Category Archives: Dorpskracht

De villa Villa Cornelia is publiek bee insate eveilt

Op 15 april 1892 verscheen in de krant het Nieuws van den dag de volgende advertentie over de publieke verkoop van Villa Cornelia op Zorgvliet.

Publieke Verkoop “Villa Cornelia”, (naaste station Peperga).
Op donderdag 20 april eerst komende des middags te 12 uur, zal ten huize van Rudolphus, te Zorgvlied, gemeente Diever, publiek bij inzate worden geveild, ten verzoeke van den weledelgeboren heer Du Crocq, te Amsterdam:
De ‘Villa Cornelia”, staande te Zorgvlied, gemeente Diever, nieuwgebouwd en zeer doelmatig ingericht woonhuis; beneden: 3 geplafonneerde kamers met gang, keuken en kelder; boven: twee logeerkamers, meidenkamer en zolder. Flinke bak voor regenwater en een pomp met welwater.
Het terrein is ongeveer 50 aren groot, met opgaand hout, vijver en vruchtbaren moestuin.
Aanvaarding dadelijk na den palmslag, begin mei eerst komende.
Inlichtingen te bekomen bij mr. L.G. Verwer, te Zorgvlied, gemeente Diever, en ten kantore van
mr. J. Beckeringh van Loenen,
notaris te Dwingelo.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Toch wel een enigszins belangwekkende advertentie. Naast villa Villa Nova en villa Villa Aurora liet mr. Lodewijk Guillaume Verwer blijkbaar ook villa Villa Cornelia bouwen.
De architect van deze villa zal de heer H.G. du Crocq uit Amsterdam zijn geweest, die was ook de architect van villa Villa Nova en villa Villa Aurora en zal als bouwmeester van het werk zijn opgetreden.
Waarom verzocht de heer du Crocq om de verkoop van de villa ? Was hij gevolmachtigde van mr. Lodewijk Guillaume Verwer en was hij ook de eigenaar of mede-eigenaar van villa Villa Cornelia ? En wanneer is villa Villa Cornelia gebouwd ? En wat was de reden van de verkoop van het pas gebouwde huis ?
Was Rudolphus in die tijd de plaatselijke kroegbaas, zo ja waar stond dan zijn kroeg ?
Het zou best een zo kunnen zijn dat villa Villa Cornelia is gekocht door de eigenaren van het sigarenfabriekje op Zorgvliet, want in 1895 werd deze villa bewoond door Langemeier en de Vries, twee van de drie eigenaren van het sigarenfabriekje.
Als dit soort vragen zouden mooi uitgezocht kunnen worden door de plaatselijke dorpskrachten, die lid zijn van de dependance Zorgvliet-Woater’n-Olde Willem van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever.
De redactie van ut Deevers Archief heeft de bijgevoegde kleurenfoto van villa Villa Cornelia gemaakt op 21 november 2014.
In het op vrijdag 9 juli 2021 uitgegeven Magnus Opus Fragmenten Uit Het Verleden Van De Vroegere Gemeente Diever van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever is in het hoofdstuk Zorgvlied op bladzijde 206 een afbeelding van het hier afgebeelde krantenbericht.

Reactie van de heer G.J. van Opzeeland van 1 september 2017
De getoonde woning is later aan de Rooms Katholieke kerk geschonken en is bewoond geweest door de familie Theo van Opzeeland.

Posted in Dorpskracht, Lodewijk Guillaume Verwer, Villa Cornelia, Zorgvliet | Leave a comment

Fumilie Verwer vurkoch 928 iekeboo’m

In het Nieuwsblad van het Noorden van 24 november 1926 verscheen het volgende verslag van de besluiten genomen in de op 23 november 1926 gehouden vergadering van de gemeenteraad van Deever

Diever, 23 november.
In de voltallige raadsvergadering waren van Gedeputeerde Staten goedgekeurd terug ontvangen de gemeente-begrooting 1927 en de gemeente-rekening 1925.
Het suppletoir kohier hondenbelasting voor het jaar 1926 werd vastgesteld met een totaal bedrag van f. 65.
In verband met een schrijven van de familie Verwer, werd besloten van genoemde erven onderhands aan te koopen 928 eikenboomen, staande aan weerszijden op de bermen van den straatweg Diever-Boijl, van den handwijzer te Groot-Wateren af tot aan de voormalige villa ‘Laanzicht’ en van de Drentsch-Friesche grens af tot aan den straatweg Boijl-Elsloo, alsmede het plantrecht op de bermen van het in Friesland gelegen gedeelte, een en ander voor een bedrag van f. 4362. Ten gevolge van dezen aankoop zal een tijdelijke kasgeldlening groot f. 3000 moeten worden aangegaan, waartoe wordt besloten.
De vergoeding bedoeld in artikel 101 der Lagere Onderwijswet 1920 voor de bijzondere lagere school te Diever over 1925 werd bepaald op f. 416.64.
Benoemd werd tot lid van de commissie van plaatselijk toezicht op het lager onderwijs de heer J. Bos Hzn. te Zorgvlied.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Blijkbaar was in 1926, meer dan vijftien jaar na het overlijden van mr. Lodewijk Guillaume Verwer, zijn erfenis nog steeds niet verdeeld.
Of de dicht aan de weg staande eiken aan weerskanten van de Verwersweg tussen grenspaal XLV en de voormalige melkfabriek van Elsloo nog steeds eigendom zijn van de gemiente Deever (de gemiente Deever is helaas opgegaan in de gemeente Westenveld) is niet bekend bij de redactie van ut Deevers Archief, evenals niet bekend is of alle oorspronkelijke eiken nog langs de weg staan of dat alle eiken of een groot deel daarvan inmiddels in de loop van de jaren zijn vervangen of verdwenen. Wellicht dat de dorpskrachten van het filiaal Zorgvliet-Wateren-Oude-Willem van de in Deever gevestigde heemkunduge vurening in staat zijn dit uit te zoeken.
in het verslag van de vergadering van de gemeenteraad wordt ook de ‘voormalige villa Laanzicht’ genoemd. Volgens de ontroerend goede onroerend goed deskundigen van de in Deever gevestigde heemkunduge vurening zou villa ‘Laanzicht’ afgebroken zijn op Zorgvliet en weer opgebouwd zijn an de Deeverbrogge, waar dit huis nog steeds zou staan. Wie kan de redactie meer gegevens verschaffen over villa ‘Laanzicht’ ?

Posted in Dorpskracht, Lodewijk Guillaume Verwer, Villa Laanzicht, Zorgvliet | Leave a comment

Ut pothokke in de gemiente Deever

De redactie van ut Deevers Archief heeft in jaar 2007 de zogenaamde Historische Kalender voor het jaar 2008 samengesteld voor de leden van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever, zo ook de teksten bij de foto’s en de eerste bladzijde met enige uitleg over de betekenis van ut pothokke.

Ut pothokke staat nu bijna altijd bij boerderijen die al lang niet meer daadwerkelijk in gebruik zijn als boerderij. Wie let er in het vooorbijgaan op ? Wie hecht nu nog belang aan dit kleine huisje ? Toch hoorde ut pothokke honderden jaren bij het boerenleven, want in dat kleine gebouwtje werd brood gebakken, melk gekarnd, de was opgekookt, varkensvoer gekookt, het vlees van het geslachte varken verwerkt, geweckt, in de zomer huisde het boerengezin in ut pothokke. Een kleine, maar onmisbare ruimte voor het leven op de boerderij in vroeger tijden in Deever. Niet alleen nuttig, maar ook aangenaam. In de avonduren trof de jeugd elkaar in ut pothokke, er werd in gevrijd, jenever gestookt, geboomd, tabak gedroogd.
De voormalige werkgroep ‘Pothokken in de gemeente Diever’, bestaande uit Deeverse Dorpskrachten, waaronder wijlen dorpsfiguur Jan Hessels, is vanaf 1999 bezig geweest met het lokaliseren, inventariseren, bestuderen en fotograferen van alle pothokken in de gemiente Deever en zijn de afmetingen, het bouwjaar, de opdrachtgever van de bouw, de bouwaannemer, de aard van de gebruikte materialen, de huidige staat van onderhoud en de huidige bestemming vastgelegd. daarbij zijn de nijvere verzamelaars van gegevens wel vergeten de verhalen bij de pothokken vast te leggen. Het geheel is in 2007 als een losbladig boekwerk ’Pothokken in de gemeente Diever’ uitgegeven. Gelukkig heeft de redactie van ut Deevers Archief wel het verhaal uit de mond van dorpsfiguur wijlen Jan Hessels opgeschreven en dit bericht verwerkt.
In de gemiente Deever stond vroeger bij de meeste boerderijen een pothokke, bij de meeste boerderijen staat gelukkig nog steeds een pothokke. Er waren kleine en grote pothokken. Een klein pothokke was meestal alleen bestemd voor het koken van de pot met varkensvoer. Dat was een grote pot waarin, afhankelijk van het aantal te voeren varkens, enkele keren per week aardappels werden gekookt. In de kookpot ging als regel dree maande eapels, ongeveer vijfenzeventig kilo aardappelen. Als de aardappels gaar waren, dan werden ze met een aparte klauw fijn gestampt.
Het vuur onder de pot werd meestal gestookt van takkenbossen of oude verrotte afrasteringspalen. De takkenbossen stonden in een bult bij de boerderij. Ze stonden in weer en wind. Bij flinke regen werden de takkenbossen behoorlijk nat, wat bij het opstoken veel rookontwikkeling gaf.
De familie Hessels aan de Kruisstraat in Deever had twee binnenpotten. ’s Maandags werd in de buitenpot een geëmailleerde binnenpot geplaatst, waarin de was werd opgekookt. Kinderen moesten vaak het vuur onder de pot stoken. Ook werd in het najaar in de pot water gekookt voor het slachten van het varken. Het warme water was nodig om het haar van het varken te broeien. Het haar kon dan beter van het varken worden verwijderd. Daarna werd in de pot de bloedworst gekookt en vervolgens het zogenaamde kortgoed. Dit waren de kop, de lever en het hart van het varken. Die werden verwerkt in de leverworst en hoofdkaas. Hiervoor werd een grote pot gebruikt.
Bij de familie Hessels aan de Kruistraat stond een wat groter pothokke, dit pothokke bestaat staat steeds (zie de bij dit bericht gepubliceerde foto, die de redactie op 20 november 2005 is gemaakt). In het pothokke stond ook een kachel, waarop drie pannen konden worden geplaatst. In de winter werd in de huiskamer gekookt. In de zomermaanden was het in de huiskamer te warm en werd in ut pothokke gekookt. Dit was een manier om de warmte van het koken buiten het huis te houden. Ook stond in ut pothokke de wasmachine. Dit was een wasmachine, die met de hand moest worden gedraaid. Dorpsfiguur wijlen Jan Hessels moest ook wel eens draaien. Hij moest dan tweehonderenvijftig slagen draaien. Hij was de tel nog wel eens kwijt, maar begon dan niet opnieuw.
De kachel in ut pothokke werd in de regel gestookt met hout en turf of sudd’n. Grotere pothokken bestonden uit twee gedeelten. In één gedeelte werd in de zomer gegeten. Het was voor de huisvrouw wel gemakkelijk, want de kachel, waarop het eten werd gekookt, was dan dichtbij. Je hoefde daarnaast niet zo ver te lopen met de pannen. Het eten vond plaats naast de pot waar het varkensvoer werd gekookt. Je zorgde dan wel dat je snel at, want het stikte in ut pothokke van de vliegen.
In ut pothokke werd veel water gebruikt bij het koken van varkensvoer, bij het slachten, bij het wecken en bij het wassen. Daarom stond ut pothokke aan de kant van de pompestroate en kon men via de zijdeur van de boerderij zo ut pothokke in lopen.
Vanwege het brandgevaar was ut pothokke altijd bedekt met dakpannen, bij voorkeur met cementpannen, omdat deze het meest afdichtend gelegd konden worden. Altijd met dakpannen ? Niet altijd, want in Wapse staat een pothokke mit’n reet’n doake.
Ut pothokke heeft in de loop van jaren zijn oude functies verloren. Sommige pothokken zijn helaas afgebroken, maar pothokken kregen vooral een nieuwe bestemming. Uit de inventarisatie van de pothokken in de gemeente Diever blijkt dat het gebruik van ut pothokke verrassend veelzijdig is. Veel pothokken zijn helaas in gebruik als fantasieloos baarghokke, maar gelukkig ook veel als fietsenhok, voorraadruimte, kippenhok, konijnenhok, paardenbox, keuken, galerietje, schildersatelier, expositieruimtetje, cv-ketelhuisje, tuinhuisje, garage, strijkkamertje, zomerverblijf, trainingsruimte, washok, kantoor en badkamer.
Dat deze bestemmingen tot voorbeeld moge zijn van de eigenaren, die hun pothokke gebruiken als baarghokke. Ook het kleinste pothokke in de gemiente Deever, met een binnenoppervlak van slecht 3,6 m², is in gebruik als baarghokke, het verdient een beter lot. In het verleden was op Zorgvliet een pothokke in gebruik als werkruimte van een fietsenmaker.
Elders zijn pothokken in gebruik als winkeltje en als sauna en wie weet wat voor bestemmingen nog meer. Kortom ut pothokke is voor veel doeleinden geschikt. Uit de inventarisatie bleek ook dat bij een oude boerderij in 2004 een pothokke is ingestort en is afgebroken. Het is zeker de moeite waard dat voor onze streek zo karakteristieke gebouwtje te herbouwen.

Posted in Aarfgood, Atlas van de gemeente Diever, Canon van de gemiente Deever, Deever, Dorpskracht, Kruusstroate, Pothokke | Leave a comment

Poasvuur in Deever, Wapse en Wittelte – Poas’n 2016

Op drie plaatsen binnen de grenzen van de gemiente Deever is met de paasdagen een poasbulte verbrand.
De Dorpsvereniging Wittelte heeft zijn poasbulte gemaakt op een plek bij Wittelteweg 18 – Wapserveenseweg 1.
De Wapser Gemeenschap heeft zijn poasbulte gemaakt op een plek bij de Landweg in Wapse.
De Buurtvereniging Kasteel-Dwarsdrift heeft zijn poasbulte gemaakt op een plek aan de Steenakkerweg op de Heezenesch.
De plek van de poasbulte van de Buurtvereniging Geeuwenbrug lag buiten de grens van de gemiente Deever.
De poasbulte in Wapse is tegen de traditie in al op zaterdag 26 maart 2016 rond acht uur ’s avond aangestoken.
De poasbulte in Wittelte is eveneens tegen de traditie in op zaterdag 26 maart 2016 rond acht uur ’s avond aangestoken.
De poasbulte van Deever is zoals de traditie dat wil wel op Tweede Paasdag 28 maart aangestoken.

De Voorkant Van Het Grote Gelijk In De Gemeente Westenveld heeft zo genoemde beleidsregels voor poasbult’n opgesteld. In de webstee van de gemeente Westenveld is sprake van een vreugdevuur, dit is een volstrekt verkeerde term, de juiste term is poasvuur. De betreffende tekstschrijver van de gemeente Westenveld wil de burgers blijkbaar een nieuwe term opdringen..
Een vereniging die niet aan deze zo genoemde beleidsregels voldoet, krijgt van de met de uitvoering van het paasvuurbeleid belaste ambtenaar van de Voorkant Van Het Grote Gelijk In De Gemeente Westenveld geen tijdelijke stookvergunning. Gelukkig voldeden de Dorpsvereniging Wittelte, de Wapser Gemeenschap en de Buurtvereniging Kasteel-Dwarsdrift blijkbaar vooraf wel al aan zo genoemde beleidsregels voor het slepen en verbranden van poasbult’n.
De redactie van ut Deevers Archief betreurt het dat in Oude Willem, Groot Wateren, Klein Wateren en Zorgvlied (de aandere kaante van de Deeverse bos) en an de Deeverbrogge geen poasbulte is gesleept. Haar Tied Zat gien zat tied veur ’t sleep’m van ’n poasbulte ?

In de webstee van de gemeente Westenveld is ook nog de volgende overbodige zin te lezen: Het is alleen aan de organisaties die een ontheffing hebben gekregen toegestaan, een paasvuur (vreugdevuur) te organiseren. Vingertje in de lucht, ah, ah. En let vooral op de term tussen haken: vreugdevuur. Om droevig van te worden.

De met de uitvoering van de zo genoemde beleidsregelds voor het slepen en verbranden van poasbult’n belaste ambtenaar van de Voorkant Van Het Grote Gelijk In De Gemeente Westenveld geeft alleen een tijdelijke stookvergunning aan een vereniging af als is voldaan aan de volgende beleidsregels:
1. de vereniging is niet eerder dan vier dagen vóór het verbranden van de poasbulte begonnen met het slepen.
2. de poasbulte is door de vereniging aangestoken.
3. de poasbulte bestaat alleen uit snoeihout.
4. de poasbulte is schoon opgebrand.
5. de vereniging heeft de verbrandingsresten van de poasbulte afgevoerd.

De vraag is hoe van te voren kan worden nagegaan of achteraf is voldaan aan de hiervoor zo genoemde vijf beleidsregels.
Regel 1 is pas na het aansteken van de poasbulte te controleren. Maar wat als vanwege wind of regen de poasbulte niet op een geplande zaterdag voor Pasen, maar op Tweede Paasdag ’s avonds om acht uur wordt aangestoken en ’s zaterdags, na de vierde dag, wordt nog een vrachtje mooi schoon opbrandbaar snoeihout naar de paosbulte gesleept. Wat dan ? Dan kan regel 1 niet worden afgevinkt. Maar hoe gaat het bevoegd gezag dit controleren ?
Regel 2 is pas na het aansteken van de poasbulte te controleren door het bevoegde gezag. Pas dan kan al dan niet een vinkje bij regel 2 worden gezet.
Regel 3 is wel tijdens het slepen van de poasbulte te controleren door het bevoegde gezag. De poasbulte mag alleen van snoeihout worden gemaakt. Dus gien olde maan’n of stobb’m of olde witt’n of olde baand’n. Maar wat als een vrachtje stobb’m onder in het hart van de poasbulte wordt verwerkt en direct wordt bedekt met schoon opbrandbaar snoeihout. Geen rode haan die daar naar kraait. Regel 3 is echter alleen te controleren als voortdurend iemand van het bevoegd gezag bij het slepen van de poasbulte staat te koekeloeren.
Regel 4 is ook pas na het opbranden van de poasbulte te controleren. In de webstee van de gemeente Westenveld was geen omschrijving van het begrip ‘schoon opbranden’ te vinden. Dit biedt erg veel ruimte voor persoonlijke interpretatie. Wat is schoon opbranden en hoe schoon moet schoon opbranden zijn, is schoon opbranden te meten en wie controleert deze zo genoemde beleidsregel ? Of wordt met ‘schoon opbranden’ bedoeld dat de poasbulte volledig moet zijn verbrand ?
Regel 5 is ook pas achteraf af te vinken. Waarschijnlijk moeten de verbrandingsresten worden vervoerd naar en afgegeven aan een inrichting die een omgevingsvergunning heeft voor het accepteren van verbrandingsresten van een poasbulte.  Bijvoorbeeld afvoeren naar de afvalverwerking in Wijster ? Afvalstroomnummer aanvragen ? Dus het acceptatiebewijs van de afvalverwerking inleveren bij de ambtenaar van de Voorkant Van Het Grote Gelijk In De Gemeente Westenveld die belast is met de uitvoering van de poasbulte-regelties ?

De gevolgtrekking is dat de vijf zo genoemde beleidregels voor het slepen en verbranden van poasbult’n niet zijn te handhaven, zeker niet vooraf, maar ook niet achteraf zijn af te vinken, tenzij dag en nacht een vertegenwoordiger van het bevoegd gezag bij een poasbulte staat te controleren en zodra een vereniging een van de vijf zo genoemde beleidsregels overtreedt, het repressieve vingertje in de lucht steekt, heel hard ah ah roept, en overgaat tot het intrekken van de tijdelijke stookvergunning.
De Voorkant Van Het Grote Gelijk In De Gemiente Westenveld zal de vijf zo genoemde beleidsregels ongetwijfeld aangrijpen om – net zoals bij het kebied scheet’n – het onderwerp op te blazen en vooraf een erg belangrijke informatiebijeenkomst te organiseren om op de betreffende verenigingen in te doctrineren. En bij de traditie van het verbranden van de poasbulte is direct na het verbranden van de poasbulte dan ook nog een erg belangrijke zo genoemde evaluatiebijeenkomst met de verenigingen noodzakelijk, want dan moet voor elke vereniging worden vastgesteld welke van de vijf zo genoemde beleidsregels daadwerkelijk zijn af te vinken. Dan kan het bakkeleien beginnen. En dan ? Geen vijf vinkjes, geen keurmerk, dus repressie en geen tijdelijke stookvergunning voor het volgende jaar ? Kan de gemeente Westenveld het zich in deze tijden van vergrijzing, krimp en geldschaarste eigenlijk wel veroorloven bestuur en ambtenaren tijd te laten besteden aan een klein onderwerpje, zoals het sleep’m en vurbraan’n van een poasbulte ?

Posted in Aarfgood, Deever, Dorpskracht, Gemientebestuur, Heezeresch, Poasvuur sleep'm, Traditie, Wapse, Wittelte | Leave a comment

Hiele olde boerdereeje braant of in Oll’ndeever

Op 28 december 1981 verscheen in de Olde Möppeler (Möppeler Kraante) het navolgende bericht over een grote brand in de woonboerderij met adres Holtenweg 2 in Oll’ndeever.

Diever.
Een felle brand heeft in de nacht van zaterdag op zondag de kapitale woonboerderij van de familie Ten Cate in Oldendiever gedeeltelijk verwoest. De schade loopt in de tonnen. Het pand dat uit het midden van de zeventiende eeuw dateert, stond op de Monumentenlijst. Het is enige jaren geleden gerestaureerd.
De brandweer van Diever werd even voor twaalf uur gealarmeerd. Omdat het er erg slecht uitzag, werden spuitgasten van Dwingelo voor assistentie opgeroepen. Men kon echter niet voorkomen dat het voorhuis in een rokende puinhoop veranderde. De zwart geblakerde resten staken erg schril af tegen het rondom de woonboerderij liggende sneeuwtapijt…
Veel antieke voorwerpen en boeken liepen waterschade op.
De brand brak uit juist op het moment dat de familie Ten Cate bij de open haard aan het kerstdiner zat. Vermoedelijk zijn  vonken uit deze open haard de oorzaak geweest.
De blussingswerkzaamheden werden door een zeer groot aantal belangstellende gevolgd.
De brandweer heeft de hele nacht bij het perceel gewaakt.
Dat er van het voorhuis van de monumentale boerderij niet veel overbleef blijkt duidelijk uit bijgaande zwart-wit foto.

Het onderschrift bij de foto van de verbrande boerderij luidt als volgt:
Dat er van het voorhuis van de monumentale boerderij niet veel overbleef blijkt duidelijk uit deze foto.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De toen nog bestaande nabije vrijwillige brandweer uut Deever heeft deze woonboerderij slechts voor een deel kunnen redden. Dit met riet gedekte pand zou zeer zeker volledig zijn afgebrand, als Oll’ndeever toen enkel aangewezen zou zijn geweest op de vrijwillige brandweer van Dwingel of Vledder of Havelte, vanwege de langere aanrijtijden.
Klaas Hofstee had het pand tot in het begin van de zestiger jaren van de vorige eeuw in gebruik als boerderij. Klaas Hofstee werd geboren op 30 juli 1902 in Wapse en overleed op 21 mei 1988 in Dwingel. Hij was getrouwd met Jentje Schoenmaker, zij werd op 9 mei 1911 in Dwingel geboren en overleed op 3 juni 1996 in Dwingel.
Klaas Hofstee was de broer van Lamkjen en Saakje Hofstee.
In de in 1773 gebouwde boerderij heeft ook V.V.D.-coryfee Hans Wiegel (het oraekel van Deever) gewoond.
Dorpsfiguur en dorpsfotograaf Harm (Haarm) Hessels uut Deever is de maker van de zwart-wit foto.
Wijlen Hendrik (Henk) van den Bos is de maker van de tweede foto, die toen al vlak bij de verbrande boerderij in Oll’ndeever woonde.
De redactie van ut Deevers Archief heeft de derde foto van de teruggerestaureerde boerderij gemaakt op 4 april 2013.

 

 

 

Posted in Alle Deeversen, Boerdereeje, Braandwièr, Dorpskracht, Haarm Hessels, Oll'ndeever | Leave a comment

Old en nee bee de vreewilluge braandwièr in Deever

In het Nieuwsblad van het Noorden verscheen op 12 maart 1940, kort voor het begin van de Tweede Wereldoorlog, de hier afgebeelde foto met onderschrift over de aanschaf van een nieuwe brandspuit door de gemiente Deever.

De gemeente heeft een flinke nieuwe spuit aangeschaft, welke in uitvoering en capaciteit wel belangrijk verschilt van het oude romantische spuitje, dat nu, na jarenlangen arbeid, op stal wordt gezet.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Op de bovenste foto A is de oude brandspuit te zien, op de onderste foto B is de nieuwe brandspuit te zien. De redactie van ut Deevers Archief herkent op de onderste foto B recht voor de brandspuit Lambertus Rolden. Links naast de brandspuit staat Hendrik Jan (Henneman) Rolden, zoon van Lambert Rolden.
De vraag is of de brandspuit op de onderste foto B een nieuwe of een tweedehands brandspuit is, want het kenteken van het voertuig is niet te vinden in de kenteken-database van het Drents Archief. Wel is het voertuig voorzien van het Groninger kenteken A-11249.
Met de omstreden sluiting van de brandweerpost Deever per 1 januari 2014 door het bestuur van de gemeente Westenveld (Deever, wen ur moar an, de komende jaren zal nog veel meer worden weggekrompen) is een einde gekomen aan een periode van meer dan 120 jaar van snelle brandbestrijding door generaties betrouwbare en moedige vrijwilligers uut de gemiente Deever.
De vreewilluge braandwièr van Deever is helaas geschiedenis geworden. Een ‘mooie’ gelegenheid voor de dorpskrachten die lid zijn van de in Deever gevestigde heemkundige vereniging om met geschwinde spoed en in gestrekte draf een boekwerkje samen te stellen met ‘Fragmenten uit het verleden van de vrijwillige brandweer in de gemeente Deever’. Dan kan dit boekwerkje bijvoorbeeld in een maand november te koop worden aangeboden, mooi om te hebben, mooi om weg te geven als geschenk voor in de schoen of voor onder de kerstboom. Ech wè.
Maar de dorpskrachten die lid zijn van de in Deever gevestigde heemkundige vereniging zouden met gebruik van oude foto’s van de vrijwillige brandweer ook een zogenaamde ‘historische jaarkalender’ van de heemkundige vereniging kunnen samenstellen. Ech wè.

De heer Albert Koops, webmaster en systeembeheerder van de Groninger Archieven stuurde op 29 mei 2018 de volgende door de redactie van ut Deevers Archief zeer gewaardeerde reactie:
De brandweerauto, een Ford V8, op foto B heeft hier nog het kenteken A-11249 van de brandspuitenfabrikant Van Bergen uit Heiligerlee. Zie in de Groninger Archieven de gegevense# over dit kenteken A-11249.

Posted in Braandwièr, Dorpskracht, Gemiente Deever, Gemientebestuur, Krimpsignaal | Leave a comment

Wee wilt de toal van oense mow bliem’m proat’n

Ik was aangenaam verrast toen ik – al weer heel wat jaren geleden – bij een transactie met Roelof Boer, garagehouder aan het Moleneinde (Katteneinde) in Deever, de fraaie bundel ‘Wat was en was is’, geschreven door zijn vader Harm Boer, cadeau kreeg.
Deze bundel met nagelaten werk van schrijver en dichter Harm Boer is samengesteld door Meine Hoekstra in samenwerking met de kinderen van Harm Boer en werd in oktober 1999 uitgegeven door Reclamebureau Drokwark uut Dwingel.
De bundel ‘Wat was en wat is’ is verschenen na het overlijden van schrijver en dichter Harm Boer op 1 april 1995.
Ik publiceer hier – met toestemming van de familie Boer – het gedicht ‘Dialect’, waarin Harm Boer op prachtige zacht humoristische wijze beschrijft hoe hij het dialect van Lhee met name van zijn moeder (mow’s toal) leerde en hoe gehecht hij was aan het Dreins.
De tekst van het gedicht heb ik letterlijk overgenomen uit de bundel, aan de spelling van de woorden heb ik niet getornd en daarom heb ik geen ‘verbeteringen’ in de spelling aangebracht.
Ik stel de organisatoren van de activiteit ‘Verdieverderen um de stamtoafel’ ten stelligste voor in een mogelijk volgende bijeenkomst aandacht te besteden aan het Dreinse en zo mogelijk ook Deeverse gedicht.
Wellicht is in Deever of in een omliggend dorp een huiseigenaar te vinden die op een kale en saaie muur het fraaie gedicht Dialect wil laten schilderen. Wat te denken van het benutten van het grijze muurvlak links naast de ingang van het voormalige kantoorgebouw van de cultuurstimulerende Rabobank an de Peperstroate in Deever ? Zie de bijgevoegde kleurenfoto, die de redactie van ut Deevers Archief op 26 april 2018 heeft gemaakt. De voorbijganger kan dan na het lezen van het gedicht van Harm Boer niet meer even op het roodgeverfde Rabobankbankje gaan zitten en dan rustig zijn gedachten laten gaan over het nut van het behoud van ut Deeverse dialect. Hoe het was, hoe het is en hoe het zal zijn.

Dialect
’t Hung in de ruumte
waor ik lag
vanof de eerste dag.
Bij alles wat ik
heb edrunken
hebt lieve woordties
klunken
en elke luier
voel of nat
gung zachies praotend
van mien gat.
Toen ik kreup
kreup ik te wied
en toen ik leup
hetzelfde lied.
Uut angst dat ik verzeup
was het moeder
die mij reup
maor ieder woord
dat spreuken weur
had in zien spraok
dezelde kleur
herkenbaor veur het volk
en veur de streek
gienien die
daorvan week.
En daorum onder het proaten
onder het schrieven
hol ik vaaste:
Oens Dreins gepraot
dat lang nog
hier zal blieven.

Abracadabra-1497

Posted in Aarfgood, Cultuur, Deevers, Dorpskracht | Leave a comment

Dörpsfiguur Jan Hessels is veul te vrog estör’m

Jan Hessels overleed op 20 augustus 2001 na een kortstondige ziekte toch nog vrij plotseling in het Bethesda-ziekenhuis in Hoogeveen. Hij is op velerlei manieren actief bezig geweest in de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever.
De redactie wist in zijn jeugd in de vijftiger en zestiger jaren van de vorige eeuw niet veel meer van Jan dan dat hij in die oude boerderij woonde waar je tegen aan keek als je vanaf de brink deur de Heufdstroate op weg was hen de Kruusstraote. En dat hij wat boerkte. Dat deed hij samen met zijn broer en dorpsfotograaf Harm. En dat hij vrijgezel was. En dat hij gereformeerd was.
De ouders van de redactie woonden na hun trouwen van 1948 tot 1 februari 1951, vanwege de naoorlogse woningnood, in het zomerhuisje van professor Albert Egges van Giffen op de Heezerbaarg. Over het bouwland van de familie Hessels liep destijds het zandpad naar de Heezerbaarg. Na het ploegen moest dit pad door belopen weer begaanbaar worden. De redactie wist van zijn moeder, dat zij een keer tijdens het ploegen met de redactie in de kinderwagen en zijn oudste zuster aan de hand op weg was naar het dorp. Jan was wel zo vriendelijk en behulpzaam om de kinderwagen met inhoud en al over het pas geploegde deel van de akker heen te tillen. Dat deed hij ook weer als zij met haar kinderen uit het dorp terugkwam. De redactie herinnert zich uit zijn jeugd dat hij hem in de zomer ’s middags teeg’n melk’nstied deur de Kloosterstroate zag fietsen hen mit de lege melkbusse an de hoake an de pakkiesdraèger en terogge mit de volle melkbusse veur op de stange. Hij en zijn broer weidden hun koeien ergens in Oll’ndeever.
De redactie heeft Jan meegemaakt bij activiteiten van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever. De redactie heeft daar heel goede herinneringen aan. Opvallend was dat hij zijn herinneringen in een plezierig leesbare stijl op papier kon zetten. Hij had een natuurlijke behoefte in verhalen grappige voorvallen te verwerken. Die noemde hij steevast anekkedotes.
Het was niet moeilijk om hem aan te zetten tot het schrijven van artikelen. Hij schreef zoals hij dacht en sprak. Als medewerker van het papieren blad Opraekelen van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever zette hij regelmatig verhalen op papier. Ze zijn allemaal gepubliceerd. Daar was hij in stilte hiel wies mit, ook al bromde hij wel eens als naar zijn zin te veel was aangepast in een verhaal. Hij had nog zo veel meer over ut olde Deever op papier kunnen zetten. Deever heeft node afscheid van hem moeten nemen.

