Domeneer Theo Rutgers prat teeg’n un doodskop

De redactie van ut Deevers Archief mocht van het bestuur van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever in 2005 de zogenaamde ‘historische kalender’ voor het jaar 2006 maken. De redactie heeft deze ‘historische kalender’ met heel veel plezier gemaakt en beschouwt deze ‘historische kalender’ als de beste, die hij voor de kalenderjaren 2003, 2004, 2005, 2006, 2007, 2008 en 2009 heeft gemaakt. Uiteraard niet gemaakt voor het bestuur, maar voor de toen nog vele contente leden van de hiervoor genoemde vereniging. De redactie toont in dit bericht het kalenderblad voor de maand mei van het jaar 2006 (afbeelding 4). De tekst bij de afgebeelde foto (afbeelding 3) op het kalenderblad voor de maand mei van het jaar 2006 luidt als volgt. 

De jonge dominee Theo Rutgers was een zeer talentvol hoofdrolspeler. Hij was het die het stuk schraagde met zijn sterke uitbeelding van Hamlet en stak met kop en schouders boven de medespelers uit.
Op de foto is links Otte Frederik van Elselo (filosofische doodgraver), in het midden Theo Rutgers (Hamlet, prins van Denemarken) en rechts Pieter Boelens (Horatio, vriend van Hamlet) te zien in de eerste scène van het vijfde bedrijf:
Hamlet en Horatio komen langs twee doodgravers die het graf van Ophelia aan het delven zijn. Hamlet hoort ze uit over de dood. Een van de opgegraven schedels blijkt van Yorick te zijn, de nar waarmee hij als kind zoveel plezier heeft beleefd. In die scène spreekt Hamlet zijn beroemde monoloog uit: Zijn of niet zijn, dat is de vraag. Is het edeler voor de geest, de slingerstenen en pijlen van het kwaadaardig lot te dulden. Of het zwaard te heffen tegen een zee van plagen. En door verzet ze te eindigen? Sterven. Slapen. Niets meer! En weten dat die slaap het einde is van het zieleleed en de ingeboren angsten ……
William Shakespeare was de filosoof Jean Paul Sartre en de schrijver Ernesto Hemingway eeuwen voor met Hamlet’s existentialistische uitspraak. Zijn of niet zijn, dat is de vraag.

In de Olde Möppeler (Möppeler Kraante) van 20 juni 1980 verscheen het volgende korte bericht (afbeelding 2) over een tentoonstelling op de cultuurzolder van het gemeentehuis aan de brink over het vijfendertigjarige bestaan van het openluchttheater an de Heezeresch bee Deever.

Expositie
Met ‘Een midzomernachtsdroom’, wellicht het stuk dat de meeste bekendheid heeft gegeven aan de naam van de toneelspeler, schrijver en dichter, die werd geboren in Stratford-upon-Avon, wordt dit jaar de vijfendertigste verjaardag gevierd van het Shakespeare-theater in Diever.
In het kader van deze viering is er tot en met 16 augustus een tentoonstelling op de cultuurzolder van het gemeentehuis. Op deze expositie, die is ingericht onder leiding van mevrouw Wijnholds, kan men heel wat costuums, foto’s, kranteknipsels en dergelijke van vorige opvoeringen bewonderen.
De expositie moet ook gezien worden als een eerbetoon aan wijlen dokter L.D. Broekema, die tweeëndertig jaar lang de regie van die opvoeringen heeft gehad.
Het is een heel karwei geweest om een selectie te maken uit de grote hoeveelheid attributen, die nog aanwezig is. Het moet gezegd, de initiatiefnemers zijn daarin uitstekend geslaagd.

Bij het berichtje in de Olde Möppeler (Möppeler Kraante) van 20 juni 1980 was te zien een door wijlen Harm (Haarm) Hessels gemaakte foto (afbeelding 1) van het topstuk van de tentoonstelling op de cultuurzolder, te weten de schedel van Yorick. De tekst bij de schedel in de uitstalkast luidt als volgt.

Dominee Rutgers verscheen in zijn rol als Hamlet met een schedel op het toneel. Dit veroorzaakte ongerustheid onder de leden van de kerkeraad. Men dacht dat de schedel afkomstig was van de plaatselijke begraafplaats en men kon dit idee moeilijk verwerken. Dit bleek toch niet het geval te zijn: het was een studie-object van dokter Broekema.
Professor Prakke maakte naar aanleiding van dit voorval een paar limericks:
Over de Dieverse dominee
Zijn diverse Dieversen niet tevree.
Met een doodskop te praten
Dat moest ie toch laten !
Die duvelse Dieverse dominee !
en
De dominee van Diever
Die verspeelde hoe langer hoe liever
Z’n goeie tijd en z’n zaligheid
In de openluchtkerk van Diever.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Professor Hendricus Johannes Prakke, die zichzelf als de Drent aller Drenten beschouwde, was met zijn twee kwalitatief kreupele limericks blijkbaar echt niet te beroerd om wat kolen op het oplaaiende vuur in de behoudende hervormde kerkgemeente van Deever te gooien. Waar bemoeide die man zich mee.
De redactie zal nog een kranterecensie van een uitvoering van ‘Een midzomernachtsdroom’ in het openluchttheater an de Heezeresch bee Deever in 1950 toevoegen aan dit bericht.

Afbeelding 1
Deze foto van wijlen Harm (Haarm) Hessels is gepubliceerd bij het berichtje in de Olde Möppeler (Möppeler Kraante) van 20 juni 1980.

Afbeelding 2
Bericht in de Olde Möppeler (Möppeler Kraante) van 20 juni 1980

Afbeelding 3
Deze foto is opgenomen op het kalenderblad voor de maand mei van de ‘historische kalender voor het jaar 2006’  van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever. Dominee Theodoor Rutgers is de man die de schedel vasthoudt. De foto is aanwezig in de verzameling van wijlen mevrouw Jantina Veeze-Figeland. 


Afbeelding 4
Kalenderblad voor de maand mei van de ‘historische kalender’ voor het jaar 2006.

This entry was posted in Eup’mlogtspel. Bookmark the permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *