Category Archives: Aarfgood

Woap’mstien bee de boerdereeje an de brink is vot

De redactie van ut Deevers Archief schreef in een eerder bericht dat op het erf van de voormalige museumboerderij Dieverza an de Brink in Deever een keurig exemplaar van un woap’mstien van de gemiente Deever stond. Deze woap’mstien stond achter een soort van rieten afscheiding. Latere eigenaren van de boerderij an de brink van Deever verplaatsten de woap’mstien naar de hoek van de achtergevel en de zijgevel aan de kant van ut gemientehuus van de gemiente Deever.
De redactie ontdekte op maandag 22 april 2021 tot zijn grote schrik dat deze woap’mstien was verdwenen.
Van de narrige en nukkige en chagrijnige nieuwe eigenaar van de boerdereeje van Knelus Seinen an de Brink van Deever mocht de redactie helaas niet een foto maken van de laatste standplaats van de woap’mstien.
De grote vraag is wel: waar is deze onmisbare woap’mstien gebleven ?
Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief kan de redactie informeren over de verblijfplaats van dit te behouden echte stukje Deevers aarfgood.
De redactie van ut Deevers Archief heeft bijgaand afgebeelde kleurenfoto gemaakt op 22 april 2021. De boerderij met de scheefhangende zijmuur is nog net achter een woud van peperduur gemeentelijk straatmeubilair te zien.

Posted in Aarfgood, Gemiente Deever, Woap'm van Deever | Leave a comment

Meule De Vlijt steet an de raand van de Westeresch

De redactie van het Deevers Archief is een groot liefhebber van korenmolen ‘de Vlijt’ aan de rand van de Westeresch in Oldendeever. Dat dit ouderwetse werktuig tot in lengte van jaren toch maar in een goede staat van onderhoud en werkend moge blijven.
De redactie kon het niet laten en heeft daarom bijgaand afgebeelde kleurenfoto op woensdag 19 september 2018 in het voorbijgaan gemaakt.
De bebouwing aan de linkerkant van de hier afgebeelde kleurenfoto rukt wel steeds meer op in de richting van de molen.

Posted in Aarfgood, Meule van Oll’ndeever, Oll'ndeever | Leave a comment

Greinspoaltie 71 stiet in de Olde Willem

Op de greinse van de gemiente Deever in Drente en de gemiente Ooststellingwaarf in Fryslân staan de provinciale greinspoalties 41 tot en mit 77. De redactie van ut Deevers Archief moet met het schaamrood op de kaken melden dat het hem nog steeds niet gelukt is een kleurenfoto van greinspoaltie LXXI (greinspoaltie 71) te maken. De redactie zal te zijner tijd en zeker niet met geschwinde spoed en ook niet in gestrekte draf een kleurenfoto van dit greinspoaltie aan dit bericht toevoegen.
Tot zo lang moeten de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief het doen met een afbeelding van een zeker niet lelijke zwart-wit ansichtkaart, die in juli 1955 is uitgegeven. De redactie ondekte pas onlangs dat op deze kaart greinspoaltie 71 is te zien. De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief moet wel even goed kijken waar het paaltje staat. Dit greinspoaltie staat niet in de Ekingerbroek bij Wateren-Zorgvliet, zoals de titel van de ansichtkaart doet voorkomen, maar aan de noordrand van de Olde Willem. In het prachtige onmisbare natuurweiland aachter ut greinspoaltie zijn enige koeien te onderscheiden.
Voor alle duidelijkheid is aan dit bericht van het gebied een stukje topografische kaart uit 1953 toegevoegd. Bij de punt van de rode pijl is greinspoaltie 71 (Gp 71) te onderscheiden. Zie afbeelding 3.
Voor alle duidelijkheid is aan dit bericht van het gebied een stukje open-street-map uit 20243 toegevoegd. Greinspoaltie 71 Bij de punt van de rode druppel is greinspoaltie 71 (Gp 71) aangeduid. Zie afbeelding 4.
De redactie heeft het detail van de zwart-wit ansichtkaart, waarop ook greinspoaltie 71 is te zien, op 19 december 2020 opgenomen als kopafbeelding van ut Deevers Archief.
Van de hier afgebeelde ansichtkaart zijn verschillende uitgaven bekend, te herkennen aan de titel links onder op de voorkant van de ansichtkaart: Aekingerbroek – Appelscha (08-50), Aekingerbroek bij Wateren-Appelscha ((09-51), Aekingerbroek bij Wateren-Zorgvlied (07-55) en Aekingerbroek-Zorgvlied (08-55).

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Afbeelding 3

Afbeelding 4
Deze afbeelding is gemaakt met OpenStreetMap. De G.P.S.-coördinaten van greinspoaltie 71 zijn [52.91082, 6.32603].

Posted in Aarfgood, Ansichtkoate, de Olde Willem, Greinse, Greinspoal | Leave a comment

Wie vumoodde twee beuk’n an de brink van Deever ?

Op twee particuliere bruine beuken an de brink van Deever vóór het huis met adres Brink 5 hangt een aankondiging over het zoeken van de moordenaars van deze twee onvervangbare bomen. De tekst van de aankondiging is hier weergegeven.

Gezocht
Tussen januari 2017 en nu zijn deze schitterende, ongeveer 100 jaar oude bomen, slachtoffer geworden van vernieling.
Er zijn gaten in de stammen van onze bomen geboord waar (meerdere keren ?) vergif is ingespoten.
Meerdere experts hebben onafhankelijk van elkaar geconstateerd dat beide bomen deze aanval niet zullen overleven; ze zijn al aan het doodgaan. Vanwege het gevaar voor de omgeving worden ze binnenkort gekapt.
Er is aangifte gedaan bij de politie maar bij gebrek aan een verdachte kan er op dit moment niets gebeuren. Heeft u iets gezien of gehoord ? Iemand die geklaagd heeft over overlast door onze bomen ? Meld het alstublieft aan ons of anoniem bij de politie !
Wij betreuren dit verlies ten zeerste, niet alleen voor het aanzicht van de brink, maar ook voor de leefomgeving van mossen, insecten, vogels en eekhoorns die hier leven.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Binnen afzienbare tijd zullen deze twee bruine beuken (fagus sylvatica atropunicera), die door de meer dan honderd jaren van hun bestaan heen steeds meer tot ut Deeverse aarfgood zijn gaan behoren, door toedoen van een misterieuze sluipmoordenaar zijn verdwenen. Let wel, nota bene, mind you, beide bruine beuken (fagus sylvatica atropunicera) staat in één en dezelfde tuin. Wat een toeval ! Of bestaat toeval niet ?
De redactie van ut Deevers Archief prijst zich bijzonder ongelukkig dat hij voor het onverbiddelijke maar noodzakelijke vastleggen van ut vrogger in de gemiente Deever de vier bijgaande kleurenfoto’s treurig genoeg toch nog op vrijdag 30 november 2018 toevallig in het voorbijgaan heeft kunnen maken.
Op de bijgevoegde afbeelding van een zwart-wit ansichtkaart van het niet-origineel Saksische brinkje van Deever uit omstreeks 1950 zijn de twee bruine beuken al flinke beeldbepalende bomen geworden.




Posted in Aarfgood, Ansichtkoate, Brink, Toevallige waarneming | Leave a comment

Hunnebedde bee Deever veural wè en veule beklöm’m

Het Hunnebeddenbezoekersbetuttelteam van het Hunnebeddencentrum in Borger bedacht tot verbijstering en verbolgenheid van de honderdduizenden binnen- en buitenlandse Hunnebeddenbeklimliefhebbers een eigen en juridisch waardeloos verbodsbetuttelbord met de betekenis ‘Hunnebed niet beklimmen’. Zie de bijgaand afgebeelde figuur.
Het Hunnebeddenbezoekersbetuttelteam van het Hunnebeddencentrum in Borger vindt het beklimmen van hunnebedden erg gevaarlijk.
Je zou toch maar eens van zo één herstapelde en dus al lang niet meer in originele staat verkerende stapel dikke stien’n uut Scandinavië kunnen vallen. Beschikt het Hunnebeddenbezoekersbetuttelteam van het Hunnebeddencentrum in Borger over betrouwbare gegevens over het aantal en de ernst van de valpartijen van de 53 Drentse hunnebedden in de afgelopen tien jaren ? Of hebben de hoogdoorgestudeerde leden van het Hunnebeddenbezoekersbetuttelteam van het Hunnebeddencentrum in Borger op een regenachtige vrijdagmiddag tijdens een uitgebreide vrijdagmiddagborrel eens flink en lekker op hun dikke duim gezogen ?
Het Hunnebeddenbezoekersbetuttelteam van het Hunnebeddencentrum in Borger vindt het beklimmen van hunnebedden een ernstige vorm van grafschennis.
De grond onder de gerestaureerde en dus al lang niet meer in ooorspronkelijke staat verkerende en vervangbare stapels dikke stien’n uut Skandinavië is echter al zo vaak geschonden, mishandeld, afgegraven, uitgegraven, vergraven, doorploegd, gezeefd, geplunderd, dat daar dus geen urnscherfje, schedeltje of botje meer is te vinden. Het beklimmen van deze vervangbare en al duizenden jaren in onbruik geraakte stapels dikke stien’n is in de allerverste verre verte niet als grafschennis te beschouwen.
Het tonen van urnen en schedels en botjes uit hunnebedden en urnenvelden in het Hunnebeddencentrum van het Hunnenbeddenbezoekersbetuttelteam in Borger, het Drents Museum in Assen en het zo genoemde Oermuseum in Deever is als een oneindig veel grotere grafschennis aan te merken. En wat te denken van het serieuze idee van de weledelgestrenge hooggeleerde en hoogdoorgeleerde professor doctor in de oudheidkunde Albert Egges van Giffen, die de grond onder alle Drentsche hunnebedden diep door zijn arbeiders liet doorploegen, zich na zijn dood te laten begraven in de steenkistheuvel bee ut Aar’mhuus an de Grönnegerweg bee Deever ?
Het zou ook zo kunnen zijn dat het Hunnebeddenbezoekersbetuttelteam van het Hunnebeddencentrum in Borger zo maar plotseling tijdens een oergezellige vrijdagmiddagborrel vindt dat door het beklimmen ernstige slijtage optreedt aan deze vervangbare en al duizenden jaren in onbruik geraakte stapels dikke stien’n.
Stel dat het bovenste deel van een dikke dekstien per beklimming gemiddeld 0,000000001 meter slijt en stel dat een deksteen ruim geschat 10000 keren per klauter- en klimseizoen wordt bezocht, dan slijt die deksteen 0,00001 meter per jaar, dus ongeveer ten hoogste 1 mm per honderd jaar.
De redactie van ut Deevers Archief hoopt ten zeerste dat de door de weledelgestrenge hooggeleerde en hoogdoorgeleerde professor doctor in de oudheidkunde Albert Egges van Giffen in 1955/1956 vernielde stapel dikke stien’n in de Stienakkers an de Grönnegerweg bee Deever tot in lengte van jaren door elke, maar dan ook door elke, bezoeker uitgebreid zal worden beklommen.
De redactie van ut Deevers Archief vreest dat het betuttelteam van de beheerder van de bossen van de Nederlandse Staat (de eigenaar van de vernielde stapel dikke stien’n in de Stienakkers an de Grönnegerweg bee Deever), het betuttelteam van de heemkunduge vurening uut Deever en het betuttelteam van het zo genoemde Oermuseum uut Deever, met instemming van het betuttelteam van de Hoge Dames En Heren Van De Voorkant Van Het Odheidkundige Gelijk In Het Raadhuis Aan De Gemeentehuislaan In Deever, wellicht in de persoon van de cultuurbeleidsbeïnvloeder en monumentenballoteur Bernard Stickfort, het hier afgebeelde verbodsbetuttelbordje (gij zult het hunnebed niet beklimmen) wel heel graag zullen willen plaatsen bij de vele betuttelbordjes bee de verropte staepel dikke stien’n in de Stienakkers an de Grönnegerweg bee Deever.
De redactie van ut Deevers Archief heeft de hier afgebeelde kleurenfoto gemaakt op 26 juni 2012.

Posted in Aarfgood, Albert Egges van Giffen, Grönnegerweg, Hunnebedde D52 | Leave a comment

Zicht op ut Brinkie en de kleine Peperstroate

De Vereniging voor Vreemdelingen Verkeer (V.v.V.V) van Deever stelde in 1953 een toeristisch reclameboekje met de erg oorspronkelijke titel ‘Diever’ samen; dit ter gelegenheid van het Openluchtspel. In dat jaar werd in het openluchttheater an de Shakespearebrink (voorheen Bolderbrink) in ut Grünedal an de Heezeresch van Deever het door William Shakespeare geschreven toneelstuk ‘Eind goed, al goed’ opgevoerd.
Op bladzijde 25 van genoemd reclameboekje is bijgaande foto afgebeeld van een deel van ut Brinkie en de kleine Peperstroate.
In het huis in het midden en staand an ut Brinkie (is ut Brinkie wel een echt origineel Saksisch brinkje ?) woonde de familie Westerhof. De hier wonende Koop Westerhof overleefde op 10 april 1945 op wonderbaarlijke wijze de Duitse moordpartij op het marktterrein.
In het huis aan de linkerkant en staand an de kleine Peperstroate woonde de familie Roelof Hunneman. De hier wonende Roelof Hunneman overleefde op 10 april 1945 de Duitse moordpartij op het marktterrein niet.
Het monumentale en rijksmonumentwaardige keuterboerderijtje van de familie Roelof Hunneman was in 1953 nog niet rücksichtlos und gründlich ten prooi gevallen aan de megalomane sloopdrift van burgemeester Jan Cornelis Meiboom (die in de Deeverse volksmond altijd ome Kees werd genoemd, zijn vrouw werd in de Deeverse volksmond altijd tante Nel genoemd, zijn hond werd in de Deeverse volksmond altijd Krentestoete genoemd) en de gelijkgerichten onder de Hoge Heertjes Van De Voorkant Van Het Grote Sloopgelijk In Het Gemeentehuis Van De Gemiente Deever.

Posted in Aarfgood, Keutereegie, Kleine Brink, Peperstroate, Tweede Wereldoorlog, Verdwenen object | Leave a comment

Un doodloop’nde of neet doodloop’nde saandweg ?

Het gedeelte van de Stienwiekerweg tussen Oldendeever en de Westerdrift is gelukkig nog steeds een saandweg. Dat moet vooral zo blijven. Maar voor hoelang nog ? Het is in enige mate lovenswaardig dat de veelal niet-Deeverse Hoge Dametjes En Heertjes Van De Voorkant Van Het Grote Gelijk In Het Ambtenarenpaleis Aan De Gemeentehuislaan In Deever hebben begrepen dat doorgaand verkeer erg schadelijk is voor deze saandweg. Maar hoe kan doorgaand verkeer worden geweerd ?
De saandweg kan natuurlijk het beste aan beide einden worden geblokkeerd met een afsluitbare slagboom. Maar dan kunnen de gebruikers van de grond langs de saandweg niet met een voertuig bij hun land komen ? Dat zou kunnen worden opgelost door die gebruikers een sleutel voor het slot van die afsluitbare slagboom te geven. Maar dat lijkt te veel gedoe te zijn.
De boerenslimme verkeerskundoloog onder de Hoge Dametjes En Heertjes Van De Voorkant Van Het Grote Gelijk In Het Ambtenarenpaleis Aan De Gemeentehuislaan In Deever heeft zijn ogenschijnlijke gelijk al een hele tijd gehaald in het aan beide einden van de saandweg plaatsen van verkeersbord RVV – L08 (doodlopende weg). Maar dat is regelrechte volksverlakkerij. Daar trappen we niet in, want de redactie van ut Deevers Archief is ook op woensdag 19 september 2018 weer eens met een automobiel van het ene einde naar het ander einde van de saandweg gereden zonder een blokkade tegen te komen.
Het ware voor de boerenslimme verkeerskundoloog juridisch gezien beter aan beide einden van de saandweg het verkeersbord RVV C01 (gesloten in beide richtingen) te plaatsen.
Aan de kant van de Westerdrift ontbreekt het witte bord onder verkeersbord RVV – L08.
De redactie van ut Deevers Archief heeft de twee hier afgebeelde kleurenfoto’s gemaakt op woensdag 19 september 2018.

Posted in Aarfgood, Oll'ndeever, Saandweg | Leave a comment

Ut pothokke in de gemiente Deever

De redactie van ut Deevers Archief heeft in jaar 2007 de zogenaamde Historische Kalender voor het jaar 2008 samengesteld voor de leden van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever, zo ook de teksten bij de foto’s en de eerste bladzijde met enige uitleg over de betekenis van ut pothokke.

Ut pothokke staat nu bijna altijd bij boerderijen die al lang niet meer daadwerkelijk in gebruik zijn als boerderij. Wie let er in het vooorbijgaan op ? Wie hecht nu nog belang aan dit kleine huisje ? Toch hoorde ut pothokke honderden jaren bij het boerenleven, want in dat kleine gebouwtje werd brood gebakken, melk gekarnd, de was opgekookt, varkensvoer gekookt, het vlees van het geslachte varken verwerkt, geweckt, in de zomer huisde het boerengezin in ut pothokke. Een kleine, maar onmisbare ruimte voor het leven op de boerderij in vroeger tijden in Deever. Niet alleen nuttig, maar ook aangenaam. In de avonduren trof de jeugd elkaar in ut pothokke, er werd in gevrijd, jenever gestookt, geboomd, tabak gedroogd.
De voormalige werkgroep ‘Pothokken in de gemeente Diever’, bestaande uit Deeverse Dorpskrachten, waaronder wijlen dorpsfiguur Jan Hessels, is vanaf 1999 bezig geweest met het lokaliseren, inventariseren, bestuderen en fotograferen van alle pothokken in de gemiente Deever en zijn de afmetingen, het bouwjaar, de opdrachtgever van de bouw, de bouwaannemer, de aard van de gebruikte materialen, de huidige staat van onderhoud en de huidige bestemming vastgelegd. daarbij zijn de nijvere verzamelaars van gegevens wel vergeten de verhalen bij de pothokken vast te leggen. Het geheel is in 2007 als een losbladig boekwerk ’Pothokken in de gemeente Diever’ uitgegeven. Gelukkig heeft de redactie van ut Deevers Archief wel het verhaal uit de mond van dorpsfiguur wijlen Jan Hessels opgeschreven en dit bericht verwerkt.
In de gemiente Deever stond vroeger bij de meeste boerderijen een pothokke, bij de meeste boerderijen staat gelukkig nog steeds een pothokke. Er waren kleine en grote pothokken. Een klein pothokke was meestal alleen bestemd voor het koken van de pot met varkensvoer. Dat was een grote pot waarin, afhankelijk van het aantal te voeren varkens, enkele keren per week aardappels werden gekookt. In de kookpot ging als regel dree maande eapels, ongeveer vijfenzeventig kilo aardappelen. Als de aardappels gaar waren, dan werden ze met een aparte klauw fijn gestampt.
Het vuur onder de pot werd meestal gestookt van takkenbossen of oude verrotte afrasteringspalen. De takkenbossen stonden in een bult bij de boerderij. Ze stonden in weer en wind. Bij flinke regen werden de takkenbossen behoorlijk nat, wat bij het opstoken veel rookontwikkeling gaf.
De familie Hessels aan de Kruisstraat in Deever had twee binnenpotten. ’s Maandags werd in de buitenpot een geëmailleerde binnenpot geplaatst, waarin de was werd opgekookt. Kinderen moesten vaak het vuur onder de pot stoken. Ook werd in het najaar in de pot water gekookt voor het slachten van het varken. Het warme water was nodig om het haar van het varken te broeien. Het haar kon dan beter van het varken worden verwijderd. Daarna werd in de pot de bloedworst gekookt en vervolgens het zogenaamde kortgoed. Dit waren de kop, de lever en het hart van het varken. Die werden verwerkt in de leverworst en hoofdkaas. Hiervoor werd een grote pot gebruikt.
Bij de familie Hessels aan de Kruistraat stond een wat groter pothokke, dit pothokke bestaat staat steeds (zie de bij dit bericht gepubliceerde foto, die de redactie op 20 november 2005 is gemaakt). In het pothokke stond ook een kachel, waarop drie pannen konden worden geplaatst. In de winter werd in de huiskamer gekookt. In de zomermaanden was het in de huiskamer te warm en werd in ut pothokke gekookt. Dit was een manier om de warmte van het koken buiten het huis te houden. Ook stond in ut pothokke de wasmachine. Dit was een wasmachine, die met de hand moest worden gedraaid. Dorpsfiguur wijlen Jan Hessels moest ook wel eens draaien. Hij moest dan tweehonderenvijftig slagen draaien. Hij was de tel nog wel eens kwijt, maar begon dan niet opnieuw.
De kachel in ut pothokke werd in de regel gestookt met hout en turf of sudd’n. Grotere pothokken bestonden uit twee gedeelten. In één gedeelte werd in de zomer gegeten. Het was voor de huisvrouw wel gemakkelijk, want de kachel, waarop het eten werd gekookt, was dan dichtbij. Je hoefde daarnaast niet zo ver te lopen met de pannen. Het eten vond plaats naast de pot waar het varkensvoer werd gekookt. Je zorgde dan wel dat je snel at, want het stikte in ut pothokke van de vliegen.
In ut pothokke werd veel water gebruikt bij het koken van varkensvoer, bij het slachten, bij het wecken en bij het wassen. Daarom stond ut pothokke aan de kant van de pompestroate en kon men via de zijdeur van de boerderij zo ut pothokke in lopen.
Vanwege het brandgevaar was ut pothokke altijd bedekt met dakpannen, bij voorkeur met cementpannen, omdat deze het meest afdichtend gelegd konden worden. Altijd met dakpannen ? Niet altijd, want in Wapse staat een pothokke mit’n reet’n doake.
Ut pothokke heeft in de loop van jaren zijn oude functies verloren. Sommige pothokken zijn helaas afgebroken, maar pothokken kregen vooral een nieuwe bestemming. Uit de inventarisatie van de pothokken in de gemeente Diever blijkt dat het gebruik van ut pothokke verrassend veelzijdig is. Veel pothokken zijn helaas in gebruik als fantasieloos baarghokke, maar gelukkig ook veel als fietsenhok, voorraadruimte, kippenhok, konijnenhok, paardenbox, keuken, galerietje, schildersatelier, expositieruimtetje, cv-ketelhuisje, tuinhuisje, garage, strijkkamertje, zomerverblijf, trainingsruimte, washok, kantoor en badkamer.
Dat deze bestemmingen tot voorbeeld moge zijn van de eigenaren, die hun pothokke gebruiken als baarghokke. Ook het kleinste pothokke in de gemiente Deever, met een binnenoppervlak van slecht 3,6 m², is in gebruik als baarghokke, het verdient een beter lot. In het verleden was op Zorgvliet een pothokke in gebruik als werkruimte van een fietsenmaker.
Elders zijn pothokken in gebruik als winkeltje en als sauna en wie weet wat voor bestemmingen nog meer. Kortom ut pothokke is voor veel doeleinden geschikt. Uit de inventarisatie bleek ook dat bij een oude boerderij in 2004 een pothokke is ingestort en is afgebroken. Het is zeker de moeite waard dat voor onze streek zo karakteristieke gebouwtje te herbouwen.

Posted in Aarfgood, Atlas van de gemeente Diever, Canon van de gemiente Deever, Deever, Dorpskracht, Kruusstroate, Pothokke | Leave a comment

Ut lee’m möt neet vleeg’n, moar fladder’n

De oude smederij van de gebroeders Albert en Hendrik Kloeze an de Heufdstroate in Deever is een rijksmonument. De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed vermeldt over dit object:
Laat 19e eeuwse voormalige smederij. Het woongedeelte is dwarsgeplaatst en gedekt door een met pannen belegd schilddak met uileborden en makelaar; even omlopende gootlijst; staafankers. Symmetrische indeling door opgeklampte deur met bovenlicht met snijwerk en sierroosters en zesruitsschuifvensters met en zonder opgeklampte luiken; alle lichtgetoogd en met 1,5 steens hanekammen. De voormalige smederij onder pannengedekt zadeldak met windveren; de detaillering van deuren en vensters niet meer oorspronkelijk.
Dat is een indrukwekkende beschrijving van dit rijksmonument, maar wat heb je aan dit bijna onbegrijpelijke gebrabbel als het rijksmonument, ten tijde dat de redactie de hier afgebeelde kleurenfoto’s maakte, onbewoond was en behoorlijk aan het vervallen was.
Maar ja, dat kan gemakkelijk gebeuren, want in dit land gaat het om het in stand houden van ongeveer 63.000 rijksmonumenten. Dus de vraag bij de immer beperkte geldelijke mogelijkheden is, wanneer de buitenkant van dit niet al te belangrijke rijksmonumentje in aanmerking komt voor restauratie ?
De redactie van ut Deevers Archief heeft de drie hier afgebeelde kleurenfoto’s op 28 juli 2016 gemaakt.
Op de derde foto is aan de rechterkant op een groot raam de volgende tekst gekalkt: het leven moet niet vliegen, maar fladderen. Maar voor het behoud van een rijksmonument geldt vast en zeker: het onderhoud moet niet fladderen, maar vliegen.

abracadabra-1294 abracadabra-1295 abracadabra-1296

Posted in Aarfgood, de Kloeze, Deever, Heufdstroate, Rieksmonement | Leave a comment

Ut skiere woap’m van Deever aagter ut reet

Het direct na de Tweede Wereldoorlog bij elkaar gefantaseerde en op 3 september 1946 door de Hoge Raad van Adel goedgekeurde wapen van de gemiente Deever is her en der binnen de grenzen van de gemiente Deever terug te vinden op bewaard gebleven greinsstien’n. Deze stonden tot aan de vliegende start van de gemeente Westenveld op 1 januari 1999 ergens op de gemeentegrens langs een weg.
Op het erf van de museumboerderij Dieverza an de Brink in Deever stond een keurig exemplaar achter een soort van rieten erfafscheiding. Zie afbeelding 1. Deze kleurenfoto is aanwezig in de verzameling van Ron en Eefke Zegers, de eigenaren van museumboerderij Dieverza. Zij waren zo vriendelijk de redactie toestemming te geven deze foto te mogen tonen in ut Deevers Archief. De redactie is hen daar bijzonder erkentelijk voor.
Deze greinsstien was vanaf de straat niet te zien. Op afbeelding 1 is boven de greinsstien en boven de rieten erfafscheiding nog net een bordje met het woord ingang te zien. Dat bordje was aangebracht boven de zijingang van ut gemientehuus van de gemiente Deever. De foto is gemaakt na de vliegende start van de gemeente Westenveld op 1 januari 1999 en vóór eind 2002, toen de eigenaren helaas stopten met de museumboerderij. De redactie schat in dat de foto in het begin van 1999 is gemaakt.
Ron en Eefke Zegers, de eigenaren van museumboerderij Dieverza, herinneren zich het volgende: Toen gemeente Diever gemeente Westerveld werd, moesten de wapenschilden weg. Als we het ons goed herinneren waren er 5. We zijn toen bij de gemeente gaan vragen of we een exemplaar voor het museum konden krijgen. Ze hebben toen een wapenschild bij ons neergezet. Toen we verhuisden hebben we hem uiteraard bij de boerderij gelaten.
De redactie heeft in ut Deevers Archief al over bijna alle bewaard gebleven greinsstien’n bericht. De redactie kwam achter de aanwezigheid van de hier beschreven greinsstien via een foto bij de verkoopadvertentie van de boerderij aan de Brink. Zie afbeelding 2. De redactie schat in dat de kleurenfoto begin juli 2020 is gemaakt, de verkoop van de boerderij begon op 8 juli 2020, op 7 augustus 2020 was de boerderij verkocht.
De greinsstien is gelukkig nog steeds op het erf van de boerderij an de Brink aanwezig, alleen staat deze nu op de hoek van de achtergevel en de zijgevel aan de kant van het gemeentehuis van de gemiente Deever.
De redactie heeft nog niet gezien welke buurgemeentenaam op de achterkant van deze greinsstien is vermeld. De redactie zal zodra de gelegenheid zich voordoet achter op deze greinsstien kijken en enige foto’s van deze greinsstien maken voor opname in ut Deevers Archief.
De zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief worden vooral aangeraden ook het bericht De nepper van ut frutselwoap’m van Deever te lezen.

De redactie is op maandag 22 april 2021, na zich vergeefs herhaaldelijk te hebben aangemeld door middel van het trekken van de klinkelbel bij de voordeur van de boerderij naast ut gemientehuus van de gemiente Deever, langs ut pothokke doorgelopen naar de achterkant van deze boerderij. Tot grote schrik van de redactie was de woap’mstien verdwenen. De redactie nam op 22 april 2021 voor alle zekerheid een foto van de lege laatste standplaats van de woap’mstien. De redactie heeft de woap’mstien ook nergens op het erf van de boerderij kunnen vinden. De redactie kon de bewoners van de boerderij vanwege hun afwezigheid op die middag niets vragen. Waar is deze woap’mstien gebleven ? Waar is dit Deevers aarfgood gebleven ? Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief kan de redactie wel informeren over de verblijfplaats van deze woap’mstien ?
Op 19 november 2021 belde de redactie opnieuw aan bij de boerderij. Deze keer openden een man de deur half. Dus de vraag aan het sagrijnige en wantrouwend loerende mannetje in de half geopende deur was: weet u waar de steen met het wapen van de gemeente Diever op uw terrein is gebleven ? Dat wist de man niet. Ik vertelde hem dat ik op 22 april 2021 rond de boerderij was gelopen en dat ik een foto van de lege standplaats achter de boerderij had gemaakt en dat ik die foto in ut Deevers Archief wilde tonen. Toen ging het sagrijnige en wantrouwend loerende mannetje over de rooie en wilde niet dat die foto zou worden getoond, want de redactie had zonder zijn toestemming zijn terrein betreden en had de foto zonder zijn toestemming op zijn terrein gemaakt. Goa van mien laand of. En het mistroostige mannetje eiste ook brutaal en schaamteloos dat de twee in dit bericht afgebeelde kleurenfoto’s, die de redactie had gemaakt vóórdat het sagrijnige en wantrouwend loerende mannetje eigenaar van de boerderij was geworden, uit ut Deevers Archief moesten worden verwijderd. Nou dat toch maar even niet. Loop nou maar gauw naar de koekoek. Loop nou maar gauw naar de pomp.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Posted in Aarfgood, Gemiente Deever, Woap'm van Deever | Leave a comment

De Witteler Baarg is toch un rieksmonement ewöd’n

In de Meppeler Courant van 25 februari 1981 verscheen het volgende bericht over de noodzakelijk geachte bescherming ingevolge de Monumentenwet van de Baarg van Wittelte.

Kasteelheuvel in bescherming
Wittelte – De Rijksdienst voor Oudheidkundig Bodemonderzoek in Amersfoort heeft Gedeputeerde Staten van Drenthe geattendeerd op de aanwezigheid van een kasteelheuvel in Wittelte. De rijksdienst wijst erop dat zich in het grasland ten zuidoosten van Wittelte een ongeveer vier meter hoge kunstmatige heuvel met een diameter van 20 meter bevindt.
Rondom deze heuvel wijst een depressie op een vroeger hier aanwezige gracht. Het betreft hier één van een drietal (de andere zijn het Borgbarchien ten zuidwesten van Rheebruggen tussen Uffelte en Ansen en de Klinkenberg in het dal van de Geeserstroom ten zuidwesten van Gees) Drentsche kasteelheuvels, die dateren uit de Middeleeuwen.
Op grond van wetenschappelijk- en cultuurhistorische betekenis zal deze kasteelheuvel met het rondom aanwezige grachtprofiel te zijner tijd worden voorgedragen voor bescherming ingevolge de Monumentenwet. Het is de rijksdienst gebleken dat in het rapport voor de ruilverkaveling ‘Diever’ dit archeologische monument nergens wordt genoemd, hetgeen zou kunnen inhouden dat met deze heuvel en zijn naaste omgeving geen rekening wordt gehouden bij het uitvoeren van eventuele werkzaamheden. De rijksdienst meent er goed aan te doen Gedeputeerde Staten op dit moment te attenderen en de waarde ervan nog eens duidelijk te onderstrepen.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Het is de redactie niet duidelijk wat de schrijver van dit artikel met ‘op grond van wetenschappelijke betekenis ….’ heeft bedoeld. Zeker is dat de Baarg van Wittelte nooit oudheidkundig (laat staan wetenschappelijk) is onderzocht.
Boer Jacob (Japie) Snoeken (de Snuuke) (zie de hier afgebeelde kleurenfoto van zijn graf) (dat hij ruste in vrede), de eigenaar van het land waarin de Baarg van Wittelte ligt, heeft hoogstpersoonlijk verhinderd dat de Baarg van Wittelte tijdens de uitvoering van de volstrekt overbodige ruilverkaveling is platgebulldozerd. Postuum driewerf hulde voor Jacob (Japie) Snoeken (de Snuuke): hulde, hulde, hulde.
Zo kon de Witteler Baarg in 2002, meer dan 20 jaar na de volstrekt overbodige ruilverkaveling, als Franse mosterd na een schaal gloeiend hete bitterballen, alsnog op de lijst van rijksmonumenten (beschermd monument als bedoeld in de Monumentenwet 1988) worden opgenomen. Voor wat dit waard is.
Burgemeester Hendrik Gerard van Os heeft bijgaand afgebeelde zwart-wit-foto in 1927 gemaakt.
De redactie heeft de bijgaand afgebeelde kleurenfoto van wat nog over is van de Witteler Baarg gemaakt op 3 oktober 2012.
De redactie heeft de bijgaand afgebeelde kleurenfoto van het graf van Jacob (Japie) Snoeken (de Snuuke) gemaakt op 17 mei 2023.

Abracadabra-1407

Posted in Aarfgood, de Witteler Baarg, Oudheidkunde, Wittelte | Leave a comment

Woap’m van Deever an de Heufdstroate in Deever

Het direct na de Tweede Wereldoorlog bij elkaar gefantaseerde en op 3 september 1946 door de Hoge Raad van Adel goedgekeurde wapen van de gemiente Deever is her en der binnen de grenzen van de gemiente Deever terug te vinden op bewaard gebleven ‘grensstenen’. Deze ‘grensstenen’ stonden langs openbare wegen op de grens van de gemiente Deever met een andere gemeenten.
Zo hangt een kennelijk redelijk goed onderhouden exemplaar, die voor het ontstaan van de gemeente Westenveld op 1 januari 1998 ergens op de gemeentegrens langs een openbare weg stond, aan een muur -waarvan het metselwerk fraai is voorzien van geknipte voegen- van de woonboerderij met als huidige adres Heufdstroate 76 in Deever (voorheen de boerderij van Jan Mulder, de boerderij van Roelof Fransen (schoonzoon van Jan Mulder), de woning van …. Verhoeven (de Koetsenman) en  ……).
De huidige bewoners van dit pand waren zo vriendelijk op 11 april 2013 de redactie van ut Deevers Archief toegang te verschaffen tot hun erf voor het maken van deze foto, daarvoor is de redactie deze mensen bijzonder erkentelijk.
Gegevens over het wapen van de gemiente Deever zijn te vinden in het Nederlandse deel van de webstee van Heraldry of the World (Internationale Overheidsheraldiek). De in die webstee opgenomen verklaring bij het wapen van Deever bevat helaas enige historische onjuistheden.

Posted in Aarfgood, Gemiente Deever, Heufdstroate, Woap'm van Deever | Leave a comment

Woap’m van Deever an de Kloosterstroate in Deever

Het direct na de Tweede Wereldoorlog bij elkaar gefantaseerde en op 3 september 1946 door de Hoge Raad van Adel goedgekeurde wapen van de gemiente Deever is her en der binnen de grenzen van de gemiente Deever terug te vinden op bewaard gebleven ‘grensstenen’. Deze stonden vóór het ontstaan van de gemeente Westenveld op 1 januari 1998 ergens op de gemeentegrens langs een openbare weg.
Op het erf van de woning an de Kloosterstroate 27 (voorheen Kloosterstroate 9) in Deever staat een kennelijk redelijk goed exemplaar, maar de eigenaar is van mening dat zijn object wel een keertje mag worden geverfd. Het wapen dat gemaakt is van beton staat op een betonnen sokkeltje en is geflankeerd door twee tuinversieringen. De maker van de foto heeft het rechter beeldje een beetje aan de kant geschoven om het wapen beter op de foto te krijgen.
De eigenaar was er, net als een paar anderen, op tijd bij, anders was zijn exemplaar begin 1998 met de andere verzamelde ‘grensstenen’ afgevoerd naar een puinbreker.
De huidige bewoners van het huis an de Kloosterstroate waren zo vriendelijk op 15 november 2013 de redactie van ut Deevers Archief toegang te geven tot hun erf voor het maken van deze foto, daarvoor veel dank.
Gegevens over het wapen van de gemiente Deever zijn te vinden in het Nederlandse deel van de webstee van Heraldry of the World (Internationale Overheidsheraldiek). De in die webstee opgenomen verklaring bij het wapen van de gemiente Deever bevat helaas enige historische onjuistheden.

Posted in Aarfgood, Gemiente Deever, Kloosterstroate, Woap'm van Deever | Leave a comment

Poasvuur in Deever, Wapse en Wittelte – Poas’n 2016

Op drie plaatsen binnen de grenzen van de gemiente Deever is met de paasdagen een poasbulte verbrand.
De Dorpsvereniging Wittelte heeft zijn poasbulte gemaakt op een plek bij Wittelteweg 18 – Wapserveenseweg 1.
De Wapser Gemeenschap heeft zijn poasbulte gemaakt op een plek bij de Landweg in Wapse.
De Buurtvereniging Kasteel-Dwarsdrift heeft zijn poasbulte gemaakt op een plek aan de Steenakkerweg op de Heezenesch.
De plek van de poasbulte van de Buurtvereniging Geeuwenbrug lag buiten de grens van de gemiente Deever.
De poasbulte in Wapse is tegen de traditie in al op zaterdag 26 maart 2016 rond acht uur ’s avond aangestoken.
De poasbulte in Wittelte is eveneens tegen de traditie in op zaterdag 26 maart 2016 rond acht uur ’s avond aangestoken.
De poasbulte van Deever is zoals de traditie dat wil wel op Tweede Paasdag 28 maart aangestoken.

De Voorkant Van Het Grote Gelijk In De Gemeente Westenveld heeft zo genoemde beleidsregels voor poasbult’n opgesteld. In de webstee van de gemeente Westenveld is sprake van een vreugdevuur, dit is een volstrekt verkeerde term, de juiste term is poasvuur. De betreffende tekstschrijver van de gemeente Westenveld wil de burgers blijkbaar een nieuwe term opdringen..
Een vereniging die niet aan deze zo genoemde beleidsregels voldoet, krijgt van de met de uitvoering van het paasvuurbeleid belaste ambtenaar van de Voorkant Van Het Grote Gelijk In De Gemeente Westenveld geen tijdelijke stookvergunning. Gelukkig voldeden de Dorpsvereniging Wittelte, de Wapser Gemeenschap en de Buurtvereniging Kasteel-Dwarsdrift blijkbaar vooraf wel al aan zo genoemde beleidsregels voor het slepen en verbranden van poasbult’n.
De redactie van ut Deevers Archief betreurt het dat in Oude Willem, Groot Wateren, Klein Wateren en Zorgvlied (de aandere kaante van de Deeverse bos) en an de Deeverbrogge geen poasbulte is gesleept. Haar Tied Zat gien zat tied veur ’t sleep’m van ’n poasbulte ?

In de webstee van de gemeente Westenveld is ook nog de volgende overbodige zin te lezen: Het is alleen aan de organisaties die een ontheffing hebben gekregen toegestaan, een paasvuur (vreugdevuur) te organiseren. Vingertje in de lucht, ah, ah. En let vooral op de term tussen haken: vreugdevuur. Om droevig van te worden.

De met de uitvoering van de zo genoemde beleidsregelds voor het slepen en verbranden van poasbult’n belaste ambtenaar van de Voorkant Van Het Grote Gelijk In De Gemeente Westenveld geeft alleen een tijdelijke stookvergunning aan een vereniging af als is voldaan aan de volgende beleidsregels:
1. de vereniging is niet eerder dan vier dagen vóór het verbranden van de poasbulte begonnen met het slepen.
2. de poasbulte is door de vereniging aangestoken.
3. de poasbulte bestaat alleen uit snoeihout.
4. de poasbulte is schoon opgebrand.
5. de vereniging heeft de verbrandingsresten van de poasbulte afgevoerd.

De vraag is hoe van te voren kan worden nagegaan of achteraf is voldaan aan de hiervoor zo genoemde vijf beleidsregels.
Regel 1 is pas na het aansteken van de poasbulte te controleren. Maar wat als vanwege wind of regen de poasbulte niet op een geplande zaterdag voor Pasen, maar op Tweede Paasdag ’s avonds om acht uur wordt aangestoken en ’s zaterdags, na de vierde dag, wordt nog een vrachtje mooi schoon opbrandbaar snoeihout naar de paosbulte gesleept. Wat dan ? Dan kan regel 1 niet worden afgevinkt. Maar hoe gaat het bevoegd gezag dit controleren ?
Regel 2 is pas na het aansteken van de poasbulte te controleren door het bevoegde gezag. Pas dan kan al dan niet een vinkje bij regel 2 worden gezet.
Regel 3 is wel tijdens het slepen van de poasbulte te controleren door het bevoegde gezag. De poasbulte mag alleen van snoeihout worden gemaakt. Dus gien olde maan’n of stobb’m of olde witt’n of olde baand’n. Maar wat als een vrachtje stobb’m onder in het hart van de poasbulte wordt verwerkt en direct wordt bedekt met schoon opbrandbaar snoeihout. Geen rode haan die daar naar kraait. Regel 3 is echter alleen te controleren als voortdurend iemand van het bevoegd gezag bij het slepen van de poasbulte staat te koekeloeren.
Regel 4 is ook pas na het opbranden van de poasbulte te controleren. In de webstee van de gemeente Westenveld was geen omschrijving van het begrip ‘schoon opbranden’ te vinden. Dit biedt erg veel ruimte voor persoonlijke interpretatie. Wat is schoon opbranden en hoe schoon moet schoon opbranden zijn, is schoon opbranden te meten en wie controleert deze zo genoemde beleidsregel ? Of wordt met ‘schoon opbranden’ bedoeld dat de poasbulte volledig moet zijn verbrand ?
Regel 5 is ook pas achteraf af te vinken. Waarschijnlijk moeten de verbrandingsresten worden vervoerd naar en afgegeven aan een inrichting die een omgevingsvergunning heeft voor het accepteren van verbrandingsresten van een poasbulte.  Bijvoorbeeld afvoeren naar de afvalverwerking in Wijster ? Afvalstroomnummer aanvragen ? Dus het acceptatiebewijs van de afvalverwerking inleveren bij de ambtenaar van de Voorkant Van Het Grote Gelijk In De Gemeente Westenveld die belast is met de uitvoering van de poasbulte-regelties ?

De gevolgtrekking is dat de vijf zo genoemde beleidregels voor het slepen en verbranden van poasbult’n niet zijn te handhaven, zeker niet vooraf, maar ook niet achteraf zijn af te vinken, tenzij dag en nacht een vertegenwoordiger van het bevoegd gezag bij een poasbulte staat te controleren en zodra een vereniging een van de vijf zo genoemde beleidsregels overtreedt, het repressieve vingertje in de lucht steekt, heel hard ah ah roept, en overgaat tot het intrekken van de tijdelijke stookvergunning.
De Voorkant Van Het Grote Gelijk In De Gemiente Westenveld zal de vijf zo genoemde beleidsregels ongetwijfeld aangrijpen om – net zoals bij het kebied scheet’n – het onderwerp op te blazen en vooraf een erg belangrijke informatiebijeenkomst te organiseren om op de betreffende verenigingen in te doctrineren. En bij de traditie van het verbranden van de poasbulte is direct na het verbranden van de poasbulte dan ook nog een erg belangrijke zo genoemde evaluatiebijeenkomst met de verenigingen noodzakelijk, want dan moet voor elke vereniging worden vastgesteld welke van de vijf zo genoemde beleidsregels daadwerkelijk zijn af te vinken. Dan kan het bakkeleien beginnen. En dan ? Geen vijf vinkjes, geen keurmerk, dus repressie en geen tijdelijke stookvergunning voor het volgende jaar ? Kan de gemeente Westenveld het zich in deze tijden van vergrijzing, krimp en geldschaarste eigenlijk wel veroorloven bestuur en ambtenaren tijd te laten besteden aan een klein onderwerpje, zoals het sleep’m en vurbraan’n van een poasbulte ?

Posted in Aarfgood, Deever, Dorpskracht, Gemientebestuur, Heezeresch, Poasvuur sleep'm, Traditie, Wapse, Wittelte | Leave a comment

De kogelvangers liekt wè piramid’n in uut saand

In het Nieuwsblad van het Noorden verscheen op 7 juni 1906 het volgende bericht over de opbouw van een groot soldatenkamp op de Oeren tussen Deever en Wapse. 

Diever, 5 juni.
Het militaire kamp en zijn omgeving krijgt zoo zachtjes aan een krijgshaftig uiterlijk. In ’t kamp zijn een 30-tal manschappen onder bevel van een officier gearriveerd en hebben daar, in letterlijken zin, hun tenten opgeslagen. Maandagavond ongeveer  6 uur waren er reeds vier gereed en vlamde het houtvuur lustig op in de nogal primitieve keuken, die in den grond is uitgegraven.
Groote houten keukens zijn in de maak. Een groote hoop stroo en flinke wollen dekens waarborgen den mannen een warme slaapplaats. Nu, dat is noodig, want Juni toont rare kuren, wat de temperatuur betreft.
Een eind verder ’t veld in, aan den anderen kant van den weg verheffen zich de kogelvangers als groote piramiden uit het zand, waarvoor de schijven en observatieposten zijn ingericht naar ’t systeem Veltman. De soldaten, met de observatie belast, kunnen de schijven naar zich toe halen en herstellen zonder eenig gevaar.
Voor een paar dagen zijn niet minder dan 14 groote kookpotten aangekomen, die voorlopig bij een particulier zijn geborgen.
Men verwacht hier ongeveer 600 man landweertroepen hoofdzakelijk uit Friesland; de jongelui uit Drente moeten zich oefenen in het kamp te Donderen.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie moet nog een passende illustratie zoeken bij dit bericht.
De in het bericht genoemde kogelvangers op Berkenheuvel zijn de afgelopen weer zichtbaar gemaakt door ijverige dorpskrachten van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever. Zie het bericht ‘Kogelvangers in Berkenheuvel weer zichtbaar’ in de webstee van Natuurmonumenten.

Posted in Aarfgood, de Kaamp op de Oeren, Verdwenen object | Leave a comment

Roef Offerein uut ut bestuur van de Boermarke

In de Olde Möppeler (Möppeler Kraante, Meppeler Courant, van 12 januari 1981 verscheen het volgende bericht over het aftreden van Roelof (Roef) Offerein van de Deeverbrogge als boekhouder-secretaris van de Boermarke van Diever.

Diever. Tijdens de vergadering van de Boermarke, die in café De Lange werd gehouden, trad de heer H. Offerein (75 jaar) uit Dieverbrug af als boekhouder-sekretaris van deze organisatie. De heer Offerein blijft wel volmacht.
Door voorzitter H. Moes Dzn. werd aan de deze functionaris een wandelstok met inscriptie aangeboden. De heer Moes sprak woorden van dank voor het vele werk en de grote plichtsgetrouwheid waarmee de heer Offerein zijn werk heeft uitgevoerd.
De heer Offerein is 45 jaar lang volmacht bij de Boermarke in Diever geweest. Vanaf 1939 was hij boekhouder-sekretaris. Hij volgde toen zijn oom in deze funktie op.
Vier gulden
Deze functie is niet geheel onbezoldigd. Vanaf 1939 ontving de heer Offerein f 4,- per jaar voor zijn werkzaamheden. De heer Jan Hessels Jaczn. die tot zijn opvolger werd gekozen, ontvangt ook hetzelfde honorarium.

Aantekeningen van de redactie van ut Dievers Archief
Het is toch wel handig om zo nu en dan eens bij het archief van de Meppeler Courant langs te gaan om wat meer te weten te komen over het boerenleven in de gemiente Deever.
Het was wel een bijzonder gul gebaar van de ‘dikke boer’n uut Deever’ dat ze Roelof (Roef) Offerein (niet Hendrik Offerein, zie de attente reactie van kleindochter Gea Offerein) voor 45 jaar trouwe inzet voor de boermarke een wandelstok gaven, nota bene eentje met inscriptie. Wat zou de tekst van deze inscriptie zijn geweest ? Hebben de nazaten van Roelof (Roef) Offerein de stok bewaard ?
Van links naar rechts zijn op de foto te zien: Jan Hessels Jaczn, Roelof Offerein, Cornelis Seinen, Harm Moes Dzn. en Hendrik Mulder Jzn.
Jan Hessels (geboren op 4 mei 1934 in Deever, overleden op 20 augustus 2001 in Deever) was een zoon van Jacob Hessels (geboren op 3 mei 1896 in Deever, overleden op 7 maart 1979 in Deever) en Margje Veenhuis (geboren op 25 juni 1899 in Wapse, overleden op 23 mei 1985 in Deever).
Roelof (Roef) Offerein werd op 28 mei 1905 op ’t Kastiel in Deever geboren in de boerderij die nu als adres Van Osstraat 2 heeft en is op 17 mei 1983 overleden an de Deeverbrogge in de boerderij met adres Dieverbrug 33.
Cornelis Seinen (geboren op 8 september 1912 in Deever, overleden op 6 november 1989 in Deever) was getrouwd met Hendrikje Schiphorst (geboren op 5 oktober 1912, overleden op 14 oktober 1989).
Harm Moes (geboren op 3 januari 1906, overleden op 8 februari 1993) was getrouwd met Janna Eggink (geboren op 1 maart 1907, overleden op 6 december 1983). Zijn ouders waren Dirk Moes (geboren op 5 januari 1876, overleden op 14 juni 1952) en Aaltje Timmerman (geboren op 10-april 1880, overleden op 6 juli 1960).
Gegevens van Hendrik Mulder moeten nog worden uitgezocht.
De boermarke stamt uit de middeleeuwen en was van oorsprong een verband van grotere boeren die onderling het beheer en gebruik van hun gemeenschappelijke gronden regelden. Het woord marke betekent grens en werd gebruikt om het gebied aan te geven dat bij een dorp hoorde: de boermarke van Diever, de boermarke van Wapse, de boermarke van Wittelte en de boermarke van Wateren. In de tachtiger van de vorige eeuw ging het in Deever nog om het beheer van kleine resten van de oorspronkelijke boermarke, zoals bijvoorbeeld de ‘boer’nbos an de Grönnegerweg’.
De foto bij het berichtje in de Olde Möppeler (Möppeler Kraante, Meppeler Courant) is gemaakt door de Deeverse dorpsfiguur en dorpsfotograaf Harm Hessels, broer van dorpsfiguur Jan Hessels.

Aantekeningen van de redactie van ut Dievers Archief
De redactie ontving op 13 juni 2015 de volgende reactie van Gea Offerein.
Beste mensen,
Op jullie heel mooie website kwam ik bij het onderwerp Boermarke een stukje over mijn opa tegen.
Hij heette echter Roelof Offerein, niet Hendrik Offerein.
Hendrik Offerein is een andere persoon uit Diever, inmiddels ook overleden, neef van mijn vader en moest dus oom zeggen tegen mijn opa.
Mijn vader is Cornelis Frederik Offerein.
Met vriendelijke groet,
Gea Offerein

Posted in Aarfgood, Alle Deeversen, An de Deeverbrogge, Boermarke van Deever, Deever | Leave a comment

Poesie van de dood op un grafstien uut 1911

Op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever is het graf van Lamkjen Siegersdochter Hofstee en Saakje Siegersdochter Hofstee te vinden. Op het graf staat één grafsteen voor de twee meisjes. Zie de bijgaande foto, die de redactie van ut Deevers Archief op 4 april 2013 heeft gemaakt.

Wat deze grafsteen zo bijzonder maakt, is de aanwezigheid van zeldzame funeraire rijmelarij op de steen, deze luidt als volgt:
Arme ouders .
Waarom treurt gij.
Waarom weent gij om ons lijk.
Boven leven wij. 
Boven zweven wij.
Als Engeltjes van ’t Hemelrijk.

De literair onderlegde bezoeker van ut Deevers Archief wordt bij de kwaliteit van dit gedicht over de dood enkel ter vergelijking verwezen naar de welbekende en veel gelezen funeraire gedichten van Daniël Heinsius, Pieter Corneliszoon Hooft, Constantijn Huijgens en Joost van den Vondel.
Wellicht schreef William Shakespeare ook wel gedichten over de dood. To be or not to be, that’s the question. Zijn of niet zijn, dat is de vraag. Bestaan of niet bestaan, dat is de vraag. Het antwoord is: Wij zijn langer niet dan wel op deze aarde. Het antwoord is: Wij bestaan langer niet dan wel op deze aarde.

Aannemende dat het niet de diepbedroefde ouders zelf zijn geweest, die dit gedichtje op de grafsteen hebben laten zetten, rijst wel de vraag wie het dan wél heeft gedaan ? Waren het de zusters en de broeders van beide zusjes ? Waren het de zusters en de broeders van de beide ouders ?

Als de Hoge Dametjes En Heren Van De Voorkant Van Het Gelijk In Het Raadhuis Aan De Gemeentehuislaan In Deever besluiten het perk, waarin deze prachtige cultuurhistorisch zeer waardevolle grafsteen staat, om geldelijke of wat voor voorkant-van-het-gelijk-reden dan ook te ruimen en de familie van Lamkjen Siegersdochter Hofstee en Saakje Siegersdochter Hofstee zou besluiten de grafrechten niet meer te betalen of niet weer te gaan betalen, dan nog zouden deze grafen met de prachtige cultuurhistorisch zeer waardevolle grafsteen duurzaam gespaard moeten worden voor volgende generaties.

Saakje Hofstee is geboren op 9 september 1897 in Wapse. Zij is op 13-jarige leeftijd overleden op 14 juli 1911 in Wapse.
Lamkjen Hofstee is geboren op 13 mei 1899 in Wapse. Zij is op 12-jarige leeftijd overleden op 24 juli 1911 in Wapse.
Beiden waren dochters van boer Sieger Hofstee en Akke van der Burg en zusters van Froukje, Klaas en Tjibbe Hofstee.

In de krant ‘het Nieuwsblad van Friesland: Hepkema’s Courant’ verscheen op 29 juli 2011 het navolgende overlijdensbericht:
Werden wij den 14den Juli in rouw gedompeld door het overlijden van onze dochter en zusje Saakje, heden werden wij weer opnieuw getroffen door het overlijden van onze dochter en zuster Lamkjen, op den nog jeugdigen leeftijd van 12 jaar en ruim 2 maanden, een ziekte van slechts 2 dagen maakte ook een einde aan haar voor ons zoo dierbaar leven.
Wapse, 24 juli 1911,
De diepbedroefde Ouders, Zusters en Broeders,
S.K. Hofstee, A. Hofstee-van der Burg en kinderen
Algemene kennisgeving aan vrienden en bekenden.

Abracadabra-1625Abracadabra-1626

Posted in Aarfgood, Deever, Kaarkhof Grönnegerweg, Overlijdensbericht, Wapse | Leave a comment

Waètervaarftiekening van de Peperstroate in Deever

De kunstenaar Jan Planting maakte in de tweede helft van de veertiger jaren van de vorige eeuw (waarschijnlijk in 1948) met waterverf op papier een tekening van de toen nog fraaie en tekenwaardige Peperstroate in Deever. Zie de bijgaande afbeelding. Het resultaat van deze kunstzinnige werkzaamheid hangt in Drachten in het Museum Dr8888 (Museum Drachten).
Gegevens over deze waterverftekening zijn te vinden in de Collectie Nederland: Museum, Monumenten en Archeologie.
De redactie van ut Deevers Archief neemt voor alsnog aan dat de kunstenaar Jan Planting wel een foto als voorbeeld voor zijn waterverftekening heeft gebruikt, maar de redactie is helaas niet bekend met deze foto.
Om de zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief toch een indruk te geven van de situatie in de Peperstroate rond 1948 verwijst de redactie naar een zwart-wit ansichtkoate van de Peperstroate.
Flink wat olde huus’n an de Peperstroate werden in de zestiger en zeventiger van de vorige eeuw gründlich en rücksichtlos gesloopt door de megalomanistische burgemeester Jan Cornelis Meiboom (die in de volksmond altijd ome Kees werd genoemd, zijn hond werd altijd Krentestoete genoemd) en zijn gelijkgestemden onder de Hoge Heren Van De Meedogenloze Voorkant Van Het Gelijk In Het Gemeentehuis Aan De Brink Van Deever. Alleen al de bestrating van de Peperstroate had op zijn minst beschermd Deevers aarfgood moeten zijn geworden.

Posted in Aarfgood, Kuunst in de gemiente Deever, Peperstroate, Tiekening, Topstuk | Leave a comment

In Oll’ndeever stiet nog un Deeverse greinsstien

Het direct na de Tweede Wereldoorlog door de voorkant van het gelijk bij elkaar gefantaseerde en op 3 september 1946 door de Hoge Raad van Adel goedgekeurde wapen van de gemiente Deever is her en der binnen de grenzen van de gemiente Deever gelukkig terug te vinden op bewaard gebleven grensstenen.
Zo staat een door de eigenaar zeer goed onderhouden exemplaar – daarvoor driewerf hulde – op zijn originele betonnen sokkeltje bij de zijgevel en bij de zo te zien nog steeds in gebruik zijnde regenput van een woonboerderij an de Wittelterweg in Oll’ndeever.
Hulde aan de bewoners van dit pand, die deze grenssteen gelukkig hebben gered uit de sloopgrage handen van de gezagsgetrouwe medewerkers van de voorkant van het gelijk.
Zie de twee hier afgebeelde kleurenfoto’s die de redactie van ut Deevers Archief op 26 april 2018 van de bewoners mocht maken en in ut Deevers Archief mag tonen; daarvoor hartelijk dank.
Dit stuk versierd beton heeft, tot vóór de dag waarop de gemienten Deever, Dwingel, Vledder en Oavelt helaas gedwongen opgingen in de gemeente Westenveld, langs een weg op de grens van de gemiente Deever en een aangrenzende gemeente gestaan.
Wellicht weten de eigenaren van deze grenssteen langs welke weg deze grenssteen stond ?

Posted in Aarfgood, Gemiente Deever, Oll'ndeever, Woap'm van Deever | Leave a comment

Wee wilt de toal van oense mow bliem’m proat’n

Ik was aangenaam verrast toen ik – al weer heel wat jaren geleden – bij een transactie met Roelof Boer, garagehouder aan het Moleneinde (Katteneinde) in Deever, de fraaie bundel ‘Wat was en was is’, geschreven door zijn vader Harm Boer, cadeau kreeg.
Deze bundel met nagelaten werk van schrijver en dichter Harm Boer is samengesteld door Meine Hoekstra in samenwerking met de kinderen van Harm Boer en werd in oktober 1999 uitgegeven door Reclamebureau Drokwark uut Dwingel.
De bundel ‘Wat was en wat is’ is verschenen na het overlijden van schrijver en dichter Harm Boer op 1 april 1995.
Ik publiceer hier – met toestemming van de familie Boer – het gedicht ‘Dialect’, waarin Harm Boer op prachtige zacht humoristische wijze beschrijft hoe hij het dialect van Lhee met name van zijn moeder (mow’s toal) leerde en hoe gehecht hij was aan het Dreins.
De tekst van het gedicht heb ik letterlijk overgenomen uit de bundel, aan de spelling van de woorden heb ik niet getornd en daarom heb ik geen ‘verbeteringen’ in de spelling aangebracht.
Ik stel de organisatoren van de activiteit ‘Verdieverderen um de stamtoafel’ ten stelligste voor in een mogelijk volgende bijeenkomst aandacht te besteden aan het Dreinse en zo mogelijk ook Deeverse gedicht.
Wellicht is in Deever of in een omliggend dorp een huiseigenaar te vinden die op een kale en saaie muur het fraaie gedicht Dialect wil laten schilderen. Wat te denken van het benutten van het grijze muurvlak links naast de ingang van het voormalige kantoorgebouw van de cultuurstimulerende Rabobank an de Peperstroate in Deever ? Zie de bijgevoegde kleurenfoto, die de redactie van ut Deevers Archief op 26 april 2018 heeft gemaakt. De voorbijganger kan dan na het lezen van het gedicht van Harm Boer niet meer even op het roodgeverfde Rabobankbankje gaan zitten en dan rustig zijn gedachten laten gaan over het nut van het behoud van ut Deeverse dialect. Hoe het was, hoe het is en hoe het zal zijn.

Dialect
’t Hung in de ruumte
waor ik lag
vanof de eerste dag.
Bij alles wat ik
heb edrunken
hebt lieve woordties
klunken
en elke luier
voel of nat
gung zachies praotend
van mien gat.
Toen ik kreup
kreup ik te wied
en toen ik leup
hetzelfde lied.
Uut angst dat ik verzeup
was het moeder
die mij reup
maor ieder woord
dat spreuken weur
had in zien spraok
dezelde kleur
herkenbaor veur het volk
en veur de streek
gienien die
daorvan week.
En daorum onder het proaten
onder het schrieven
hol ik vaaste:
Oens Dreins gepraot
dat lang nog
hier zal blieven.