Posted in Dorpsfiguur, Dorpskracht, Overlijdensbericht | Leave a comment

Die vurroeste poal möt hen ut Ekingersaand

Bij de klok van oudejaarsvereniging Tied Zat (bestaat tied eigenlijk wel ?) in de publieke ruimte tegenover Villa Nova op Zorgvlied staat de zo genoemde Symbiotische Zuil, ontworpen door Martijn Troost, als een bijdrage aan de ‘horizon van Drenthe’. Bij zo’n roestig stuk staal heb je wel wat uitleg en troost nodig !

Arie Vonk geeft bij het zien van dit stuk bewerkt staal in Kunstronde Drenthe (2000) de volgende uitleg:
Kijkend naar de horizon, tekenen zich onregelmatigheden af op de horizontale as. Verticale elementen bepalen het horizon-beeld. De bijdrage die Martijn Troost levert aan de ‘horizon van Drenthe’ bestaat uit een verticale, opengewerkte, holle gietijzeren pilaar. Deze holle pilaar is als een boorbuis, die uit de bodem opsteekt. Het bovenste deel symboliseert de aarde, de grond, en het beïnvloedt de perceptie van de horizon. Het onderste deel symboliseert het grondwater, dat onzichtbaar maar met kracht en helderheid de vitaliteit van de Drentse bodem beïnvloedt. Zo is er nu een zichtbare, symbiotische relatie tussen de grond, het water en de pilaar-buis.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Onze eerste reactie bij de volstrekt persoonlijke uitleg van Arie Vonk: Que ????  In de buurt van de stalen buispaal is geen horizon te bekennen, hoe kan de perceptie (belevenis) van de horizon dan worden beïnvloedt ?
Deze holle paal is als een pilaar die uit de bodem opsteekt ? Nee hoor, zoals gebruikelijk in de gemeente Diever, staan kunstige objecten of gedenktekens of herinneringstekens altijd op een sokkel (meestal een grote veldkei) en ook hier staat het object op een soort van fundering met daarom heen een soort van cirkel van steentjes, hoe cliché kun je bezig zijn.
Prachtig zou het zijn geweest als de stalen buispaal wat langer was geweest en scheef zou staan en inderdaad een paar meter in het zand was gegraven. Dat zou alsnog kunnen. Dat zou een mooie klus kunnen zijn voor de dorpskrachten van het plaatselijke filiaal van de heemkunduge vurening uut Deever (an de aandere kaante van de bos) of de dorpskrachten van Tied Zat.

Symbiotisch betekent ‘levend in symbiose’.
Symbiose betekent volgens de niet altijd geloofwaardige Wikipedia: Het langdurig samenleven van twee organismen van verschillende soorten waarbij de samenleving voor ten minste één van de twee organismen gunstig of zelfs noodzakelijk is. Vaak echter wordt de term symbiose alleen gebruikt in de betekenis van wederzijds voordelige naast elkaar bestaan. De beide partners heten symbionten. De grootste partner wordt ook wel gastheer genoemd. Binnen het domein van de psychologie is een symbiotische relatie een relatie die gebaseerd is op afhankelijkheid.

Dode dingen, zoals grond, water en een stalen paal met rare gaten, kunnen dus niet in symbiose leven.
Echter als we in ‘symbiotische relatie’ het woord symbiotisch vervangen door ‘levend in symbiose’, dan staat er ‘levend in symbiose relatie’. Als we ‘relatie’ vervangen door ‘verhouding’ , dan staat er: ‘levend in symbiose verhouding’.
Als we symbiose vervangen door een deel van de hiervoor weergegeven betekenis dan staat er ‘levend in langdurig samenleven van twee organismen van verschillende soorten verhouding’. Kortom ‘symbiotische relatie’ lijkt mooi bedacht, maar klopt niet, het is roestige interessantdoenerigheid van de onderste plank.

Kan de Zorgvliedse oudejaarsvereniging Tied Zat (bestaat tied eigenlijk wel ?) dit verminkte stuk staal niet tijdelijk maar definitief ontvoeren naar het Ekingerzand en het daar half in de ontboste en nu helaas weer kale duinen begraven voor een langdurig multibiotisch experiment met de oerelementen zand, wind, water en mogelijk ook vuur ? Uit ijzer zijt gij geboren, tot roest zult gij wederkeren.

Reactie van Helena de Boer van 26 januari 2017
Goedemorgen, ik woon sinds 28 december 2016 op Zorgvlied.
Ik vind het jammer hier te lezen dat voor dit kunstwerk zo weinig waardering is.
Mijns inziens – ik ben ook beeldend kunstenaar – is het juist wel een passend werk.
Het verbindt de aspecten van dit dorp heel mooi en geeft aan dat je ijzer met handen kunt bewerken als de wil er is.
Die ijzeren wil kenmerkt eigenlijk de hele historie van het dorp, als ik het goed begrijp.
De wil om te groeien en tot aanzien te komen. Ijzer te smeden tot iets moois en natuurlijks.
De bossen en de bomen zijn immers de horizon. Dus dat vind je ook terug in het kunstwerk.
U doet het werk hier te kort.
Met vriendelijke groeten,
Helena de Boer

Posted in Dorpskracht, Kuunst in de gemiente Deever, Zorgvliet | Leave a comment

Hevige brand in logement ‘de Dieverbrug’ – 1864

In de Provinciale Overijsselsche en Zwolsche Courant van 14 december 1864 verscheen het navolgende bericht over de brand in het logement ‘de Dieverbrug’ in de nacht van 11 op 12 december 1864 an de Deeverbrogge.

Meppel, 12 december. Naar wij vernemen, heeft heden nacht een hevige brand gewoed aan de Dieverbrug, ten gevolge waarvan het bekende logement ‘de Dieverbrug’ met bijna alles wat zich daarin bevond, de prooi der vlammen is geworden.
De vlammen namen in korten tijd zoo zeer toe, dat te drie ure reeds alles verbrand was; terwijl te één uur, toen de postkar er passeerde, nog niets was bespeurd.
Alles was, naar men ons mededeelt, tegen brandschade verzekerd.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Wie denkt dat het oude cafe-logement Dieverbrug an de Deeverbrogge in de nacht van 30 op 31 maart 1932 voor het eerst door brand werd verwoest heeft het mis. Het pand dat in 1932 afbrandde was het pand dat in 1865 werd gebouwd als opvolger van het in de nacht van 11 op 12 december 1864 verbrandde logement ‘de Dieverbrug’.
In 1864 was het café-logement Dieverbrug nog de pleisterplaats van de dilligence, de postkar en de snikke.
De redactie vermoedt dat 
in het onvolprezen boekwerkje ‘An de Brogge’, dat de heemkunduge vurening uut Deever heeft uitgegeven ter feestelijke opleuking van haar 20-jarige bestaan, geen aandacht is besteed aan grote branden an de Deeverbrogge.

Posted in An de Deeverbrogge, Café-Logement, Dorpskracht | Leave a comment

Theo Rutgers speult Peer Gynt van Henrik Ibsen

De redactie van ut Deevers Archief heeft in het najaar van 2005 met veel zorg, plezier en voldoening de zo genoemde ‘historische kalender’ voor het jaar 2006 samengesteld voor de toen nog vele leden van de lokale heemkundige vereniging uut Deever. Het onderwerp van die kalender was ‘het Openluchtspel in de beginjaren van zijn bestaan’. Bijgaande tekst en afbeelding stonden op de bladzijde voor de maand april 2006 (grasmaand). 

Toneelvereniging Diever voerde in 1949 met veel succes het enige niet door William Shakespeare geschreven stuk in haar geschiedenis op. Het was het buitengewoon moeilijk speelbare stuk Peer Gynt van Henrik Ibsen.
De jonge zeer talentvolle dominee Theo Rutgers, die toen nog in de pastorie op de brinQ van Deever woonde, speelde de rol van Peer Gynt op fenomenale wijze.

Een krant beschreef de voorbereiding op het stuk van de eveneens zeer talentvolle Jantina Figeland als volgt:
In de herberg op de hoek (café Brinkzicht in Diever) stond een meisje te zemen. Naast haar op een tafeltje lag het opengeslagen boek ‘Peer Gynt’ van Henrik Ibsen. Zij wuifde naar de voorbijgangers en riep door de open deur dat zij terloops haar rol nog even doornam voor de voorstelling van die avond.

Busmaatschappij N.T.M. bood, vanwege het toen nog geringe particuliere autobezit, bezoekers van het openluchtspel gunstig geprijsd busvervoer.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie vindt het bijzonder jammer dat in het openluchttheater an ut Grunedal in Deever ná 1949 steeds maar weer, op weliswaar bijna perfecte wijze, een toneelstuk van William Shakespearer is opgevoerd.
Wat een monocultur, wat een gebrek aan toneeldiversiteit. Schotel het grote publiek maar weer een lekker stuk fast cultural food voor in het verpretparkiserende William Shakespeare Theatre an ut Grunedal. Succes verzekerd. Hoge luister- en kijkcijfers. Hoge inkomsten. Hoog rendement. Hoge beoordelingen in De Telegraaf ……

Waarom niet elk jaar een toneelstuk van een andere, zo niet grotere toneelstukkenschrijver dan Willem Schudspeer opgevoerd ? Denk aan schrijvers, zoals: Aischylos, Aristofane, Armando, Edward Albee, Benno Barnard, Samuel Beckett, Thomas Bernhard, Marian Boyer, Berthold Brecht, Gerbrand Bredero, Abe Brouwer, Jacob Cats, Hugo Claus, Samuel Coster, Noël Coward, Jan Decorte, Euripides, August Defresne, Don Duyns, Rainer Werner Fassbinder, Dimitri Frenkel Frank, Esther Gerritsen, John Galsworthy, Johann Wolfgang Goethe, Maria Goos, Ron de Graaf, Günther Grass, Andreas Gryphius, Paul Haenen, Peter Handke, Herman Heijermans, Gerben Hellinga, Lillian Hellman, Judith Herzberg, Pieter Corneliszoon Hooft, Victor Hugo, Henrik Ibsen, Tom Lanoye, Lope de Vega, Federico Garcia Lorca, Sarah Kane, William Somerset Maugham, Arthur Miller, Molière, Heiner Müller, John Nederlof, Pablo Neruda, William Jan Otten, Harold Pinter, Jean Racine, Wanda Reisel, Gerard Jan Rijnders, Jean Paul Sartre, Wim T. Schippers, Werner Schwab, George Bernard Shaw, Sophokles, August Strindberg, Koos Terpstra, Anton Tsjechov, Lot Vekemans, Joost van den Vondel, Ton Vorstenbosch, Alex van Warmerdam, Oscar Wilde, Tennessee Williams, Willem de Wolf, Karst Woudstra en zeer zeer vele anderen.

Abracadabra-476Abracadabra-552

 

Posted in Cultuur, Deever, Dorpskracht, Eup’mlogtspel, Historische kalender | Leave a comment

Brandwièrpost Deever is weg ekrömp’m

In de webstee gemeentewesterveld.nl van de gemeente Westenveld is op 10 september 2013 het navolgende bericht over de sluiting van de brandweerpost Diever geplaatst.

Het college van Burgemeester en Wethouders van Westerveld stelt aan de gemeenteraad voor, de brandweerzorg per 1 januari 2014 vanuit de posten in Havelte, Vledder en Dwingelo te organiseren. Dat betekent dat het college voornemens is om de post in Deever te sluiten.
Burgemeester Jager: “Het college beseft dat dit voorgenomen besluit een enorme impact heeft op de vrijwilligers van de post. Het uitoefenen van het brandweervak is niet zomaar een hobby. Het is een passie waarvoor deze mensen zich enorm inzetten. Daarom heb ik namens het college maandagavond 9 september eerst de vrijwilligers van de te sluiten post op de hoogte gebracht”.
Door de brandweerzorg vanaf 2014 vanuit drie in plaats van vier posten te organiseren kan de gemeente Westerveld een structurele bezuiniging realiseren. In een eerdere bezuinigingsronde in 2010 bleef de brandweer grotendeels buiten schot, maar bij behandeling van de tweede bestuursrapportage 2012 besloot de gemeenteraad een taakstellende bezuiniging op te nemen en werd de bijdrage van Westerveld aan brandweer Zuidwest Drenthe met € 250.000 naar beneden bijgesteld. Ook is binnen de regio een regionale taakstelling opgenomen van twee keer 5%. Het afgelopen jaar heeft het college van Westerveld verschillende mogelijkheden onderzocht om de taakstellende bezuiniging te realiseren. Hieruit blijkt dat het organiseren van de brandweer in Westerveld vanuit drie posten mogelijk is.
Met de organisatie van de brandweerzorg vanuit de posten in Havelte, Dwingelo en Vledder blijft het grotendeels mogelijk om binnen vijftien minuten na alarmering bij een incident te zijn. Voor de huizen en bedrijven buiten deze aanrijtijd neemt de gemeente in samenwerking met de Veiligheidsregio aanvullende maatregelen, zoals het plaatsen van rookmelders en het geven van voorlichting aan bewoners en gebruikers. Het college stelt aan de gemeenteraad voor, in totaal € 40.000,- beschikbaar te stellen voor het opstellen en uitvoeren van deze preventieve maatregelen.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief

Moeten de Deeverse Dorpskrachten, die zich vrijwillig voor incidentbestrijding (brandweerzorg is een verkeerd Nederlands woord, dat gelukkig steeds minder wordt gebruikt) inzetten, zich straks thuis in hun brandweerpak hijsen, om zich vervolgens in eigen vervoer, per tweewieler of per vierwieler naar een plaatselijke brand te spoeden of worden ze op 1 januari 2014 bedankt voor bewezen vrijwillig verleende diensten ?
Weer een vet signaal van krimp in de gemiente Deever !
Is het de bedoeling dat de brandweerpost van Deever, zie de foto, wordt afgebroken ?
Of kan het verhuurd worden als clublokaal aan de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, dat wil zeggen de plaatselijke heemkundige vereniging ?
En wat gaat met het materieel gebeuren ? Wellicht zal dit verkocht worden en zullen van het geld incidentdetectiesystemen worden gekocht voor de huizen in bijvoorbeeld Zorgvlied, Wateren, Olde Willem, Wittelte en ’t Moer ?
Wellicht kan het brandweerembleem boven de linker garagedeur worden geschonken aan de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, dat wil zeggen de plaatselijke heemkundige vereniging.

Posted in Braandwièr, Deever, Dorpskracht, Krimpsignaal | Leave a comment

Gill’nd redt de saandtrein langs de Deeverbrogge

In het Nieuwsblad van het Noorden van 3 maart 1916 verscheen het volgende bericht over de aanleg van de stoomtramlijn van de N.V. Nederlandsche Tramweg Maatschappij tussen het treinstation van Meppel en de Hijkersmilde langs de Drentse Hoofdvaart. 

Diever, 2 maart. De aanleg van den stoomtramweg Meppel-Smilde gaat verbazend snel vooruit. Gillend beweegt zich de zandtrein langs Dieverbrug tot aanvoer van zand uit de Havelterberg. Later denkt men het benoodigde zand tot aanvulling van den weg op de Smilde te vinden. Gaat alles naar wensch, dan is per 1 mei, naar men ons verzekert, de verbinding Meppel-Smilde tot stand gekomen.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Het artikel geeft aan dat de aannemer van de aanleg van de tramlijn het zand voor de aardebaan van de tramlijn uit de Havelterberg haalde en dat zand via het reeds aangelegde deel van de lijn tot ver voorbij de Deeverbrogge naar het werk vervoerde. Een op het oog nogal kostbaar lijkende operatie, want de boermarke van Diever had de aannemer ongetwijfeld voor weinig geld wel een geschikt zandduin in de buurt van de Drentse Hoofdvaart willen verkopen.

Posted in An de Deeverbrogge, Dorpskracht, Stoomtram | Leave a comment

Ut woor’nbook Dreinse streektoal’n stiet op ut internet

Eén van de onderwerpen die aandacht krijgen in ut Deevers Archief is het grootste immateriële erfgoed van de gemeente Deever, te weten de Deeverse streektaal. De redactie van ut Deevers Archief wil en zal waar mogelijk aandacht besteden aan de Deeverse streektaal en zo nu dan berichten in het Deevers publiceren.
Heel veel van de Deeverse streektaal is te vinden in het ‘Woordenboek van de Drentsche Dialecten’ van dr. Geert Hendrik Kocks.
In de Olde Möppeler (Meppeler Courant) van 29 mei 2009 verscheen het navolgende bijzonder belangrijke bericht over het beschikbaar komen van de digitale versie van het onvoltooide ‘Woordenboek van de Drentsche dialecten’.

Drentsche dialecten op internet
Assen. Het ‘Woordenboek van de Drentsche dialecten’ komt woensdag beschikbaar op internet. Dat gebeurt tijdens een feestelijke bijeenkomst in het provinciehuis in Assen. De nieuwbakken commissaris van de koningin in Drenthe, Jacques Tichelaar, verricht de starthandeling.
Het ‘Woordenboek van de Drentsche dialecten’, het levenswerk van dr. Geert Kocks, was tot dusver alleen beschikbaar in de papieren versie. Kocks begon in 1969 al aan het woordenboek. In september van hetzelfde jaar begon Kocks met het opzetten van woordenboekgroepen in Sleen, waarna in 1973 uitbreiding naar heel Drenthe volgde. Uiteindelijk zouden 620 vrijwilligers afkomstig uit 88 plaatsen in Drenthe meewerken aan de totstandkoming van het woordenboek.
Een paar maanden voor zijn overlijden in 2003, gaf Kocks Siemon Reker en Jan Germs de ‘opdracht’ te blijven werken aan elektronische ontsluiting van het woordenboek.
Het ‘Woordenboek van de Drentsche dialecten’ is vanaf woensdag op drie manieren op internet te vinden: via de webstee van het Huus van de Toal, de webstee van de Rijksuniversiteit Groningen en via www.drentswoordenboek.nl.

Suggesties
De digitale versie van het ‘Woordenboek van de Drentsche dialecten’ biedt ongekende zoekmogelijkheden. Niet alleen Drentsche woorden zijn te vinden, maar men kan ook uitgebreid zoeken van het Nederlands naar het Drentsch, alle voorbeeldzinnen met een bepaald woord zijn in een fractie van een seconde te voorschijn te toveren en fout ingetikte woorden worden van suggesties voorzien om toch achter de juiste betekenis te kunnen komen. Ook kan men zoeken op delen van woorden, bijvoorbeeld op eindletters, waardoor het gebruikt kan worden als rijmwoordenboek.
De internetversie van het ‘Woordenboek van de Drentsche dialecten’ is gemaakt door vijf studenten van de afdeling alfainformatica van de Rijksuniversiteit Groningen. Zij voerden de digitalisering als stageopdracht uit.
Het ‘Woordenboek van de Drentsche dialectenkan door de digitalisering eenvoudig up-to-date gehouden en uitgebreid worden.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Aan het in 1996 op papier uitgegeven ‘Woordenboek van de Drentsche dialecten’ hebben ook twee woordenboekgroepen uit de gemeente Deever meegewerkt.
De woordenboekgroep uit Deever bestond uit: Albertus Andreae, Lutina Andreae-Talen, Roelof Fransen, Fam. J. Hessels, J, Moes Hzn, en Hendrik Mulder Jzn.
De woordenboekgroep uit Wapse bestond uit: A. Barelds, A. Bennen, Roelof Remmelt Booy, Klaas Hessels, T. Santing-Veenhuis, H. Timmerman-Haveman, G. Veenhuis-Klaassen en K. Warnders.
Wie kan de redactie informeren over de ontbrekende voornamen ?
Merkwaardigerwijs was in Wittelte en in de streek Zorgvlied, Wateren en Oude Willem geen woordenboekgroep actief, toch wordt ook daar de streektaal gesproken. Voorwaar een grote tekortkoming in het onderzoek naar de Drentsche dialecten, in het bijzonder het onderzoek naar de dialecten van Zuid-West Drenthe.

Even in de webstee van het Huus van de Toal een test doen met het niet meer gebruikte en wellicht al vergeten Deeverse woord ophemmeln. Het woord ophemmeln komt inderdaad in het woordenboek voor. Bij dit woord is echter geen Deeverse voorbeeldzin vermeld. Zie de tweede afbeelding. Dan maar even de in die afbeelding weergegeven negen zinnen vertalen in het Deevers:
Wee’j zult de boel ies good ophemmeln.
De kaemer is nog neet opehemmeld.
Ie möt dat ee’m mooi ophemmeln.

Wee’j möt de törf ophemmeln.
De hof möt opehemmeld wödd’n,
De tuun mö’j in het veurjoar weer ophemmeln.
Now wi’k mee’j eerst wat ophemmeln.

De gröppe ophemmeln.
Ik moe de biest nog ophemmeln veur de keuring.

Suggestie
De tijd is al lang geleden aangebroken in elk van de dorpen en gehuchten van de gemeente Diever weer een woordenboekgroep aan het werk te zetten. Een mooie taak voor Deeverse dorpskrachten die zich betrokken voelen bij het behoud van de streektaal.

Abracadabra-459Abracadabra-460

 

Posted in Aarfgood, Deever, Deevers, Dorpskracht, Wapse | Leave a comment

Ut haentie van de toor’n wödde neet ereuk’n

In het Nieuwsblad van Friesland – Hepkema’s Courant van 13 maart 1940 verscheen het navolgende bericht over de  ingebruikneming van een zeer krachtige automobiel-brandspuit in Deever..

Ingebruikneming nieuwe brandspuit te Diever
Diever, 11 maart.  Onder grootte belangstelling vond hedenmiddag alhier de ingebruikstelling plaats van de nieuwe automobiel-brandspuit. Deze spuit is geleverd door de firma Van Bergen te Heiligerlee.
Onder de genodigden merkten we op den voltalligen gemeenteraad, het bestuur van de afdeling der Nederlandsche Vereeniging voor Luchtbescherming, burgemeester en wethouders van Vledder, een vertegenwoordiger van den Drentschen Brandweerbond, personeel van de brandweer te Hoogeveen en Meppel.
Als grootste prestatie van de nieuwe spuit vermelden we, dat op 900 meter afstand met drie stralen gespoten werd. Op dezen afstand werd met één straal nog 25 meter ver gespoten. Met 4 stralen tegelijk werd over het dak van de Nederlands Hervormde Kerk heen gespoten. Het haantje van de toren kon niet geheel worden bereikt,
Nadat het geheele kunnen van het brandbluschmiddel gedemonstreerd was, verzamelde men zich in café Brinkzicht, waar thee werd geserveerd. Daarbij werd het woord gevoerd door burgemeester Meiboom, die zijn vreugde er over uitte, dat thans een moderne brandspuit in de gemeente aanwezig is. Verder sprak de heer J. Boesjes, die dank bracht namens de afdeling Diever van de Nederlandsche Vereeniging voor Luchtbescherming voor het feit, dat thans ook dit onderdeel van de luchtbescherming in orde is.
Op de foto links de nu buiten gebruik gestelde handspuit van ongeveer 100 jaar oud, waarbij men eerst water door middel van van een door een man bediende handpomp in de eigenlijke spuit moest pompen en pas daarna kon met deze het water naar den brand worden gespoten.
Rechts: de nieuwe autospuit met ruim 750 m slang. De pomp met motor is voorop het chassis gemonteerd, terwijl bemanning en materiaal, zoals slangen, standpijpen, enzovoort alle onder de kap in den gesloten rooden wagen komen. Bovenop zijn een ladder en aanvoerslang geplaatst.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Op de rechter foto zijn bij de automobiel-brandspuit te zien rechts Lambert Rolden (geboren op 15 maart 1891, overleden op 2 februari 1958) en links zijn zoon Hendrik Jan Rolden (geboren op …., overleden op ….).
De Nederlandsche Vereeniging voor Luchtbescherming werd in 1933 in ’s Gravenhage opgericht. De vereniging probeerde met behulp van alle burgemeesters in Nederland in elke gemeente een plaatselijke afdeling op te richten. In de gemiente Deever was dit blijkbaar gelukt. In de jaren twintig en dertig verwachten veel Europese militairen en politici dat steden in toekomstige oorlogen grootschalig gebombardeerd zouden worden. in de Tweede Wereldoorlog is dit maar al te bewaarheid. De vereniging stelde zich ten doel de zelfbescherming door de bevolking bij luchtaanvallen.
Op de linker foto is de oude handbrandspuit te zien, op de rechter foto is de nieuwe motorbrandspuit te zien. De vraag is of de brandspuit op de rechter foto een nieuwe of een tweedehands brandspuit is, want het kenteken van het voertuig is niet te vinden in de kenteken-database van het Drents Archief.
Met de omstreden sluiting van de brandweerpost Deever per 1 januari 2014 door het bestuur van de gemeente Westenveld is een einde gekomen aan een periode van meer dan 120 jaar van snelle brandbestrijding door generaties betrouwbare en moedige vrijwilligers uut de gemiente Deever..
De vrijwillige brandweer van Deever is helaas geschiedenis geworden. Dat is nog steeds een mooie gelegenheid voor de boekenmakende dorpskrachten van de heemkundige vereniging uut Deever een boek samen te stellen over de ‘Geschiedenis van de vrijwillige brandweer in de gemiente Deever’. En dorpskrachten van de heemkundige vereniging uut Deever zouden met gebruik van oude foto’s van de vrijwillige brandweer ook met gemak een zo genoemde ‘historische kalender’ van de heemkundige vereniging kunnen samenstellen.

Abracadabra-289

Posted in Braandwièr, Dorpskracht | Leave a comment

Plaquette voor de Royal Canadian Dragoons

In de voorgevel van het Stadskantoor van Leeuwarden is een plaquette ingemetseld. De tekst op de plaquette herinnert aan 15 april 1945, de dag waarop de Royal Canadian Dragoons (het eerste Canadeze leger) Leeuwarden bevrijdde van de Duitse bezetter.
De tekst op de plaquette luidt:
Het jaartal 1883. Het wapen van de Royal Canadian Dragoons. Het jaartal 1983.
De Engelse tekst: This plaque commemorates the liberation of Leeuwarden on 15 april 1945 by the Royal Canadian Dragoons. It was placed here during the centennial of the Regiment.
De versnelde bevrijding van Friesland was mogelijk geworden, omdat mannen uit de omgeving van de Deeverbrogge in de nacht van 11 op 12 april 1945 met vereende krachten en met succes voor de tanks van het oprukkende Canadeze leger een sterke noodbrug bouwden ter plaatse van de door de Duitsers opgeblazen Deeverbrogge over de Drentse Hoofdvaart.
Van wijlen de schrijver Reinder Smit uut Dwingel is het volgende korte citaat:
Het schijnt, dat de Canadeze bevelvoerder na deze voorspoedige vorming van het bruggehoofd Dieverbrug het krijgsplan gewijzigd heeft en meteen Friesland en de Kop van Overijssel heeft meegenomen. Dezelfde morgen omstreeks elf uur stonden de Canadeze verkenners voor Steenwijk en nog dezelfde dag werd Wolvega bereikt. Is het teveel gezegd dat de Friezen, die er op enkele plaatsen na (onder andere Pingjum) bijna zonder kleerscheuren zijn afgekomen, dit mede te danken hebben aan de man(nen) van Rijkswaterstaat en hun Drentse medewerkers.
Het moet in samenwerking tussen de gemeente Westenveld, de heemkundige vereniging van Deever en die van Dwingel, de oorlogsdeskundige van de heemkundige vereniging uut Deever en de plaatstelijke Dorpskrachten, die bezig zijn met de samenstelling van een boek over de geschiedenis van de Deeverbrogge, toch voor een paar centen mogelijk zijn om bij, op, aan, onder of boven de Deeverbrogge een eenvoudige teken (bij voorkeur geen teken aan een zwerfkei) aan te brengen ter herinnering aan de succesvolle bouw van de tijdelijke noodbrug, de daarover oprukkende Canadeze bevrijders en de daardoor versnelde bevrijding van Deever, de kop van Overijssel en Friesland met alle goede gevolgen vandien. Op verschillende plekken in Friesland zijn wel platen te vinden, die respectvol herinneren aan de Canadeze bevrijders. Zo ook de plaquette in de voorgevel van het Stadskantoor van Leeuwarden, zoals te zien op bijgaande foto.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De eerste versie van dit bericht is gepubliceerd op 5 augustus 2013.

Posted in An de Deeverbrogge, Canadees’n, Dorpskracht, Gemiente Deever, Tweede Wereldoorlog | Leave a comment

Deever is mooi oppeknapt mit ’t liekwaeg’nschuurtie

In de Meppeler Courant van 14 september 2016 verscheen het bijgevoegde bericht over het opknappen van het lijkwagenschuurtje op het marktterrein an de Bosweg in Deever.

Uit het genoemde bericht is het volgende kleine citaat overgenomen:
Het gebouwtje in Diever is één van de weinige overgebleven lijkenhuisjes in Drenthe. Het huisje werd in het verleden gebruikt om de lijkkoets te stallen.
De Historische Vereniging Gemeente Diever liep al jaren rond met plannen om het 110 jaar oude gebouwtje in zijn oorspronkelijke staat terug te brengen. Het gebouwtje is na het opheffen van de lijkwagendienst in de jaren zestig van de vorige eeuw verkocht aan de padvinderij in Diever.
Nu is het eigendom van de Ondernemingsvereniging Diever. Die gebruikt het als opslagplaats van materialen en verder was er de verlichting in aangebracht voor de jaarlijks te houden Paaskermis en markten. Door bijdragen van de Ondernemingsvereniging Diever en Dorpsbelangen Diever is het nu mogelijk geworden het lijkenhuisje te renoveren.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief

Het is natuurlijk een kleine omissie van de schrijver of schrijfster van het bericht in de Olde Möppeler om een aantal keren de term ‘lijkenhuisje’ te bezigen in plaats van ‘lijkwagenschuurtje’. Het zij hem of haar niet kwalijk genomen. Vroeger stond op de brink van Deever wel een lijkenschuurtje.

De redactie heeft voor alle zorgvuldigheid even het oude archief van de gemiente Deever geraadpleegd. dat was een kleine moeite. In de bouwtekening uit 1913 is sprake van het ‘Ontwerp van een te bouwen schuurtje voor den lijkwagen op het marktterrein te Diever’. Burgemeester en wethouders van de gemiente Deever gaven op 20 februari 1913 vergunning voor de bouw van het schuurtje aan het bestuur van de Vereniging Lijkwagendienst. Jan Bennen uut Deever, (waar woonde Jan Bennen ?), van beroep timmerman, was de aannemer van het werkje an de Bosweg.

