op 7 september 1990). Hij was een jaar lang arbeider bij boer Arend Bult.
Naast de maaimachine staat knecht Jan Buiter (geboren op 13 december 1915 in Pesse, overleden op 4 juni 1994 in Meppel). Hij werkte tijdelijk ‘ín de bouw’ bij de familie Bult.
Op de maaimachine zit Jannes Bult (geboren op 3 augustus 1861 in Oll’ndeever, overleden op 17 januari 1949 in Grönning).
Rechts met strohoed op en met pijp in de mond staat Arend Bult (geboren op 25 maart 1890 in Oll’ndeever, overleden op 28 juli 1962 in Zwolle).
Deze foto moet in 1938 of 1939 zijn gemaakt door een logerend lid van de familie Bult. De hier afgebeelde foto was aanwezig in de verzameling van wijlen Jans Bult.

Posted in Boer'nlee'm, Boer'nwaark, Oll'ndeever | Leave a comment

Boer’ngerak van de gebroeders Haarm en Jan Hessels

Zo rond het jaar 2000 mocht de redactie van ut Deevers Archief van de veel te jong gestorven Jan Hessels bij hem thuis in zijn boerderij an de Kruusstroate in Deever heel veel foto’s van zijn veel te jong gestorven broer Harm (Haarm) Hessels scannen. Het waren dozen vol met foto’s. De redactie is wijlen Jan Hessels daar postuum nog steeds bijzonder dankbaar voor.
Heel veel foto’s van dorpsfiguur en dorpsfotograaf Harm (Haarm) Hessels zijn geplaatst bij Deeverse berichten in de Olde Möppeler (Möppeler Kraante). En misschien ook wel in andere kranten. Deever mag zich daarmee zeer gelukkig prijzen, want veel foto’s van Harm (Haarm) Hessels hebben geschiedkundige waarde.
Dorpsfiguur en dorpsfotograaf Harm (Haarm) Hessels maakte vooral heel veel zwart-wit foto’s, maar heeft in zijn latere jaren toch ook wel kleurenfoto’s gemaakt. Zie als voorbeeld de bijgaand afgebeelde kleurenfoto. Op de twee afgebeelde kleurenfoto’s is enig boer’ngerak van de gebroeders Harm (Haarm) en Jan Hessels op het erf bij hun boerderij an de Kruusstroate in Deever te zien. Let daarbij ook op de zichtbare daken van de bejaardenwoningen achter de boerderij in de Weier.
Hun voornaamste boerenwerktuig was natuurlijk die oude trekker. Waren ze op de dag dat Harm (Haarm) de twee kleurenfoto’s heeft gemaakt naar het land geweest met vreepoal’n voor het repareren van een vreding ? Let vooral ook op de foto waarop enkel hun boerenwagen is te zien. De achteras van deze boerenwagen is zonder twijfel afkomstig uit een oud afgedankt vrachtwagentje. De boerenwagen is vast en zeker in elkaar gebouwd door de gebroeders Kloeze an de Heufdstroate in Deever. Dat moet een kolfje naar hun handige hand zijn geweest.
Het dateren van deze kleurenfoto is niet gemakkelijk. De redactie schat in dat deze foto in de tweede helft van de tachtiger jaren van de vorige eeuw is gemaakt. Wie heeft een betere schatting ?
Die twee hier afgebeelde foto’s van Harm (Haarm) Hessels zijn toch maar weer hele mooie kleurenfragmentjes uit het boerenverleden in de gemiente Deever.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Afbeelding 3
Deze afbeelding is overgenomen uit google.com/maps (© maart 2022 google)

Posted in Boer'nlee'm, Boer'nwaark, Kruusstroate | Leave a comment

Grös meej’n mit de sende in de Olde Willem

De redactie van ut Deevers Archief heeft in de periode 1999-2007 meegewerkt aan de totstandkoming van 40 nummers van het papieren blad Opraekelen van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever. In het najaar van 1999 interviewde hij de bejaarde Gerard Goettsch weer in zijn Amsterdamse huis an de Dörpstroate op Zorgvliet. De redactie publiceerde het volgende bericht in Opaekelen 99/4 (december 1999).