Abracadabra-1497

Posted in Aarfgood, Cultuur, Deevers, Dorpskracht | Leave a comment

Sicht op de diek rond ut swömbad Deeversaand

De besloten vennootschap Berkenheuvel van de zeer vele erfgenamen/nazaten van mr. Albertus Christiaan van Daalen, de grondlegger van het landgoed Berkenheuvel, heeft in het begin van 2018 een perceel bos aan de weg naar het Monument op Berkenheuvel geoogst. Hadden de zeer vele erfgenamen/nazaten van mr. A.C. een voorraadje hout nodig voor de open haard in hun drukbezette landhuis Berkenheuvel aan de Noorderesch van Deever ?
Een gelukkige bijkomstigheid van deze kaalslag is het ontstane zicht op een deel van de dijk rond het voormalige zwembad Dieverzand aan de Bosweg. De achterkant van deze dijk is op de tweede afgebeelde kleurenfoto aan de linkerkant te zien. De dijk bestaat uit grond die vrijkwam bij het graven van het zwembad Dieverzand an de Bosweg in Deever. De resten van het voormalige zwembad Dieverzand zijn te beschouwen als een gemeentelijk archeologisch post-bellum monument van de eerste categorie. Ech wè.
De voorkant van dit deel van de dijk is op de hier afgebeelde zwart-wit foto te zien achter het publiek aan de kant van het zwembad. De zwart-wit foto is gemaakt in de vijftiger jaren van de vorige eeuw. Op de spriet (de stam van een denneboom) boven het water balanceert mejuffrouw Sina Smit; zij is verkleed als verpleegster.
De redactie ut Deevers Archief heeft de twee afgebeelde kleurenfoto’s gemaakt op 26 april 2018.

Posted in Aarfgood, Bosweg, Cultuurhistorie, Swömbad Deeverse Saand | Leave a comment

Veer Stako art deco aarmstool’n ut un kaarke

De vier hier afgebeelde houten armstoelen zijn van het merk Stako. Zie afbeelding. Deze stoelen in art deco stijl zijn in 1950 gemaakt in meubelfabriek De Toekomst an de Deeverbrogge. De stoelen zijn in de originele staat. Op de afgebeelde foto’s is duidelijk te zien dat de stoelen stevig zijn gebruikt, maar nog lang niet zijn versleten. Ze hebben lange tijd dienst gedaan in een kerk. Stako-stoelen zijn uiteraard stapelbaar (afbeelding 3) en koppelbaar (afbeelding 4). De zithoogte van de stoelen is 48 cm. De stoelen hebben een hoogte van 83 cm, een breedte van 54 cm en een diepte van 45 cm. Nog bestaande Stako-stoelen zijn Deevers aafgood. Ech wè.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Afbeelding 3

Afbeelding 4

Afbeelding 5

Afbeelding 6

Posted in Aarfgood, An de Deeverbrogge, Meubelfabriek 'de Toekomst', STAKO-meubel | Leave a comment

Wie hef de geetieser’n ouroboros mit eneum’m ?

Aan het begin van perk A op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever ligt op een graf een gietijzeren grafzerk. Zie afbeelding 8. De grafzerk is in 1873 gemaakt door de Asser IJzergieterij. Deze gietijzeren grafzerk met symbolen van leven en dood is Deevers aarfgood. Ech wè. De gietijzeren grafzerk werd onder meer ook versierd met een slang die zijn eigen staart eet. Het is een gietijzeren ouroboros (vertaald uit het Oudgrieks : staart-eter).
De redactie van ut Deevers Archief heeft van deze ouroboros voor het laatst op donderdag 22 april 2021 een kleurenfoto gemaakt; zie afbeelding 4. Daarna heeft de redactie kleurenfoto’s gemaakt van de gietijzeren zerk zonder de gietijzeren ouroboros; zie de afbeeldingen 2 en 1.
De grote vraag is natuurlijk wanneer het graf is geschonden en wie de grafschenner is; wie heeft op baldadige en moedwillige wijze dit graf beschadigd ? De gietijzeren ouroboros is niet zo groot en is ook niet zo zwaar, dus die kan gemakkelijk in de kattebak van een bij de ingang van de kaarkhof geparkeerde auto worden gelegd. De redactie roept de persoon die de gietijzeren ouroboros heeft meegenomen ten zeerste op deze weer op de grafzerk te leggen. Deze gietijzeren grafzerk met inbegrip van de symbolen van leven en dood is Deevers aarfgood. Ech wt 
Het viel de redactie wel op dat op maandag 19 april 2021 de figuur in de vorm van een gietijzeren zandloper ontbrak; zie afbeelding 5. Echter op zaterdag 17 december 2022 (zie afbeelding 2) en dinsdag 14 maart 2023 (zie afbeelding 1) was de gietijzeren zandloper wel weer aanwezig. What the hell is going on ?
Als de grafschenner, die de gietijzeren ouroboros meenam, dezelfde persoon is als de grafschenner die de gietijzeren zandloper meenam en weer teruglegde, dan bestaat de kans dat de gietijzeren ouroboros wordt teruggelegd op de gietijzeren grafzerk. De redactie is de berouwvolle grafschenner bij voorbaat bijzonder erkentelijk voor dit terugleggen. Dan is dit Deevers aarfgood weer volledig.

Afbeelding 1
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto gemaakt op dinsdag 14 maart 2023.
Afbeelding 2
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto gemaakt op zaterdag 17 december 2022.

Afbeelding 3
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto gemaakt op donderdag 22 april 2021.

Afbeelding 4
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto gemaakt op donderdag 22 april 2021.

Afbeelding 5
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto gemaakt op maandag 19 april 2021.

Afbeelding 6
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto gemaakt op vrijdag 28 november 2020.
Afbeelding 7
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto gemaakt op woensdag 11 december 2019.

Afbeelding 8
De redactie heeft de hier afgebeelde kleurenfoto gemaakt op zaterdag 16 juni 2018.

Posted in Aarfgood, Kaarkhof Grönnegerweg | Leave a comment

De kaarke an de brink was un ruïne ewödd’n

De redactie van ut Deevers Archief kwam bij het digitaliseren van zijn papieren archief weer het artikel ‘Er staat een kerk op instorten’ van de journalist P.W. Russel tegen. Dit artikel is gepubliceerd op de bladzijden 26 en 27 van het protestants-gristelijke -met foto’s en advertenties verluchtigde- weekblad De Spiegel van 23 juli 1955. De redactie moest na het scannen van de twee bijna A3-formaat bladzijden op zijn A4-scanner even knutselen om de afbeeldingen 1 en 2 te verkrijgen.
De redactie heeft de overgetikte tekst van het artikel en de foto’s in het artikel in een groter formaat weergegeven in een apart bericht in ut Deevers Archief.

Afbeelding 1
Bladzijde 26 van De Spiegel van 23 juli 1955
Afbeelding 2
Bladzijde 27 van De Spiegel van 23 juli 1955

Posted in Aarfgood, Kaarke an de brink, Toor'n an de brink | Leave a comment

Ome Kees hef Peperstroate 6 lilluk weg eknooit

Burgemeester Jan Cornelis Meiboom (die in de Deeverse volksmond altijd ome Kees werd genoemd) met de zijnen hadden al in 1953 hun meedogenloze begerige slopersogen laten vallen op de zo nodig zo genoemde ‘krotwoning’ met adres Peperstraat 6 in Deever. Dat was het noordelijke deel van de dubbele woning op de hoek van de Peperstraat en de Kleine Peperstraat. Zie afbeelding 2. De woning met adres Peperstraat 6 was eigendom van bakker B. Jonkman, die an de Gowe woonde. De woning met adres Peperstraat 6 werd in 1953 bewoond door de familie Hendrik Baaiman.
De ijverige loyale ambtenaartjes van de dienst Gemeentewerken Diever maakten van de twee Deeverse erfgoedpanden maar wat graag voor het destructieve sloopplan van burgemeester Jan Cornelis Meiboom (die in de Deeverse volksmond altijd ome Kees werd genoemd) met de zijnen een tekening in het kader van de zo nodig zo genoemde ‘krotopruiming’. De redactie toont hier in de afbeeldingen 1, 2, 3 en 4 respectievelijk de zuidgevel, de westgevel, de noordgevel en de oostgevel van de genoemde krotopruiming-tekening.
Het is burgemeester Jan Cornelis Meiboom (die in de Deeverse volksmond altijd ome Kees werd genoemd) met de zijnen helaas inderdaad wel gelukt de zo nodig zo genoemde ‘krotwoning’ met adres Peperstraat 6 te slopen. De redactie van ut Deevers Archief weet helaas niet in welk jaar dat is gebeurd (1955-1960 ?). Dat slopen kon pas gebeuren, nadat de familie Hendrik Baaiman van de Peperstraat in Deever was verbannen naar de Wapserveenseweg in Wittelte. Zo sloeg ome Kees twee vliegen in één klap. De te slopen tot zo nodig zo genoemde ‘krotwoning’ gebombardeerde woning met adres Peperstraat 6 kwam leeg te staan en dankzij het zeer kinderrijke gezin Baaiman-Veldhuizen werd de Witteler skoele weer een tijdje van de onvermijdelijke ondergang gered.
De lege ruimte na de destructie van de zo nodig zo genoemde ‘krotwoning’ met adres Peperstraat 6 is te zien in een in ut Deevers Archief getoonde afbeelding van een zwart-wit ansichtkaart.
Een stukje van de zuidgevel van de zo nodig zo genoemde ‘krotwoning’ met adres Peperstraat 6 is ook te zien op een afbeelding van een in 1955 gemaakte foto in ut Deevers Archief.
De woning met adres Peperstraat 6 is bijvoorbeeld ook te zien op een sepiakleurige afbeelding van de Kleine Peperstraat.

Afbeelding 1

Afbeelding 2


Afbeelding 3

Afbeelding 4

Posted in Aarfgood, Peperstroate | Leave a comment

De breurs Zeephat hept de stien’n van de meule ebilt

In de Olde Möppeler (Möppeler Kraante), jaargang 1963, nummer 118, van 4 oktober 1963 verscheen het volgende bericht over het slijpen van de stenen van korenmolen ‘de Vlijt’ in Oll’ndeever. De redactie van ut Deevers Archief vond dit artikel bij het digitaliseren van zijn papieren archief in een van de vele dozen met krantenknipsels.

Molen staat sinds 1858
Er zijn in Nederland nog maar weinig molens, die gebruikt worden voor het malen van graan tot meel. Dit aantal wordt bovendien doorlopend kleiner, want wanneer de molensteen éénmaal stomp is geworden, is er niemand die de molenstenen opnieuw kan scherpen. Dit is een oude kunst, die de rasechte molenaars verstonden. Met het verdwijnen van dit ambacht zijn degenen die deze bijzondere werkzaamheden kunnen verrichten, nagenoeg geheel verdwenen.
Sinds 1958 staat in Diever (Oldendiever) de molen ‘de Vlijt’ bij de bevolking beter bekend als de Dieverse molen, In 1958 onderging deze molen een grondige restauratie, die twintigduizend gulden kostte. Rijk, gemeente, provincie en de vereniging ‘de Hollandse Molen’ brachten dit omvangrijke bedrag bij elkaar.
Nu in 1963 zijn de molenstenen stomp geworden en het zou bijzonder jammer zijn, indien ook deze molen non-actief zou worden. Niet omdat de molenaar dan niet meer zijn brood kan verdienen, want het molenaarsvak levert geen ‘zout op de aardappels’ op. De eigenaar van de Dieverse molen, de heer A. Uiterwijk Winkel, gebruikt de molen zo nu en dan, terwijl nu zijn hoofdberoep meelhandelaar is. Een stukje folklore zou echter verloren gaan en juist dat zou zo bijzonder jammer zijn.

Op zoek
De vereniging ‘de Hollandse Molen’ ging op zoek naar een molenaar, die de stenen zou kunnen slijpen. Om een dergelijk persoon te vinden, moest zij bij de oudere generatie zijn. Zelfs bij de heel oudere, want dan had men nog een kans. Men kwam tenslotte terecht bij de heer W. Zeephat uit Makkinga en hem werd gevraagd dit zaakje even op te knappen. ‘Natuurlijk’, zei de heer Zeephat en hij nam zijn broer mee.
Jong zijn de gebroeders Zeephat geenszins, doch voor een dergelijk karweitje deinzen zij niet terug. Wijert Zeephat is negentig jaar oud en beslist de oudste molewaar van ons land. Nog altijd woont hij in een molen en nog steeds maalt hij, zij het dan slechts zo nu en dan. Vanaf zijn achttiende jaar is de heer Zeephat al in het vak, hetgeen dus betekent dat hij nu al 72 jaar lang molenaar is.
Wijert en Roelof, die 77 jaar oud is, hebben de molenstenen snel en goed geslepen. Dat deden zij in ongeveer vijf uur. Dat is snel en toen de gebroeders Zeephat daarover gecomplimenteerd werden, antwoorden zij: ‘Och, wee bint jonge kièrels’.
Dank zij deze ‘jonge kerels’ kan de molen in Oldendiever nu weer dienst doen en is een stukje folklore behouden.

Tekst bij de foto van de molen
Al sinds 1858 siert de molen ‘de Vlijt’ het Dieverse landschap. De molen kan nu weer dienst doen, nu de stenen zijn gescherpt.

Tekst bij de foto van de stenenslijpers
De oudste molenaar van ons land Wijert Zeephat uit Makkinga (rechts) die 90 jaar is, is hier met zijn 77-jarige broer Roelof, ook molenaar van beroep, in actie met het scherpen van de stenen van de molen in Diever.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Het scherp maken van molenstenen wordt ‘billen’ genoemd. De schrijver van dit artikel overdreef uiteraard wat betreft het verloren gaan van de kennis en de kunde van het scherpen van molenstenen.
Het is daar heden ten dage minder dramatisch mee gesteld, dan het artikel in de Olde Möppeler doet vermoeden. De redactie verwijst hier gemakshalve naar gegevens over molenstenen in de webstee Wikipedia.
Wijert Zeephat is geboren op 15 april 1873 en hij is op 8 mei 1970 op 97-jarige leeftijd overleden in Makkinga.
Roelof Zeephat is geboren op ….. en is overleden op …. Wie weet zijn gegevens ?
De redactie zou wel graag weten welke vrouw op de akker bij de molen bezig is met het rooien van aardappelen ?

Posted in Aarfgood, Meule, Meule van Oll’ndeever, Oll'ndeever | Leave a comment

De kaarke an de brink was un ruïne ewödd’n

In het protestants-gristelijk georiënteerde weekblad De Spiegel verscheen in het nummer van 23 juli 1955 het volgende artikel Er staat een kerk op instorten ! van de hand van de journalist P.W. Russel over de slechte staat van het kerkgebouw en de gemeentelijke toren op de brink van Deever. Het artikel is geschreven kort voor aanvang van de grote restauratie van het oude kerkgebouw en de gemeentelijke toren in de jaren 1956/1957. De twee bladzijden van het artikel zijn in een apart bericht in ut Deevers Archief weergegeven. 

Er staat een kerk op instorten !
‘Ja, dit is een ramp’, zei burgemeester J.C. Meyboom van Diever, toen ik hem opbelde om een afspraak te maken. ‘Beslist een ramp, zoals de kerk er nu bij ligt’, herhaalt hij, als wij op het kerkplein in het centrum van zijn dorp staan. Diever, het bijna vijf-en-dertig-honderd zielen tellende dorp tussen Assen en Meppel, kent in deze dagen nog maar één gesprek: de kerk. De bakker en de melkboer, de burgemeester en de jonge dominee Smit. allen zijn er vol van. ‘Er zijn twee mogelijkheden: óf we gaan de kerk het volgend jaar sluiten en schaffen een bordje aan ‘Ruïne te bezichtigen’, óf er wordt gerestaureerd.’ Zo stond het op een folder en het hele dorp is geschrokken.
De hervormde gezinnen in het dorp – het is hun kerk – brachten 22.000 gulden bij elkaar; vlugschriften leverden nog eens tien mille op en een fonds beschikte nog over drieduizend gulden. Vijf-en-dertig-duizend gulden dus. Die zijn er.
‘Maar weet u wat dit gaat kosten ?’ vraagt burgemeester Meyboom, die nu al zestien jaar zijn krachten aan Diever geeft. ‘We hadden een eerste begroting en daar stond als eindbedrag 170.000 gulden op. Daar was niet bij gerekend wat er allemaal in de kerk moet gebeuren, na de restauratie. Ik bedoel zaken zoals meubilair, verwarmingsinstallatie en verlichting.
‘Maar wacht even. Kijk, ziet u die meneer daar uit de kerk komen ? Juist, dat is de heer G.C. Helbers, de directeur van het Provinciaal Museum in Assen. Moet u hem eens vragen, waarom het allemaal zo duur gaat worden.’ ‘Hierom’, zegt de heer Helbers, die breedgeschouderd en goedgehumeurd is, ‘we gaan deze kerk niet repareren, niet herstellen, maar restaureren. En dat betekent, dat we alles zoveel mogelijk in de oude en originele vorm terugbrengen.’
‘Deze kerk staat op instorten’, aldus de directeur van het museum in Assen. ‘Niets meer en niets minder. Alle maatregelen, die nodig waren, zijn genomen. We gaan restaureren, dat is één. We hebben een restauratiecomité, dat is twee. Gedeputeerde Staten zijn helemaal accoord, dat is drie en er is een begroting, nummer vier. We startten dus, twee weken geleden.’
‘Maar wat ontdekken we ? Tien centimeter onder de huidige tegelvloer in de kerk ligt een tweede vloer, van rode plavuizen. Oh, dachten we, de originele staat van de kerk was dus tien centimeter lager. Neen, helemaal niet, want nog eens vijfentwintig centimeter lager vinden we een tweede vloer, van groene en gele tegeltjes. Dat betekent dus, dat we de hele kerk vijf-en-dertig centimeter moeten uitgraven, om de oorspronkelijke diepte terug te krijgen.’
We lopen door de kerk, de burgemeester, de heer Helbers en ik. ‘Ga hier eens in dat gat staan’, zegt de heer Helbers. ‘Ziet u wel, de kerk wordt hoger en imponeert nu veel meer door zijn verhoudingen. We hebben verder inkassingen gevonden, waaruit blijkt, dat het middenschip en het hoogkoor eens overwelfd waren. Overal aan de zijkanten ziet u nog hele of halve colonetten; bij die halve heeft men in vroegere jaren de rest gewoon weggehakt, om ‘ruimte’ te krijgen. En kijkt u eens naar de zoldering. Half verteerde planken uit 1760. Het gewelf zit er onder. De manier, waarop vroeger aan deze kerk is gewerkt, is gewoon in-elkaar-timmeren geweest.’
‘Hoe oud is deze kerk van Diever eigenlijk, burgemeester ?’ vraag ik. ‘De kerk dateert uit 1400 en de toren uit 1100’, is het antwoord. ‘Naar die tijd moeten we met onze restauratie dus terug’, vult de heer Helbers aan. ‘Steeds doen we meer ontdekkingen: dichtgemetselde ramen, die open behoren te zijn; muren in zijbeuken die er maar gewoon tussen gemetseld werden en kostbare zandstenen randen rond pilaren, waar de een of andere optimist rustig overheen kalkte. Maar al die verrassingen doen de begroting van de restauratie angstig naar boven lopen. De tweede (definitieve’?) begroting moet nog komen, maar men vreest dik boven de twee ton te komen.
‘Maar dit kon niet langer’, zegt burgemeester Meyboom, die tegelijk voorzitter van de restauratiecommissie is. ‘Twee tot drie jaar duurt de restauratie, maar we zijn beslist tegenover het nageslacht verplicht een bouwwerk als dit, met zulk een rijkdom aan schoonheid, te bewaren.’ ‘Hier in dit hoekje moet U gaan staan en dan naar boven kijken’, adviseert de heer Helbers. Ik doe het en kijk dwars door het dak heen. Niet door een klein gaatje, maar door een opening, waar met gemak een divan in de breedte doorheen getrokken kan worden. Het dak van nieuwe pannen voorzien, kon ook niet meer, want geen mens durft meer naar boven. ‘Eerst moeten alle rotte balken weggehaald, want een kind zou er door vallen’, zegt de heer Helbers.
Tot 1 juni van dit jaar zijn de kerkdiensten in Diever gewoon doorgegaan. En het is goed, dat de dorpelingen het niet zo precies geweten hebben. Want toen men begon met breekijzers de planken van de zijvloeren los te breken, bleven de planken zitten en vielen de verteerde binten naar beneden. ‘Om niet eens te praten van de kerkbanken zelf’, merkte de burgemeester op. ‘Daar, vóór de kerk ziet u ze liggen: één hoop vermolmd hout. Ze vielen in elkaar toen men ze wilde wegdragen.’

Onderschrift van foto 1 in het artikel
Zo ziet de kerk er nu van binnen uit: de orgelpijpen, tijdig gered uit de ruïne, liggen in het zand; kruiwagens staan in het middenpad; de kansel wordt voorzichtig gesloopt en in de muren van het hoofdkoor ontdekt men steeds meer verborgen nissen.
Onderschrift van foto 2 in het artikel
Dit is de kerk van Diever, die op instorten staat. Aan de dakrand en vlak bij de toren zijn de gaten te zien, terwijl op de voorgrond een dichtgemetseld raam herinnert aan de eerste helft van de 17de eeuw, toen de kerk na een brand werd ‘vertimmerd’.

Onderschrift van foto 3 in het artikel
Oorspronkelijke hoge, smalle ramen in gotische stijl; sinds honderden jaren al dichtgemetseld, met hier en daar een recht raampje. ‘Maar voor we het open maken, moet de kerk eerst gestut’, zei de directeur van het Provinciaal Museum in Assen. ‘Anders valt de hele zaak in.’

Onderschrift van foto 4 in het artikel
Ik ben 79 jaar’, zegt Geert Dekker, ‘en gedurende 45 jaar daarvan heb ik de kerkklok van Diever geluid. Nu moet ik drie jaar wachten, maar ik weet niet wat ik in die tussentijd moet doen.’

Onderschift van foto 5 in het artikel
Niet alleen in de kerk, maar ook in de toren zijn in de loop der eeuwen ramen dichtgemaakt. De steunbeer uit de vijftiende eeuw, vlak naast de ronde deur, kan elk ogenblik omvallen. De stenen, voor zover ze niet afbrokkelden, staan los op elkaar en de specie geeft geen enkel houvast meer.

Onderschrift van foto 6 in het artikel
Met het grootste gemak breekt burgemeester J.C. Meyboom van Diever een plank van een kerkbank door. Tot 1 juni van dit jaar volgden de dorpelingen, gezeten op deze banken, de kerkdiensten.

Onderschrift van foto 7 in het artikel
Als u in een zijbeuk van de Dieverse kerk staat en omhoog kijkt, dan ziet u dit: verteerde balken, gescheurde muren en een kapot dak.

Posted in Aarfgood, Deever, Kaarke an de brink | Leave a comment

De pette van de arbeiders van de gemiente Deever

De arbeiders in vaste buitendienst van de gemiente Deever konden beschikken over een werkpet, niet zo maar een werkpet, maar eentje die was versierd met het wapen van de gemiente Deever. Velen zullen goede herinneringen hebben aan de mannen die deze pet droegen, zoals Jan van de Berg, Jan Jurjen de Boer (kappertie de Boer), Jan Brugging en Hendrik Wiltinge. Sommigen droegen deze pet elke dag, anderen bijna nooit of nooit.
De redactie van ut Deevers Archief heeft de hier afgebeelde kleurenfoto (zie afbeelding 1) toevallig in het voorbijgaan gemaakt op woensdag 3 oktober 2012. De pet op de kleurenfoto (zie afbeelding 1) lag toen in een vitrinekast van de Historische Vereniging Gemeente Diever direct rechts bij de ingang van het toen steeds meer in verval rakende en verloederende Dingspilhuus an de Heufdstroate in Deever. Ut Dingspilhuus, het echte en enige warme hart van het dörp Deever, is helaas, jammer genoeg, met geschwinde spoed en in gestrekte draf in december 2919 in elkaar gebeukt.
De grote vraag was natuurlijk waar deze pet was gebleven ná de afbraak van ut Dingspilhuus ? Het zou bijzonder jammer zijn dat deze pet verloren zou zijn geraakt bij het overhaaste vernielen van ut Dingspilhuus, want een dergelijk fraai hoofddeksel behoort – nota bene, mind you, let wel – zeker tot ut Deevers aarfgood.
De redactie van ut Deevers Archief heeft de hier afgebeelde kleurenfoto (zie afbeelding 2) toevallig in het voorbijgaan gemaakt op zaterdag 17 december 2022. De pet op de kleurenfoto (zie afbeelding 2) lag toen in een vitrinekast van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever direct links bij de ingang van de ruimten in het krimpfiliaaltje van de Möppeler scholenmoloch Stad en Es op de Westeresch, waar inwoners van Deever en omgeving een drankje mogen kopen en een sport-, vergader- of theaterzaaltje mogen huren.

De gemeente Westenveld heeft helaas geen echte Deeverse arbeiders meer in de buitendienst. Want arbeiders, dat zijn mensen die met hun handen werken, die zijn uit de tijd geraakt, daar doen ze bij de gemeente Westenveld niet aan. Dat soort werk besteed je voor veel schaars belastinggeld uit. Outsourcing heet dat tegenwoordig. De gemeente Westenveld heeft als onderneming in de policy industry alleen ambtenaren en ambtenaressen in de binnendienst. Je ziet ze nooit, je kunt ze van buiten af ook niet zien, maar ze zitten voor alle duidelijkheid op de eerste verdieping achter hun schermpjes, verschanst achter de vele ramen van het luxe complex van kantoortuinen en kantoorparken in Het Raadhuis aan de Gemeentehuislaan in Deever. De bevolking van de gemeente Westenveld hoest voor alle duidelijkheid wel direct en indirect hun salarissen en pensioenpremies op.
De homo sapiens burocratis municipii Occidentiscampum noemt zichzelf vaak beleidsambtenaar of beleidsmedewerker of beleidsregisseur, of misschien wel beleidssouffleur, of misschien wel beleidsvoorbereider, of misschien wel beleidsondersteuner, of misschien wel beleidsinfluencer, of misschien wel beleidsbeslisser, of misschien wel beleidsvlogger of misschien wel beleidsuitvinder of misschien wel beleidsdoordrukker. Samenvattend: als de ambtenaar of ambtenares op de een of andere manier het woordje beleid in de benaming van zijn of haar functie weet te frommelen of te frutselen, dan is hij of zij erg onmisbaar, dan is hij of zij erg belangrijk, dan is hij of zij erg onontslaanbaar, dan moet hij of zij direct worden gepromoveerd naar salarisschaal 13 of hoger. Dus nogmaals: de bevolking van de gemeente Westenveld hoest voor alle duidelijkheid wel direct en indirect hun salarissen en pensioenpremies op.
Zie bijvoorbeeld het summum van belangrijkheid en onmisbaarheid in dit voorbeeld.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Posted in Aarfgood, Gemiente Deever, Woap'm van Deever | Leave a comment

Over de Baarg van Wittelte

Waarschijnlijk is de Baarg van Wittelte het laatste restje van een zogenaamde motte. Als de Baarg inderdaad een motte is geweest, dan is het waarschijnlijk dat op de Baarg ook een soort van kasteel of kasteeltje heeft gestaan.
In de lijst van ‘mottes en mottekastelen in Nederland‘ in de website Wikipedia is de Baarg van Wittelte niet genoemd, nu zegt dat niet alles, want de inhoud van Wikipedia moet voortdurend kritisch worden beoordeeld.
In Wikipedia is een en ander te lezen over het mottekasteel.
Op het internet is ook een voorbeeld van een mottekasteel in België te vinden.
Nog meer afbeeldingen van ‘mottekastelen’ zijn te vinden via het aanklikken van: meer afbeeldingen van mottekastelen.
In de website Wikipedia hebben direct belanghebbenden ook een bladzijde volgeschreven met grotendeels subjectieve gegevens over de Baarg van Wittelte.
In de website Wikipedia is ook een grappige foto uit 2009 van de Baarg te vinden. In de tekst bij die foto wordt de Baarg aangeduid als ‘Wittesheuvel’, maar die naam is gewoon een verzinsel van de eigenaar van het land waarin de Baarg ligt. Het is aardig om op deze foto te zien dat om het rijksmonument eindelijk schrikdraad is gespannen.
Nog tot niet zo lang geleden liet de eigenaar van het land gewoon zijn koeien over de Baarg lopen, wat bij heeft gedragen aan het grote vernielen (verropp’m) van deze archeologische rest. Het is ook vermakelijk om te zien dat de eigenaar het kale heuveltje leuk heeft opgedirkt en opgepimpt met een eigengemaakte grijze (gewapend?) betonnen pop. Zwaait de pop met zijn zwaard in de richting van Utrecht ?
Op de website Geheugen van Drenthe is ook enige aan oudere bronnen ontlede gegevens over de Baarg te vinden.
Ook de website Encyclo Online Encyclopedie biedt enkel bekende gegevens uit oudere bronnen.
De website home.kpn.nl/ekats doet enige beweringen die niet worden onderbouwd met verwijzingen naar bronnen. Wel is op deze site een aardige foto van de Baarg te zien.

Posted in Aarfgood, de Witteler Baarg, Oudheidkunde, Wittelte | Leave a comment

Disse greinsstien kreg wièr un mooie stee

De grenssteen met het wapen van de gemiente Deever, die tot aan de grote brand op 30 mei 2021 vlak naast de woonboerderij met adres Wittelterweg 3 in Oll’ndeever stond, is gelukkig tijdens die brand niet verloren gegaan. De grenssteen staat nu bij de in aanbouw zijnde woning, achter een container van Jan Krediet, net naast een slootje. Zie de twee bijgaand afgebeelde kleurenfoto’s. Na de erg lang durende herbouw van de woning zullen de bewoners de grenssteen vast en zeker weer een mooi opzichtig plaatsje bij de woning geven. De redactie feliciteert de bewoners met deze beslissing, want de grensstenen met het wapen van de gemiente Deever zijn Deevers aarfgood. Ech wè. En de redactie van ut Deevers Archief heeft al aangeboden het schilderen van deze grenssteen grateloos uit te willen voeren.
De redactie verwijst de zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief ook naar het bericht In Oll’ndeever stiet nog een Deeverse greinsstien en het bericht De greinsstien an de Wittelerweg is ur nog.