Bij de vergunning uit 1913 zat een beschrijving van het schuurtje. Deze beschrijving vermeldt dat het gebouwtje zal worden bedekt met cementpannen. Zijn deze pannen geproduceerd bij de Concordia an de Deeverbrogge ? Ook vermeldt de beschrijving dat het schuurtje zal worden voorzien van een ijzeren ventilatieraam in het voorgeveltje en in het achtergeveltje.
Op de bouwtekening van het schuurtje is het achtergeveltje (an de westkaante, an de kaante van de Noordesch) voorzien van een enkele deur. Op de bouwtekening van het schuurtje is het voorgeveltje (an de oostkaante, an de kaante van de Bosweg) voorzien van een dubbele deur. Dat wil zeggen dat de liekwaeg’nmenner de liekwaeg’n door de geopende deuren an de veurkaante vóór de groeve naar buiten en na de groeve naar binnen moest rijden. Op de bouwtekening van het schuurtje is in het zijgeveltje (an de noordkante, an de kaante van de bos) een soort van stalraam (niet het Deeverse model) voorzien. Het zijgeveltje van het schuurtje an de südkaante (an de kaante van Deever) is waarschijnlijk een blinde gevel. Zie de ‘oude gevels’ op de navolgende afbeelding.
.
De afdeling Deever van het Nederlands Padvinders Gilde (kantoor houdende in de gemeentelijke dokterswoning, Hoofdstraat 6 in Deever) diende als eigenaar van het liekwaeg’nschuurtie op 14 maart 1966 een bouwaanvraag voor het veranderen van het schuurtie op het marktterrein in Deever in een clubschuurtie voor zijn zo genoemde Pioniersvendel (een vendel is een legeronderdeel; de commandant van een vendel was een hopman; hopman is een verbastering van het Duitse woord Hauptmann) in bij de gemiente Deever. De kadastrale ligging van het liekwaeg’nschuurtie is sectie B, nummer 3128 (gedeeld). Mevrouw Hendrika Johanna Wilhelmina Friedrich, de vrouw van huisarts Ludolf Dirk Broekema uut Deever, heeft de bouwaanvraag ondertekend.

De gerenommeerde gemeentelijke bouwmeester G. Keulen (woonde hij an de Tusschendarp in Deever ?) (Wie heeft gegevens van G. Keulen ? Wat was zijn voornaam ?) is de ontwerper van het briljante vernielplan voor het liekwaeg’nschuurtie. Hij is de maker van de in november 1965 gemaakte bouwtekening. Zie de bijgevoegde afbeelding. De gebroeders Goitse (geboren op 18 maart 1904 en overleden op 16 september 1988, ligt begraven op de kaarhof an de Grönnegerweg in Deever) en Jan van Wijk (geboren op 21 oktober 1905, overleden op 26 november 1996, ligt begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg in Deever, een dochter van hem woont nog an de Deeverbrogge) van de Deeverbrogge hebben het werkje voor 800 gulden uitgevoerd.
Bouwmeester G. Keulen bedacht dat in het voorgeveltje (an de oostkaante, an de kaante van de Bosweg) de dubbele deur plaats moest maken voor een enkele deur, bestaande uit een wit geverfde onder- en bovendeur en een zijraampje en dat het voorgeveltje donkerrood moest worden geverfd.
Bouwmeester G. Keulen bedacht dat in het achtergeveltje (an de westkaante, an de kaante van de Noordesch) de enkele deur plaats moest maken voor een wit geverfde dubbele deur en dat het achtergeveltje lichtgroen moest worden geverfd. De gebroeders Goitse en Jan van Wijk hebben waarschijnlijk de dubbele deur uit het voorgeveltje gesloopt en in het achtergeveltje geplaatst en zij hebben waarschijnlijk de enkele deur uit het achtergeveltje gesloopt en in het voorgeveltje geplaatst. De gebroeders Goitse en Jan van Wijk hebben waarschijnlijk de stenen die vrijkwamen bij het slopen van het achtergeveltje gebruikt bij het repareren van het voorgeveltje. Maar waarom moesten de deuren zonodig van plaats worden verwisseld ?
Bouwmeester G. Keulen bedacht dat in het blinde zijgeveltje (an de südkaante, an de kaante van Deever) drie ramen moesten worden aangebracht en dat dit zijgeveltje lichtgroen moest worden geverfd.
Bouwmeester G. Keulen bedacht dat het raampje in het zijgeveltje (an de noordkaante, an de kaante van de bos) plaats moest maken voor een groter raam en dat dit zijgeveltje donkerrood moest worden geverfd.

De gevraagde vergunning werd op 22 maart 1966 verleend onder de voorwaarden dat het geheel moest worden uitgevoerd in overleg met de gemeentelijke bouwmeester G. Keulen en dat alles ten volle genoegen van burgemeester Jan Cornelis Meiboom (die in de volksmond ome Kees werd genoemd) en wethouders moest zijn en dat van de aanvang en voltooiing van de werkzaamheden kennis moest worden gegeven aan de gemeentelijke bouwmeester G. Keulen.
Het ontwerp van bouwmeester G. Keulen is uitgevoerd, met dien verstande dat het verven van de muren helaas niet is uitgevoerd. En dat in die mooie en spannende tijd van de flower-power en de flower-power-kleuren en de blow-power en de psychedelische-muziek-power, die de knopen leggen lerende pioniervendeliertjes ogenschijnlijk is ontgaan. Of mochten de vendeliertjes de geveltjes niet verven, omdat dit bij nader inzien toch niet ten volle genoegen van de voorkant van het gelijk was ?

De vraag is of de heren dorpskrachten van de Historische Vereniging Gemeente Deever het ‘in de oorspronkelijke staat terugbrengen’ van het liekwaeg’nschuurtie hebben uitgevoerd op grond van overleg met de gemeentelijke erfgoedinspectie en op basis van een bouwaanvraag en een (lichte of zware) vergunning van de voorkant van het gelijk ?
De vraag is of de heren dorpskrachten van de Historische Vereniging Gemeente Deever overleg hebben gehad met de provinciale erfgoedinspectie (het liekwaeg’nschuurtie wordt immers een provinciaal erfgoedpandje)
De vraag is of de heren dorpskrachten van de Historische Vereniging Gemeente Deever, in al die jaren dat zij rondliepen met plannen om het liekwaeg’nschuurtie onder hun jeukende handen te nemen, enig historisch onderzoek hebben verricht, alvorens massaal aan de afwas te beginnen ? Bezint eer gij begint !

De redactie brengt niets anders dan zeer veel hulde aan de immer hardwerkende, goedwillende en goedbedoelende dorpskrachten van de Historische Vereniging Gemeente Deever. De redactie stelt uit het voorgaande echter wel vast, dat voor het wel enigszins benaderen van de oorspronkelijke staat van het liekwaeg’nschuurtie in het zijgeveltje an de noordkaante (an de kaante van de bos) nog het raampje moet worden geplaatst (zie de oude noordgevel op de afbeelding) en dat in het achtergeveltje (an de westkaante, an de kaante van de Noordesch) de dubbele deur nog moet worden vervangen door een enkele deur (zie de oude westgevel op de afbeelding). Zie ook de foto’s in het bericht ‘Liekwaeg’nschuurtie wöd een groevemuseumpie’. De dorpskrachten van de Historische Vereniging Gemeente Deever moeten de eenmaal begonnen klus wel massaal en goed afmaken.

Posted in Aarfgood, Bosweg, Deever, Dorpskracht, Lijkwagendienst, Maarktturrein, Museum | Leave a comment

Voorkant van het gelijk organiseert bijeenkomst

In de Meppeler Courant van 5 december 2014 verscheen het volgende zorgwekkende bericht over een bijeenkomst over het ‘kebied scheet’n’ in de gemeente Westenveld.

Informatiebijeenkomst over carbid schieten.
Diever. In het gemeentehuis in Diever wordt maandagavond een informatiebijeenkomst gehouden over het schieten met carbid. Burgemeester Rikus Jager roept iedereen die van plan is om bij de oudjaarviering met carbid te schieten om aanwezig te zijn bij deze bijeenkomst. Tijdens de avond die om 19,00 uur begint, worden de organisatie, traditie en de regels besproken. De wijkagenten en toezichthouders in de gemeente zijn ook aanwezig.

Aantekeningen van de redactie van het Deevers Archief
Het is zorgwekkend dat de voorkant van het gelijk zich in grote getale op de oudejaarstraditie van het ‘kebied scheet’n’ heeft gestort. Het bericht wekt de suggestie dat de burgemeester van de gemeente Westenveld zelf ook aanwezig zal zijn bij de mineure bijeenkomst. Wat is de reden van de bemoeizucht en regeldrang van de voorkant van het gelijk met deze toch al jaren door de voorkant van het gelijk verregelde traditie, die daarmee dreigt te verworden tot een plastic traditie ? Is het niet veel beter een en ander te delegeren en per ‘balderplaats’ een gratis dorpskracht als ‘kebied-scheet-coördinator’ te benoemen, dan dat de voorkant van het gelijk er zijn dure tijd in steekt’ ?

 

 

 

Posted in Deever, Dorpskracht, Kebied skeet’n, Traditie | Leave a comment

Vernietiging van ut Waarme Hart van Deever

Op 16 september 2013 verscheen in de webstee van RadioTelevisieDrenthe (www.rtvdrenthe.nl) het volgende bijzonder hoopvolle en veel verwachting scheppende bericht over de financiering van de verbouwing van Oens Dingspilhuus, ut Waarme Hart Van Deever.

DIEVER – De gemeente Westerveld stopt 1,2 miljoen euro in de verbouw van zalencentrum Dingspilhuus in Diever. Dat bleek vanavond op een bijeenkomst. Dit is bijna 4 ton meer dan de gemeente eerst wilde investeren. Het extra geld is nodig om een veilig gebouw te krijgen, zo blijkt uit een rapport van een extern bureau.
Een deel wordt afgebroken en opnieuw opgebouwd.
Uit het onderzoek blijkt ook dat de exploitatie van het zalencentrum niet uit kan.
Gemeente en gebruikers gaan nu kijken hoe ze die wel passend kunnen krijgen.
Het bureau stelt onder meer voor om inwoners van Diever te vragen mee te helpen bij de bouw en om er vrijwilligerswerk te verrichten.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Het begon in de periode 2008-2013, in die tijd van crisis en stevige krimp, zo langzamerhand op te vallen dat in door allerlei dure en chique adviesbureau’s opgestelde documentjes en rapportjes en raadgevinkjes ten behoeve van de Hoge Heren en Dames Van Het Grote Onaantastbare Dorpshuizengelijk Van De Gemeente Westenveld aan de plaatselijke dorpskrachten schaamteloos werd gevraagd veel vrijwillig en veel gratis mee te werken aan met schaars belastinggeld betaalde projecten. Waren de plaatselijke kleine bouwbedrijven het eens met de gemeentelijke suggestie om bij de verbouwing van ut Waarme Hart Van Deever gratis dorpskrachten in te zetten, terwijl de schaarse werkgelegenheid bij die bouwbedrijven onder grote druk stond ?
Het resultaat van de in 2013 voorgenomen verbouwing van Oens Dingspilhuus, ut Waarme Hart
Van Deever, is anno 2019 gevoeglijk en pijnlijk bekend bij de bevolking van Deever. De vernietiging van ut Waarme Hart Van Deever was, zoals door de Minder Hoge Heertje en Dametje Van Het Grote Onaantastbare Dorpshuizengelijk Van De Gemeente Westenveld al ver van te voren was aangekondigd, gründlich en punktlich vóór het einde van 2019 afgerond. Zie de bijgevoegde afbeeldingen van drie kleurenfoto’s, die de redactie van ut Deevers Archief op 11 december 2019 heeft gemaakt.
De Hoge Heren en Dames Van Het Grote Onaantastbare Gemeentelijke Gelijk Van De Deeverse Sociale Samenhang 
hebben met de mededogenloze vernietiging van Oens Dingspilhuus ut Waarme Hart uit het dorp Deever gerukt, een grote open wond achtergelaten en de bevolking van Deever voor een hele lange tijd harteloos opgescheept met een sporthalletje en een theaterzaaltje en iets wat op een ontmoetingsruimtetje moet lijken, die zijn aangebouwd aan het Deeverse krimpkrimp-filiaaltje van scholenmoloch Stad en Westereschje uit Meppel.
Dit alles is ogenschijnlijk bedoeld om het bestuur van scholenmoloch Stad en Westereschje uit Meppel te pamperen en dat bestuur, voor zo lang het nog duurt, of voor zolang het wellicht is afgesproken,
te weerhouden zijn Deeverse krimpkrimp-filiaaltje te sluiten. Want voor het voorspellen van de toekomstige sluiting van het Westereschjefiliaaltje van scholenmoloch Stad en Westereschje hoef je geen hoogdoorgestudeerde bevolkingskrimpdeskundge te zijn.
En een toppunt van mededogenloos asociaal cynisme van De Hoge Heren en Dames Van Het Onaantastbare Grote Gemeentelijke Gelijk Van De Deeverse Sociale Samenhang is toch wel aan die aanbouwseltjes van het Deeverse krimpkrimp-filiaaltje van scholenmoloch Stad en Westereschje
 uit Meppel de treurige verdoezelnaam ‘Hart van Diever’ te geven. Maar dan wel het Stienkolde Hart Van Deever.
En een ander toppunt van mededogenloos asociaal cynisme is het Stienkolde Hart Van Deever 
niet te laten openen door twee of drie of vier of meer echte Deeversen, maar in het bijzijn van de breed grijnzende Hoge Heren Directeuren Van Scholenmoloch Stad en Westerseschje te laten openen door twee personen uut Dwingel, twee volslagen frömd’n, nooit van hen gehoord.
Het Stienkolde Hart Van Deever zal nooit de vervanger van ut Waarme Hart van Deever worden.

Posted in Deever, Dingspilhuus, Dorpskracht, Gemientebestuur, Krimpsignaal, Verdwenen object | Leave a comment

De nieuwe gevangenis an de Deeverbrogge in 1852

In de Grunniger Kraante van 19 november 1852 verscheen het navolgende zeer korte berichtje over het nieuwe huis van bewaring an de Deeverbrogge.

Tot leden van het collegie van toezigt over het nieuw gesticht huis van bewaring te Dieverbrug, zijn  door den heer commissaris des Konings in  deze provincie benoemd: de heeren S. van Roijen, burgemeester van Diever en Vledder; mr. G. W. van der Feltz jr., burgemeester van Dwingelo, en mr. W.O. Servatius, advokaat en notaris ter laatstgenoemde plaats, terwijl tot cipier is aangesteld Jan Stoker, gewezen geregtsdienaar te Assen.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De plaatselijke heemkundige vereniging heeft in 2014 haar 20-jarige bestaan opgeleukt met een jubileumboek, waarin volgens zeggen ten minste de volgende onderwerpen aan de orde zijn gekomen:
– scheepvaart;
– kalkovens;
– recreatiecentrum Ellert- en Brammert;
– noodslachtplaats;
– bedrijvigheid aan de loswal;
– tramlijn langs de Drentsche Hoofdvaart;
– hotel-restaurant-café Blok;
– bouwmaterialenhandel Concordia;
– postkantoor;
– steenfabriek;
– winning van ijzeroer;
– arrestantenlokaal achter hotel Blok;
– kermissen;
– markten;
– culturele voorstellingen en  filmvoorstellingen;
– dansavonden.
Voorwaar een hele kloeke uitdagende lijst, waar de dorpskrachten van de Deeverbrogge hun (kunst)tanden in stuk zullen hebben gebeten.

Het arrestantenlokaal stond bij het posthuis van kastelein Wind, later het logement van De Vroome, an de Deeverbrogge.
Mr. Stephanus van Roijen (geboren op 3 september 1798 in Vledder, overleden op 28 februari 1883 in Middelstum) was van 1848 tot 1872 burgemeester in de gemiente Deever. In de webstee wikipedia.org zijn meer gegevens van hem te vinden.
Mr. Gustaaf Willem van der Feltz (geboren op 21 juni 1817 in Groningen, overleden op 4 juli 1863 in Dwingel) was van 1852 tot 1855 burgemeester van de gemiente Dwingel. In de webstee wikipedia.org zijn meer gegevens van hem te vinden.
Mr. Wicher Onko Servatius (geboren op 26 juli 1822 in Zuidlaren, overleden op 2 februari 1892 in Assen) was in de periode 1851-1883 advocaat en notaris in Dwingel.
De cipier Jan Stoker werd geboren op 4 juli 1797 in Assen en overleed op 6 november 1854 an de Deevebrogge.
De redactie weet niet of de twee hier vermelde berichten zijn verwerkt in het jubileumboek ‘An de Brogge’ van de heemkundige vereniging uut Deever.