Gerard Goettsch vertelt verder

De nu 96-jarige Gerard Goettsch sukkelt met een zwakke rug, maar is gelukkig geestelijk nog altijd heel scherp. Gerard had het bij mijn binnenkomst een beetje koud en draaide het gaskacheltje hoger. Al suizend bracht deze het woonkamertje in zijn Amsterdamse huis op Zorgvlied snel op een tropische temperatuur. Hij stopte een verse pruim tabak achter z’n kiezen, leunde achterover in zijn speciale stoel bij het raam en begon te vertellen onder meer over boerenwerk, zoals het gras maaien mit de sende.

Het werken op de boerderij was zwaar. Alles werd met de hand gedaan. Als jongen van zestien liep ik al aachter de sende. In de zomer als het warm was, dan gingen we ’s nachts al om twee uur naar het land in de Oude Willem om te maaien. Langs het land stonden geen bomen. Daarom gooiden we om twaalf uur een hoop gras over het hek om bij de schoft te schuilen voor de zon. Als we gegeten hadden, dan gingen we eerst anderhalf uur slapen. Na de schoft moesten we eerst de sende haèr’n (de zeis scherpen). Ik maaide in mijn beste jaren wel een halve bunder per dag.

In mijn jonge jaren heb ik anderhalf jaar verkering gehad met de knappe Trijntje Wolters. Zij was huishoudster bij Albert Benthem. Ze was de dochter van Egbert Wolters, die boer was op de Uilenhorst en ook in schapen handelde. De Uilenhorst was een apart oud huis. Dwars achter het huis stond een grote stal. Egbert Wolters had een heleboel schapen op half gewin. De helft van de opbrengst was voor de eigenaar van de schapen, de andere helft was voor hem. Het is toen niet wat tussen Trijntje en mij geworden.

Na wat andere verhalen vond Gerard het toch wat te warm geworden. Hij gaf de brander wat minder gas en stuurde voor hij verder vertelde eerst deskundig een straal sap van zijn pruim tabak naar de emmer naast zijn stoel.

Na de overdracht van de boerderij aan mijn zoon heb ik nog een paar jaar gewerkt op de zuivelfabriek in Wapse. Op mijn vijfenzestigste ben ik daar gestopt. Daarna heb ik nog allerlei lös waark gedaan. Bij Levert Haveman heb ik nog samen met jonge jongens vrachtwagens met aardappelen geladen. De oude pastoor kwam daar voorbij en vond het toch nodig om te zeggen dat de jongens wel net zo hard moesten werken als ik. Bij meneer de Jong van de Gavere heb ik nog geholpen met het bouwen van bungalows. Toen ik 78 jaar was heb ik daar nog een welput gegraven. En nu gaan ze al met 54 jaar met de V.U.T.

Ik kwam weer met Trijntje in contact toen ik 83 jaar was. Zij was het die mij opbelde. Mijn vrouw was toen al een tijdje overleden. Ik ben op de fiets naar haar toe gegaan. Mijn kinderen vonden het denk ik wel goed. Ik zeg maar zo: je moet toch leven met de levenden. Trijntje woonde in Westerbork. Ik wist eerst niet eens goed waar dat lag. Ik ben toen eerst door de ruilverkaveling van Lheebroek naar Beilen gefietst.

Onderweg moest ik een keer van de fiets af. In een groot stuk grasland zag ik mannen bezig met zo’n grote snelle cycloonmaaier. Toen ik klaar was met plassen dacht ik: Here mien tied, die machine heeft in dat ogenblikje dat ik hier sta al meer gemaaid dan ik in mijn beste tijd in een halve dag maaide.|

Ik ben op twaalfjarige leeftijd op Zorgvliet komen wonen en ik heb daar de twee wereldoorlogen meegemaakt. Ik heb daar altijd gewoond en dat kan je als je 83 jaar bent niet meer achter je laten. Ik wilde niet verhuizen naar Westerbork en zij wilde niet naar Zorgvlied komen. Zo is het gegaan. Trijntje en ik hebben toch nog drieëneenhalf jaar kennis aan elkaar gehad. Toen overleed ze. Ze was een door en door goed mens.