Posted in Aarfgood, Gemiente Deever, Oll'ndeever, Woap'm van Deever | Leave a comment

Oerdegelijke en onverwoestbare STAKO-leunstoelen

Zo nu en dan is het mogelijk tweede-hands of derde-hands of vierde-hands oerdegelijke en onverwoestbare STAKO-stoelen via een webstee op het internet te kopen. In dit geval gaat het om vier retro-design stoelen met een leuning. Zie de bovenste twee afbeeldingen.
N.V. Meubelfabriek ‘De Toekomst’ an de Deeverbrogge was de maker van deze STApelbare en KOppelbare leunstoelen.
Achter op een STAKO-stoel zit een metalen plaatje met daarop de tekst Meubelfabriek de Toekomst, STAKO, Dieverbrug, Tel. 15. Later had het maakbedrijf telefoonnummer 415 en nog weer later telefoon 1415.
De redactie van het Deevers Archief beschouwt nog bestaande STAKO-stoelen als zeldzaam Deevers industrieel erfgoed. Goed onderhouden exemplaren zijn museumwaardig en zouden zeker niet misstaan in het Drentsch Museum in Assen.
Zie ook het bericht Sukersakkie van Meubelfabriek De Toekomst.
Zie ook het bericht STAKO-meubelen: STApelbaar en KOppelbaar.
De maker van deze foto’s, de heer Joost Flikweert van de kringloopwinkel Het Groene Wonen in Drachten, gaf welwillend toestemming de drie foto’s in het Deevers Archief te publiceren. De redactie is hem daarvoor bijzonder erkentelijk.

 

Posted in Aarfgood, An de Deeverbrogge, Bedrief, Meubelfabriek 'de Toekomst', STAKO-meubel | Leave a comment

De naèm’m op un wandelkoate van Baark’nheuvel

In het papieren blad Opraekelen 09/4 (december 1999) van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkundugge vurening uut Deever, verscheen als gemakkelijke bladvulling (16 van de 32 bladzijden) het artikel ‘Een wandeling op het landgoed Berkenheuvel’.
De samensteller van het artikel maakt terecht trots melding van het feit dat de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkundugge vurening uut Deever, in het bezit is van een wandelkaart uit 1936, die is uitgegeven door de N.V. Maatschappij tot Exploitatie van het Landgoed Berkenheuvel. De naamloze vennnootschap was het geldverdienvehikel van eigenaar mr. Albertus Christiaan van Daalen uit Bennekom.
Zie ook het bericht Un wandelkoate veur Baark;nheuvel uut 1936.
De wandelkaart is gemaakt met behulp van de dunne metalen drukplaat, zoals op de bijgaande afbeelding 1 is te zien.
Dus houd een spiegel voor het scherm en de wandelkaart zal zichtbaar en wellicht leesbaar worden, maar tegenwoordig kunnen computerprogrammaatjes voor het bewerken van foto’s dit ook, zie afbeelding 2. En zie ook een afbeelding van een gedrukt exemplaar van deze wandelkaart.
De schrijver van het artikel in het papieren blad Opraekelen 09/4 (december 1999) vraagt zich ook terecht af wie alle namen van de zandwegen, de plassen, de veentjes, de stukken bos en diverse objecten nog kent.
De redactie van ut Deevers Archief doet daarom een poging niet alleen alle namen vast te leggen, maar daarbij ook een verklaring van het waarom van deze namen te geven.
Deze zullen in nieuwere versies worden herzien, waarbij ook afbeeldingen zullen worden geplaatst. De redactie verzoekt de zeer gewaardeerde trouwe bezoekers van ut Deevers Archief gescande foto’s in te sturen.
De redactie van ut Deevers Archief baseert zich daarbij voor een deel op een serie interviews uit de periode 1999-2002 met Albert (Bert) Christiaan Doorman, kleinzoon van mr. Albertus Christiaan van Daalen, die toen met zijn gezin in de door hem in de zestiger jaren van de vorige eeuw gebouwde bungalow Kon Tiki tegenover de weg naar het Openluchtspel woonde, zeg maar in de tippe grond bij de Bosweg en het begin van de zandweg langs de Noorderesch.
Het lijkt de redactie van ut Deevers Archief een uitdagende taak voor de dorpskrachten uut Deever (vrijwilligers van de heemkundugge vurening uut Deever) en de dorpskrachten uit Zorgvlied, Wateren en Oude Willem (in plaats van naar niet bestaande Friesche en Germaansche karresporen te zoeken) om bij elk van de hierna genoemde wegen, enzovoort, in samenwerking met Nederlandsche Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten uit het verre ‘s Graveland weer van die mooie witte kleine naambordjes aan bomen vast te spijkeren. Je mag van de Nederlandsche Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten uit het verre ‘s Graveland toch wel bordjes aan bomen vast spijkeren ? Nestkastjes worden in de Deeverse bos toch ook aan bomen vast gespijkerd ?). Ook in die gevallen dat de Nederlandsche Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten uit het verre ’s Graveland de weg al heeft laten overwoekeren door kunstmatige tekentafelcultuurnatuur ! Laten we ons eigen Deeverse culturele erfgoed behouden en de steeds meer verloren gegane en verloren gaande namen aan de vergetelheid ontrukken. Zie het voorbeeld voor zo’n naambordje in bericht Ut naèmbröttie van de Greinsweg op Baark’nheuvel.

Afbeelding 1
Dunne metalen drukplaat van de wandelkaart van Berkenheuvel uit 1936. Deze zwart-wit foto is gemaakt op 26 april 2000 door Coen Broekema.

Afbeelding 2

Adderveenweg
Weg die langs het Adderveen loopt.
Albertweg
Albert Christaan van Daalen is geboren op 21 mei 1927. Hij was de oudste zoon van civiel-ingenieur Mello van Daalen, geboren op 14 september 1897 te Bennekom, en Johanna Maria Klik, geboren op 3 juli 1889 te Den Helder.
Mello van Daalen en Johanna Maria Klik trouwden op 12 mei 1925 in Heemstede.
Albert Christiaan van Daalen trouwde op 6 september 1952 met jonkvrouw Anny Leonore Elizabeth Röell, geboren op 7 november 1930 in Soerabaja.
Albertinaweg
Albertina Johanna Sichterman is geboren op 23 juni 1861 te Groningen. Zij is overleden op 30 maart 1935 in Huize Dorpszicht, Dorpsstraat 54 in Bennekom. Zij was de echtgenote van mr. Albertus Christiaan van Daalen. Hij is geboren op 1 juni 1853 in Bennekom. Hij is overleden op 16 januari 1939 in Huize Dorpszicht, Dorpsstraat 54 in Bennekom.
Albertina was ook de tweede voornaam van de derde dochter Christina Albertina van het echtpaar Albertus Christiaan van Daalen en Albertina Johanna Sichterman. Christina Albertina van Daalen is geboren op 21 april 1896 in Arnhem. Zij is overleden op 30 september 1989 in Wassenaar. Bert Doorman noemde haar tante Zus. Zij trouwde op 29 maart 1920 in Bandoeng met Karel Meerkamp van Embden. Hij is geboren op 8 juli 1892 in Manilla. Hij was administrateur van de suikerfabriek Soerawinangoen van de Nederlandsche Handelsmaatschappij in Nederlands Indië.
Almaweg
Alma was een dochter van Christina Albertina van Daalen en Karel Meerkamp van Embden. Alma Meerkamp van Embden overleed op 28 december 1972 op 51-jarige leeftijd in Hoogeveen.
Annieweg
Antoinetta (Annie) was de jongste dochter van mr. Albertus Christiaan van Daalen en Albertina Johanna Sichterman. Zij is op 3 juni 1934 op 41-jarige leeftijd in Ede gestorven na een val van het paard. Zij kon goed piano spelen. Zij speelde op feestjes voor de kinderen van Bennekom. Bert Doorman heeft van haar pitriet leren vlechten.
Berkenheuvel
De naam van het landhuis van de beheerder en de vakantiewoning van de aandeelhouders van Berkenheuvel b.v.
Dit landhuis staat afgebeeld op veel ansichtkaarten.
Het landhuis is ontworpen door civiel-ingenieur Mello van Daalen, een zoon van mr. Albertus Christiaan van Daalen.
De afgebeelde ansichtkaart (afbeelding 3) is in juli 1963 uitgegeven door JosPé in Arnhem en was te koop in het dorpswarenhuis van Jan Brugging en Griet Oost an de Heufdstroate in Deever.

Afbeelding 3

Afbeelding 2
De redactie van ut Deevers Archief heeft deze kleurenfoto gemaakt op donderdag 4 november 2017.


Berkenheuvel

De naam van het gehele landgoed (bosgoed).
De Berkenwal
De naam van een gedeelte van de bos.
Berkenwalweg
Weg door de Berkenwal.
Bertlaan
Bert is de roepnaam van Albert (Bert) Christiaan Doorman.
Hij is de eerste kleinzoon die naar mr. Albertus Christiaan van Daalen is vernoemd.
Albert Christiaan Doorman werd geboren op 3 maart 1918 en is op 12 oktober 2004 in Deever overleden.
Hij was een zoon van Paul Carel Louis Doorman en Josephine Harmanna Johanna van Daalen.

Blauwwater
Naam van een plas. Maar waarom had deze plas de naam Blauwwater ?
Boltsweg
Wie van de bezoekers van het Dievers Archief weet wie Bolts was.
Het zal wel een vrindje van mr. Albertus Christiaan van Daalen zijn geweest.
Wie van de aandeelhouders van de Berkenheuvel b.v. kan de redactie van ut Deevers Archief hierover inlichten ?
Brandpaal
Verticaal in een betonnen sokkel geplaatse houten paal met klimijzers, die in de zomer gebruikt werd als post voor het waarnemen van bosbrand. De dienstdoende waarnemer moest  daarvoor zo nu dan naar boven klimmen.
De Brandpaal heeft gestaan aan de Middenlaan, bij het begin van de Kelderweg en de Juniperusweg in het Laatste Zand.
Christinaweg
Christina (1896) was de eerste voornaam van de vierde dochter van mr. Albertus Christiaan van Daalen en Albertina Johanna Sichterman. C.A. van Daalen en Karel Meerkamp van Embden, gescheiden in 1953.
C.J.O.-kamp
Het C.J.O.-kamp was een kamp van de Christelijke Jongeren Organisatie.
In 1951 is grond verkocht voor de ‘De Eikenhorst’, het kamp voor verwaaarloosde jeugd an de Gowe.
Het C.J.O.-kamp staat op verschillende ansichtkaarten afgebeeld.
De Haar
De naam van een gedeelte van de bos. De Haar is de oude naam van het gebied bij de Haarsluis.

De Dennekamp
De naam van een gedeelte van de bos. Mr. Albertus Christiaan van Daalen bedacht deze naam.
De Kelder
De naam van een gedeelte van de bos.
De Nul
De naam van een gedeelte van de bos in de buurt van de Wapser es met de oude naam De Nul.
De Veentjes
De naam van een veentje.
Dit veentje staat afgebeeld op ansichtkaarten.
Dieverveld
De naam van een gedeelte van de bos.
Dieverzand
De naam van een gedeelte van de bos.
Het zwembad Dieverzand aan de Bosweg is genoemd naar dit gedeelte van de bos.
Het zwembad Dieverzand staat op veel ansichtkaarten afgebeeld.
Eerste Dwarsweg
Verklaring voor de naam van deze weg ontbreekt.
Eerste Veentjesweg
Verklaring voor de naam van deze weg ontbreekt.
Evapad
Eva was de jongste zuster van Albertus (Bert) Christiaan Doorman
Ewoudweg
Ewoud was de zoon van Mello van Daalen en Johanna Maria Klik.
Gerardinaweg
Gerardina Barelds is geboren op 14 december 1889 in Rogat (de Wijk) als dochter van machinist Jan Barelds en Aaltje Middelbrink. Na hun verhuizing naar Deever was Jan Barelds de koffiehuishouder van café Brinkzicht an de brink van Deever..
Wolter Smit is geboren op 5 mei 1893, hij was een zoon van de Harm Smit, de tweede boschbaas op Berkenheuvel, en Jacoba Monis. Wolter Smit was de derde boschbaas op Berkenheuvel.
Wolter Smit en Gerardina Barelds trouwden op 30 oktober 1914 in Deever. Wolter Smit overleed op vrijdag 19 december 1947 in Rheden. Is hij vlak na de oorlog verhuisd naar Rheden ?
Gezina Catharina Smit was een dochter van Harm Smit en Jacoba Monis. Zij was een zuster van Wolter Smit. Zij was getrouwd met de in de Tweede Wereldoorlog in Deever beruchte N.S.B.’er Klaas Marcus Balsma. Harm Smit kocht café Brinkzicht van zijn zwager Jan Barelds.
Grensweg Greinsweg)
Weg langs de grens van het landgoed Berkenheuvel.
Zie ook de afbeelding van de Grensweg op een zwart-wit ansichtkaart uit 1951.
Groningerweg (Grönnegerweg)
Deze bekende al heel oude zandweg (vooral zo houden), die loopt van het Kasteel naar de Gowe, was een weg langs de grens van Berkenheuvel.
 De Grönnegerweg is ook te zien op een aantal mooie ansichtkaarten.
Haarbos
Perceel bos in de Haar.
Haarweg (Hoarweg)
De weg die van de Bosweg naar de Haar loopt. De Haar is de oude naam van het gebied bij de Haarsluis.
De Hoarweg is ook op enige ansichtkaarten te zien.

Harm Smitweg
Harm Smit was de tweede boschbaas op Berkenheuvel, de opvolger van de eerste boschbaas Marten Wouwenaar.
Hertekamp
De naam van een gedeelte van de bos.
Zag mr. Albertus Christiaan van Daalen hier voor het eerst een hert ?
Het Laatste Zand (Ut Laèste Saand)
De naam van een gedeelte van de bos.
Voor de bebossing was dit een gebied van woeste zandduinen.
Deze al zeer oude naam is niet bedacht door mr. Albertus Christiaan van Daalen.
Hezeneschweg
Weg langs de Heezeresch.
Hoekeveenscheweg
Weg langs het Hoekveen.
Hoekveen
De naam van een gedeelte van de bos.
Verklaring voor de naam van deze weg ontbreekt nog.
Hunnebedweg
De Hunnebedweg loopt langs de plaats van het verdwenen hunnebed met de naam Potties Baargie.
De Hunnebedweg is ook op enige ansichtkaarten te zien.
Janweg
Jan was de broer van Albertus (Bert) Christiaan Doorman.
Jodenzand
De naam van een gedeelte van de bos.
Verklaring voor de naam van deze weg ontbreekt.
Johannaweg
Johanna was de tweede voornaam van de echtgenote van mr. Albertus Christiaan van Daalen.
Johanna (1894) was ook de voornaam van de derde dochter van mr. Albertus Christiaan van Daalen en Albertina Johanna Sichterman.
Juniperusweg
Juniperus is de Latijnse naam voor de jeneverbes.
Deze struik komt niet veel voor op Berkenheuvel.
Kalterschegat
De oude naam van een gedeelte van Berkenheuvel
Drassige weilanden waar Albertus (Bert) Christiaan Doorman wel naar kievitseieren zocht.
Kampweg
Weg in het Deeverse Zaand.
De weg loopt langs het terrein van het V.C.J.C.-kamp.
Kanaalweg
Deze weg loopt van de Tolweg naar het Kanaal (Drentsche Hoofdvaart), vandaar de naam Kanaalweg.
Karelweg
Karel Meerkamp van Embden was een zoon van Christina Albertina van Daalentante en Karel Meerkamp van Emden
Karel is geboren op zaterdag 26 mei 1923 in Tjikini in Nederlands Indië.
Kelderweg
Weg in het bosgedeelte met de naam De Kelder.
Kijkduin
Toepasselijke naam van de heuvel waarop een houten brandtoren (de opvolger van de brandpaal) stond. De resten van de vier palen zijn nog steeds aanwezig. Het is een mooie heuvel met een lange helling om in de winter bij sneeuw van af te sleeën.  
Koekoeksvijver
Plas in de buurt van de Torenlaan, niet zo diep in de bos, is makkelijk vindbaar.
Het was in de zestiger jaren van de vorige eeuw een mooie grote plas om ’s winters bij ijs op te spelen, bijvoorbeeld ijshockey met een zelfgemaakte stick van een tak van een eik.

Kogelvangers
Resten van de plaats waar in het begin van de twintigste eeuw (1906-1908) schietoefeningen werden gehouden door het leger.
Kogelvangerweg
Langs deze weg liggen vier kogelvangers.
Krater
De naam van een heuvel in de buurt van de Tolweg.
Kraterweg
Weg naar de heuvel met de naam Krater.
Op de Krater heeft ook een uitkijktoren gestaan. Van deze uitkijktoren is geen foto bekend.
Kronkelweg
De naam van deze weg spreekt voor zich.
Martenshoek
De naam van een gedeelte van het bos dat is vernoemd naar Marten Wouwenaar, de eerste boschbaas van Berkenheuvel.
De naam van Marten Wouwenaar staat ook op het Monument.
Marten Wouwenaarweg
Marten Wouwenaar was de eerste boschbaas van Berkenheuvel.
De naam van Marten Wouwenaar staat ook op het Monument.
Mastenveldje
De naam van een veentje aan de Bosweg bij de Studentenkamp.
Dit veentje staat vaak afgebeeld op ansichtkaarten van voor de Tweede Wereldoorlog.
Meeuwenplas
Grote ondiepe plas achter in de bos.
Het is een mooie plas om in het voorjaar doorheen te banjeren en eieren te zoeken.
Deze plas staat afgebeeld op enige ansichtkaarten.
Melloweg
De Melloweg loopt vlak langs de Koekoeksvijver.
Mello van Daalen was de tweede en jongste zoon van mr Albertus Christiaan van Daalen en Albertina Johanna Sichterman. Hij is geboren op 14 september 1897 in Bennekom. Civiel-ingenieur Mello van Daalen heeft in Indië gewerkt. Hij bouwde daar spoorbruggen.
Midden Dwarsweg
Verklaring voor de naam van deze weg ontbreekt.
Middenlaan
Verklaring voor de naam van deze weg ontbreekt.
Monument
Herdenkingsteken, geplaatst ter gelegenheid van de voltooiing van de bebossing van Berkenheuvel.
Het monument staat vaak afgebeeld op ansichtkaarten.
Nulweg
Weg in het gedeelte van de bos bij Wapse met de naam de Nul.
Ooster Schaapsdrift
Naam moet te maken hebben met de tijd dat Deever nog een kudde schapen had.
Oude Willemspark
De naam van een gedeelte van de bos in de Oude Willem.
Oude Willemsweg
Weg in het Willemspark.
Pastorieweg
Verklaring voor de naam van deze weg ontbreekt.
Paulweg
P
aul is de vader van Albertus (Bert) Christiaan Doorman. Paul Christiaan Louis Doorman is geboren op 6 april 1891 in Limbangan in Midden-Java. Hij is in 1943 overleden in Soekamiskien op Bandoeng. Hij trouwde op 23 oktober 1913 in Bennekom met Josephine Harmanna Johanna van Daalen.
De Paulweg loopt van de Ringweg naar de Adderveenweg.
Peterweg
Peter was ….., moet nog worden uitgezocht.
Reeënheuvel
Heuvel in de buurt van de Grensweg.
Ringweg
De langste zandweg van het landgoed Berkenheuvel.
Schaapsdrift
Looproute van de kudde schapen van Groot- en Klein Wateren.
Simonslaan
Simon was ….., moet nog worden uitgezocht.
Slangenbad
Plas in het Wapser Zand.
Een verklaring voor het ontstaan van het Slangenbad is dat ter plekke leem is afgegraven. Mr. Albertus Christiaan van Daalen gaf als verklaring dat het Slangenbad is gegraven voor de afwatering van het Adderveen. Klinkt logisch.
Sluisbos
Perceel bos in de buurt van de Haarsluis.
Snoekveen
Aaltje Smit, de dochter van Wolter Smit, wist te vertellen dat bij het Snoekveen turf is gegraven.
Studentenpad
Studenten die vóór de Tweede Wereldoorlog in de zomer hun kamp hadden in de boerderij De Uilenhorst in de Olde Willem hebben mede gewerkt aan de aanleg van deze weg.
Stroetlaan
De Stroeten zijn nog in het bezit van Berkenheuvel b.v. Deze zijn gedeeltelijk verpacht.
Tilgrup (Tillegröppe)
Een verklaring voor de naam van deze stroom ontbreekt nog.
Tolweg
Een verklaring voor de naam van deze weg ontbreekt nog.
Toren
Uitkijktoren op de heuvel met de naam Kijkduin.
Deze uitkijktoren staat afgebeeld op een paar ansichtkaarten.
Torenlaan
Komende vanuit Wateren was vroeger in het verlengde van deze weg de toren van de gemiente Deever te zien.
Torenweg
Aan de Torenweg ligt een heuvel met de naam Kijkduin. Op deze heuvel heeft een houten uitkijktoren gestaan. De fundamenten van deze toren bevinden zich nog op de heuvel.  Het ontwerp van deze toren is gemaakt door civiel-ingenieur Mello van Daalen.
Tweede Veentjesweg
Deze plas staat afgebeeld op ansichtkaarten.
Van Daalenweg
Dit is de weg die mr. Albertus Christiaan van Daalen naar zichzelf vernoemde.
Van Tienhovenpark
De naam van een gedeelte van de bos.

Mr. Pieter Gerbrand van Tienhoven, was voorzitter van de Nederlandse Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten. Hij was ongetwijfeld een vrindje van de familie Van Daalen, wellicht een studievrindje van mr. Albertus Christiaan van Daalen.
Het Van Tienhovenpark staat afgebeeld op ansichtkaarten.
Van Tienhovenweg
Weg in het van Tienhovenpark.
Veldweg
Deze weg staat afgebeeld op ansichtkaarten.
V.C.J.C.-kamp
Zomerkamp van de Vrijzinnig Christelijke Jeugd Centrale bij het Mastenveldje aan de Bosweg.
Wapser Schaapsdrift
Oude naam van de looproute van de Wapserse kudde schapen naar de heide.
Wapserweg
Naam behoeft geen uitleg.
Wapser Veld
Vóór de bebossing was dit een gebied van woeste zandduinen van de marke van Wapse.
Wapser Zand
Wapser Zand is een andere naam voor Wapser Veld.
Vóór de bebossing was dit een gebied van woeste zandduinen van de marke van Wapse.
Wester Schaapsdrift
Oude naam van de looproute van de Dieverse kudde schapen naar de heide.
Wolter Smitweg
Wolter Smit was de zoon van Harm Smit en Gerdardina Barelds, zie hiervoor voor gegevens.
Hij was de tweede boschbaas op Berkenheuvel. Zie ook de inscriptie op het Monument.
Zandblokken
Naam van een stuk woeste grond.
Zandlotten
Zandlotten = Zandvlokken ?
Naam van een stuk woeste grond.
Zuurlandweg
Vrouw Kappe wist te vertellen dat ten westen van de Zuurlandweg in de buurt van de Vledder A ook turf is gegraven.

Posted in Aarfgood, Albertus Christiaan van Daalen, Ansichtkoate, Bosgesigte, Landgoed Berkenheuvel, Opraekelen | Leave a comment

Beeld van de Aachterstroate in 1906

Elke ansichtkaart die Uitgeverij Nauta uit Velsen in de beginjaren van de ansichtkaart -zo rond 1906- uitgaf van straatbeelden in de gemiente Deever, is – wat de redactie van het Deevers Archief betreft – een absoluut topstuk. Op bijgaande afbeelding is de ansichtkaart van Uitgeverij Nauta met het nummer 3974 te zien.
Op de afbeelding is de bebouwing an de Aachterstroate in Deever te zien. De fotograaf stond met de rug naar Ut Kleine Brinkie (één van de vele (echte en nep) brinken in de gemiente Deever).

Het eerste huis aan de linkerkant werd bewoond door de weduwe Meek.
In het tweede huis aan de linkerkant woonde de familie Jan Monsieur en Rika Wanningen. Jan Monsieur is geboren op 13 oktober 1879 in Deever en is overleden op 15 februari 1960 in Deever. Rika Wanningen is geboren op 26 april 1883 en is overleden op 3 april 1936 in Deever. Jan Monsieur was arbeider. Hij was tot 1 november 1924 ook lantaarnopsteker.
In de boerderij naast de woning van de familie Jan Monsieur (Mesuur) staat de boerderij van de familie Jan Seinen en Hilligje Hessels.
Jan Seinen is geboren op 15 juli 1876 in Wapse en is overleden op 13 december 1950 in Deever. Hilligje Hessels is geboren op 27 augustus 1878 in Oldendeever en is op 1 maart 1948 overleden in Deever.
In de boerderij op de achtergrond (deze boerderij staan aan de doolhofbrink) woonde de familie Klaas Hummelen Smidt en Jentje Dekker. Klaas Hummelen Smidt is geboren op 22 mei 1824 in Deever en is overleden op 28 maart 1895 in Deever. Jentje Dekker is geboren op 6 februari 1834 in Dwingel en is overleden op 13 mei 1900 in Deever. Hun kinderen waren Sime (geboren op 29 maart 1864), Geert (geboren op 8 september 1865), Annigje (geboren op 4 januari 1867), Geesje (geboren op 8 juli 1869) en Hilligje (geboren op 8 mei 1871). Wellicht is de boerderij na het overlijden van Klaas Hummelen Smidt en Jentje Dekker voortgezet door de oudste zoon Sime.
Aan de rechter kant is het voorhuis van de familie Hilbert Folkerts en Egbertje Winter te zien. Hilbert Folkerts is geboren op 14 mei 1870 en is overleden op 2 juli 1953. Egbertje Winter is geboren op 29 september 1887 en is overleden op 22 april 1952. Hilbert Folkerts was timmerman.
De redactie van ut Deevers Archief heeft de kleurenfoto op 2 januari 2017 gemaakt. De redactie stond bij het maken van de foto niet helemaal op dezelfde plek als de maker van de foto voor de ansichtkaart uit 1906. De redactie zal bij een nieuwe fotoronde deur de gemiente Deever een foto vanuit een betere positie maken. De redactie biedt zijn excuses aan voor dit ongemak.

Posted in Aagterstroate, Aarfgood, Alle Deeversen, Ansichtkoate, Topstuk | Leave a comment

Stako-stool’n an de riegel en op de bulte

De redactie van ut Deevers Archief heeft in een aantal berichten aandacht besteed aan N.V. Meubelfabriek ‘de Toekomst’ an de Deeverbrogge. De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief klikke voor het lezen van deze berichten op het onderwerp ‘Meubelfabriek de Toekomst’.
Meer dan twintig jaar (vanaf 1942 ?) was N.V. Meubelfabriek ‘de Toekomst’ gevestigd an de Deeverbrogge, In het najaar van 1966 ging deze maakindustrie helaas failliet, verloren 18 medewerkers hun baan en werd de inventaris geveild.

Een bekend product van deze fabriek was de stapelbare en koppelbare stoel, die onder het merk STAKO (STApelbaar en KOppelbaar) op de markt werd gebracht. Het kan voorkomen dat STAKO-stoelen heden ten dage nog via internet te koop worden aangeboden of worden geveild. Wees er dan snel bij. Want het zijn degelijke tijdloze stoelen. Want STAKO-stoelen zijn Deevers industrieel aarfgood. De op de foto’s in bijgaande afbeelding zichtbare stoelen waren zo te zien STApelbaar én KOppelbaar.
In het tijdschrift ‘Katholieke gezondheidszorg’, het orgaan van de Nationale Federatie ‘Het Wit-Gele Kruis’ en het rooms katholieke Limburgse Groene Kruis, jaargang 18, nummer 11, 1949, stond de hier getoonde advertentie voor de ideale stapelbare en koppelbare stoel. 

Stako
De ideale stapel- en koppelbare stoel voor alle zalen, patronaten, internaten, pensionaten, enzovoort, enzovoort.
Voldoet aan alle eisen van brandweervoorschriften.
Gemakkelijk op te bergen (30 stoelen op 1 m²).
Vraagt vrijblijvend alle gewenste voorlichting.
Meubelfabriek ‘de Toekomst’, Dieverbrug (Dr.), telefoon 15 (doorverbinding).

Posted in Aarfgood, An de Deeverbrogge, Meubelfabriek 'de Toekomst', STAKO-meubel | Leave a comment

Ut bolder’n is aarfgood van de Unesco

In de Olde Möppeler (Möppeler Kraante, Meppeler Courant) van 4 december 2015 verscheen het volgende voor de redactie van het Deevers Archief zeer verheugende bericht over de Drentse traditie van het bolder’n.

Blokgooien immaterieel erfgoed
Diever. Het spelletje blokgooien dat nog wekelijks gespeeld wordt op het speelveldje aan de Dwarsdrift in Diever, is door Unesco erkend als immaterieel erfgoed. Blokgooien is een oeroud volksspelletje uit het Nedersaksisch taalgebied.
Volgens de overlevering is het spelletje in deze streken terecht gekomen door de Romeinen. De spelregels van het blokgooien zijn altijd doorgegeven van de ouders aan de kinderen, Men moet het niet vergelijken met klootschieten.
Bij het blokgooien worden centen op een blok gelegd en gooi je raak dan mag je de centen omhoog behouden. Hert gooien vindt plaats met een rond zwerfkeitje.
Ze hebben veel benamingen voor het spel, zoals bolderen, klobbejagen en klobbegooien. Zo komt het ook voor onder de naam van piksjitten in Friesland en kaalbakken in Groningen.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De Unesco heeft het oeroude Drentse bolder’n eindelijk erkend als immaterieel werelderfgoed. Het spel wordt in delen van Drenthe nog in ere gehouden, onder meer in en rond Roden en Westerbork en natuurlijk in Deever..
De trouwe bezoeker van ut Deevers Archief wordt -na het misschien wel, maar beter niet lezen van het voorgaande in de gauwigheid in elkaar gedraaide stukje rammelende tekst- vooral aangeraden de webstee Blokgooien te raadplegen. De beheerder van deze website heeft zich het vuur uit zijn klompen gelopen om ut bolder’n op de lijst van immaterieel werelderfgoed van de Unesco te krijgen. Hulde. Hulde. Hulde.
Het berichtje vermeldt dat heden ten dage in Deever wordt gebolderd met een rond zwerfkeitje. Dat is uit de duim gezogen onzin. De bolderstien wordt zeker al een generatie lang niet meer gebruikt in Deever. Gebruikte bolderstien’n zijn uiterst zeldzaam en museumwaardig geworden. In de verzameling van ut Deevers Archief bevinden zich de twee bewaard gebleven bolderstien’n van Hendrik Krol Jzn. (Henduk van Joapie)

abracadabra-525

Posted in Aarfgood, Bolder’n, Deever, Traditie | Leave a comment

De greinsstien an de Wittelerweg is ur nog !