Posted in An de Deeverbrogge, Dorpskracht | Leave a comment

Vurdeevern mit dé historicus van de gemiente Deever

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
In de Olde Möppeler (Meppeler Courant) van 22 april 2015 verscheen het volgende korte bericht over een activiteit die veel vaker zou kunnen worden gehouden in het kader van het behoud van ut Deevers. Deze activiteit wordt nog steeds ‘verdieverderen’ genoemd: ik verdieverdeer, jij verdieverdeert, wij verdieverderen ….
De behandelde onderwerpen zijn belangwekkend te noemen: het graven van het zwembad Dieverzand, de padvinderij in de bossen, het V.C.J.C.-kamp en het voetbalveld op het Mastenveldje. Dit zijn onderwerpen die ook uitgebreid zijn of worden behandeld in ut Deevers Archief.
Ook is het belangwekkend en geruststellend te lezen dat de leiding van de avond in handen was van Jans Tabak uut de Aachterstroate, de enige en echte historicus-oppervurdeeverdeerderaar van de gemiente Deever.
Niks mis mit ’n oamtie Deevers proat’n. Alle lof hiervoor. Nog beter is ’t gewoon elke dag te doon, ok en veural woar de kiender bee bint. Dan könt see in heur moers toal proat’n.

Verdieverderen slaat weer aan
Diever – Ruim veertig belangstellenden kwamen maandag af op ‘Verdieverderen’. Deze avond, georganiseerd door de Historische Vereniging Gemeente Diever, Bibliotheek en Huis van de Taol, werd er gesproken over ‘de bos’ rondom Diever. Er kwamen in het Dingspilhuus weer vele verhalen los, zoals het graven van het zwembad ‘Dieverzand’ in de oorlogsjaren, de padvinderij die in de bossen na de oorlog werd gehouden, het V.C.J.C.-kamp en het voetbalveld op het Mastenveldje.
De leiding was in handen van Jans Tabak, de historicus van Diever. In het najaar krijgt de avond een vervolg. Over de avond ‘Neringdoenden in Diever’ zijn drie dvd’s uitgebracht en te koop voor 10 euro.

Abracadabra-1475
Aantekeningen van de redactie van ut  Deevers Archief
In de Olde Möppeler (Meppeler Courant) van 23 oktober 2013 verscheen het volgende korte bericht over een activiteit die veel vaker zou kunnen worden gehouden in het kader van het behoud van ut Deevers.
Op het nieuw bedachte werkwoord ‘verdieverderen’ valt wel wat aan te merken.
Dit neo-werkwoord lijkt op het in onbruik geraakte Deeverse werkwoord ‘daevern’. Wat ’n gedaever an de stamtoafel. Overigens neemt de redactie aan dat de ‘verdieverdeerderaars’ wel de betekenis van ‘daevern’ weten.
Het ware beter geweest het nieuwe werkwoord ‘vurdeevern’ te gebruiken. Niet te verwarren met ‘vurnuvern’. De redactie zou aan dat nieuwe werkwoord ‘vurdeevern’ graag de betekenis ‘steeds meer ut Deever gevoel krijgen’ willen hechten.
Verder zou de redactie de organisatoren van deze avonden willen meegeven bij het schrijven in het Deevers de Anne-Mulder-regel te volgen, dus niet ‘stamtaofel’ te schrijven, maar ‘stamtoafel’, dus niet ‘aomtie’ te schrijven, maar oamtie. Deze woorden worden in ut Deevers immers meer met de o-klank dan met het a-klank uitgesproken.
Niks mis mit ’n oamtie Deevers proatn. Alle lof hiervoor. Nog beter is ’t gewoon elke dag te doon, ok en veural woar de kiender bee bint. Dan könt see in heur moers toal proat’n.

Verdieverderen um de stamtaofel in de bibliotheek
Diever – In de bibliotheek in Diever vindt dinsdagavond 29 oktober weer een edititie plaats van ‘Verdieverderen um de stamtaofel’. Dit betekent ontspannen door vermaak – um de stamtaofel.
Het thema deze keer is: ‘Neringdoenden’. Ondernemers toen en nu in Diever en Omstreken. Hebt u leuke anekdotes, verhalen om te vertellen bij ons aan de stamtafel, of wilt u alleen maar leuke verhalen aanhoren… U bent voor beide van harte welkom in de bibliotheek in Diever. De toegang is gratis voor leden en niet leden en de koffie en thee staat klaar om 19.45 uur. Deze avond wordt georganiseerd door de Historische Vereniging Gemeente Diever, Huus van de Taol en de Bibliotheek.

Abracadabra-473
Aantekeningen van de redactie van het Deevers Archief
In de Meppeler Courant van 23 november 2012 verscheen het volgende korte bericht over een activiteit die veel vaker zou kunnen worden gehouden in het kader van het behoud van het Deevers.
Op het gebruik van het nieuw bedachte werkwoord ‘dieverderen’ valt wel wat aan te merken. Dit  neo-werkwoord lijkt op het in onbruik geraakte werkwoord ‘daevern’. Wat ’n gedaever an de stamtoafel. Overigens neemt de redactie aan dat de ‘dieverdeerderaars’  de betekenis van ‘daevern’ weten.
Het ware beter geweest het nieuwe werkwoord ‘vurdeevern’ te gebruiken. Niet te verwarren met ‘vurnuvern’. De redactie zou aan dat nieuwe werkwoord ‘vurdeevern’ graag de betekenis ‘steeds meer het Deever gevoel krijgen’ willen hechten.
Verder zou de redactie de organisatoren van deze avonden willen adviseren bij het schrijven in het Deevers de Anne-Mulder-regel te volgen, dus niet ‘stamtaofel’ te schrijven, maar ‘stamtoafel’, dus niet ‘aomtie’ te schrijven, maar oamtie. Deze woorden worden in het Deevers immers meer met de o-klank dan met het a-klank uitgesproken.
Niks mis mit ’n oamtie Deevers proatn. Alle lof hiervoor. Nog beter is ’t gewoon elke dag te doon, ok en veural woar de kiender bee bint.

Drukte rond de stamtafel
Diever – ‘Dieverderen om de stamtaofel’ is een succes geworden. Liefst 45 belangstellenden kwamen af op de avond van de Historische Vereniging Gemeente Diever, de bibliotheek en Huus van de Taol. ‘Dieverderen um de stamtaofel’ stond in het teken van de Novembermaand slachtmaand.
Gea Tiemens opende de avond met een gedicht en Jans Tabak las een verhaal voor van Ans Klok. Het is de bedoeling om de komende winter nog een ‘Dieverderen um de stamtaofel’ te organiseren.
Abracadabra-467

Posted in Aarfgood, Cultuur, Deevers, Dorpskracht, Jans Roelof Tabak | Leave a comment

Molens en mensen moeten meer moveren

In een uitvouwblaadje van de Stichting Ouderenbeleid Deever voor alle 55+’ers is bijgaande tekening van molen ‘de Vlijt’ in Oldendeever afgebeeld. De tekening staat in de uitgave 2009, maar ook in de uitgave 2011 van genoemd uitvouwblaadje en wellicht ook in andere uitgaven.
Even dacht de redactie dat hier sprake was van een ter plekke gemaakte tekening van deze molen door een onbekende tekenaar, dat zou prachtig zijn geweest, maar na enig zoekwerk bleek dat de afbeelding -zoals zo vaak gebruikelijk is met Deeverse tekeningen- is overgetekend van de hier afgebeelde ansichtkaart in kleur, die bij Deeverse neringdoenden alweer een aantal jaren geleden te koop was voor € 0,75.
De overtekenaar heeft er wel een mooie hoge blauwe lucht bij bedacht en heeft ook zeilen op de wieken gekleurd, teneinde de suggestie van een molen in beweging te wekken.
De Stichting Ouderenbeleid Deever bestaat sinds 8 januari 1998 en heeft tot doel het organiseren en uitvoeren van het ouderenbeleid in de gemiente Deever in het algemeen belang van de gehele oudere bevolking van deze gemiente, ongeacht religie of levensbeschouwing. Daar kunnen De Hoge Heren Van De Voorkant Van Het Gelijk Van De Gemeente Diever in de verste verte nog geen puntje aan zuigen. Het ouderenbeleid op het niveau van deelgemeente regelen, dat is waarschijnlijk tegen het zere integratiebeen schoppen van genoemde Hoge Heren.
De genoemde Dorpskrachten-stichting geeft in het uitvouwblaadje aan zich te richten op het bewegen van mensen en het in beweging brengen van mensen. Het is met molens net zo als met mensen, molens moeten bewegen, molens moeten moveren. Molens moeten in beweging worden gebracht, want stilstand is achteruitgang, rust roest. Vooral bij een rijksmonumentje van het type molen ‘de Vlijt’.

abracadabra-538

abracadabra-539

abracadabra-537

Posted in Ansichtkoate, Dorpskracht, Gemiente Deever, Meule van Oll’ndeever, Oll'ndeever, Rieksmonement | Leave a comment

Verkoop Bloemakker, Kleine Ouwel en Hoendernust

In het Nieuwsblad van het Noorden verscheen op 31 maart 1965 het navolgende artikeltje over de verkoop van drie in Wittelte gelegen bouwakkers met de veldnamen Bloemakker, Kleine Ouwel en Hoendernust.

Diever.
In café Brinkzicht vond ten overstaan van notaris D. Botje te Dwingelo, de openbare verkoping bij toeslag plaats van de volgende drie te Wittelte gelegen bouwakkers ten verzoeke van de heer Hessel Hessels aldaar:
1. De met rogge ingezaaide Bloemakker, groot 0.37.10 ha., ingezet op f. 2.100,-; koper werd de heer A. Westerveen, Wittelte voor f. 3.200,-.
2. De met rogge ingezaaide Kleine Ouwel, groot 0.21.70 ha., ingezet op f. 1.500,-; koper werd de heer A. Berends, Wittelte, voor f. 1.810,-.
3. Bouwland Hoendernust, groot 0.57.20 ha., ingezet op f. 3.800,-; koper werd de heer J. Pot, Wittelte, voor f. 3.900,-.

Aantekeningen van de redactie van het Deevers Archief
Hessel Hessels was boer aan de Wittelterweg in Wittelte. Hij werd op 9 februari 1899 geboren en overleed op 30 december 1990. Hij was getrouwd met Albertje Eggink, zij werd in 1901 geboren en overleed op 3 december 1971. Ten tijde van de verkoop van de drie akkers was Hessel Hessels 66 jaren oud.
Albert Westerveen was boer aan de Wapserveense weg in Wittelte. Hij werd op 2 februari 1914 geboren en overleed op 3 juni 1990. Hij was getrouwd met Aaltje Thijen. Zij werd geboren op 2 februari 1917 te Wapse en overleed op 14 juni 1999.
Jan Pot was boer aan de Wittelterweg in Wittelte. Hij werd geboren op 3 augustus 1918 in Wittelte en overleed op 12 november 1987. Hij was getrouwd met Margje Moes. Zij werd geboren op 28 oktober 1918 in Deever en overleed op 27 maart 1972.
De heemkundige vereniging uut Deever presenteerde op zaterdag 18 februari 2013 de publicatie ‘Veldnamen van de gemiente Deever omstreeks 1832’. Dorpskrachten van de heemkundige vereniging hebben ruim vijf jaar aan deze uitgave gewerkt. Van deze publicatie is helaas maar een beperkt aantal exemplaren gedrukt en verkocht. Veel mensen beseffen de cultuurhistorische waarde van de veldnaam niet.
In 1811 werd in Nederland het kadaster op Franse wijze in gebruik genomen. Het proces van kadastrering werd in 1832 voltooid. In het kadaster werd h
et eigendom van grond op systematische wijze vastgelegd. Dat was in de gemiente Deever niet zo moeilijk, want bijvoorbeeld iedereen in Wittelte wist wel welke akker de veldnaam Bloemakker, Kleine Ouwel of Hoendernust had en wie de eigenaar daarvan was. In de genoemde publicatie zijn de veldnamen uit 1832 vastgelegd, welke nieuwe namen na deze periode zijn ontstaan, als gevolg van opdeling of samenvoeging, is niet terug te vinden in deze publicatie.
Het kan best zo zijn dat de veldnamen Bloemakker, Kleine Ouwel of Hoendernust in 1832 nog niet bestonden. Tot in de zestiger jaren van de vorige eeuw werden deze veldnamen nog in de volksmond gebruikt, wat ook uit bijgaand artikeltje mag blijken. Maar wie weet heden ten dage de Bloemakker, de Kleine Ouwel of het Hoendernust nog te vinden ?

Posted in Aarfgood, Brink, Café Brinkzicht, Cultuurhistorie, Dorpskracht, Veldnème, Wittelte | Leave a comment

Boerenprotest tegen opheffen tramlijn

In de krant Het Vaderland (Staat- en Letterkundig Nieuwsblad) van maandag 6 juli 1931 verscheen het volgende bericht over protesten tegen een mogelijke opheffing van de tramlijn langs de Drentsche Hoofdvaart van Meppel naar Hijkersmilde.

De tramlijn Meppel – Smilde
De besturen van de coöperatieve Stoomzuivelfabriek en Handelsvereeniging te Dwingelo, de coöperatieve Zuivelfabriek en Graanmalerij Eemster en Leggelo te Eemster, gemeente Dwingelo, de coöperatieve Stoomzuivelfabriek en Korenmalerij Diever, te Diever, de coöperatieve Stoomzuivelfabriek en Korenmalerij Ons Belang te Wapse, gemeente Diever, en de coöperatieve Stoomzuivelfabriek en Graanmalerij Nooit Gedacht te Hoogersmilde, pleiten in een adres aan den minister van Waterstaat voor het behoud van de tramlijn Meppel-Smilde. De opheffing van deze tramlijn zou volgens hen een groote ramp betekenen voor den geheelen Zuidwesthoek van Drente, als zijnde het eenige middel voor geregeld snelvervoer, niet alleen voor personen, maar ook voor goederen, die de streek voor haar ontwikkeling noodig heeft en dient af te voeren.

Aantekeningen van de redactie van het Deevers Archief
Het bestuur en de directie van de coöperatieve Stoomzuivelfabriek en Korenmalerij Diever aan het Katteneinde in Deever en het bestuur en directie van de coöperatieve Stoomzuivelfabriek en Korenmalerij Ons Belang te Wapse laten met het behoudende adres aan de minister van Waterstaat zien veel te weinig oog te hebben voor de toen al duidelijke zichtbare ontwikkeling van het vervoer van goederen in vrachtauto’s, waarmee de stoomtram tussen Meppel en de Smilde in toenemende mate moest wedijveren, wat uiteindelijk leidde tot het opheffen van de tramlijn in 1933-1934.
De twee boerenondernemingen zullen bevreesd zijn geweest voor verstoring van onder meer de aanvoer van veevoer en kunstmest vanuit Meppel of de Smilde, de afvoer van zuivelproducten van de twee fabrieken naar de afnemers. Of waen ze bevreesd voor hogere kosten van het transport van goederen per vrachtauto ? Of zagen de twee boerenondernemingen op tegen het investeren van geld in eigen vrachtauto’s ? Maar hoe was het vervoer van de goederen naar en van de twee fabrieken naar de tramhalte an de Deeverbrogge geregeld ? Met paard en wagen ?
De plaatselijke heemkundige vereniging heeft in 2014 haar 20-jarige bestaan opgeluisterd met het onvolprezen jubileumboek ‘An de Brogge’, waarin onderwerpen aan de orde komen, zoals scheepvaart, kalkovens, kampeercentrum Ellert- en Brammert, de noodslachtplaats, de bedrijvigheid aan de löswal, hotel Blok, bouwmaterialenhandel Concordia, het postkantoor, de steenfabriek, de winning van ijzeroer, het arrestantenlokaal achter hotel Blok, kermissen, markten, culturele voorstellingen, filmvoorstellingen en dansavonden. Ook is enige aandacht besteed aan de tramlijn Meppel-Hijkersmilde.

 

Posted in An de Deeverbrogge, Dorpskracht, Gemiente Deever, Stoomtram, Süvelfubriek Deever, Süvelfubriek Wapse | Leave a comment

Het reglement van de Lijkwagendienst uit 1912

In het Deevers Archief bevindt zich een exemplaar van het reglement van de Vereniging “Lijkwagendienst” voor de gemiente Deever. Het reglement is vastgesteld op 23 december 1912. Het exemplaar is afkomstig uit het papieren archief van de erven Hendrik Donker uut Woater’n (de aandere kaante van de bos).
De lijkwagendienst was de voorloper van de begrafenisvereniging en was mede het gevolg van het opheffen van de boermarken, de verminderende sociale binding binnen boerengemeenschappen, de groei van de dorpen en de verwatering van het noaberschop. Door de noabers hen de kaarkhof gebracht worden op een boerenkar is op een gegeven moment uit de tijd geraakt.   

Reglement van de Vereniging “Lijkwagendienst” voor de gemeente Diever
Artikel 1
De vereeniging “Lijkwagendienst” voor de gemeente Diever stelt voor begrafenissen beschikbaar een lijkwagen met toebehoren.
Artikel 2
Het verenigingsjaar loopt van 1 januari tot 1 januari.
Artikel 3
Leden zijn zij, die vóór 1 februari 1913 hunne contributie betaald hebben.1
Artikel 4
Na 1 februari 1913 worden nieuwe leden slechts toegelaten met den aanvang van een nieuw vereenigingsjaar.
Personen die in den loop van een vereenigingsjaar zich metterwoon in de gemeente vestigen, of een zelfstandig gezin vormen, kunnen onmiddelijk lid worden, mits binnen een maand na de vestiging of na de gezinsvorming zich daarvoor aangevende tegen betaling der volle contributie. Laten zij dezen termijn voorbijgaan, dan is de eerste zinsnede van dit artikel van toepassing.
Artikel 5
De contributie wordt jaarlijks vastgesteld en geïnd in januari. Wie niet betaalt wordt geacht niet meer lid te zijn.
Een eventueel tekort wordt gedekt door een hoofdelijke omslag over de leden.
Artikel 6
Het lidmaatschap eindigt ook door bedanken of vertrek uit de gemeente Diever. Als een lid sterft, gaat zijn lidmaatschap over op wie dan als ’t hoofd van ’t gezin wordt beschouwd.
Artikel 7
Het bestuur bestaat uit 7 leden, waarvan 3 in Diever, 1 in Wapse, 1 in Wittelte, 1 in Wateren en 1 te Dieverbrug en omstreken.
Op den in artikel 8 bedoelde algemeene vergadering treden ieder jaar 3 of 4 bestuursleden af volgens rooster. Ze zijn herkiesbaar.
Het bestuur verdeelt de functies onderling.
Artikel 8
Elk jaar wordt in Januari een algemeene ledenvergadering gehouden. De agenda bevat onder andere rekening over het afgeloopen, en behandeling der begrooting voor het komende dienstjaar.
Artikel 9
Indien 40 leden het verlangen, is het Bestuur verplicht binnen 14 dagen een buitengewone vergadering te beleggen.
Artikel 10
Het rijden van den wagen en ’t schoonhouden van dezelve en ’t schuurtje enzovoort, wordt door het Bestuur geregeld.
Artikel 11
Het gebruik van den wagen is voor leden kosteloos. Indien hij buiten de gemeente Diever gebruikt wordt door een lid, is deze verplicht, de meerdere onkosten te betalen tegen een door het Bestuur vast te stellen tarief.
Armlastigen hebben kosteloos ’t gebruik van den wagen.
Artikel 12
Aanvraag van den wagen geschiedt bij den Secretaris, minstens 2 x 24 uur voor de begrafenis (buitengewone gevallen uitgezonderd).
Artikel 13
Bij meerdere aanvragen op één dag, gaat de eerste voor. De Secretaris kan door schikking in de uren der begrafenis, trachten aan meerdere aanvragen te voldoen.
Artikel 14
Stemming over personen geschiedt schriftelijk, over zaken mondeling; bij staking beslist het lot. Besluiten worden genomen bij volstrekte meerderheid der op de vergadering uitgebrachte stemmen.
Artikel 15
Geen voorstellen ter verandering van dit Reglement worden behandeld, tenzij minstens 1/4 der op de vergadering aanwezige leden of het Bestuur zulks verlangd.
Artikel 16
In onvoorziene gevallen beslist het Bestuur.

Alsdus vastgesteld in de vergadering van 23 december 1912.
Het Bestuur:
J.B.M. van Dalfsen, Voorzitter
A. Kloeze, Secretaris
J. Mulder Wzn., Penningmeester
R. Haveman
A. Kruit
S. Benthem

Aantekeningen van de redactie van het Deevers Archief, versie van 2016-11-24
Het bestuur bestond bij vaststelling van het reglement niet uit 7 reglementaire leden, maar uit 6. Deever was vertegenwoordigd met 4 leden, Wapse met 1 en deDeeverbrogge met 1. Wittelte en Woater’n waren niet vertegenwoordigd. Opvallend is dat Zorgvlied in artikel 10 niet wordt genoemd.
J.B.M. van Dalfsen was de predikant Jochem Berend Martinus van Dalfsen. Hij is geboren op 11 juli 1978 in Aalsmeer en is overleden op 6 mei 1957 in Zutphen. Hij was van 1905 tot 1931 dominee in de hervormde kerk van Diever.
A. Kloeze was de dorpsmid Albert (Aubert) Kloeze uut de Heufdstroate in Deever. Hij is geboren op 18 maart 1873 in Veeningen (Zuidwolde) en is overleden op 15 mei 1944 in Deever. Nazaten van Albert Kloeze wonen nog in Deever.
J. Mulder Wzn, was boer Jan Mulder uut de Heufdstroate in Deever, zijn gegevens moeten nog worden uitgezocht. Nazaten van hem wonen nog in de gemeente Deever.
R. Haveman was boer Roelof Haveman uit Wapse. Roelof Haveman is geboren op 17 februari 1858 en is overleden op 9 oktober 1941.
De gegevens van A. Kruit zijn nog niet gevonden.
S. Benthem was café-logementhouder Sjoert Benthem van de Deeverbrogge. Sjoert Benthem is geboren op 18 november 1864 an de Deeverbrogge, hij is overleden op 50-jarige leeftijd op 20 maart 1915 an de Deeverbrogge. Was hij toen nog bestuurslid van de Lijkwagendienst ? Zou hij na zijn dood ook met de lijkwagen van de Deeverbrogge hen de kaarkhof van Deever zijn vervoerd ? Of besloot zijn familie hem toch maar met de kiddewaegen naar zijn laatste rustplaats op de kaarkhof van Deever te brengen ?

In artikel 10 van het reglement is sprake van ’t schuurtje. Daarmee wordt het gebouwtje voor de lijkwagen van de Lijkwagendienst op het marktterrein aan de Bosweg in Deever bedoeld, zoals deze is te zien op een op 3 oktober 2012 gemaakte foto. De baander zit aan de andere kant van het schuurtje. Bij de bouw van het schuurtje moet een vergissing zijn gemaakt, want de achteringang van het schuurtje zit goed beschouwd aan de kant van de Bosweg.
Het schuurtje van de Lijkwagendienst is eigendom van de ondernemersvereniging in het dorp, maar die heeft het schuurtje al jaren lang niet meer onderhouden.
De plaatselijke heemkundige vereniging is van mening dat het honderd jaar oude schuurtje, waar de lijkwagen stond van grote waarde is voor het dorp. De vereniging hoopt dat de gemeente het gebouwtje van de ondernemersvereniging wil overnemen. De ;plaatselijke heemkundige vereniging staat te popelen om met behulp van dorpskrachten het schuurtje een grote opknapbeurt te geven. De gemeente wil het bouwvallige schuurtje niet overnemen, vanwege de bezuinigingen, zij wil juist zoveel mogelijk voorzieningen en panden en projecten privatiseren en wil daarom geen panden aankopen. Ook niet voor het symbolische bedrag van 1 euro ? De dorpskrachten doet de rest wel.

De Mepperler Courant van 9 april 2012 meldt het volgende:
Het lijkwagenhuisje aan de Bosweg in Diever heeft een schoonmaakbeurt gehad. Samen met drie vrijwilligers van de Historische Vereniging Gemeente Diever heeft Rian van de Berg donderdag het huisje van de buitenzijde schoongemaakt. Het honderd jaar oude lijkwagenhuisje is eigendom van de ondernemingsvereniging Diever. Die heeft het gebouwtje aangeboden aan de historische vereniging. Die wil het stukje erfgoed graag voor Diever behouden, maar het onroerend goed niet overnemen. In een schrijven aan de ondernemigsvereniging verzoekt het bestuur van de historische vereniging de handelsvereniging contact op te nemen met het gemeentebestuur van Westerveld om het lijkwagenhuisje over te nemen. De historische vereniging heeft wel toegezegd de onderhoudswerkzaamheden voor haar rekening te nemen. Een eerste bespreking over de toekomst van het gebouwtje heeft inmiddels plaatsgevonden, maar duidelijkheid is er nog niet.

Posted in Aarfgood, Atlas van de gemeente Diever, Bosweg, Canon van de gemiente Deever, Deever, Dorpskracht, Kaarke an de brink, Lijkwagendienst | Leave a comment

Het steenfabriekje van Willem Bolt in de Holthe

In de Provinciale en Asser Courant van 13 september 1856 verscheen de navolgende advertentie van Willem Nicolaus Bolt, eigenaar van een steenfabriekje aan de Deeverbrogge.

Ondergetekende beveelt zich beleefdelijk aan tot het leveren van metselsteenen aan zijne fabriek in de nabijheid van Dieverbrug voorhanden. Diever, augustus 1856.
W.N. Bolt.

In de Provinciale en Asser Courant van 4 juli 1857 verscheen de navolgende advertentie van Willem Nicolaus Bolt, eigenaar van een steenfabriekje aan de Deeverbrogge.

Ondergetekende beveelt zich beleefdelijk aan tot het leveren van oude graauwe mondsteenen, klinkers en andere metselsteenen, aan zijne fabriek in de nabijheid van Dieverbrug voorhanden.
W.N. Bolt.

Aantekeningen van de redactie van het Deevers Archief
De plaatselijke heemkundige vereniging heeft in 2014 haar 20-jarige bestaan opgeluisterd met een jubileumboek, waarin volgens zeggen onderwerpen aan de orde zijn komen, zoals scheepvaart, kalkovens, Ellert- en Brammert, de noodslachtplaats, de bedrijvigheid aan de loswal, de tramlijn, hotel Blok, Concordia, het postkantoor, de steenfabriek, de winning van ijzeroer, het arrestantenlokaal achter hotel Blok, kermissen, markten, culturele voorstellingen, filmvoorstellingen en dansavonden.
De redactie publiceert dit bericht, teneinde de dorpskrachten, die met het jubileumboek bezig zijn geweest, te complimenteren met het zoeken naar gegevens over de steenfabriek an de Deeverbrogge.
Volgens de lokale deskundige heemkundigen zou deze steenfabriek, beter gezegd dit steenfabriekje, nabij de huidige zuiveringsinstallatie hebben gestaan.
Willem Nicolaus Bolt werd in 1826 in Rottevalle in Friesland geboren. Hij trouwde op 35-jarige leeftijd op 2 maart 1861 met Hennetta Zuanna Slomp uit Havelte. In de Holthe was hij landbouwer en koopman. Maar in welke boerderij woonde hij ? Kinderen van het echtpaar werden in de Holthe geboren.
Het lijkt er meer op dat zijn steenfabriekje meer in de richting van de Holthe en waarschijnlijk ook dichter in de buurt van de vaart moet hebben gestaan.
Als grondstof voor zijn steenfabriekje moest hij natuurlijk zand gebruiken, want waar in de gemeente Diever is goede klei te vinden ? Het is bekend dat Willem Bolt zandduinen kocht van de marke van Diever om daar kalkhoudend zand uit af te graven. Zijn fabriekje zal dus witte kalkzandsteen hebben geproduceerd. Het zou best wel eens zo kunnen zijn geweest dat de plaggenhutten achter in de Bolderhoek zijn herbouwd met kalkzandsteen van het lokale steenfabriekje.
Maar wat zijn oude graauwe mondsteenen en waarom adverteerde Willem Bolt met oude en geen nieuwe ? Grauwe mondsteen blijkt rode baksteen te zijn. Maar werd die rode baksteen in de Holthe gebakken of werd die van elders per schip aangevoerd ?
Willem Bolt verkocht ook klinkers, maar die waren gemaakt van klei. Voerde de koopman Willem Bolt deze klinkers ook per schip aan van elders ?
Het was een mooie taak en uitdaging voor de Dieverbrug-deskundigen van de plaatselijke heemkundige vereniging om één en ander goed en grondig uit te zoeken en in het jubileumboek met een heemkundig verantwoord verhaal te komen, maar daar is het helaas niet van gekomen..


Posted in An de Deeverbrogge, Bedrief, Dorpskracht, Steenfabriekje | Leave a comment

Dorspkrachten bouwen in 1942 mee aan Dieverzand

In het Drentsch Dagblad (officieel orgaan voor de provincie Drenthe) verscheen op 30 juni 1942 het artikel ‘Gemeenschap bouwde een zwembad’ met als ondertitel ‘Rijk en arm, jong en oud hielp naar vermogen mee’.

DIEVER. Dat een juist opgevat gemeenschapsgevoel, zo als men dat op onze landelijke Drentsche dorpen zoo bij tijd en wijle nog eens mede kan maken, grootsche werken tot stand kan doen komen* is te Diever dezer dagen op overduidelijke Wijze gebleken.
Avond aan avond trok de mannelijke en vrouwelijke jeugd en ook de ouderen, gemeenschappelijken weg naar Zorgvlied op, om te verdwijnen in de bosschen van Berkenheuvel en spoedig kon men hier zien graven, spitten en kruien alsof hun bestaan er van afhing. Maar…. met al dat werken en zwoegen (en dat geheel vrijwillig) is Diever een belangrijke inrichting rijker geworden, die op a.s. Zaterdag officieel in gebruik gesteld zal kunnen worden. We bedoelen het natuur-zwembad „Het Dieverzand” gesticht door de bekende en actieve plaatselijke Vereeniging voor Vreemdelingenverkeer. Het was in den loop van het vorig jaar, dat de plannen tot stichting van een zwembad vastere vorm gekregen hadden en zoo volgde na eenigen tijd de aanbesteding waarna de aannemer Boltje uit Heerenveen voor de V.V.V. aan den arbeid toog.
Door de eigenaar van Berkenheuvel was een mooi stuk grond in erfpacht te midden van de geurende dennen een kwartiertje loopen buiten het dorp en onmiddellijk gelegen aan den straatweg naar Zorgvlied, beschikbaar gesteld.
Met behulp van kleine boeren uit de omgeving werd begonnen, doch later rezen verschillende moeilijkheden en naar de bestuursleden ons verklaarden was de toestand wel eens zoo geweest, dat men van plan was er mee op te houden.
Tenslotte zat men vrijwel zonder werkkrachten en toen werd een beroep gedaan op de burgerij, die zich spontaan voor alle werk beschikbaar stelde, vanaf de burgemeester met diens echtgenoote tot den kleinsten arbeider toe.
Man en vrouw, jongens en meisjes alles werkte hier elken avond naarstig samen en ras zag men het groote werk groeien. De bassins werden uitgegraven, de dijk van 280 M. lengte met een hoogte van 1.80 M. en aan de voet breed 8 m. en aan de kruin 2 m. verrees gestadig tusschen de dennen. Vakmenschen waren bezig met het bouwen van een brug tusschen het ondiepe en midden-diepe bassin en met de kleedgelegenheden. De kleedkamertjes zijn alle z.g.n. wisselcabines en bevinden zich ter weerszijden van een aardige hoofdingang met vertrekken voor badmeester en badjuffrouw. Verder werden de noodige toiletteri opgetrokken. Schilders legden tijdens ons bezoek hieraan de laatste hand. Verder was men nog doende om de afrasteringen uit te zetten, die door de burgerij en schooljeugd zouden worden opgesteld.
Een goede Indruk kregen we van de uitstekende aanleg van dit waarlijke natuurbad, dat drie bassins zal hebben, nl. een ondiep van 15 bij 35 Mm.; een middendiep van 25 bij 35 M. varieerende in diepte van 1.40 tot 1,75 M. en een evengroot diep bassin met een diepte van 2,80 M.
De afvoer van het water geschiedt eveneens door een slootenstelsel. De bodem van bad en omgeving is van een harde leemsamenstelling met mooie zandlaag. Nog moest er veel gebeuren toen we ter plaatse waren, doch tegen komende Zaterdag zal deze inrichting haar poorten kunnen openen en heeft de gemeente Diever door goede burgerzin er een bijzondere attractie voor de vreemdelingen, die deze schoone omgeving zullen bezoeken, bij gekregen.