Na nog wat andere verhalen vond Gerard het tijd voor een verse pruim half zware midden snede tabak. Zijn merk is ‘Het wapen van Drente’ van de tabaksfabriek Fransiscus Lieftinck uit Groningen.

Ons land in de Olde Willem lag langs de Tillegröppe. Samen met andere boeren moesten we de Tillegröppe voor een goede afwatering open houden. Dat deden we gewoon als boeren onderling, maar we waren geen waterschap. Mijn vader Johan Goettsch en Jan Thijs Seinen uut Deever hadden daar het toezicht op.

Mijn kleinzoon liet daar nog niet zo lang geleden tien bunder gras maaien door een loonwerker en die deed het met zijn grote machines zelfs in één uur. Mijn lieve God in wat voor tijd leven we nu toch.

Nu heeft Staatsbosbeheer veertig bunder land bij het Friese broek onder water gezet en tweehonderd bunder bos gekapt. Staatsbosbeheer doet maar waar het zin in heeft en als wij een boom willen kappen, dan mag dat niet…..

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Gerard Goettsch is geboren op 18 september 1903 in Putten in Gelderland en is overleden op 13 juni 2000 in het Amsterdamse huis. Hij is begraven op het nieuwe kerkhof achter Obadja aan de andere kant van de weg. Zie afbeelding 3.

Afbeelding 1
Gerard Goettsch in zijn speciale leunstoel bij het raam in zijn Amsterdamse huis. (© Coen Broekema, 10 november 1999)

Afbeelding 2
Het Amsterdamse huis an de Dörpsstroate op Zorgvliet. (© Coen Broekema, 10 november 1999)

Afbeelding 3
De redactie van ut Deevers Archief heeft deze kleurenfoto gemaakt op woensdag 22 mei 2022.

Posted in Amsterdamse huus, Boer'nwaark, de Olde Willem | Leave a comment

Veule roggemiet’n op de Heezeresch bee Deever

Bijgaande afbeelding is gekopieerd uit de reclamefolder ‘Ga liever naar Diever’ uit 1961 van de V.V.V. (Vereniging Voor Vreselijk Veel Vreemdelingen Verkeer uut Deever.

Om te vermijden dat de loonwerker sien trekker en sien döskaaste vaak moest verplaatsen van de ene miete naar de andere miete, zetten de boeren hun miet’n altijd in zo groot mogelijke groepen op de nes, in dit geval in het najaar van 1960 op de Heezeresch bee Deever.
Een miete zett’n was een hele kunst. Als deze niet mooi gelijkmatig werd opgebouwd, dan kon het gebeuren dat deze scheef zakte en met palen moest worden gestut. De schuine buitenkant was vergelijkbaar met een reet’n doake. In een goed gezette miete kon het regenwater net zoals bij een reet’n doake niet binnendringen.
De redactie van ut Dievers Archief is op zoek naar foto’s van rogge meej’n, miete zett’n, döss’n, enzovoort.
Bezoekers worden verzocht deze foto’s te scannen en naar de redactie toe te sturen voor publicatie in ut Deevers Archief.

Posted in Boer'nlee'm, Boer'nwaark, Deever, Heezeresch | Leave a comment

Ièpels rooi’n op de nes bee de Kaamp

De redactie van ut Deevers Archief heeft bijgaande foto van boer’nwaark op de nes bee de Kaamp in de namiddag van 3 oktober 2012 gemaakt vanaf de Ten Darperweg tussen de Kaamp en Soerte.
Het rooien en opladen van ièpels op transportwagens gebeurt tegenwoordig volledig gemechaniseerd.

Posted in Boer'nlee'm, Boer'nwaark, Ten Darperweg, Wapse | Leave a comment