Op zondagmiddag 30 mei 2021 om ongeveer 16.35 uur ontstond door nog onbekende oorzaak brand in de woonboerderij met adres Wittelterweg 3 in Oll’ndeever. Ie weet wè, woar vrogger de familie Pouwels woonde. De woonboerderij en de schuur zijn volledig uitgebrand en zijn als verloren te beschouwen.
De redactie van ut Deevers Archief verwijst gemakshalve naar het bericht De boerdereeje mit adres Wittelerweg 3 is ofebraand  en naar het bericht In Oll’ndeever stiet nog een Deeverse greinsstien.
De redactie is op vrijdag 19 november 2021 poolshoogte gaan nemen op het toen al kale terrein waar de woonboerderij en de schuur stonden. De resten van de uitgebrande woonboerderij en de schuur zijn inmiddels afgevoerd naar een puinbreker. De greinsstien mit ut woap’m van de gemiente Deever staat aan de rand van het erf en zal na de herbouw van de woning gelukkig weer bij de woning worden geplaatst. De redactie heeft op die dag de drie bijgaande kleurenfoto’s gemaakt.
De greinsstien mit ut woap’m van de gemiente Deever heeft de brand en het bluswater overleefd en heeft wonder boven wonder geen onherstelbare schade opgelopen. De redactie biedt de eigenaren nog steeds ten zeerste aan te helpen met het restaureren van deze grenssteen. Het beton van de steen moet worden geschuurd en het geheel met inbegrip van de achterkant moeten worden geverfd. De achterkant is in het verleden al een keertje geverfd, want in de originele staat stond op de achterkant de standplaats van de grenssteen vermeld. Dit echte stukje Deevers aarfgoed is het waard duurzaam bewaard te blijven voor toekomstige generaties.

Posted in Aarfgood, Gemiente Deever, Oll'ndeever, Verdwenen object, Woap'm van Deever | Leave a comment

Op de foto mit de pette en mit ut oorieser op

De eerste boschbaas van het landgoed Berkenheuvel was Marten Wouwenaar. Hij was boschbaas in de periode 1856 – 1894. Marten Wouwenaar is geboren op 18 januari 1822 in Wolvega in de gemeente Weststellingwerf. Hij is overleden op 6 december 1899 op Kalter’n. Hij is begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever.

De tweede boschbaas van het landgoed Berkenheuvel was Harm (Haarm) Smit. Hij was boschbaas in de periode 1900 – 1934. Hij is geboren op 11 december 1867 in Noordwolde in de gemeente Weststellingwerf. Hij is geboren als zoon van Wolter Smit en Gezina Catharina Vogelzang. Harm (Haarm) Smit is overleden op 11 oktober 1944 in Deever.
Harm (Haarm) Smit, die toen nog boerenknecht was, trouwde op 15 mei 1891 in Dwingel met dienstmeid Jacoba Monis. Zij is geboren op 6 oktober 1863 in Uffelte als dochter van een onbekende vader en Grietje Monis. Jacoba Monis overleed op 15 februari 1956 in Deever. Harm (Haarm) Smit en Jacoba Monis zijn begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever.

Hun dochter Gezina (Siene) Catharina Smit is geboren op 7 april 1895 op Kalter’n, Zij trouwde op 25 april 1919 met de uit Eernewoude afkomstige landbouwer Klaas Marcus Balsma, die in de Tweede Wereldoorlog een beruchte N.S.B.’er was in de gemiente Deever en omstreken. Zij is overleden op 27 september 1939 in Deever. Zij is begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever.

Tweede boschbaas Harm (Haarm) Smit baatte ook landbouwgronden uit, wellicht huurde hij land van mr. Albertus Christiaan van Daalen, wellicht was hij ook eigenaar van landbouwgronden geworden, dat is nog wel een dingetje, dat is nog wel iets om in de registers uit te zoeken. Waarschijnlijk was Harm (Haarm) Smit tijdens zijn lange boschbaasschap van het landgoed Berkenheuvel bepaald niet onbemiddeld geworden, want in 1927 kocht hij het boerencafé van Jan Barelds aan de brink van Deever voor zijn dochter Gezina (Siene) Catharina, liet dat afbreken en liet vervolgens café annex concertzaal Brinkzicht bouwen.

De redactie van ut Deevers Archief kon onlangs bijgaande prachtige zwart-wit foto van de dienstwoning van het landgoed Berkenheuvel op Kalter’n op de kop tikken. Het lijdt geen twijfel dat dit een topstuk is. Het lijdt geen twijfel dat deze foto op de lijst van fotografies aarfgood van de gemiente Diever moet worden gezet. De redactie schat in dat deze foto rond 1925 is gemaakt. De redactie zou bijzonder graag de naam van de maker van deze foto willen weten en die bij de zwart-wit foto willen melden.
Dat het de dienstwoning is, dat mag blijken na vergelijking met een oudere door mr. Albertus Christiaan van Daalen gemaakte foto van de dienstwoning in ut Deevers Archief.
Op de zwart-wit foto staan de tweede boschbaas Harm (Haarm) Smit en zijn vrouw Jacoba Monis voor de witgekalkte voorgevel van de dienstwoning van het landgoed Berkenheuvel op Kalter’n. Haarm Smit hef de pette op en Jacoba Monis hef ut oorieser op.

Het voorste deel van de dienstwoning van het landgoed Berkenheuvel, met adres Kalter’n 25, stond ter beschikking van mr. Albertus Christiaan van Daalen, de eigenaar van het landgoed Berkenheuvel. Het achterhuis werd (gratis ?) bewoond door de boschbaas en zijn gezin.
In 1940 werd het op de zwart-wit foto zichtbare voorhuis vervangen door een nieuw, door ir. Mello van Daalen, zoon van mr. Albertus Christiaan van Daalen, in een soort van imitatie nep Alpenstijl ontworpen voorhuis.

De redactie heeft de kleurenfoto van het landhuis Berkenheuvel gemaakt op 21 januari 2016.

Posted in Aarfgood, Landgoed Berkenheuvel, Landhuis Berkenheuvel, Topstuk | Leave a comment

De olde kaarkhof aachter Obadja is aarfgood

De hier afgebeelde zwart-wit ansichtkaart is in juni 1951 uitgegeven door Van Leer’s Fotodrukindustrie N.V. in Amsterdam. De kaart was te koop bij het levensmiddelenbedrijf J. Veenstra op Zorgvliet.
Op de ansichtkaart is de oude, dus nog niet verlengde, kapel van Obadja an de Dorpsstroate op Zorgvliet te zien. Gelukkig is op deze ansichtkaart ook de olde kaarkhof direct achter de kapel te zien. Dit olde kaarhof heut èch wè bee ut Deeverse aarfgood.
De redactie van ut Deevers Archief zal te gelegener tijd en zeker niet in turbodraf en ook niet met turbospoed enige kleurenfoto’s van de kapel van Obadja aan dit bericht toevoegen.
In het op vrijdag 9 juli 2021 uitgegeven Magnus Opus Fragmenten Uit Het Verleden Van De Vroegere Gemeente Diever van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever is in het hoofdstuk Zorgvlied op bladzijde 199 een afbeelding van een exemplaar van de hier afgebeelde ansichtkaart opgenomen.

Posted in Aarfgood, Ansichtkoate, Obadja, Zorgvliet | Leave a comment

Moar woar laag dan toch ut Skoapwassershookie ?

In de Olde Möppeler (Meppeler Courant) van 8 januari 1898 verscheen de volgende advertentie over de veiling van percelen groenland, hooiland, boschgrond en bouwland van de erven van dominee Remmelt Klaasen Hummelen. Elk te veilen perceel grond is in de advertentie met zijn veldnaam aangeduid.

Mr. J. Beckering van Loenen, Notaris te Dwingelo, zal op woensdag 12 januari aanstaande, des voormiddags elf uur, in het logement Seinen te Diever, voor de erven van dominee R.K. Hummelen, publiek bij inzate veilen:
1.
Een perceel groenland met aansluiting onder Wittelte de Zekte in gebruik bij gebroeders Hessels.
2.
Een stuk hooiland en daarbij gelegen veld het Spiek, de Bolhoek en het Schaapwasschershoekje.
3.
De Geeuwenmaat in 2 perceelen en een daarbij gelegen perceel boschgrond.
4.
Het Broekje, de bosch bij het Broekje en het veld voor het Broekje.
5.
Vijf perceelen hooiland in de Westermade, het Dagwerk, het Halve Dagwerk, het Gaarslag, de Drie Vorrel en de Anderhalve Vorrel.
6.
Een perceel hooiland in de Dikte, een dito perceel in de Prakkemaat, 2 perceelen in de Brinkemade en een perceel in de Leggeloërweiden.
7.
18 perceelen bouwland, Westereschakker, het Beentje, Hilgensteen, Groote Aarlange, Kleine Aarlange, de Botterkoele, het Klootzakkien, Noordesch, de Oldendieverschekamp, de Zuurlange in 2 perceelen, Groenendal, Giere, Zandakker, het Breegje, Steenakker, Smeedskamp en de Bestevaar.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Dominee R.K. Hummelen is Remmelt Klaasen (Klaas, Klaaszoon, Klaasens) Hummelen, een zoon van Klaas Hummelen en Margjen Willems. Hij is geboren op 10 juni 1812 in Deever. Hij is overleden op 7 maart 1894 overleden in Leens in de provincie Groningen. Remmelt Klaasen (Klaas, Klaaszoon, Klaasens) Hummelen was in 1836 een van de eerste afgescheidenen (offescheid’n) van de hervormde kerk in de gemiente Deever. Hij trouwde op 27 april 1838 met Klaasje Thijs Hessels. Zij is geboren in 1807 in Wittelte. Zij is overleden op 27 mei 1897 in Leens in Groningen.
Na haar overlijden in 1897 hebben de erven van Remmelt Klaasen (Klaas, Klaaszoon, Klaasens) Hummelen en Klaasje Thijs Hessels de vele bezittingen van hun vader en moeder in de gemiente Deever en de gemiente Dwingel geveild. De grote vraag is of de bezittingen daadwerkelijk in 1898 zijn geveild en verkocht of dat toen de veiling is afgelast, want in 1912 liet de familie Hummelen nagenoeg dezelfde percelen weer veilen.
 Zie het bericht Aubut Kuper hef ut Grunedal veur 65 gull’n ekocht.
In februari 2013 gaf de plaatselijke heemkunduge vurening uut Deever eindelijk de zeer gedetailleerde echter slechts eenvoudig opgemaakte en uitgevoerde publicatie ‘Veldnamen gemeente Diever omstreeks 1832’ uit in een helaas beperkte oplage.
 Dit is de belangrijkste publicatie die ooit via deze -thans meer dan vijfentwintig jaar bestaande- heemkunduge vurening tot stand is gekomen. Alle andere publicaties van deze vurening vallen daarbij ongeveer in het niet.
In het kadasterloze tijdperk vóór 1832 kende men in de gemiente Deever elk perceel groenland, bouwland, hooiland, veld, boschgrond uitsluitend bij naam. Het is van grote waarde dat dit aspect van het boerenleven in de gemiente Deever is vastgelegd. De redactie vindt het daarom belangrijk aandacht te blijven besteden aan de veldnamen in de gemiente Deever. De redactie vraagt zich uiteraard wel af of alle in het hier getoonde krantbericht, let wel uit 1898, genoemde veldnamen voorkomen in de veel te weinig geprezen publicatie ‘Veldnamen gemeente Diever omstreeks 1832’.
Inzake onderdeel 1:
Het perceel groenland met de naam de Zekte is niet te vinden in de publicatie ‘Veldnamen gemeente Diever omstreeks 1832’. Dit perceel groenland zal in Wittelte ergens bij de afwateringssloot met de naam Zekte hebben gelegen.
Inzake onderdeel 2:
De redactie heeft de veldnamen het Spiek, de Bolhoek en het Schaapwasschershoekje niet in de publicatie ‘Veldnamen gemeente Diever omstreeks 1832’ gevonden. Zo heeft de redactie zich in de publicatie ‘Veldnamen gemeente Diever omstreeks 1832’ bijvoorbeeld een turboslag in de rondte gezocht naar de veldnaam het Schaapwasschershoekje, maar heeft deze tot zijn stomme verbazing niet kunnen vinden. Je zal maar in een straat wonen, die vernoemd is naar dit perceel. In welke straat woont u ? Now, ik wone an ut Skoapwassershookie.
Inzake onderdeel 3:
Het perceel met de naam de Geeuwenmaat ligt in de gemiente Deever.
Inzake onderdeel 4:
Het perceel met de naam het Broekje ligt in Wittelte.
Inzake onderdeel 5:
De vermelde vijf percelen hooiland liggen in de gemiente Dwingel.
Inzake onderdeel 6:
Het perceel met de veldnaam de Prakkemaat ligt in Wittelte. Het perceel hooiland  met de naam De Dikte lag in Eemster in de buurt van de Stroom. De andere percelen liggen in de gemiente Dwingel.
Inzake onderdeel 7:
De vermelde 18 percelen bouwland zullen op de esschen van Deever liggen. De redactie moet nog uitzoeken of alle achttien veldnamen in de publicatie ‘Veldnamen gemeente Diever omstreeks 1832’  voorkomen.

Posted in Aarfgood, Veldnème | Leave a comment

De Toekomst meuk dit tiedskriftbeesettoafeltie

Ontwerpstudio Groep & (Wim den Boon, Hein Stolle en Pierre Kleykamp) was de ontwerper van het hier afgebeelde tijdschriftbijzettafeltje. Het meubelstukje is omstreeks 1947 ontworpen. Het is gemaakt van beuken multiplex. De afmetingen van het meubelstukje zijn 49.5 cm (hoogte), 65 cm (breedte) en 56 cm (lengte). Meubelfabriek De Toekomst an de Deeverbrogge produceerde dit tijdschriftbijzettafeltje. Op veilingen brengt een exemplaar van dit apart vormgegeven meubelstukje tegenwoordig zo’n € 600 à € 700 op. De redactie van ut Deevers Archief verwijst de zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief, die is geïnteresseerd in zogenaamde vintage-meubelstukken, naar het digitale tijdschrift Wonderwood.
Het meubelstukje is eigenlijk best wel een beetje als industrieel aarfgood uut de gemiente Deever te beschouwen.

Posted in Aarfgood, Meubelfabriek 'de Toekomst' | Leave a comment

De neeje hutte van Haarm Albes in Wapse

In ut Deeverse Blattie van 9 juli 1998 is in de rubriek ‘Wat weer u nog van vroeger ?’ bijgaande afbeelding van een oude ansichtkaart met een foto van een plaggenhut in Wapse opgenomen. De Historische Vereniging Gemeente Diever wilde via een oproep in de vermelde rubriek graag weten waar de foto voor deze ansichtkaart is genomen. De hier afgebeelde ansichtkaart is in 1916 verstuurd, maar de redactie van ut Deevers Archief heeft het vermoeden dat de foto meer dan tien jaar eerder is gemaakt.
De redactie las in ut Deeverse Blattie van 1 oktober 1998 in de rubriek ‘Wat weer u nog van vroeger ?’ tot zijn grote verrassing de volgende reactie van mevrouw A.C. Blom uit Harderwijk :
De plaggenhut is gebouwd door Harm Alberts (geboren op 2 januari 1856 te Assen en overleden op 26 november 1934 te Diever). Later heeft Harm Alberts om de plaggenhut een 1/2 steens boerderijtje gebouwd, samen met zijn zoons Lammert en Albert. In het boerderijtje woont nu de familie Meesters, Hoge Haar 2 te Wapse.
De hier afgebeelde ansichtkaart is een topstuk, die in geen enkele verzameling van verzamelaars van ansichtkaarten uut de gemiente Deever mag ontbreken. Die paar meer dan honderd en tien jaar oude overgebleven exemplaren van deze ansichtkaart zijn Deevers fotografies aarfgood. Ech wè.

Posted in Aarfgood, Hutte, Topstuk, Wapse | Leave a comment

Ut olde pothokke an de brink van Deever

Het eenvoudige maar onvolprezen geschrift ‘Pothokken in de voormalige gemeente Diever’ is in 1999 uitgegeven door de Historische Vereniging Gemeente Diever. Om te komen tot dit waardevolle geschrift is door vrijwilligers van deze vereniging ontzettend veel werk verzet. Daarvoor driewerf hulde: hulde, hulde, hulde.
In dat geschrift zijn enige gegevens – zie afbeelding 2 – te vinden van de pothokke mit de agin neet te begriep’m code 01-001-02, dat in 1902 is ebaud bee de boerdereeje van de femilie Seinen vlak an de brink van Deever. Dit pothokke stiet now nog steeds an de brink.
De redactie van ut Deevers Archief is van mening dat de pothokke anno 2021 in een mindere staat van onderhoud verkeert. De redactie hoopt dat één van de vele toekomstige eigenaren de pothokke grondig laat opknappen, teneinde het voor toekomstige generaties duurzaam te behouden. Per slot van rekening zijn de pothokk’n in de gemiente Deever echt aarfgood.
Teneinde de grauwe illustraties in afbeelding 2 enigszins op te fleuren is aan dit bericht een kleurenfoto van de pothokke toegevoegd. Zie afbeelding 1. Deze kleurenfoto is gemaakt op 24 mei 2021. De redactie weet niet wie de maker is van deze kleurenfoto, maar wil wel heel graag de naam van de maker in dit bericht noemen.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Posted in Aarfgood, Pothokke | Leave a comment

Stelling van korenmolen ‘de Vlijt’ bezwijkt

In het Duits-gezinde Drentsch dagblad (officieel orgaan voor de provincie Drenthe) verscheen in de Tweede Wereldoorlog op 24 december 1942 het volgende korte bericht over molen ‘de Vlijt’ in Oll’ndeever.

Diever. Toen de molenaar Jansen zijn molen, een z.g. kruien, op den wind wilde zetten, bezweek plotseling de stelling. Alles liep zonder ongelukken goed af. De molen echter heeft een vreemd aanzicht gekregen.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Met ‘kruien’ wordt waarschijnlijk bedoeld een zogenaamde bovenkruier. Het is jammer dat bij het berichtje geen foto stond. In de Tweede Wereldoorlog zijn in de gemiente Deever heel weinig foto’s gemaakt.
Wel is de redactie in de gelukkige omstandigheid van de stellingloze korenmolen ‘de Vlijt’ in Oll’ndeever een afbeelding van een op 13 september 1948 verzonden zwart-wit ansichtkaart met witte rand te kunnen tonen. De molen heeft zonder stelling inderdaad een vreemd en kaal aanzicht.
Let vooral ook op ut pothokke bij de boerderij van molenaar Jan Albert (Ab) Jansen. Deze boerderij en ut pothokke zijn afgebroken (wanneer ?).

Het meisje op de boomstam is Tinie van Goor, een dochter van Roef van Goor uut de Kruusstroate in Deever.
Tinie van Goor zal wellicht met haar vader of moeder op bezoek zijn geweest bij tante Roelofje van Goor, die getrouwd was met Jacobus Kruid (Kobus Kruut) en een zuster van Roef van Goor was. De familie Kruid woonde dicht bij molen ‘de Vlijt’ in de boerderij op de hoek van de Veentjesweg en de Brinkstraat. De redactie acht het daarom aannemelijk dat Roef van Goor deze ansichtkaart verkocht in zijn boekhandel an de Kruusstroate in Deever.


Posted in Aarfgood, Ansichtkoate, Meule van Oll’ndeever, Oll'ndeever, Tweede Wereldoorlog, Verdwenen object | Leave a comment

Wièr un aarfgoodpaand esloopt an de Peperstroate

In de jaren na de Tweede Wereldoorlog heeft burgemeester Jan Cornelis Meiboom (die in de Deeverse volksmond altijd ome Kees werd genoemd) cum suis (met de zijnen) nogal bewust wat fraaie erfgoedpanden in Deever laten slopen. Zijn sloophamer was het rücksichtlos en doelbewust onbewoonbaar verklaren van deze erfgoedpanden. Dit erfgoed is voor altijd verdwenen.
Een van de fraaie panden die nooit gesloopt had mogen worden, maar op de lijst van rijksmonumenten had moeten staan, is de keuterboerderij an de Peperstroate, op de plek waar zogenaamd nodig het bankgebouw van de Boerenleenbank moest komen te staan (wie een hond wil slaan, die kan altijd wel een stok vinden).
Wie kan de redactie van ut Deevers Archief gegevens verschaffen over de bewoners van dit pand ?
U.L.O.-schoolmeester Henk van den Bos is de maker van de hier afgebeelde fraaie kleurendia.
Henk van de Bos moet de foto in de zestiger jaren van de vorige eeuw hebben gemaakt.

Posted in Aarfgood, Brink, Keutereegie, Peperstroate, Verdwenen object | Leave a comment

Un oarig duur stooltie van vief loag’n fineerholt

De redactie van ut Deevers Archief zag in de webstee www.wonderwoodstore.nl enige afbeeldingen van een mooie stoel, zie de bijgaande afbeelding, die gemaakt is van zo genoemd plywood. De architect en meubelmaker Heinrich (Hein) Wilhelm Christian Stolle heeft deze stoel in de periode 1945-1950 ontworpen.
De gerenomeerde meubelfabriek ‘de Toekomst’ an de Deeverbrogge is de maker van het prototype van deze stoel (BN-1) van zo genoemd plywood. Plywood bestaat uit aan elkaar gelijmde lagen fineer van beukenhout, die later in verschillende mallen in vormen wordt gebracht. Tegenwoordig noemt men dat materiaal multiplex.
Dit prototype van de stoel is in de hiervoor genoemde webstee gretig als zo genoemd vintage meubelstuk te koop voor heel veel geld. Maar er zijn verzamelaars die voor dit soort oude meubelstukken zonder blikken of blozen bereid zijn heel veel geld neer te tellen. Zelfs wel € 2500,00 !
Het is duidelijk dat de stoel niet koppelbaar is, maar een andere grote vraag is of deze stoel ook stabelbaar is ? En de stoel moet zeker ook als Deevers industrieel aarfgood worden beschouwd.
In het onvolprezen boekwerkje An de Brogge – Geschiedenis van Dieverbrug in woord en beeld van de Historische Vereniging Gemeente Diever is meubelfabriek ‘de Toekomst’ te summier beschreven en is helaas geen gewag gemaakt van dit soort van meubel-design-top-stukken. Toch wel een beetje een gevalletje van jammer.
Een exemplaar van deze stoel staat in het Museum van de stad Rotterdam.

Posted in Aarfgood, An de Deeverbrogge, Meubelfabriek 'de Toekomst', STAKO-meubel | Leave a comment

De toor’n en de kaarke in de kaarkhof an de brink

De redactie van ut Deevers Archief laat graag zijn bezoekers meegenieten van mooie afbeeldingen uut de gemiente Deever.
In het archief van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in Den Haag bevindt zich een prachtige zwart-wit foto van het kerkgebouw en de gemeentelijke toren in de schitterende kaarhof an de brink van Deever. Deze hier afgebeelde foto is gemaakt in 1938. De naam van de fotograaf is niet bekend. Deze foto is een topstuk en is fotografisch aarfgood van de gemiente Deever.
Het uurwerk in de gemeentelijke toren in de schitterende kaarkhof an de brink van Deever zat voor de grote restauratie in 1956-1957 boven de galmgaten. Aan de stand van de zon te zien moet de foto om zesentwintig minuten over tien uur in de ochtend zijn gemaakt. Dit is af te leiden uit de schaduw in de linker benedenhoek van de foto.
Was de fotograaf speciaal naar Deever gekomen voor deze foto en heeft hij naast deze foto nog een hele serie foto’s gemaakt ? Dat is wel te hopen. Wellicht was hij al daags tevoren aangekomen en had hij overnacht in hotel Brinkzicht an de brink van Deever.
In die tijd was de hof van de kerk voorzien van een afrastering van betonnen palen en gaas. Om te voorkomen dat de vertrekkende of terugkerende schaapskudde op de hof zou gaan grazen ? Of om te voorkomen dat het mit de Deevermaarkt een rotzooitje zou worden op de hof ? De grafstenen op de kerkhof zijn misschien al lang vóór 1938 verdwenen. De graven zijn pas bij de grote restauratie van de kerk in 1956-1957 geruimd. Wie in die jaren in Deever woonde, zal zich wellicht de berg botten bij het graafwerk rond de kerk nog herinneren. Zijn de nieuwe boompjes met de juiste kennis van de ligging van de graven geplant of kan het zijn dat onder de stammen van de thans aanwezige bomen nog resten van menselijke botten zijn te vinden ?
Aan de rechterkant is wit wasgoed in de hof van de kerk te zien. De met gras begroeide hof kon immers mooi worden gebruikt als bleek (de was lag op de blieke). Wie bleekte daar de was ? Was het de vrouw die in de boerderij op de hoek van de Peperstroate en de Kaarkstroate woonde of was het de vrouw van Hendrik Gruppen (geboren op 10-07-1868, overleden op 15-8-1955), die in de boerderij op de hoek van de Heufdstroate en de Kaarkstroate woonde ?
Heette de verbindingsweg tussen de Heufdstroatre en de Peperpstroate toen ook al Kaarkstroate of is die saaie naam later bedacht ? De naam van deze straat zou met enige goede wil nog steeds kunnen worden veranderd in Aquamanileweg of Orgelpomperstraat of Jans Tabaklaan. Deze straat bestond in 1938 uit een klinkerverharding met aan weerskanten zo’n mooie echte strook van veldkeien en veldkeitjes. Is de verharding van deze straat ten prooi gevallen aan de naoorlogse slooplust van De Hoge Heren Van De Voorkant Van Het Grote Gelijk In De Gemiente Deever, dat Deever in de naoorlogse vaart der volkeren wilde opstoten ?
Aan de rechterkant van de foto is een pand te zien. Of zijn het twee panden ? Bij vergroting van de foto is boven het rechter zonnescherm een niet te ontletteren naam te zien. Was in het pand een winkel gevestigd ? Van wie was het pand of de pandenl ? Van bakker Albert Kuiper (Aubut Kuper) ? Wat is na 1938 met dit pand of met deze panden gebeurd ?
Aan de rechterkant is een houten paal van het bovengrondse elektriciteitsnet te zien. Bij vergroting van de foto zijn aan de paal de porceleinen isolatiepotjes te zien en ook de stroomdraden. Was de spanning op de draden toen al 220 Volt ?
Aan de linker kant van de foto is te zien dat een hoekje van de hof in gebruik was als een soort plantentuintje. Was dit het tuintje van dorpsfiguur Geert Dekker, koster en orgelpomper van de kerk en menner van de lijkwagen ? Geert Dekker woonde immers an de Heufdstroate tegenover de Kaarkstroate ? Het zou best kunnen, want Geert Dekker had zijn moestuin op ut Bultie. 
Aan de linkerkant van de foto is op de achtergrond de boerderij van Jan Seinen te zien. Deze boerderij bestaat nog steeds, zij het dat aan één kant de muren beetje bij beetje steeds schever zakken.
De redactie heeft de kleurenfoto gemaakt op 22 april 2021.

Posted in Aarfgood, Brink, Kaarke an de brink, Toor'n an de brink, Topstuk | Leave a comment

Ut woap’m van Deever in Oll’ndeever

Het direct na de Tweede Wereldoorlog door de voorkant van het gelijk bij elkaar gefantaseerde en op 3 september 1946 door de Hoge Raad van Adel goedgekeurde wapen van de gemiente Deever is her en der binnen de grenzen van de gemiente Deever terug te vinden op bewaard gebleven grensstenen.
Zo staat een minder goed onderhouden exemplaar op zijn originele betonnen sokkeltje pal tegen de muur tussen de ramen van de in 1926 gebouwde boerderij van de familie Michels-Hessels in Oll’ndeever; zie de bijgaande foto die de redactie van ut Deevers Archief op 3 oktober 2012 heeft gemaakt. Hulde aan de familie Michels-Hessels, die deze grenssteen gelukkig heeft gered uit de slopershanden van de gezagsgetrouwe medewerkers van de voorkant van het gelijk.
Het grappige is dat de eigenaren de naam Deever op de steen hebben uitgebreid tot Oll’ndeever. En terecht, want de gemiente Deever had eigenlijk de gemiente Oll’ndeever moeten hebben geheten.
Dit stuk versierd beton heeft, tot vóór de dag waarop de gemienten Deever, Dwingel, Vledder en Oavelt gedwongen opgingen in de gemeente Westenveld, langs de Doldersummerweg op de grens van de gemiente Deever en de gemiente Vledder gestaan.
De redactie van ut Deevers Archief heeft de kleurenfoto van de voorgevel van de boerderij Oll’ndeever 10 mit ut pothokke op 4 november 2017 gemaakt. Het dak van ut pothokke is in 2016 vernieuwd. Hulde aan de eigenaren die dit letterlijke en figuurlijke erfgoed goed weten te onderhouden. Ech wè.

Posted in Aarfgood, Gemiente Deever, Oll'ndeever, Woap'm van Deever | Leave a comment

De saandloper op de geetieser’n saarke is vot

In de Olde Möppeler (Meppeler Courant) verscheen op 13 november 1995 het bericht ‘Bijzondere grafzerk in Diever opgeknapt’ over het onderhoud en behoud van de enige gietijzeren grafzerk op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever.