Aantekeningen van de redactie van het Deevers Archief
De eigenaar van het landgoed Berkenheuvel was mr. Albert Christiaan van Daalen uit Bennekom bij Wageningen.

Posted in Albertus Christiaan van Daalen, Bosweg, Deever, Dorpskracht, Landgoed Berkenheuvel, Swömbad Deeverse Saand | Leave a comment

Ansichtkaart van een gezicht op de Deeverbrogge

De uit Wanneperveen afkomstige caféhouder Hendrik Benthem Szn. overleed op 17 februari 1906. Zijn zoon Sjoert nam toen het café-logement van zijn vader over.
Tussen de houten schuur, die gebruikt werd als opslagplaats, wagenschuur en paardestal, en het witte logement bevond zich een kruidenierswinkeltje. Daar konden de schippers inkopen doen.
De Drentsche Hoofdvaart werd in die jaren nog druk bevaren. Dieverbrug was door zijn centrale ligging een belangrijke laad- en losplaats. Vrachtschepen werden in die jaren nog gezeild, let daarbij op het zeilende schip in de vaart op de achtergrond.
Sjoert Benthem was ook schipper. Hij en Johannes (Hans) Warries voeren met de trekschuit wekelijks op woensdag van Dieverbrug naar Assen en weer terug.

Aantekeningen van de redactie van het Deevers Archief
De zwart-wit ansichtkaart van de löswal met café-logement Dieverbrug is in 1906 verstuurd. De ansichtkaart is uitgegeven door Sjoert Benthem.
De plaatselijke dorpskrachten van de heemkundige vereniging uut Deever die gewerkt hebben aan het in 2014 verschenen boek ‘An de Brogge in woord en beeld’ mogen Sjoert Benthem wel erg dankbaar zijn dat hij in die tijd het lef had zoveel mooie ansichtkaarten uit te geven. Van deze kaarten kan nu iedereen grateloos mooie sier maken.
Al die mooie Sjoert-Benthem-ansichtkaarten horen thuis in dat mooie album van de fanatieke verzamelaar van ansichtkaarten uit de gemiente Deever. Je moet er echt niet aan denken dat eentje aan de verzameling zou ontbreken. 

De redactie heeft de zwart-wit foto van het Chinese restaurant Hui Moa an de Deeverbrogge op 15 mei 2002 gemaakt. Die foto is een kwart eeuw geleden gemaakt en heeft ondertussen ook al historische waarde.

Posted in An de Deeverbrogge, Ansichtkoate, Boek An de Brogge, Café-Logement Sjoert Benthem, Dorpskracht, Dreinse Heufdvoat, Historische kalender, Scheepvaart | Leave a comment

An de Deeverbrogge zagen huizen vaak geheel wit

In het Nieuwsblad vaan Friesland (Hepkema’s Courant) verscheen op 23 oktober 1928 het navolgende bericht over overlast van wegwaaiend kalk op het emplacement van de Nederlandse Tramweg Maatschappij.

Dieverbrug, 20 october. Het emplacement van de Nederlandse Tramweg Maatschappij ondergaat een groote verbetering. Bij het laden en lossen van kalk en dergelijke licht-wegwaaiende stoffen hadden de omwonenden grooten hinder. Doordat hier veel kalk gelost wordt, zagen sommige huizen vaak geheel wit. Thans wordt voor het lossen een groote loods gebouwd, zoodat genoemde ongeriefelijkheid weldra tot het verleden zal behoren.

Aantekeningen van de redactie van het Deevers Archief
Het is een mooie taak voor de Deeverse dorpskrachten, leden van de plaatselijke heemkundige vereniging, die bezig zijn geweest met de samenstelling van het boek over de geschiedenis van de Deeverbrogge uit te zoeken waar het emplacement, dat wil zeggen het laad- en losterrein, bij de tramhalte an de Deeverbrogge precies was gelegen en waar de genoemde loods heeft gestaan. Konden de tramwagons de loods in worden gereden ? Kalk werd ook gebruikt om jonge ontginningen van woeste grond vruchtbaar te maken en werd in grote hoeveelheden aangevoerd. In die jaren had men nog nooit gehoord van wat tegenwoordig een omgevingsvergunning heet.

Posted in An de Deeverbrogge, Dorpskracht, Stoomtram | Leave a comment

Gevolgen vergroten aanrijdtijden brandbluswagens

Op 16 oktober 2013 stuurde de redactie van het Deevers Archief bijgaand e-mail bericht met vragen over de gevolgen van het vergroten van de aanrijdtijden van brandbluswagens vanwege de voorgenomen sluiting van de brandweerpost in Diever aan de verantwoordelijke beleidsmedewerker voor brandweerzaken in de gemeente Westenveld.
Op 22 oktober 2013 stuurde het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westenveld een ontvangstbevestiging van het op 16 oktober 2013 verstuurde e-mail bericht. Dit bericht is hier na de tekst van het e-mail bericht opgenomen. Tot op heden hebben burgemeester en wethouders of heeft de verantwoordelijke beleidsmedewerker voor Veiligheid, niet gereageerd op de vragen in het e-mail bericht. Hoe transparant is het bestuur van de gemeente Westenveld ?

Geachte heer/mevrouw,
Dit bericht is gericht aan de verantwoordelijke beleidsmedewerker voor brandweerzaken van de gemeente Westerveld.
Op de site van RTV-Drenthe kom ik het volgende bericht van 15-10-2013 tegen.
DIEVER – Er is geen sprake van het achterhouden van informatie over het plan om de brandweerpost van Diever te sluiten. Dat zegt een woordvoerder van de gemeente Westerveld. Volgens de woordvoerder wordt niet alles openbaar gemaakt om te voorkomen dat persoonsgegevens op straat terecht komen.
Vanavond wordt in de gemeenteraad van Westerveld een besluit genomen over de opheffing van het brandweerkorps. Westerveld doet dit vanwege bezuinigingen. Volgens de gemeente is de veiligheid voor het overgrote deel van inwoners gewaarborgd als de brandweerposten van Vledder, Havelte en Dwingelo de taken overnemen. Een klein deel van de inwoners van Westerveld woont straks op een afstand van meer dan 18 minuten aanrijtijd vanaf een brandweerkazerne. Het zijn juist deze panden die genoemd staan in de stukken die niet naar buiten gaan.
Het brandweerkorps van Diever vindt dat de gemeente daarmee deze mensen de kans ontneemt om protest aan te tekenen. Ze worden na het besluit van de raad aangeschreven met de mededeling dat ze zelf meer moeten doen om hun veiligheid te waarborgen. Volgens de woordvoerder van de gemeente is het ook de eigen verantwoordelijkheid van mensen om iets te doen aan brandveiligheid. Tijdens de commissievergadering een aantal weken geleden zei de regionale brandweercommandant van Drenthe, Fred Heerink, ook al dat het beter is om zelf maatregelen te nemen, dan te vertrouwen op een brandweerkorps in de buurt.
Een klein deel van de inwoners van Westerveld woont straks op een afstand van meer dan 18 minuten aanrijtijd vanaf een brandweerkazerne. Ze worden na het besluit van de raad aangeschreven met de mededeling dat ze zelf meer moeten doen om hun veiligheid te waarborgen. Volgens de woordvoerder van de gemeente is het ook de eigen verantwoordelijkheid van mensen om iets te doen aan brandveiligheid.
Graag verneem ik wat de woordvoerder van de gemeente bedoelt met ‘dat ze zelf meer moeten doen om hun veiligheid te waarborgen’.
De verzekeringsmaatschappijen baseren hun polisberekeningen op een aanrijtijd van 18 (?) minuten. Twee of drie of vijf minuten later beginnen met blussen kan tienduizenden eurootjes extra schade betekenen. Derhalve zullen de bewoners die op meer dan 18 minuten van een brandweergarage zitten, de bewoners van die (vanwege het verzekeringsaspect) bewust geheim gehouden panden zeker worden gefronteerd met hogere kosten voor hun brandverzekering, misschien worden die panden wel onverzekerbaar. Gaat de gemeente deze meerkosten en risico’s voor haar rekening nemen ? Of gaat de gemeente dat op de burger afwentelen met ‘dat ze zelf meer moeten doen om hun brandveiligheid te waarborgen’. De dorpsparticipatiemaatschappij ten top: zoekt u het zelf maar uit. Of gaat de gemeente de checqlist voor dat ‘zelf meer doen’ met de verzekeringsmaatschappijen ontwikkelen ? Of moet die bewoner van dat extra-risico pand dat zelf maar uitzoeken ? Of gaat de gemeente voor de panden in de risico-gebieden een eigen onderlinge-brandwaarborgvereniging oprichten ?
De verkoopwaarde van panden in risico-gebieden zal zeker ook dalen. Hebt u daar ook over nagedacht ? Hoe gaat u dat compenseren ? En waarom moet een bewoner in een risico-gebied meer aandacht besteden aan zijn eigen brandveiligheid, dan bewoners in niet-risico-gebieden ?
Graag verneem ik ook waar ik de objectieve criteria voor het bepalen van de aanrijdtijd van een brandbluswagen kan vinden. Ik neem aan dat dit publieke informatie is, of moet ik hiervoor een beroep doen op de Wet Openbaarheid Bestuur ?
Ik verneem graag uw reactie.

Ontvangstbevestiging van 22 oktober 2013 van gemeentesecretaris N.L.J.J. Dusink en burgemeester H. Jager.

Op 16 oktober 2013 hebben wij van u een e-mail ontvangen. Deze is geregistreerd onder nummer 13/21551 en in behandeling bij het team Veiligheid. U ontvangt zo spoedig mogelijk antwoord op uw schrijven. Als u nog vragen heeft kunt u contact opnemen met de gemeente via telefoonnummer 140521 en via info@gemeentewesterveld.nl. In verband met de vrijdagsluiting in de even weken adviseren we u op onze website te kijken voor de openingstijden. Deze brief komt uit een geautomatiseerd systeem en is daarom niet ondertekend.
Met vriendelijke groet, burgemeester en wethouders
N.L.J.J. Dusink , secretaris en H. Jager, burgemeester

Posted in Braandwièr, Dorpskracht, Gemientebestuur | Leave a comment

Dorpskrachten onderhouden Onderduikershol

De leerlingen van groep 7 van de paar nog overgebleven basisscholen binnen de grenzen van de gemiente Deever legden in 2013 (net zoals in andere jaren) een krans bij het Onderduikershol op Berkenheuvel.
Vanwege deze aanstaande kranslegging en vanwege het begin van het nieuwe toeristenseizoen hebben enige Deeverse dorpskrachten de uit palen en planken bestaande afrastering langs het toegangspad naar het Onderduikershol en bij het Onderduikershol op 10 april 2013 helemaal vernieuwd.
Da’s mooi waark.
De redactie van het Deevers Archief heeft deze kleurenfoto op 11 april 2013 gemaakt.
Het toegangshekje dat moet voorkomen dat -niet meer in het gebied aanwezige- runderen het pad kunnen betreden, wan nog niet aanwezig, maar is inmiddels wellicht wel geplaatst.

Posted in Dorpskracht, Landgoed Berkenheuvel, Onderduikershol, Tweede Wereldoorlog | Leave a comment

Dorpskrachten snoeien struiken en bosschages

In de Meppeler-Courant van 21 februari 2011 verscheen het volgende zeer opmerkelijke bericht over het snoeien van gemeentelijke struiken en gemeentelijke bosschages langs toeristische fietspaden in de gemeente Deever.

Diever.
Vrijwilligers aan het snoeien
Een groep vrijwilligers in Diever is iedere maandag druk doende om struiken en bosschages langs de fietspaden in de voormalige gemeente gemeente Diever te snoeien. Vorige maandag is de Groningerweg behoorlijk aangepakt en vandaag zijn de fietspaden bij de molen en Steenwijkerweg onder handen genomen. Vooral het fietspad langs de molen -opgenomen in de knooppuntenroute- was aan een grondige opknapbeurt toe.

Aantekeningen van de redactie van het Deevers Archief
Het beheer en onderhoud van het groen langs de lange Grönnigerweg, langs de zo genoemde Molenweg en langs de lange Stienwiekerweg is van belang, want deze wegen worden bereden door veel toeristen. De toeristeneconomie brengt toeristenbelasting in het laatje van de kassier van de voorkant van het gelijk. Die inkomstenbron mag onder geen beding in gevaar komen, zeker niet door slecht onderhouden groen.
Het uurtariefje van een ijverige en gemotiveerde dorpskracht uut de gemiente Deever zou voor de gedachtenvorming kunnen worden gesteld op € 10,-. Dat is een laag tarief en is bepaald geen tarief dat commerciële bedrijven in rekening brengen.

De ijverige, gemotiveerde en mondige dorpskrachten uut de gemiente Deever zullen aan het beheer en onderhoud van het groen langs de lange Grönnigerweg, langs de zo genoemde Molenweg en langs de lange Stienwiekerweg bij benadering ongeveer 1.000 uur hebben besteed, Wellicht gratis of voor een habbekratsje of voor een kopje koffie en plakje cake, een borreltje en een toespraakje en een schouderklopje van de dienstdoende wethouder, echter de dorpskrachten hadden op basis van het genoemde tariefje een rekening van € 10.000,- naar de voorkant van het gelijk kunnen sturen.
Als de voorkant van het gelijk het beheer en onderhoud van het groen langs de lange Grönnigerweg, langs de zo genoemde Molenweg en langs de lange Stienwiekerwegvolgens volgens de wettelijke aanbestedingsregels openbaar, niet-openbaar, meervoudig onderhands of handjeklap aan een in de markt opererend commercieel groenbedrijf had aanbesteden, dan zouden de kosten voorzichtig geschat zeker ongeveer drie keer zo hoog zijn geweest, zeg voor de gedachtenvorming ongeveer € 30,000,-.
Nota bene, diezelfde ijverige, gemotiveerde en mondige dorpskrachten maken veelal ook vaak gebruik van het in verregaande staat van verval verkerende maar voor de Deeverse gemeenschap onmisbare Dingspilhuus.
Het advies aan de ijverige, gemotiveerde en mondige dorpskrachten uut de gemiente Deever is zich zo snel mogelijk te verenigen in een Stichting Dorpskrachten en in verhouding tot de voorkant van het gelijk alleen nog maar te werken op basis van werkelijke contracten en werkelijke onderbetaling.
Dan had de voorkant van het gelijk in dit voorbeeld mooi € 20.000,- publieksgeld bespaard en had een Stichting Dorpskrachten die € 10.000,- opbrengst uit eigen arbeid in bijvoorbeeld een Fonds Behoud Dingspilhuus kunnen stoppen.
Mondige Deeverse dorpskrachten let op de Deeverse zaak ! Arbeid is geld ! Tientallen van dit soort arbeidsintensieve opdrachten kunnen worden ondergebracht bij Deeverse dorpskrachten in een op te richten Stichting Behoud Dingspilhuus.
Dus het mes snijdt dan zelfs aan drie kanten. De ijverige, gemotiveerde en mondige Deeverse dorpskrachten werken voor een zeer laag uurtarief een Dingspilhuus bij elkaar, de voorkant van het gelijk hoeft bijvoorbeeld de WOZ-belasting niet te verhogen (zou zelfs verlaagd kunnen worden) en het aantal ambtenaren van de gemeente Westenveld kan wezenlijk woren ingekrompen (de gemiente Deever ligt toch al in een krimpgebied), want de Stichting Dorpskrachten kan het beheer en onderhoud van heel veel objecten overnemen.
De redactie heeft de kleurenfoto van de zandweg aachter de Meule in Oldendeever over de Westeresch op 2 januari 2017 gemaakt.
De voorkant van het gelijk kon het niet nalaten met publieksgeld toch een stukje van deze kostbare en cultuurhistorisch waardevolle zandweg te vernielen met straatstenen en trottoirbanden en nota bene ook een straatkolk met bijbehorende riolering aan te brengen. Aan het andere einde van deze zandweg heeft de voorkant van het gelijk het zandoppervlak zelfs vernield met een halfverharding om boze en gemakzuchtige autorijdende moeders van de lagere school met de naam Singelier bij het halen en brengen van hun kinderen te behagen. Erg duur, maar niet erg duurzaam. 

Abracadabra-578 Abracadabra-579

 

Posted in Deever, Dorpskracht, Gemeente Westenveld, Oll'ndeever, Saandweg | Leave a comment