Gemeente wil gietijzeren zerk behouden
Bijzondere grafzerk in Diever opgeknapt
Diever – Op de algemene begraafplaats van Diever bevindt zich op het afgesloten gedeelte, vlak naast het baarhuisje, een bijzondere grafplaat. Het is een gietijzeren plaat, de enige in Diever en één van de weinigen in de provincie. Vrijdagmiddag werkten twee mannen van de gemeente aan het herstel en behoud van de grafzerk.
Deze kent de volgende tekst: ‘Rustplaats van Lambertus Fledderus, geboren te Hoogersmilde 27 maart 1788 en overleden te Hoogersmilde 20 april 1845 en van Jentien Hummel, geboren te Smilde 30 juli 1794 en overleden te Hoogersmilde 20 november 1873, echtelieden’.
In elk van de twee bovenhoeken van de plaat is een vlinder afgebeeld, hetgeen het kortstondige aardse bestaan symboliseeert. Boven de belettering is een vliegende zandloper afgebeeld. Dit beeld de vliegende tijd uit. Onder de belettering is een cirkelvormige slang afgebeeld die in zijn staart bijt. Hiermee wordt het eeuwige leven uitgebeeld.
Medewerkers van de gemeente Diever hebben hert graf vrijdag opgeknapt, want het is één van de oudste graven van de algemene begraafplaats te Diever. Albert Koning en Erwin Gruppen hebben de gietijzeren plaat in beton gelegd. Op deze wijze hoopt men het graf te behouden.
De gietijzeren grafplaten komen sporadisch voor. In Diever komt één gietijzeren plaat voor, terwijl er in heel Drente zo’n twintig geregistreerd zijn. Het bijzondere aan de plaat is natuurlijk de materiaalkeuze voor een grafzerk: giertijzer. In het algemeen werd, en wordt natuursteen toegepast. In feite is de vormgeving van de gietijzeren zerk, inclusief de belettering en de figuratie, geheel afgeleid van de traditionele natuurstenen zerk. Het grote verschil in aanzicht is de geringe plaatdikte. Met natuursteen kan men niet zo dun werken. omdat de plaat dan te weinig sterkte heeft en zal scheuren.. Bovendien kon het gietijzer in afwijkende kleuren geschilderd worden. Hoewel de nu nog voorkomende gietijzeren platen er roestvormig uitzien, mag worden aangenomen dat ze van oorsprong geschilderd of geteerd waren. De gietijzeren platen werden op een verharde, vlakke ondergrond gelgd. In Diever lag de plaat op een vlijlaag van bakstenen.
De gietijzeren gedenktekens verschenen in de eerste helft van de negentiende eeuw op de Nederlandse begraafplaatsen. In Drente verschijnen ze in de tweede helft van die eeuw. De in Drente voorkomende platen zijn, evenals die in Diever, vervaardigd door de Asser IJzergieterij, die vanaf 1866 tot 1895 aan het Noord-Willemskanaal in Assen was gevestigd.
De grafplaat te Diever zal waarschijnlijk na het overlijden van Jentien Hummel in 1873 door de nabestaanden zijn besteld. Het is waarschijnlijk één van de eerste door de Asser IJzergieterij vervaardigde platen.
Het lijkt vreemd dat de echtelieden Lambertus Fledderus en Jentien Hummel, in de gemeente Smilde geboren en gestorven, in de gemeente Diever begraven liggen. De verklaring hiervan vinden we in het feit dat de bevolking van Hoogersmilde lidmaten waren de kerk in Diever. Dit betekende dat zij in Diever hun kinderen doopten, hun huwelijk lieten inzegenen en hun overledenen naar hun laatste rustplaats brachten.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie heeft drie kleurenfoto’s gemaakt op donderdag 22 april 2021 en heeft één kleurenfoto gemaakt op 26 juli 2012..
De begravers van Lambertus Fledderus en Jentien Hummel waren wellicht gefascineerd door bruikbare symbolen op funeraire objecten.
De twee gietijzeren vlinders, die het stuntelige en hulpeloze gefladder van de ten zeerste vergankelijke mens op deze aarde symboliseren, waren op 22 april 2021 aanwezig op de gietijzeren grafzerk.
De gietijzeren zijn eigen staart opetende slang, die het eeuwige terugkeren en de eenheid van alles symboliseert, was op 22 april 2021 aanwezig op de gietijzeren grafzerk.
De gietijzeren vliegende zandloper, die symboliseert dat de tijd niet bestaat en dat de mens ten zeerste vergankelijk is, was op 22 april 2021 helaas niet meer aanwezig op de gietijzeren grafzerk. Gestolen ? Grafzerkendieven ? Grafzerkenplunderaars ?
Aan de bruine roestvlekken is de plaats van de gietzijzeren vliegende zandloper op de gietijzeren grafzerk te zien. Beter gezegd waar de gietijzeren vliegende zandloper gewoon los lag, want ook de gietijzeren zijn eigen staart opetende slang ligt gewoon los op de gietijzeren grafzerk. Elke grafzerkenvandaal of grafzerkenplunderaar kan deze gietijzeren slang zo in zijn fietstas of in zijn auto meenemen.
De gemiente Deever wilde in 1995 de gietijzeren grafzerk zeer terecht behouden. De grote vraag is hoe de verwesterde, verzakelijkte, verambtelijkte, afstandelijke, kille gemeente Westenveld aankijkt tegen het behoud van deze gietijzeren grafzerk, dat toch op zijn minst een gemeentelijk monumentje is. De nog grotere vraag is of de verwesterde, verzakelijkte, verambtelijkte, afstandelijke, kille gemeente Westenveld bereid is de gietijzeren grafzerk te restaureren ? De redactie schat in van niet.

Figuur 1
Dit bericht verscheen op 13 november 1995 in de Olde Möppeler (Meppeler Courant).
Figuur 2
De redactie heeft deze foto gemaakt op donderdag 22 april 2021.

Figuur 3
De redactie heeft deze kleurenfoto gemaakt op donderdag 22 april 2021.

Figuur 4
De redactie heeft deze kleurenfoto gemaakt op donderdag 22 april 2021.

Figuur 5
De redactie heeft deze kleurenfoto gemaakt op donderdag 26 juli 2012. 

Posted in Aarfgood, Kaarkhof Grönnegerweg | Leave a comment

Greinspoaltie 72 in de Olde Willem is nog steeds vot

De redactie van ut Deevers Archief heeft bijgaande kleurenfoto gemaakt op donderdag 22 april 2021. Op de kleurenfoto ligt het zichtbare deel van de weg deur de Olde Willem in de provincie Fryslân.
Greinspoaltie 72 (greinspoaltie LXXII) op de greinse van de gemiente Deever in Drente en de gemiente Oooststellingwaarf in Fryslân stön in de baarm van de weg deur de Olde Willem an de kaante van de Tilgröppe, mor is nog steeds vot. Het paaltje is op de afgebeelde kleurenfoto niet meer aan de rechterkant te zien.
De redactie heeft in de middag van donderdag 22 april 2021 nog eens aan beide kanten van de weg over een langer stuk in de bermen, in de bermsloten en in de weilanden lang en nauwkeurig gezocht, maar heeft greinspoaltie 72 (greinspoaltie LXXII) helaas weer niet gevonden.
In het najaar van 2019 is gewerkt aan het ten zeerste bemoeilijken en vertragen van het autoverkeer op de weg deur de Olde Willem. Dat is bereikt door het plaatsen van veel niet erg duurzame dikke hinderpalen in de berm. Zie bijgaande kleurenfoto.
Greinspoaltie 72 is toen verdwenen bij werkzaamheden aan de weg en de berm, die moesten leiden tot het ontmoedigen, tot het afschrikken en tot het wegpesten van bestuurders van auto’s. En bestuurders van auto’s, die laten zich natuurlijk niet wegpesten, integendeel, het wordt steeds drukker op die weg. Die durven het berijden van deze kaarsrechte openbare weg natuurlijk met de grote lichten aan wel aan. Die berijders worden voortdurend gedwongen te stoppen, op tegenliggers te wachten bij passeerstroken en dan weer op te trekken. Dat leidt tot een sterke verhoging van de Co2 uitstoot in het wonderschone natuureluurcultuureluurgebied.
De redactie vermoedt dat greinspoaltie 72 (greinspoaltie LXXII) tijdens de werkzaamheden in het najaar van 2019 tijdelijk even was verwijderd en aan de kant gelegd. Daardoor was greinspoaltie 72 (greinspoaltie LXXII) helaas gemakkelijk en snel oplaadbaar en vervoerbaar geworden. Wellicht heeft een fanatieke verzamelaar ut swoare greinspoaltie alleen of met de hulp van een tweede persoon op een aanhangwagentje achter een auto geladen en meegenomen.
Maar het kan natuurlijk ook zo zijn dat ut skiere greinspoaltie 72 (greinspoaltie LXXII) bewust niet is terug geplaatst, omdat die vele lompe autoberijderpestpalen volledig uit de toon vallen bij zo’n fraai waardevol wit-zwart geverfd erfgoed Drens-Fries grenspaaltje. En alles van waarde is weerloos.
Bij de toch strikt noodzakelijke herplaatsing van greinspoaltie 72 (greinspoaltie LXXII) zal zorgvuldig aandacht moeten worden besteed aan een stevige verankering van de paal in de bodem.

Posted in Aarfgood, de Olde Willem, Greinspoele, Verdwenen object | Leave a comment

Honderd joar elee’n saag de Baarg ur ok al neet uut

Burgemeester Hendrik Gerard Van Os fotografeerde de al sterk in verval geraakte, maar nog aardig op hoogte zijnde Baarg in Wittelte, in de twintiger jaren van de vorige eeuw. De redactie zwaait deze burgemeester daarvoor alsnog postuum driewerf hulde toe: hulde, hulde, hulde. Volgens olde Wittelers stonden op de Baarg hulsebossies.
De redactie van ut Deevers Archief ontkomt er niet aan deze alleroudste foto van de Baarg vanuit geschiedkundig oogpunt als een topstuk te beschouwen.
De uitgestorven familie Bij de Berg (Bee de Baarg) moet in Wittelte eeuwen lang bee de Baarg (in de buurt van de Baarg) hebben gewoond. Het zou aardig zijn te weten of deze familie, naast de boerderij aan de Wapserveenseweg, waar Roef en Jantie, de twee laatste leden van deze familie woonden, eerder ook een andere boerderij dichter in de buurt van de Baarg heeft bewoond. De redactie van ut Deevers Archief heeft sterk het vermoeden dat de familie Bij de Berg vroeger woonde in een boerderij op de plek waar de boerderij van wijlen Jacob (Japie) Snoeken – de uitvinder van heer Witto en de bedenker van de naam Witto’s heuvel – staat aan de Wittelterweg bij de nepbrink van Wittelte.
De redactie heeft de kleurenfoto van de Baarg gemaakt op woensdag 6 november 2019.

De verstokte liefhebber van afbeeldingen op papier kan de hier afgebeelde foto van de Baarg ook ten zeerste bewonderen op bladzijde 15 van het in 2008 verschenen papieren boekwerkje Diever, zoals het was in de voormalige gemeente, 1930-1980, dat is samengesteld door vrijwilligers van de heemkundige vurening uut Deever. Maar ja, dan moet jij wel in het bezit zijn van dat papieren boekwerkje of dat papieren boekwerkje bij iemand in kunnen zien.

Abracadabra-237

Posted in Aarfgood, de Witteler Baarg, Topstuk, Wittelte | Leave a comment

Un hiele olde ansichtkoate van de kaarke an de brink

Op 24 augustus 1905 stuurde een zekere mejuffrouw Nel bijgaande ansichtkaart met een afbeelding van de kaarke an de brink van Deever naar mejuffrouw G. IJnzonides in Buitenpost. De kaart is op 25 augustus 1905 gestempeld op het postkantoor in Buitenpost.
De adreskant van de ansichtkaart mocht in die jaren helaas nog niet worden beschreven, vandaar dat mejuffrouw Nel de lege ruimte onder de foto van de oostkant van het kerkgebouw en de gemeentelijke toren an de brink van Deever gebruikte om met de kroontjespen en met inkt het volgende tekstje te schrijven:
L.G. We zijn nu in Diever. Tot midden volgende week denk ik. Mijn adres is bij R. Bult. We genieten hier van de mooie natuur. Vele groeten van Nel.
Mejuffrouw G. IJnzonides in Buitenpost is mejuffrouw Gerbina Eelcina Simonetta IJnzonides. Zij is op 1 februari 1885 geboren als dochter van huisarts Gerben IJnzonides en Simontje Leeman. Zij trouwde op 30 november 1916 met Jan Wierda.
De redactie van ut Deevers Archief vermoedt dat de afkorting L.G. betekent Lieve Gerbina.
Drie zonen van het echtpaar Jan Wierda en Gerbina IJnzonides kwamen aan het einde van de Tweede Wereldoorlog om bij de fusillade bij Dronrijp.
Mejuffrouw Nel zal een vriendin van Gerbina IJnzonides zijn geweest. Mejuffrouw Nel logeerde op de boerderij van de familie Roelof Bult an de Wittelterweg in Oll’ndeever. Roelof Bult is geboren op 26 januari 1857 in Oll’ndeever en is op 3 juli 1933 overleden in Drachten.
De redactie van ut Deevers Archief vermoedt dat student-medicijnen Gerben IJnzonides in Groningen bevriend was met student-medicijnen Koert Jacob Bult uut Oll’ndeever en dat mejuffrouw Nel via de vader van haar vriendin Gerbina aan het logeeradresje in Oll’ndeever was gekomen.
De in 1905 verzonden ansichtkaart is een topstuk en behoort tot de oudste ansichtkaarten van ut dörp Deever en is daarmee Deevers aarfgood. Ech wè. De kaart (nummer 4240) is in 1903 uitgegeven door drukkerij H. ten Brink in Möppel. Wie allemaal op de foto bij het kerkgebouw an de brink van Deever staan, dat is jammer genoeg nooit vastgelegd. Let vooral ook op de glint’n um de kaarhof (ok wè kaarketuun enuumd). Let vooral ook op de jongen, die hept allemoale un pette op.
De redactie betreurt het bijzonder dat in 2019/2020 in het ten koste van veel schaars belastinggeld uitgevoerde prestigeonderbestratingswerkje Deever op Drift (Diever op Dreef) van de gemeente Westenveld helaas niet was voorzien in het herstel van de cultuurhistorisch waardevolle kaarketuun met daar om heen deze fraaie glint’n. De kaarketuun is opgeofferd aan de toeristenindustrie.
De redactie heeft de kleurenfoto van de oostkant van het kerkgebouw en de gemeentelijke toren an de brink van Deever gemaakt op 11 december 2019 om – let op de torenklok – 13.33 uur. Toen was de Peperstroate nog niet aangepakt in het kader van Deever op Drift (Diever op Dreef).

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Op 19 mei 2019 stuurde mevrouw Janny Franssens de volgende reactie, waarvoor de redactie haar bijzonder erkentelijk is:
Wat bijzonder leuk deze foto/ansichtkaart. Gerbina IJnzonides was een tante van mijn oma Simontje Gerbina Bergsma, de moeder van mijn vader. Mijn oma Simontje Gerbina Bergsma was getrouwd met mijn opa Derk Hendriks Franssens. Met vriendelijke groet, Janny Franssens.

Posted in Aarfgood, Alle Deeversen, Ansichtkoate, Kaarke an de brink, Topstuk | Leave a comment

De greinspoalties 73 en 74 stoat bee de Tilgröppe

De heer Herman Posthumus is een fervent liefhebber en kenner van grenzen, die gemarkeerd worden door grenspalen, grensstenen, enzovoort. Zo houdt hij ook de ontwikkelingen op de greinse van de gemiente Deever in Drente en de gemiente Ooststellingwaarf in Fryslân nauwlettend in de gaten. Hij heeft de twee hier getoonde kleurenfoto’s van greinspoaltie 73 (greinspoaltie LXXIII, GP 73) en greinspoaltie 74 (greinspoaltie LXXIV, GP 74) bee de Tilgröppe in de  Olde Willem gemaakt op 10 april 2010.
De redactie van ut Deevers Archief is in de loop van de laatste jaren fervent liefhebber van de geschiedenis van de puvinciale greinspoalties op de greinse van de gemiente Deever in Drente en de gemiente Ooststellingwaarf in Fryslân geworden en toont graag mooie zo oud mogelijke foto’s van deze paaltjes.
De redactie heeft toestemming van de heer Herman Posthumus voor het tonen van zijn twee mooie historisch waardevolle kleurenfoto’s. De redactie is de heer Herman Posthumus bijzonder erkentelijk voor deze toestemming.
De puvinciale greinspoalties op de greinse van de gemiente Deever in Drente en de gemiente Ooststellingwaarf in Fryslân bint aarfgood. Doar moe’w hiel aarg sunig op weed’n.

Afbeelding 1
Greinspoaltie 73 staat aan de overkant (aan de noordkant) van de sloot in de Olde Willem. Greinspoaltie 74 staat aan deze kant (de zuidkant) van de sloot in de Olde Willem. Herman Posthumus heeft deze foto op 10 april 2010 gemaakt.
Afbeelding 2
Greinspoaltie 73 staat aan de linkerkant (de noordkant) van de sloot in de Olde Willem. Greinspoaltie 74 staat aan de rechterkant (de zuidkant) van de sloot in de Olde Willem. Aan de rechterkant is de Tilgröppe in betere tijden te zien. Herman Posthumus heeft deze foto op 10 april 2010 gemaakt.

Afbeelding 3
Greinspoaltie 74 staat op de voorgrond aan de linkerkant van de sloot noast de Tilgröppe in de Olde Willem. Greinspoaltie 73 staat nog net een beetje zichtbaar aan de rechterkant van die sloot in de hoek van het weiland. Aan de linkerkant is de Tilgröppe te zien, voordat deze door de Stoat (lees zetbaas Staatsbosbeheer) is vernield. Deze kleurenfoto is gemaakt op 21 maart 2015. De redactie weet niet wie de maker is van deze historisch waardevolle kleurenfoto.


Afbeelding 4
De plaats van de greinspoalties 73 en 74 bij de Tilgröppe in de Olde Willem is te zien op deze afbeelding. 

Posted in Aarfgood, de Olde Willem, Greinse, Greinspoal | Leave a comment

Greinspoaltie 72 stiet an de weg deur de Olde Willem

De heer Herman Posthumus is een fervent liefhebber en kenner van grenzen, die gemarkeerd worden door grenspalen, grensstenen, enzovoort. Zo houdt hij ook de ontwikkelingen op de greinse van de gemiente Deever in Drente en de gemiente Ooststellingwaarf in Fryslân nauwlettend in de gaten. Hij heeft de twee hier getoonde kleurenfoto’s van greinspoaltie 72 (greinspoaltie LXXII, Gp 72) in de baarm van de weg deur de Olde Willem gemaakt op 1 juli 2012.
De redactie van ut Deevers Archief is in de loop van de laatste jaren fervent liefhebber van de geschiedenis van de provinciale grenspaaltjes op de greinse van de gemiente Deever in Drente en de gemiente Ooststellingwaarf in Fryslân geworden en toont graag mooie zo oud mogelijke foto’s van deze paaltjes. 
De redactie heeft toestemming van de heer Herman Posthumus voor het tonen van zijn twee mooie kleurenfoto’s. De redactie is de heer Herman Posthumus bijzonder erkentelijk voor deze toestemming.
De puvinciale greinspoalties op de greinse van de gemiente Deever in Drente en de gemiente Ooststellingwaarf in Fryslân bint aarfgood. Doar moe’w hiel aarg sunig op weed’n. 

Afbeelding 1
Aan de Friese kant van greinspoaltie 72 (greinspoaltie LXXII, Gp72) is het wapen van de provincie Fryslân te zien.

Afbeelding 2
Aan de Drentse kant van greinspoaltie 72 (greinspoaltie LXXII, Gp 72) is het wapen van de provincie Drente te zien.

Posted in Aarfgood, de Olde Willem, Greinse, Greinspoal | Leave a comment

Toren en kerk aan de brink van Deever

Abracadabra-430De gemeentelijke toren van de kerk op de Brink van Diever was vóór de Grote Restauratie in 1955 in een zeer beroerde en vervallen toestand, wat mag blijken uit de bovenste foto die tijdens de restauratie in 1956-1957 van de noordkant van de kerk en de gemeentelijke toren is gemaakt. Op deze foto is aan de linker kant het toen nog gelukkig niet gesloopte pand bij de kerk te zien.
De foto onder de bovenste foto toont de noordkant van de gerestaureeerde kerk en de gemeentelijke toren en het pand bij de kerk, nadat Klaas Kleine het eerder gesloopte pand bij de kerk eigenhandig weer helemaal had opgebouwd. Hière mien tied, wat ’n klus.
De redactie van het Deevers Archief heeft de onderste foto op 7 augustus 2015 tijdens een periodieke visuele inspectie van de gemeentelijke toren vanaf het terras van Café Brinkzicht gemaakt.

Abracadabra-431

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Abracadabra-432

Posted in Aarfgood, Ansichtkoate, Deever, Kaarke an de brink, Klaas Kleine | Leave a comment

Un olde melkbusse uut 1958 mit ut nummer 182

Het is de redactie van ut Deevers Archief dan toch een keer gelukt enige foto’s van een nog bestaande oude melkbus te kunnen tonen. De eigenaar van de melkbus heeft de drie kleurenfoto’s gemaakt op 5 december 2020. De redactie heeft toestemming van de eigenaar van de oude melkbus de drie foto’s in ut Deevers Archief te tonen. De redactie is de eigenaar bijzonder erkentelijk voor deze toestemming.
In dit geval gaat het om een melkbus van de Coöperatieve Zuivelfabriek Diever (CZ DIEVER), die gevestigd was aan het Moleneinde in Deever. De melkbus is in 1958 (let op het nummer 58 op de bus) in gebruik genomen.
Deze melkbus heeft veertig jaar lang op een zolder gestaan en de eigenaar wilde toch wel een keer zijn zolder opruimen. Daarom wil de eigenaar de melkbus verkopen, gaat de eigenaar de melkbus verkopen, heeft de eigenaar de melkbus wellicht inmiddels al verkocht, vanwege de buitengewoon hoge prijs die voor een oude melkbus wordt betaald, vanwege de populariteit van de indrukwekkend mooie en veilige traditie van ut kebiet skeet’n mit oldejoar.
De redactie van ut Deevers Archief hoopt dat de eigenaar de grote culturele erfgoedwaarde van deze melkbus inziet en alsnog besluit zijn oude melkbus niet te verkopen. Kebiet skeeters hebben geen oude melkbussen nodig, die kunnen gewoon via een webstee op het internet wel een nieuwe melkbus met een flinke voorraad carbid aanschaffen. Vrogger kocht’n wee ut kebiet gewoon bee de Kloeze.
De zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief zouden kunnen denken dat het niet meer mogelijk is te achterhalen welke boer in 1958 de eigenaar van deze melkbus met nummer 182 was. Integendeel. Albertje Timmerman, de weduwe van Heime Timmerman uut Wittele was de melkleverancier, die van de Coöperatieve Zuivelfabriek aan het Moleneinde in Deever, bij de naoorlogse hernummering het nummer 182 kreeg. Boer Heime Timmerman is geboren op 15 februari 1875 en is overleden op 21 september 1937. De boerderij werd in het begin van de vijftiger jaren van de vorige eeuw voortgezet door zoon Jacob Timmerman en Machteld Zomer. De redactie verwijst voor voor meer gegevens naar het zeer informatieve boek Wittelte – Geschiedenis van de boerderijen vanaf 1770 tot heden van Klaas de Boer.

Posted in Aarfgood, Kebied skeet’n, Süvelfubriek Deever | Leave a comment

De aachterkaante van de olde kapelle van Obadja

De redactie van ut Deevers Archief weet nog niet in welk jaar de hier getoonde zwart-wit foto van de achterkant van de Obadja-kapel op Zorgvlied is gemaakt en weet ook nog niet wie deze foto heeft gemaakt. Op de zwart-wit foto is aan de linkerkant ut törfhokke te zien. Het is een afbeelding die zeer zeker wel in elk geval moet worden gearchiveerd.
De redactie heeft wel het vermoeden dat de foto ná de Tweede Wereldoorlog is gemaakt, maar wel vóórdat de kapel in 1968 is verlengd. Bestudering van de op de zwart-wit foto zichtbare en nog steeds aanwezige grafstenen kan mogelijk een preciezere datering opleveren.
In die jaren vonden de zeer geachte leden van de geloofsgemeente, die in de Obadja-kapel ter kerke gingen, het nog niet nodig de buitenkant van hun houten kerkgebouwtje spierwit te verven.
De kapel is in 1968 aan de voorkant verlengd, waarbij de voorgevel naar voren is verplaatst. De op de eerste kleurenfoto zichtbare oostelijke zijgevel heeft drie oorspronkelijke en aan de rechterkant twee toegevoegde vensters, die alle voorzien van negenruits ramen, een kalf en een halfrond drieruits bovenlicht. Op de plek van het vierde oorspronkelijk venster is een nooduitgang gemaakt.
De redactie heeft de twee kleurenfoto’s gemaakt op vrijdag 28 november 2020.


Posted in Aarfgood, De aandere kaante van de Deeverse bos, Obadja, Zorgvliet | Leave a comment

Now hef Deever twee Bert Haanstra sitbaankies

Het laatste deel van de film Fanfare, te weten het beroemde muziekconcours, nam filmmaker Bert Haanstra in 1958 op in een weiland an de Kloosterstroate in Deever, aachter ut huus mit de naeme ut Zonnehoekje. Dat weiland is geen weiland meer, op die plek staan al lang vier burgerwoningen.
Bert Haanstra schonk een duurzaam houten zitbankje aan de inwoners van de gemiente Deever, als dank voor het gebruik van het weiland en de inzet van vele Deeverse figuranten bij de opnamen. Dit duurzame houten zitbankje kreeg een plekje an ut asfaltpad langs de Bosweg, vlak bee ut huus woar vrogger bode Vossie hef ewoond en woar Roelof (Roef) Zoer ok hef ewoond. Zie afbeeldingen 1 en 2.
Pas bij de opening van de Bert Haanstra wandelroute is het duurzame houten zitbankje voorzien van een tekstplaatje: ‘Ter herinnering aan Bert Haanstra (1916-1997). In juni 1958 filmde de cineast in Diever het laatste gedeelte van zijn komische speelfilm Fanfare’. Zie het tekstplaatje op afbeelding 3.
De redactie van ut Deevers Archief hoopt dat dit duurzame houten zitbankje, toch un ech stukkie aarfgood van de olde Deeversen, tot in lengte van jaren zal blijven bestaan. Wie is eigenaar van dit duurzame houten zitbankje ? Zijn dat de oude inwoners van de gemiente Deever of is dat het Publieke Bedrijf Gemeente Westenveld ? Wellicht is het een duurzaam idee om dit duurzame zitbankje met het fraaie tekstplaatje eervol en respectvol te verplaatsen naar de achterkant van het grote gemeentelijke gemetselde veldkeiengedrocht met de naam Burgemeester van Os bank ? Want in Deever zijn ze ondertussen wel een beetje gewend geraakt aan het gesleep met zitbanken.
De redactie was toch wel bijzonder erg verbaasd en verrast en veraldereerd op vrijdag 28 november 2020 een nepversie van het originele enige echte Bert Haanstra zitbankje in de vorm van een metalen zitbankje van het type Ikarus van het bedrijf Gardelux b.v. voorzien van een neptekstplaatje aan een nepslijtpad op de kaarkhof an de brink van Deever aan te treffen. Zie de afbeeldingen 5 en 6. Welke lomperik heeft dat bedacht ? Dit bankje is daar in 2019 of 2020 neergezet in het kader van het peperdure onderbestratingwerk met de naam Deever op Drift. Is dit gecoate metalen zitbankje wel duurzaam ? Voldoet dit gecoate metalen zitbankje wel aan de Fairtrade criteria van het Publieke Bedrijf Gemeente Westenveld ? Is het gecoate metalen zitbankje wel circulair, met andere woorden kan van het zitbankje aan het einde van zijn levensduur over dertig jaren wel een nieuw zitbankje worden gemaakt ?
En wat is de bedoeling van het Publieke Bedrijf Gemeente Diever ? Blijft het originele enige echte duurzame Bert Haanstra zitbankje, echt aarfgood van Deever an de Bosweg, staan en zal het nepzitbankje op de kaarkhof an de brink van Deever op een dag zijn verdwenen ? Of blijft het nepzitbankje op de kaarkhof an de brink van Deever staan, en zal het enige echte duurzame Bert Haanstra zitbankje, echt aarfgood van Deever an de Bosweg, op een vroege ochtend na een mistige nacht zijn verdwenen ?

Afbeelding 1
De Bert Haanstra zitbank met twee duurzame houten zitplanken en drie duurzame houten rugleuningplanken an de Bosweg. De redactie heeft deze kleurenfoto op vrijdag 28 november 2020 gemaakt.

Afbeelding 2
De Bert Haanstra zitbank met drie duurzame houten zitplanken en twee duurzame houten rugleuningplanken an de Bosweg. De redactie heeft deze kleurenfoto op vrijdag 28 november 2020 gemaakt.

Afbeelding 3 
Tekstplaatje dat is vastgeschroefd aan een van de twee duurzame houten rugleuningplanken van de Bert Haanstra zitbank. De redactie heeft deze kleurenfoto op vrijdag 28 november 2020 gemaakt.

Afbeelding 4
Aan de linkerkant is zichtbaar de achterkant van het gemeentelijk gemetselde veldkeiengedrocht met de naam Burgemeester van Os bank. De redactie heeft deze kleurenfoto op vrijdag 28 november 2020 gemaakt.

Afbeelding 5
Deze nepversie van het originele enige echte Bert Haanstra zitbankje met drie metalen zitplanken en één metalen rugleuningplank, waarin die onneusele D is geponsd, staat in de kaarhof (ok wè kaarketuun enuumd) an de brink van Deever. De redactie heeft deze kleurenfoto op vrijdag 28 november 2020 gemaakt.

Afbeelding 6
Aan de rugleuning van het nep Bert Haanstra zitbankje is een metalen nepplaatje bevestigd. De tekst is niet precies overgenomen van het originele tekstplaatje, want bevat in elk geval twee onnozele fouten, te weten ‘cinecast’ is ‘cineast’ en ‘Komische’ is ‘komische’. Maar alleen een critecast let op dergelijke onnozele fouten. De redactie heeft deze kleurenfoto op vrijdag 28 november 2020 gemaakt.

Posted in Aarfgood, Fanfare | Leave a comment

Blik, Wringe, Boekweitenveen, Giere, Kleine Kwabbik

In het Nieuwsblad van het Noorden van 18 december 1964 -alweer meer dan vijftig jaar geleden- verscheen het volgende korte bericht over de verkoop van bouwland en groenland in café Brinkzicht an de brinq in Deever.

Diever. Ten overstaan van notaris D. Botje te Dwingelo werd in café Brinkzicht te Diever bij toeslag, wegens voorgenomen beëindiging van het bedrijf, in het openbaar verkocht:
1.
Voor de heer R. Hummelen te Almelo:
Bouwland ’t Blik op de Westeres, groot 48 are 10 ca.
Kopers werden gebroeders Elting te Wittelte voor f. 3690,-.
2.
Voor de heer A. Vierhoven te Ruinerwold:
Groenland de Wringe bij de Bolderhoek, groot 97 are en 70 ca.
Koper werd de heer J. Pot te Wittelte voor f. 5650,-.
3.
Voor de  heer H.J. Bennen te Diever:
Groenland Boekweitenveen op de Westeres, groot 2.63.20 ha.
Kopers werden gebroeders Van Wester te Oldendiever voor f. 15.800,-.
Bouwland de Giere op de Hezenes, groot 46 are.
Koper werd de heer H. Offerein te Diever voor f. 3000,-.
Groenland de Kleine Kwabbik aan de Groningerweg, groot 62 are 60 ca.
Koper werd de heer W. Bakker te Diever voor f. 3440,-.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Tot in de zestiger jaren van de vorige eeuw werden bouwlanden en groenlanden aangeduid met hun eeuwen oude veldnaam. Hoe eenvoudig kon het zijn.
De heemkundige vereniging uut Deever heeft met langdurend en geduldig uitzoekwerk gelukkig zoveel mogelijk oude veldnamen in alle dorpen van de gemiente Deever in kaart gebracht. Deze hebben grote cultuurhistorische waarde. Veldnamen zijn cultureel erfgoed.
Met het in de vorige eeuw doordrukken en uitvoeren van de zo genoemde ruilverkaveling, het verdwijnen van de kleinschalige landbouw en het verdwijnen van de boerenstand uut de gemiente Deever is helaas ook het gebruik van de oude veldnamen van bouw- en groenlanden verdwenen.
Als men nu een willekeurige inwoner van de gemiente Deever vraagt waar ’t Blik, de Wringe, ‘t Boekweitenveen, de Giere en de Kleine Kwabbik liggen, dan zal die inwoner het antwoord hoogstwaarschijnlijk schuldig blijven.
Of wellicht weet die inwoner waar de Wringe heeft gelegen, omdat die veldnaam terug is te vinden op een straatnaambordje an de Deeverbrogge.
De gebroeders Elting waren Jan en Willem Elting uit Wittelte.

Jan Pot is geboren op 3 augustus 1919 in Wittelte en is overleden op 12 november 1987.
De gebroeders Van Wester waren Hendrik, Roelof Willem en Lucas van Wester uit Oll’ndeever.
H.J. Bennen is Harman Jan Bennen. Harman Jan Bennen is geboren op 3 mei 1904 in Deever.
H. Offerein is Hendrik Offerein.
W. Bakker is Willem Bakker.

Posted in Aarfgood, Cultuurhistorie, Deever, Landbouw, Veldnème | Leave a comment

Knallen met carbid wint terecht aan populariteit

In het Nieuwsblad van het Noorden verscheen op 29 december 1988 het navolgende bericht over het kebied scheet’n in Deever,

Neveninkomst voor de gebroederers Kleine in Diever
Knallen met carbid wint aan populariteit
Diever – Onze ouders wisten eigenlijk niet anders. Rondom de jaarwisseling lekker knallen met een blikje met carbid. Was je echt ruig, dan gebruikte je een melkbus en waren de dreunen tot ver in de omtrek te horen. Uren was je er mee bezig. Tegenwoordig wordt er voor miljoenen aan vuurwerk ‘verknald’. Lontje aansteken, weggooien, volgende ronde. Van echt tijdverdrijf is geen sprake, althans dat vinden de gebroeders Klaas en Berend Kleine uit Diever.
Ze zijn smid van beroep, maar hebben deze dagen bescheiden neveninkomsten aan de verkoop van carbid. Dat wordt de laatste tijd weer aardig populair volgens Berend, die namens de twee het woord voert. ‘Dit is het derde jaar dat we het verkopen en aanvankelijk waren we de enige in de wijde omtrek. Maar er komen steeds meer verkooppunten, zodat we vorig jaar tien kilo overhielden. Dat betekent tien procent van de omzet, want de gebroeders Kleine kopen niet meer dan honderd kilo in. ‘Het moet een lolletje blijven’ vinden ze.
Carbid is een gangbare afkorting van calciumcarbide, staat in de encyclopdie te lezen. Het is een verbinding van calcium en koolstof , die wordt verkregen door calciumoxide met cokes in een elektrische oven te verhitten. Met water geeft het acetyleen, Vroeger werd carbid gebruikt voor verlichtingsdoeleinden en bij het lassen. Tegenwoordig tracht een enkeling de mollen in zijn tuin met de gasontwikkeling van carbid te verdrijven. De mogelijke knaleffecten zijn echter de belangrijkste attractie.
Het toevoegen van de juiste hoeveelheid water is erg belangrijk, vertelt Berend Kleine. ‘Doe je er teveel bij, dan doet het niets. Dan heb je een te rijk mengsel. Dan moet je het blikje maar weggooien en weglopen en wachten tot hij helemaal uit is.’
Mits er verantwoord mee wordt omgesprongen, hoeft knallen van carbid niet gevaarlijker te zijn dan het afsteken van gewoon vuurwerk. Het is in elk geval veel spannender, want je moet er zelf heel wat voor doen om een mooie knal te krijgen. Doorgaans wordt een stevig blikje met een precies sluitend deksel gebruikt. Via een gaatje onderin wordt de carbid aangestoken. Dank zij de gasontwikkeling ontstaat de explosie. Doordat de deksel er af vliegt, blijft het blikje voor een volgende keer behouden, maar soms zoek je je natuurlijk wel een ongeluk naar deze afsluiter. ‘Wij deden er vroeger wel eens een lang touw aan’, vertelt Berend, wiens ogen gaan glinsteren bij de herinneringen aan vroeger. Een lang stuk touw is zeker geen luxe aan het deksel van een melkbus, waarmee ook wordt geschoten. Dat is zeker niet zonder gevaar, want zo’n zwaar deksel kan een eind vliegen. Ook komt het wel voor dat achter uit de bus, als het deksel er te stevig op is gedrukt, een forse steekvlam komt. Uitkijken, dus.
Voor de verkoop van carbid heb je geen vergunning nodig, zoals bij vuurwerk. Ook de jeugd loopt geen gevaar door de politie in de kraag te worden gevat. ‘Hoogstens voor ordeverstoring. De wet zal er nog wel op aangepast worden, denk ik. Een bromfiets die te veel lawaai maakt, mag toch ook niet.’

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Berend Kleine (de grote Hendrik) beschrijft in het artikel op sublieme wijze hoe je op een veilige en mooie manier op oudejaarsdag en oudejaarsavond voor 10 gulden per kilo met carbid kunt schieten. Het artikel is een kleine maar goede handleiding voor de doe-het-zelver.
Lekker balder’n zonder de aanwezigheid van politieagenten en zonder de hinderlijke bemoeienissen van De Hoge Dametjes En Heertjes Van De Voorkant Van Het Grote Gelijk Van De Gemeente Westenveld. Of heeft
 De Voorkant Van Het Grote Gelijk de verkoop van carbid inmiddels ook geregeld in een verordening ? Dat zou best eens zo kunnen zijn.

Abracadabra-441

Posted in Aarfgood, Heufdstroate, Kebied skeet’n, Klaas Kleine, Traditie | Leave a comment

De plakette mit de keuneginne höng in de roadsael

In de Provinciale Drentsche en Asser Courant verscheen op 20 juni 1957 een bericht over de opening van het nieuwe gemeentehuis van de gemiente Deever an de brink van Deever (in Deever heurt een gemientehuus an de brink te stoan).
Tijdens de opening van ut neeje gemientehuus an de brink van Deever bood de commissaris van de koningin mr. Jaap Cramer namens het bestuur van de provincie Drente een fraai kostbaar kunstwerk in de vorm van een plaquette met de beeltenis van koningin Juliana aan de bevolking van de gemiente Deever aan.
Het kostbare kunstwerk heeft altijd in de raadzaal van ut gemientehuus an de brink van Deever gehangen. De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief wordt voor de beeldvorming verwezen naar de zwart-wit foto aan het einde van dit bericht.

De redactie stuurde op 12 mei 2020 per e-mail het volgende bericht aan de gemeente Westenveld.
Geachte heer/mevrouw
Het ligt in mijn bedoeling het krantenartikel ‘Diever heeft het prachtige raadhuis officieel in gebruik genomen’ op te nemen in een bericht in ut Deevers Archief.
Dit krantenartikel is te raadplegen in https://www.delpher.nl.
Mijn vraag betreft de foto in het genoemde artikel, waarop burgemeeester J.C. Meyboom is te zien, waarbij boven zijn hoofd een plaquette van H.M. koningin Juliana is te zien.
Ik zou graag een scherpe foto van deze plaquette bij het bericht in ut Deevers Archief willen tonen.
Ik veronderstel dat de gemeente Westerveld zuinig is op dit kostelijke stukje erfgoed van de gemeente Diever, en dat dit ergens in het raadhuis van de gemeente Westerveld een waardige plek heeft gekregen ?
Behoort het tot uw mogelijkheden mij een scherpe foto van deze plaquette te doen toekomen ?
Ik ben u bij voorbaat bijzonder erkentelijk voor de te nemen moeite.
Of zou ik langs kunnen komen om zelf een scherpe foto van dit object te maken ?
Ik verneem graag uw reactie.

De redactie stuurde op 22 mei 2020 per e-mail het volgende herinneringsbericht aan de gemeente Westenveld.
Geachte heer/mevrouw,
Ik stuurde u op 12 mei 2020 een bericht per elektronische post.
Tot op de dag van vandaag heb ik geen antwoord van u ontvangen, dit tevens inhoudende dat u aan het bericht ook geen zaaknummer heeft toegekend.
Ik wil bij deze u beleefd verzoeken mijn bericht alsnog te beantwoorden, opdat ik het betreffende krantenartikel met de enig passende illustratie kan verluchtigen en in ut Deevers Archief kan opnemen.
Ik neem aan dat bij het opgaan van de gemeente Diever in de gemeente Westenveld een inventarisatie van de overgedragen kunst, kunstzinnige voorwerpen, kunstnijverheid, enzovoort in eigendom van de gemeente Diever en daarmee eigendom van de burgers van de gemeente Diever is opgemaakt en op papier is vastgelegd en wellicht ook fotografisch is vastgelegd. Ik zou graag een kopie van die inventarisatie ontvangen.
Ik wacht in spanning uw reactie af.

De redactie stuurde op 7 juni 2020 per e-mail het volgende herinneringsbericht aan de gemeente Westenveld.
Geachte heer/mevrouw,
Ik stuurde u op 12 mei 2020 een bericht per elektronische post.
Tot op de dag van vandaag heb ik geen antwoord van u ontvangen, dit tevens inhoudende dat u aan het bericht ook geen zaaknummer heeft toegekend.
Ik wil u graag attenderen op het bericht Woar is toch die plaquette van de keuneginne eblee’m in ut Deevers Archief, waarbij het met name gaat om de aantekeningen aan het einde van het bericht.
Het is zoals raadlid E. Bergsma in het hiervoor bedoelde krantenbericht uit 1957 zegt:
De raad koestert de verwachting, dat men gaarne naar het gemeentehuis toe zal gaan en hij hoopte dat de inwoners daar geholpen worden, zoals het behoort in een democratische staat.
Ik verneem graag uw reactie.

De redactie stuurde op 30 juni 2020 per e-mail het volgende herinneringsbericht aan de gemeente Westenveld.
Geachte heer/mevrouw,
Ik stuurde u op 12 mei 2020 een bericht per elektronische post.
Tot op de dag van vandaag heb ik geen antwoord van u ontvangen, dit tevens inhoudende dat u aan het bericht ook geen zaaknummer heeft toegekend.
Ik wil u graag attenderen op het bericht Woar is toch die plaquette van de keuneginne eblee’m in ut Deevers Archief, waarbij het met name gaat om mijn aantekeningen aan het einde van het bericht van 12 mei 2020.
Ik verneem graag uw reactie.

De redactie stuurde op 2 november 2020 per e-mail het volgende herinneringsbericht aan de gemeente Westenveld.
Geachte heer/mevrouw,
Ik stuurde u op 12 mei 2020 per e-mail een bericht, inzake de verblijfplaats van de plaquette met de beeltenis van koningin Juliana, die de bevolking van de gemiente Deever bij de opening van het nieuwe gemeentehuis aan de brink van Deever op 19 juni 1957 ten geschenke heeft gekregen van het bestuur van de provincie Drente.
Ik betreur het ten zeerste dat ik tot op de dag van vandaag – ondanks enige herinneringsberichten – geen antwoord van u heb ontvangen, dit tevens inhoudende dat u aan het bericht ook geen zaaknummer heeft toegekend.
Ik wil u voor de goede orde graag attenderen op het bericht Woar is toch die plaquette mit de keuneginne eblee’m in ut Deevers Archief, waarbij het met name gaat om de aantekeningen aan het einde van het bericht.
En ik wil u voor de goede orde graag attenderen op het bericht De plakette mit de keuneginne höng in de roadsael in ut Deevers Archief. Voor de goede orde meld ik u dat de tekst van de berichten, die ik per e-mail over dit onderwerp aan u heb gestuurd, bij dit bericht zijn opgenomen.
Maar waar hangt deze plaquette nu ?
Maar hangt dit stukje Deevers erfgoed nu ?
Ik verneem graag uw reactie.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Waar is die kostbare plaquette met de beeltenis van koningin Juliana toch gebleven ? Waar is dat kostelijke stukje Deevers erfgoed toch gebleven ?
Het kan niet anders zo zijn dan dat dit kostbare kunstwerk na het gedwongen samengaan van de gemiente Deever mit de gemiente Vledder, de gemiente Dwingel en de gemiente Oavelte en de tijdelijke vestiging van het raadhuis van de gemeente Westenveld in O
avelte en de definitieve ontruiming van het gemeentehuis aan de brink van Deever, samen met andere te behouden kunstwerken zorgvuldig is opgeslagen en ná de opening van het Raadhuis van de gemeente Westenveld aan de Gemeentehuislaan in Deever een passend plekje in dit gebouw heeft gekregen !
De redactie van ut Deevers Archief heeft op 12 mei 2020 aan de gemeente Westenveld de vraag gesteld: “Waar is die kostbare plaquette toch gebleven ?”  De redactie heeft tot op de dag van vandaag ondanks herinneringsberichten geen antwoord gekregen.

Posted in Aarfgood, Gemeente Westenveld, Gemiente Deever, Kuunst in de gemiente Deever | Leave a comment

De olde braandkoele an de Peperstroate in Deever

De redactie van ut Deevers Archief heeft al heel lang veel belangstelling voor gegevens van gedempte braandkoel’n in de olde gemiente Deever en deelt zijn vorderingetjes dienaangaande graag met de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief. Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief heeft gegevens -hopelijk ook foto’s- van olde braandkoel’n in de gemiente Deever en is bereid deze te delen met de redactie van ut Deevers Archief  ?

Een notitie van het college van burgemeester en wethouder van de gemiente Deever, de dato 31 december 1941, nota bene in de Tweede Wereldoorlog, vermeldt het volgende.
De aan de Peperstraat in Diever liggende brandkuil is eigendom van de gemeente Diever, kadastraal bekend sectie B, no. 2585 en heeft een oppervlakte van -.-.63 hectare. Hij wordt begrensd:
– ten noorden door de Peperstraat;
– ten zuiden door een tuin, sectie B, no. 2380, van Lambertus Schoemaker, kantoorhouder der Posterijen te Diever;
– ten westen door huis en erf, sectie B, no. 2736, van Vennootschap onder de firma A. Kuiper en Zoon, gevestigd te Diever;
– ten oosten door huis, werkplaats en erf, sectie B, no. 2116, van Albert Kloeze Sr., smid te Diever. 

De gedempte braandkoele an de Peperstroate vertegenwoordigde voor de gemiente Deever begin 1942 geen direct gebruiksbelang. Daarom wilde de gemiente Deever het kleine stukje grond van 63 centiare van de voormalige braandkoele wel verpachten en deelde dit schriftelijk mee aan de aanwonenden Lambertus Schoemaker, Albert Kuiper en Albert Kloeze.
Postkantoorhouder Lambertus Schoemaker wilde het stukje grond niet pachten, maar wel kopen. Bakker Albert Kuiper liet niks van zich horen en smid Albert Kloeze wilde het stukje terrein van 63 m² wel pachten.
Smid Albert Kloeze werd ingaande 1 januari 1942 tot wederopzegging voor f. 10 per jaar de pachter van het perceeltje grond van de gedempte braandkoele an de Peperstroate.

De redactie heeft bijgaande kleurenfoto op 2 januari 2017 staande in de Peperstroate gemaakt. Het had die dag een beetje gesneeuwd. Ongeveer op de plaats van de olde braandkoele tegenover de witgekalkte drogisterij van Koopman stond op 2 januari 2017 een groene container. Het kan zijn dat de olde braandkoele iets voorbij de groene container en enig meters links van de op de foto zichtbare straatkolk lag. Enig onderzoek in ut olde archief van de gemiente Diever zou uitsluitsel kunnen geven.

In het kader van het onderbestratingswerk Deever op Drift van de straten van ut olde Deever dat in 2019-2020 miljoenen belastingeuro’s heeft gekost, zal het straatbeeld van de Peperstroate ter plekke van de olde braandkoele geheel zijn veranderd. De redactie zal te zijner tijd en zeker niet met geschwinde spoed en zeker ook niet in gestrekte draf een nieuwe serie foto’s van de Peperstroate maken en één daarvan toevoegen aan de hier getoonde inmiddels toch wel al een beetje geschiedkundig waardevolle foto.

Posted in Aarfgood, Alle Deeversen, Braandkoele, Peperstroate, Verdwenen object | Leave a comment

An de Deeverbrogge – Kalkovens staan op instorten

In het Nieuwsblad van het Noorden verscheen op 21 januari 1983 het navolgende artikel ‘Voor 1 februari omheining Kalkovens in Dieverbrug’ naar aanleiding van gedoe over de bouwvallige restanten van de kalkovens an de Deeverbrogge.

Burgemeester en Wethouders van Diever hebben eigenaar H.J. Schoenmaker uit Haren gesommeerd vóór 1 februari de kalkovens in Dieverbrug af te schermen voor het publiek. Het gevaar is niet ondenkbeeldig dat stukken van de schoorsteenpijp naar beneden vallen. Twee jaar geleden is dat al eens gebeurd, overigens zonder dat zich ongelukken voordeden. Ook toen hebben Burgemeester en Wethouders gevraagd te zorgen voor een deugdelijke afrastering rond de uit het begin van deze eeuw stammende kalkovens. Hieraan heeft Schoenmaker niet voldaan.

Omdat het gevaar voor instorten nog groter is geworden, wil het college op grond van de bouwverordening nu kracht achter het verzoek zetten. ‘De tand des tijds heeft haar nimmer aflatende invloed steeds sterker doen gelden.’ staat in een brief aan Schoenmaker. Hij krijgt een maand de tijd in beroep te gaan. Anders zal de gemeente op zijn kosten voor een deugdelijke omheining zorgen. De gemeente heeft overigens al diverse pogingen ondernomen de kalkovens te behouden. ‘Ons is gebleken dat de helft van de kalkovens in ons land de laatste jaren verloren is gegaan.’ zegt burgemeester H.G. Overweg. ‘Het is goed om er dan een paar te bewaren. Deze ovens zijn daarvoor uitermate geschikt, omdat uit de plaats een relatie blijkt met de omgeving. De schelpen werden altijd aangevoerd via de Drentsche Hoofdvaart.
Als bestuurslid wist Overweg de Stichting Oud-Drenthe voor de ovens te interesseren. Onderhandelingen met de eigenaar liepen echter op niets uit. ‘Schoenmaker vroeg zo’n hoge prijs dat de stichting daar niet op in kon gaan. Er zijn altijd mensen die denken dat in een dergelijk bezit geld zit. Het is echter eigenlijk een negatief bezit, want je hebt er geen donder aan. Voor het behoud van de ovens was het voor de stichting echter wel interessant.
De suggestie van Schoenmaker de gemeengte de oven te laten opknappen leverde geen gehoor op. ‘Wanneer je geen eigenaar bent moet je niet gaan prutsen aan dit soort dingen.’ zegt Overweg. ‘Ook in het belang van de toeristen willen we wel graag iets doen. De kalkovens zijn een monumentje van industrie en techniek.’
Ondersteuning krijgt het gemeentebestuur van G.J.P. Bloemen uit Doesburg. Tijdens zijn vakantie maakte hij kennis met de ovens. In een brief aan de gemeenteraad pleit Bloemen voor het behoud ervan. De gemeenteraad van Diever vergadert donderdagavond.

Posted in Aarfgood, An de Deeverbrogge, Bedrief, Boek An de Brogge, Cultuurhistorie, de Kalkoo’ms, Dreinse Heufdvoat, Economie | Leave a comment

In ut Deevers Archief is ut gewoon Dwingel

In de Olde Möppeler (Meppeler Courant) van 19 mei 2006 verscheen in de rubriek ‘Eertieds in dizze streek’ van Lammert Huizing (inmiddels overleden) het artikel ‘Dwingel(oo), ien o te veul’.
De redactie van ut
 Deevers Archief is het roerend eens met wijlen Reinder Smit dat Dwingelo met één o behoort te worden geschreven. Vandaar dat in berichten in ut Deevers Archief waar nodig het dorp Dwingelo consequent met één o wordt geschreven, maar bij voorkeur gewoon als Dwingel wordt geschreven.
De redactie heeft het artikel van Lammert Huizing hierna overgezet in de Deeverse streektoal. De redactie ontvangt graag reacties op de tekst in het Deevers.

Het is nog altied een roadsel hoe as Dwingel an die tweide o in sien naeme ekoo’m is. Dik veur honderd joar wödde de naeme van de vroggere gemiente mit die tweide o opeknapt.
Veur 1898 wödde de naeme al seins de Middelieuwen eskree’m mit iene o. De spelling van de naeme is ok nooit chapiter van conversoazie ewest,
In 1898 was Frank Ernst Boudewijn van den Biesheuvel Schiffer börgemeister van Dwingel. Hee stön hier tot 1924. Sien amswoning stön an de Deeverbrogge. Net as bee sien veurgangers was dat de vroggere bajes mit cipierswoning ebouwd in 1852, Sien vae liefhebberde in woap’mkunde en die tiekende een woap’m veur de gemiente van sien zeune. De börgemeister stuurde dit woap’m veur goodviend’n hen de menister van justisie. In de breef an de menister vreug hee ‘te willen bevorderen’ dat de naeme van de gemiente in ’t raandschrift as Dwingeloo espelt wödt.
De börgemeister vurwees doarveur noar een besluut van de gemienteroad.
Het oardige is dat er in de notul’n van de road en ok in de vurslaeg’n van B en W niks is te viend’n van een besluut um van iene over te stapp’m noar de dubbele klinker. Ok is er gien enkel spoor van ienig historisch underzuuk noar de olde skriefwiezen van de naeme Dwingel.
De Dwingeler geschiedskriever Reinder Smit miende dat ’t toemoalige gemientebestuur amit de skriefwieze mit twee o’s deftiger vönd. Meer eernsachtig. Ok zul het könn’n dat see ansluting woll’n bee aandere plekk’n op loo in Drenthe, die sowat allemoale uutloopt op een dubbele oo. Het kön zöls weed’n dat Van den Biesheuvel Schiffer hielemoale eigenbannig ehaandeld hef.
Noa dat besluut begun de ellende over de juuste spelling van Dwingel. Van officiële en ok van niet-officiële kaante is algedurig evroagd um kloarheid in de kwestie van de extra o.
In 1950 kreeg börgemeister Wilhelm Arent Stork een breef van de P.T.T. Möt Dwingel now mit iene of mit twei o’s eskree’m wödd’n ? vreug’n see. De P.T.T. wol zökke neeje stempeltoestell’n veur ’t stempel’n van poststukk’n. Stork skreef weerumme dat de naeme mit twee o’s officieel was. Hee vurwees doarbee noar ’t vrömde roadsbesluut van 1898.
Dwingel(oo) buut’n de gemientegreins’n wöd overigens altied mit iene o eskree’m, so as de Dwingeloweg en de Dwingeloskoele in Winschoten en de Dwingelostroate in Den Haag.
Hoe dèènkt de Dwingelers sölf over de skriefwieze van de naeme van heur dörp ? See bint ewend an die o te veule en ’t heuft neet veraanderd te wödd’n, ‘umdat ’t altied so ewest hef”.
Dat de naeme sowat düzend joar lange eskree’m is mit iene o, speult gien enkele rolle.

Abracadabra-466

Posted in Aarfgood, Deevers | Leave a comment

Ut woor’nbook Dreinse streektoal’n stiet op ut internet

Eén van de onderwerpen die aandacht krijgen in ut Deevers Archief is het grootste immateriële erfgoed van de gemeente Deever, te weten de Deeverse streektaal. De redactie van ut Deevers Archief wil en zal waar mogelijk aandacht besteden aan de Deeverse streektaal en zo nu dan berichten in het Deevers publiceren.
Heel veel van de Deeverse streektaal is te vinden in het ‘Woordenboek van de Drentsche Dialecten’ van dr. Geert Hendrik Kocks.
In de Olde Möppeler (Meppeler Courant) van 29 mei 2009 verscheen het navolgende bijzonder belangrijke bericht over het beschikbaar komen van de digitale versie van het onvoltooide ‘Woordenboek van de Drentsche dialecten’.

Drentsche dialecten op internet
Assen. Het ‘Woordenboek van de Drentsche dialecten’ komt woensdag beschikbaar op internet. Dat gebeurt tijdens een feestelijke bijeenkomst in het provinciehuis in Assen. De nieuwbakken commissaris van de koningin in Drenthe, Jacques Tichelaar, verricht de starthandeling.
Het ‘Woordenboek van de Drentsche dialecten’, het levenswerk van dr. Geert Kocks, was tot dusver alleen beschikbaar in de papieren versie. Kocks begon in 1969 al aan het woordenboek. In september van hetzelfde jaar begon Kocks met het opzetten van woordenboekgroepen in Sleen, waarna in 1973 uitbreiding naar heel Drenthe volgde. Uiteindelijk zouden 620 vrijwilligers afkomstig uit 88 plaatsen in Drenthe meewerken aan de totstandkoming van het woordenboek.
Een paar maanden voor zijn overlijden in 2003, gaf Kocks Siemon Reker en Jan Germs de ‘opdracht’ te blijven werken aan elektronische ontsluiting van het woordenboek.
Het ‘Woordenboek van de Drentsche dialecten’ is vanaf woensdag op drie manieren op internet te vinden: via de webstee van het Huus van de Toal, de webstee van de Rijksuniversiteit Groningen en via www.drentswoordenboek.nl.

Suggesties
De digitale versie van het ‘Woordenboek van de Drentsche dialecten’ biedt ongekende zoekmogelijkheden. Niet alleen Drentsche woorden zijn te vinden, maar men kan ook uitgebreid zoeken van het Nederlands naar het Drentsch, alle voorbeeldzinnen met een bepaald woord zijn in een fractie van een seconde te voorschijn te toveren en fout ingetikte woorden worden van suggesties voorzien om toch achter de juiste betekenis te kunnen komen. Ook kan men zoeken op delen van woorden, bijvoorbeeld op eindletters, waardoor het gebruikt kan worden als rijmwoordenboek.
De internetversie van het ‘Woordenboek van de Drentsche dialecten’ is gemaakt door vijf studenten van de afdeling alfainformatica van de Rijksuniversiteit Groningen. Zij voerden de digitalisering als stageopdracht uit.
Het ‘Woordenboek van de Drentsche dialectenkan door de digitalisering eenvoudig up-to-date gehouden en uitgebreid worden.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Aan het in 1996 op papier uitgegeven ‘Woordenboek van de Drentsche dialecten’ hebben ook twee woordenboekgroepen uit de gemeente Deever meegewerkt.
De woordenboekgroep uit Deever bestond uit: Albertus Andreae, Lutina Andreae-Talen, Roelof Fransen, Fam. J. Hessels, J, Moes Hzn, en Hendrik Mulder Jzn.
De woordenboekgroep uit Wapse bestond uit: A. Barelds, A. Bennen, Roelof Remmelt Booy, Klaas Hessels, T. Santing-Veenhuis, H. Timmerman-Haveman, G. Veenhuis-Klaassen en K. Warnders.
Wie kan de redactie informeren over de ontbrekende voornamen ?
Merkwaardigerwijs was in Wittelte en in de streek Zorgvlied, Wateren en Oude Willem geen woordenboekgroep actief, toch wordt ook daar de streektaal gesproken. Voorwaar een grote tekortkoming in het onderzoek naar de Drentsche dialecten, in het bijzonder het onderzoek naar de dialecten van Zuid-West Drenthe.

Even in de webstee van het Huus van de Toal een test doen met het niet meer gebruikte en wellicht al vergeten Deeverse woord ophemmeln. Het woord ophemmeln komt inderdaad in het woordenboek voor. Bij dit woord is echter geen Deeverse voorbeeldzin vermeld. Zie de tweede afbeelding. Dan maar even de in die afbeelding weergegeven negen zinnen vertalen in het Deevers:
Wee’j zult de boel ies good ophemmeln.
De kaemer is nog neet opehemmeld.
Ie möt dat ee’m mooi ophemmeln.

Wee’j möt de törf ophemmeln.
De hof möt opehemmeld wödd’n,
De tuun mö’j in het veurjoar weer ophemmeln.
Now wi’k mee’j eerst wat ophemmeln.

De gröppe ophemmeln.
Ik moe de biest nog ophemmeln veur de keuring.

Suggestie
De tijd is al lang geleden aangebroken in elk van de dorpen en gehuchten van de gemeente Diever weer een woordenboekgroep aan het werk te zetten. Een mooie taak voor Deeverse dorpskrachten die zich betrokken voelen bij het behoud van de streektaal.

Abracadabra-459Abracadabra-460

 

Posted in Aarfgood, Deever, Deevers, Dorpskracht, Wapse | Leave a comment

Ansichtkoate van de Peperstroate in Deever

Arend Mulder schrijft bij dezelfde foto op bladzijde 116 van zijn boekje met de pretentieuze titel ‘De historie en pre-historie van Diever in woord en beeld’ het volgende:
Ook dit beeld hoort tot het verleden. Het blijft een gissen waaraan de Peperstraat zijn naam te danken heeft. Werd hij zo genoemd, omdat dit de enige straat in Diever was, die van veldkeien was gelegd ?
Achtereenvolgens woonden hier in het eerste huis: varkenshandelaar Marines Bel, in het tweede huis: kapper Albert Vierhoven, in het derde huis: gemeente-arbeider Hendrik Beuving, in het vierde huis: boer Hendrik Punt, in het vijfde huis: boer Koop Reinders. Met op de achtergrond de schuur van de N.S.B.’er Klaas Marcus Balsma.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Het erfgoedpand van kapper Albert Vierhoven, het erfgoedpand van gemeente-arbeider Hendrik Beuving en het erfgoedpand van Koop Reinders sneuvelden als gevolg van de naoorlogse sloopwoede van burgemeester Jan Cornelis Meiboom (die in de Deeverse volksmond altijd ome Kees werd genoemd) en de zijnen. Als deze panden en de bestrating van veldkeitjes niet gesloopt maar gerenoveerd zouden zijn, dan zou de Peperstraat ongetwijfeld een beschermde straat zijn geworden.
Deze zwart-wit ansichtkaart werd in 1948 verstuurd. De redactie weet niet wie deze ansichtkaart heeft uitgegeven en welke neringdoende in Deever deze kaart heeft verkocht.
Let vooral ook op de toen nog bovengrondse elektriciteitsvoorziening.
Let vooral ook op de prachtige bestrating met veldkeitjes.

Posted in Aarfgood, Ansichtkoate, Deever, Jan Cornelis Meiboom, Klaas Marcus Balsma, Peperstroate, Verdwenen object | Leave a comment

Geert Dekker, Aèbel Wiekstroa en Hillegie Dekker

Arend Mulder schreef  op bladzijde 92 van zijn boekje ‘De historie en pre-historie van Diever in woord en beeld’ (uitgegeven in januari 1975) het volgende over ‘De woning van Geert Dekker’.

Onbegrijpelijk, dat geen enkele daartoe bevoegde instantie heeft belet, dat dit knusse boederijtje na overlijden van de eigenaar en bewoner Geert Dekker, met de grond gelijk is gemaakt. Nam het niet ook en klein een aparte plaats in, betreffende zijn bewoners als folkloristen van Diever ?
Alleen al door het feit dat het steeds bewoond is geweest door twee opeenvolgende oude dorpsfiguren, te weten Abel Wijkstra (in de volksmond Aebel Allen of ‘de Smorre’ genoemd). en z’n oomzegger Geert Dekker, zonder welke figuren Diever bijna niet denkbaar was, is dit haast niet te geloven. Samen met Hillegien (zuster van Geert) die immer wat ziekelijk was en niet veel verder dan in en om huis kwam, woonde het drietal daar eenvoudig en tevreden.
Geert Dekker had verschillende bijbaantjes. Hij was namelijk 40 jaar lang klokkeluider, koster en orgelpomper der Nederlands Hervormde Kerk. Bij deze feestelijke herdenking werd hij koninklijk onderscheiden. Landlopers, zwervers en dergelijke lieden warden door hem onderdak verschaft in een hok onder de toren en van eten en drinken bediend, in opdracht van de burgemeester.
Vanaf de oprichting van de lijkwagenvereniging in 1912 tot 1938, dus 26 jaar lang, reed hij de lijkwagen. Zelf reed hij naar Assen en Groningen om de overledenen van het betreffende ziekenhuis te halen. Op deze reizen, in alle weer en wind gemaakt, vergezelde hem dikwijls zijn oom Abel (zelf al ruim 80 jaar). Toen deze in 1930 op 93-jarige leeftijd in Diever overleed en enkele jaren later ook zijn zuster Hillegien, bleef Geert alleen achter.
Veel ook zag men hem werken in de tuintjes van diverse burgers en niet minder in zijn eigen tuin ‘op ’t Bultien’.
Hij bezat als koster de sleutel der kerk en heeft menig toerist, zowel voor als na de restauratie der kerk, het gebouw laten zien. Elke zondagmorgen luidde hij om 9 uur de klok en bij de aanvang van de dienst. Nooit verzuimde hij een dienst, wat wel een bewijs was van zijn sterk gestel. Maar de sterkste boom moet eens vallen. Zo ook Geert Dekker. Op 6 maart 1953 overleed hij  naar een kortstondig ziekbed in een verpleegtehuis te Oosterwolde op de leeftijd van 87 jaar.
Hij schonk bij testament zijn huisje en grond aan de afdeling van het Groene Kruis en de Kerkvoogdij der Nederlands Hervormde Gemeente te Diever. Deze verkochten het aan een aannemer uit Beilen, die jammer genoeg vergunning kreeg om het slopen. ……. Geert Dekker …….. Tallozen heeft hij uitgeluid, Weinigen hebben hem uitgeleid.

Lammert Huizing schreef In de Meppeler Courant van 14 november 2011 in zijn wekelijkse artikelenreeks ‘Eertieds in dizze streek’ een artikel met de titel ‘Deever, niet denkbaor zunder Geert Dekker. Het is geschreven in een soort van net niet echt Hoogeveens dialect. Dit artikel is ook te vinden in de webstee van de heemkundige vereniging van Diever. Dit artikel is een bewerking van het hiervoor weergegeven artikel van Arend Mulder.

Oldere inwoners van Diever hebt nog weet van twei dorpsfiguren, zunder wie Diever niet denkbaor was. Dat waren Aobel Wiekstra, die Aebel Allen (zien va was Alle Wiekstrao) weur enuumd of ‘de smorre’ en zien oomzegger Geert Dekker. Zij woonden in een boerderijgien op ’t Bultien. Het is al meer as veertig jaor eleden dat Geert Dekker in een verpleeghuus in Oosterwolde uut de tied kwaamp.
Aobel Wiekstra mit zien onofscheidelijke pette, ‘knooide’ wat in de grond in de hof rond zien huus. De beide kerels weuren verzorgd deur Hillechien, een zuster van Geert. Hillechien was niet stark, vake ziek en kwaamp niet veule wieder as in en rond heur huus.
Geert was klokkenluder, koster en orgelpomper in de staotige Pancratiuskarke op de Brink. Doe hij dit veertig jaor edaone had, kreeg hij een keuninklieke medallie.
Een hok under de toren was het underdak veur laandlopers, zwarvers, dronken volk en kleine krimmenelen. As ’t er iene op esleuten was veur ien of meer nachten, dan mus Geert in opdracht van de borgemeister de arrestant in ’t hokke veurzien van eten en drinken.
Geert was ok de man van de liekwagen. Doe in 1912 de liekwagenverieneging weur op ericht, weur hij mitiene an esteld as vaste voorman. Daorveur weur een boerenwagen gebruukt, waorop de kiste weur eplaotst op een legge uutgedorst roggenstro. Aoverledenen haalde Geert niet allennig uut het starfhuus in dorp en naoste umgeving, maor ok uut Assen en Grunning, as daor iene uut het darp was aoverleden. Dizze reizen, vake dagreizen, weuren bij tienden emaakt in weer en wiend.
Oom Abel, die de 80 al passeerd was, gunk vake mit hum mit. Oom Aobel aoverleed in 1930, 93 jaor old. E paar jaor later kwaamp ok Hillechien uut de tied en bleef Geert allent achter.
Tot 1938 bleef hij de voorman op de liekwagen, wat hij doe 26 jaor lang edaon had. Tot wied in de viefteger jaoren had hij as koster de sleutel van de Hervormde karke. Zowel veur as nao de resteraosie hef hij honderden toeristen rond eleid in de olde karke, die ok wel de kattedraal van Drenthe enuumd wordt. Elke zundagmorgen um negen ure en an het begun van de dienst bengelde hij de klokke. Het is bekend dat hij nooit een dienst verzuumd hef, wat een bewies is veur zien starke gestel.
Nao een kort ziekbedde aoverleed Geert Dekker in 1963 op 87-jaorige leeftied.’Tallozen hef hij uut elod – weinigen hebt hun uut eleid’, schreef in 1975 de plaatselijke kroniekschriever Aorend Mulder.
Het boerderijgie mit grond was deur Geert Dekker bij testament vermaakt an de ofdieling van het Grune Kruus en an de karkvoogdij van de hervormde gemiente. Zij verkochten het huussie an een annemer uut Beilen, die vergunning kreeg um het te slopen. Een ofbraok die achterof deur hiel wat meinsen weur betreurd.

De redactie van ut Deevers Archief heeft de tekst van het artikel van Lammert Huizing voor de echte liefhebbers van het Deevers vertaald in het Deevers.

Oldere inwoners van Deever hept nog weet van twei dörpsfiguur’n, sunder wie Deever neet denkboar was. Dat waar’n Aèbel Wiekstroa, die Aèbel Allen (sien vä was Alle Wiekstroa) of de Smorre wödde enuumd, en sien oomzegger Geert Dekker.
See woon’n in un boerdereegie op ut Bultie. Ut is al mièr as vièrtug joar elee’n dat Geert Dekker in un vurpleeghuus in Oosterwolde uut de tied kwaamp. Aebel Wiekstroa mit zien onofscheidelijke pette, ‘knooide’ wat in de grond in de hof rond zien huus. De beide keerels wödd’n vuzorgd deur Hillegie, un zuster van Geert. Hillegie was neet staark, vaèke seek en kwaamp neet veule wieder as in en rond heur huus.
Geert was klokkelüder, koster en orgelpomper in de stoatige Pancratiuskaarke an de brink. Doe hee dit vièrtig jaor edoane haar, kreeg hee een keuninklukke medallie.
Un hok under de toor’n was ut underdak veur laandlopers, zwaarvers, dronk’n volk en kleine krimmeneel’n. As ur iene op esleut’n was veur iene of meer naacht’n, dan mus Geert in opdracht van de börgemeister de arrestant in ut hokke veurseen van eet’n en drink’n.
Geert was ok de man van de liekwaèg’n. Doe in 1912 de liekwaègenvurening wödde op ericht, wödde hee mitien an esteld as vaaste veurman. Daarveur wödde ’n boer’nwaeg’n ebruukt, woarop de kiste wödde eset op een legge uutedöste roggestro. Overlee’n haèlde Geert neet allennig uut ut staarfhuus in ut dörp en noaste umgeving, mor ok uut Assen en Grönning, as doar iene uut ut dörp was overlee’n. Disse reizen, vaèke dagreiz’n, wödd’n bee tied’n emaek in weer en wiend.
Ome Aèbel, die de 80 al pesseerd was, gunk vaèke mit hum mit. Ome Aèbel overleed in 1930, 93 joar old. Een paèr joar laèter kwaamp ok Hillechien uut de tied en bleef Geert allennig aachter.
Tot 1938 bleef hee de veurman op de liekwaeg’n, wat hee doe 26 joar laank edoane haar. Tot wied in de viefteger joar’n haar hee as koster de sleutel van de hervormde kaarke. Sowel veur as noa de resteroasie hef hee honderd’n toerist’n rond eleid in de olde kaarke, die ok wel de kattedraal van Drente enuumd wöd. Elke sundagmörn um neeg’n ure en an ut begun van de dienst bengelde hee de klokke. Ut  is bekend dat hee nooit un dienst versuumd hef, wat een bewies is veur sien staarke gestel.
Noa een köt seekbedde overleed Geert Dekker in 1963 op 87-joarige leeftied. ‘Tallozen hef hee uut elut – weinigen hept hum uut eleid’, schreef in 1975 de plaeselukke kroniekschriever Aorend Mulder.
Ut boerdereegie mit grond was deur Geert Dekker bee testement vermaèkt an de ofdieling van ut Gruune Kruus en an de kaarkvoogdij van de hervormde gemiente. See veukocht’n ut hüsie an un annemer uut Beilen, die vurgunning kreeg um ut te sloop’m. Un ofbroak die aachterof deur hiel wat meins’n wödde betreurd.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Het mag ook voor de minder oplettende bezoeker van ut Deevers Archief duidelijk zijn dat de genoemde Lammert Huizing zich in zijn artikel in de Meppeler Courant (wekelijkse artikelenreeks Eertieds in dizze streek) volledig heeft bediend van de tekst van Arend Mulder en het hier en daar wat heeft aangedikt en omgevormd en opgeleukt.
Voor meer gegevens over de journalist Lammert Huizing wordt verwezen naar de webstee van Wikipedia.
Abel Wijkstra werd geboren op 26 maart 1837 in Deever. Hij was een zoon van Alles Abels Wijkstra, landbouwer en Jacobje Jans Kremer. Abel Wijkstra werd ook wel Olde Abel, Abel Allen, Allen Abel, de Smorre of Abeltje Smok genoemnd. Abel Wijkstra overleed op 18 september 1930 op 93-jarige leeftijd in Diever.
Geert Dekker werd geboren op 26 februari 1876 in Dwingel. Hij was een zoon van Jan Dekker, arbeider en Marchje Wijkstra. Marchje Wijkstra was een zuster van Abel Wijkstra. Geert Dekker overleed op 6 maart 1963 in het Diaconessenhuis in Möppel. Zie het bijgevoegde overlijdensbericht.
Hilligje Dekker werd geboren in Dwingel op 7 april 1869, Zij was een dochter van Jan Dekker, arbeider en Marchje Wijkstra.
Blijkbaar was Lammert Huizing niet op de hoogte van de woonplaats van Arend Mulder, want de ‘plaatselijke kroniekschrijver’ Arend Mulder woonde in 1975 in Norg.
Geert Dekker stierf in 1963 en liet het huisje na aan de plaatselijke afdeling van het Groene Kruis en de kerkvoogdij van de Nederlands Hervormde Gemeente te Deever. Deze verkochten het aan een aannemer uit Beilen, die jammer genoeg vergunning kreeg om het slopen. Juist in die jaren probeerden burgemeester Jan Cornelis Meiboom (die in de Deeverse volksmond altijd ome Kees werd genoemd) en de zijnen rücksichtslos en meedogenloos al het karakteristieke mooie oude te slopen wat in het oude centrum van Deever te slopen viel, denk aan bebouwing bij de kleine Brink, een groot deel van de Peperstraat en panden aan de Hoofdstraat, het niet herbouwen van verbrande panden. En dat is ze aardig gelukt, daarmee verdween de ziel uit ut olde Deever.
De instantie die hem in eerste instantie tegen had kunnen houden was natuurlijk de gemeenteraad van de gemiente Deever (wie zaten toen in de gemeenteraad ?), maar wellicht kon of wilde die geen weerstand bieden aan de ambitieuze burgervader. Bij burgemeester Jan Cornelis Meiboom (die in de Deeverse volksmond altijd ome Kees werd genoemd) stonden woorden en termen, zoals cultuurhistorisch erfgoed, pand voor een streekmusuem, woonboerderijtjes, waardevol voor de toeristenindustrie, beschermd dorpsgezicht, koesteren en restaureren niet in zijn neo-liberale woordenboek.

Posted in Aarfgood, Alle Deeversen, Deevers, Geert Dekker, Overlijdensbericht, Verdwenen object | Leave a comment

Greinspoaltie 46 stiet noord van de Verwersweg

In de knik van de greinse tussen de gemiente Deever in Drente en de gemiente Ooststellingwaarf in Frylân iets ten noorden van de Verwersweg op Zorgvlied staat het zwart-wit-geschilderde goed onderhouden gietijzeren provinciale greinspoaltie XLVI (greinspoaltie 46).
De redactie van ut Deevers Archief heeft de twee bijgaande kleurenfoto’s van dit greinspoaltie in de middag van woensdag 19 september 2018 gemaakt. De redactie stond daarvoor met toestemming van de eigenaar in een weiland in de provincie Frylân.
De redactie schat in dat minder dan 1 ‰ (1 op de duizend) van alle inwoners van de gemiente Deever dit greinspoaltie ooit heeft gezien.
Op een greinspoaltie hoort het wapen van de provincie Drente aan de Drentse kant van de grens te staan en hoort het wapen van de provincie Fryslân aan de Friese kant te staan. Dat is bij greinspoaltie XLVI (greinspoaltie 46) wel in orde.
De redactie heeft in de loop van de jaren ongeveer alle greinspoalties op de greinse van de gemiente Deever in Drente en de gemiente Ooststellingwaarf in Fryslân zelf op de foto gezet en in ut Deevers Archief opgenomen. Desalniettemin wil de redactie ook graag foto’s van greinspoalties tonen van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief.
Greinspoaltie XLVI (greinspoaltie 46) heeft ook een hele tijd in de sloot naast de greinse gelegen, wat is te zien op foto 3. Grenspalenliefhebber en grenspalenkenner Herman Posthumus heeft foto 3 op 21 september 2007 gemaakt. De redactie is hem bijzonder erkentelijk voor het mogen opnemen van deze foto in ut Deevers Archief.

Foto 1 – Greinspaoltie 46 op 19 september 2018
Foto 2 – Greinspaoltie 46 op 19 september 2018
Foto 3 – Greinspoaltie 46 lag op 21 september 2007 in de grenssloot (foto Herman Posthumus)

Posted in Aarfgood, Greinse, Greinspoal, Zorgvliet | Leave a comment

Aubut Kuper hef ut Grünedal veur 65 gull’n ekocht

In de Provinciale Drentsche en Asser Courant verscheen op 30 oktober 1912 bijgaand berichtje over de afloop van de verkoop van enige landbouwgronden in de gemiente Deever.

Diever, 29 october
Ten overstaan van notaris Bon werd heden bij Seinen voor de familie Hummelen palmslag gehouden.
Koopers werden van:
Perceel 1.
Het Broekje, R. Wever voor f. 2168.
Perceel 2.
De Geeuwenmaat, mr. van Daalen, f. 2401.
Perceel 3.
De Brinkemade, in twee perceelen: 1. A. Westerhof voor f. 230, 2. voor f. 194.
Perceel 4.
Vier perceelen in de Westerma, L. Warries voor f. 1308.
Perceel 5.
De Dikte, K. Offerein voor f. 415.
Perceel 6.
Bouwland:
Westereschakker, H. Krol voor f. 182,50;
Hilgensteen, J. Smit voor f. 555;
Groote Aarlange, R. Seinen voor f. 315,50;
Kleine Aarlange, K. Timmerman voor f. 110;
Het Beentje, J. Oost voor f. 94,50;
Bottekoele, R. van Nijen voor f. 122,50;
Klootzakkien, idem voor f. 71;
Noordeschakker, R.T. Barelds te Emmen voor f. 445;
Zandakker, W. Bakker voor f. 429,50;
Steenakker, R.H. Wesseling voor f. 188,50;
Groenendal, A. Kuiper voor f. 65.
Perceel 7.
Bosgrond:
Delakker, mr. van Daalen voor f. 21,50.
Er heerschte veel animo.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Bij Seinen was in het café-logement van Roelof Seinen an de Heufdstroate in Deever.

Mr. Albertus Christiaan van Daalen uit Bennekom was in 1912 nog steeds druk bezig beetje bij beetje zijn landgoed Berkenheuvel uit te breiden.
Na de opname van De Geeuwenmaat en de Delakker in het steeds groter wordende landgoed Berkenheuvel zal het gebruik van deze twee veldnamen in de volksmond verloren zijn gegaan.
Perceel 3 lag in Leggele en de percelen 4 en 5 lagen in Eemster.
Albert Kuiper, de koper van de akker met de veldnaam Groenendal, zal vast en zeker bakker Albert Kuiper uit de Peperstraat zijn geweest. Verbouwde hij zijn eigen rogge voor het bakken van roggebrood ? Zijn kleinzoon Gerard Krol weet dit wellicht uit overlevering.

Het is opvallend dat ook in 1912 de landbouwgronden niet met hun kadastrale aanduiding, maar nog steeds met hun veldnaam werden aangeduid; elke boer in Deever wist dan gelukkig voldoende.  
Wie van de olde Deeversen kent nu nog de veldnaam van bepaalde akkers buiten de bebouwing ? Wie het weet, die mag het natuurlijk de redactie melden. De redactie is zeker benieuwd naar de ligging van het akkertje met de veldnaam Klootzakkien.
De redactie verwijst voor een uitgebreid en volledig overzicht van de veldnamen in de gemiente Deever graag naar het vanuit cultuurhistorisch oogpunt uiterst belangrijke monnikenwerk van Bart Buiter met de zijnen, dat wellicht nog aanwezig is in het papieren archief van de heemkundige vereniging uit Deever. Veldnamen zijn cultureel erfgoed.
Het bouwland met de veldnaam Groenendal ligt langs de weg naar het Openluchtspel. Zie de afgebeelde fraaie zwart-wit ansichtkaart, die in 1964 is uitgegeven. 
Wie woonden toen in het witte huisje aan de weg naar het Openluchtspel en wie woonden toen in het witte keuterijtje bij het Openluchtspel ? Wie het weet, die mag het natuurlijk de redactie melden.

Posted in Aarfgood, Ansichtkoate, Bosweg, Grünedal, Landbouw, Veldnème | Leave a comment

Waarm eet’n bee de fumilie Verwer op ut Kastiel

In de verzameling van ut Deevers Archief is aanwezig een bijzonder fraaie cultuurhistorische aanwinst, te weten een beschreven ansichtkaart uit 1906, dus uit de begintijd van Zorgvlied. De redactie van ut Deevers Archief wil zijn zeer gewaardeerde trouwe bezoekers een afbeelding van deze aanwinst natuurlijk niet onthouden.

De ansichtkaart is op 12 oktober 1906 vanuit Zorgvlied verstuurd naar Amsterdam, waar deze al op 13 oktober 1906 bij de geadresseerde aankwam. De afzender, ene juffrouw Cato, woonde of logeerde in ’t Witte Huis naast het oude Rooms Katholieke kerkje.

De tekst op de aan de voor en achterkant beschreven ansichtkaart luidt als volgt:
B, D en Chr, Een hartelijken groet van mij uit Zorgvlied. Hoe maken jullie het ? Nog steeds naar omstandigheden redelijk wel ? Hebt ge nog geen nieuws mede te delen ? Tweemaal per dag komt de post hier en dan kijk ik reikhalzend uit, doch tot heden nog geen nieuws. Ik maak het best en profiteer den geheelen dag van de buitenlucht, ’t is hier nog volop zomer. De natuur vooral de bosschen zijn hier prachtig. a.s. Zondag gaan wij dineeren bij de familie Verwer op ’t Heerenhuis. Jammer dat geen der beide villa’s hier op staan, alleen de Bank. Nu adieu, houdt je maar goed Door, misschien hoor ik nog wel wat.
Hartelijke groeten van Jan, Elsa en Agnes en een zoen van je liefhebbende Cato.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De ansichtkaart met de titel ‘Groete uit Zorgvlied bij Noordwolde (Fr.)’ laat een foto van zes objecten zien: de protestantse kerk (Obadja) (bestaat nog), de woonhuisjes bij sigarenfabriek van Lodewijk Guillaume Verwer (bestaan nog), villa Villa Laanzicht (steet an de Deeverbrogge), het eerste rooms katholieke kerkje (bestaat niet meer), het pand van de noordelijke hypotheekbank (bestaat nog) en de winkel van Wollffs (bestaat niet meer in de oorspronkelijke vorm).
De zes foto’s zijn gemaakt door de in Deever geboren huisschilder, kunstschilder en fotograaf Roelof Kuiper uit Noordwolde. Roelof Kuiper was ook de maker van de plafondbeschilderingen in ’t Heerenhuis, dat in de volksmond niet ’t Heerenhuis werd genoemd maar ut Kastiel.
De schrijfster van de tekst op de ansichtkaart bedoelt met ‘beide villa’s’, de villa Het Witte Huis en de villa Castra Vetera.

Op 22 oktober 2014 ontving de redactie van ut Deevers Archief de volgende reactie:
Ik heb even op de website van ut Dievers Archief gekeken. Daar werd onder meer bericht dat men een interessante ansichtkaart had verworven. Mijn aandacht werd echter niet zozeer getrokken door de afbeeldingen op de ansichtkaart, maar wel door het bestemmingsadres in Amsterdam. Dat bleek het toenmalige adres te zijn van de grootouders van mijn echtgenote. De afzender, die op vakantie was in Diever, had op de kaart geschreven dat men zeer benieuwd was of er al iets te melden was. De kaart is verzonden op 12 oktober 1905. Uit andere bronnen weten we dat enkele dagen nadien in Amsterdam een dochter werd geboren. Dat was de tante met wie mijn echtgenote later een bijzondere band heeft gehad. Hoeveel toevalligheden komen hier tezamen ?

Posted in Aarfgood, Ansichtkoate, De aandere kaante van de Deeverse bos, Kattelieke Kaarke, Lodewijk Guillaume Verwer, Noordelijke Hypotheekbank, Obadja, Topstuk, Villa Aurora, Villa Laanzicht | Leave a comment

Ut skoelpattie van ut Kastiel hen ut Meul’nende

Tussen het Kasteel en het begin van het Moleneinde in Deever liep tot in de zestiger jaren van de vorige eeuw een fraai smal pattie tussen de weilandjes van de Kleine Es door, aan weerszijden begrensd door kromme weidepalen met prikkeldraad. Ut pattie werd vroeger door de schoolgaande jeugd van ut Kastiel – en had daarom in de volksmond de naam ut skoelpattie – gebruikt om zonder om te hoeven lopen bij de lagere school aan de Hoofdstraat te komen.
De lagere school aan de Hoofdstraat stond waar tot eind 2019 ut Dingspilhuus stond en waar daarvóór de lagere school stond. Later stond de lagere school aan de Tusschendarp.
Een deel van ut skoelpattie bestaat nog steeds. Ut pattie loopt nu van de straat met de naam Van Osstraat tot aan de straat met de naam Kleine Es. Het gedeelte tussen de straat met de naam Kleine Es en het Moleneinde bestaat helaas niet meer.
De met de kneuterig kleindorpse planologie belaste Mindere Hogere Heertjes Van Het Grote Gelijk Van De Gemiente Deever waren om onduidelijke redenen volstrekt niet bij machte dit kleine stukje culturele erfgoed volledig te laten bestaan. Het deel tussen de straat met de naam Kleine Es en het Moleneinde werd volkomen onnodig opgeofferd aan het uitbreidingsplan met de naam Kleine Es waarin ut skoelpattie lag.
De redactie van ut Deevers Archief heeft de ongedateerde foto’s gemaakt op 13 november 2014.
Wie van de bezoekers van ut Deevers Archief heeft een foto van ut skoelpattie uit de vijftiger of zestiger jaren van de vorige eeuw ?

Abracadabra-331

Abracadabra-333Abracadabra-332

Abracadabra-336 Abracadabra-337

Posted in Aarfgood, Cultuur, Kleine Es, Meul’nende, ut Kastiel | Leave a comment

Un paer olde woor’n in ut Deevers

De redactie van ut Deevers Archief vond bij het digitaliseren van zijn papieren archief een dezer dagen toevallig een kattebelletje (chartabello) met aantekeningen uit de zestiger jaren van de vorige eeuw van nu niet meer gebruikte woorden in het onweerstaanbaar mooie Deevers.
De redactie wil deze woorden uiteraard niet onthouden aan de trouwe bezoekers
ut Deevers Archief. De redactie kent de betekenis van al deze Deeverse woorden, maar wie van de trouwe bezoekers kent deze ook ? Wie reageert ?

Bente – Die olde dreuge bente wol wel braan’n.
Boldern – Boldern doei op ’n bolderhoek.
Braanekkel – Hee leup mit de kötte broek an deur de braanekkels.
Buunseling – De buuseling stönk ’n ure in de wiend.
Buust – De Buust is de naeme van ’n akker bee’j de dikke stien’n.
Döskaaste – De boer’n in Oll’ndeever haad’n vrogger ’n döskaaste.
Frabbe –  Ut is een frabbe van ’n kiend.
Koagies – Koagies bint lekker op ’n brokkie.
Ophemmel’n – De kaemer is nog neet opehemmeld.
Sproakeling’n – De Sproakeling’n ligt in Oldendeever.
Veraldereerd – Ik waare veraldereerd van ’t mooie kedogie.
Wiemel De dreuge wost’n en ut spek hung’n in de wiemel.

Posted in Aarfgood, Cultuurhistorie, Deever, Deevers | Leave a comment

Slijtpaden over de kaarkhof bij de brink van Deever

Op de hier afgebeelde foto uit 1916 is fraai te zien hoe over de kaarhof bij de brink van Deever drie slijtpaden lopen. In die tijd lagen op de kaarkhof bij de brink nog stoffelijke resten van begraven mensen. Pas bij de grote restauratie van het kerkgebouw aan de brink in 1956-1957 zijn deze stoffelijke resten geruimd. Onder de slijtpaden lagen dus in 1916 nog mensen begraven.
Op foto’s uit latere jaren is te zien dat om de kaarhof bij de brink een hek staat en dat over de kaarkhof geen slijtpaden meer lopen. Blijkbaar was dat hek in 1916 nog niet geplaatst.
Vanaf de brink loopt een slijtpad naar de hoofdingang van het kerkgebouw. Het brede slijtpad loopt van de Hoofdstraat over de kaarhof naar het boerencafé aan de brink. De mensen sneden zo een aardig stukje af. Het smallere slijtpad loopt vanaf de huizen bij het Schultehuis aan de brink over de kaarkhof naar de Peperstroate.
De hier afgebeelde foto van het kerkgebouw bij de brink van Deever is in 1916 gemaakt door de fotograaf Cornelis Johannes Steenbergh voor het weekblad ‘Buiten’. Het originele glasplaatnegatief is aanwezig in de collectie Monumentenfotografie van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, In de collectie Monumentenfotografie van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed heeft de foto objectnummer ST 1067.

Abracadabra-1252
Reactie van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed van 10 mei 2016 :
Bijna alle foto’s en een groot deel van de tekeningen in de beeldbank zijn in de loop van de tijd gemaakt door medewerkers van de Rijksdienst en zijn diverse voorgangers. De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed is daarom de rechthebbende van deze afbeeldingen.
Er is ook ander materiaal in de beeldcollectie opgenomen. De Rijksdienst heeft zijn best gedaan de eventuele rechthebbenden van dit materiaal op te sporen en toestemming te vragen voor de openbaarmaking. Vindt u desondanks dat de digitale beschikbaarheid van bepaalde afbeeldingen inbreuk maakt op enig recht dat u toekomt of uw (privacy)belangen schaadt, dan kunt u dit onderbouwd aan ons doorgeven. Wij nemen dan op korte termijn contact met u op. Bij een gegronde klacht verwijderen we vanzelfsprekend het materiaal van de website.
Alle beschikbare bestanden zijn vrij te downloaden en mogen onder de voorwaarden van de Creative Commons Naamsvermelding – Gelijk Delen 4.0 licentie gebruikt worden. Dit betekent dat iedereen de foto’s mag kopiëren, verspreiden en delen onder voorwaarde dat de bron staat vermeld en elk afgeleid werk onder dezelfde licentie wordt aangeboden.

Posted in Aarfgood, Brink, Deever, Kaarke an de brink, Kaarkhof Grönnegerweg, Rieksmonement | Leave a comment

Deever is mooi oppeknapt mit ’t liekwaeg’nschuurtie

In de Meppeler Courant van 14 september 2016 verscheen het bijgevoegde bericht over het opknappen van het lijkwagenschuurtje op het marktterrein an de Bosweg in Deever.

Uit het genoemde bericht is het volgende kleine citaat overgenomen:
Het gebouwtje in Diever is één van de weinige overgebleven lijkenhuisjes in Drenthe. Het huisje werd in het verleden gebruikt om de lijkkoets te stallen.
De Historische Vereniging Gemeente Diever liep al jaren rond met plannen om het 110 jaar oude gebouwtje in zijn oorspronkelijke staat terug te brengen. Het gebouwtje is na het opheffen van de lijkwagendienst in de jaren zestig van de vorige eeuw verkocht aan de padvinderij in Diever.
Nu is het eigendom van de Ondernemingsvereniging Diever. Die gebruikt het als opslagplaats van materialen en verder was er de verlichting in aangebracht voor de jaarlijks te houden Paaskermis en markten. Door bijdragen van de Ondernemingsvereniging Diever en Dorpsbelangen Diever is het nu mogelijk geworden het lijkenhuisje te renoveren.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief

Het is natuurlijk een kleine omissie van de schrijver of schrijfster van het bericht in de Olde Möppeler om een aantal keren de term ‘lijkenhuisje’ te bezigen in plaats van ‘lijkwagenschuurtje’. Het zij hem of haar niet kwalijk genomen. Vroeger stond op de brink van Deever wel een lijkenschuurtje.

De redactie heeft voor alle zorgvuldigheid even het oude archief van de gemiente Deever geraadpleegd. dat was een kleine moeite. In de bouwtekening uit 1913 is sprake van het ‘Ontwerp van een te bouwen schuurtje voor den lijkwagen op het marktterrein te Diever’. Burgemeester en wethouders van de gemiente Deever gaven op 20 februari 1913 vergunning voor de bouw van het schuurtje aan het bestuur van de Vereniging Lijkwagendienst. Jan Bennen uut Deever, (waar woonde Jan Bennen ?), van beroep timmerman, was de aannemer van het werkje an de Bosweg.

Bij de vergunning uit 1913 zat een beschrijving van het schuurtje. Deze beschrijving vermeldt dat het gebouwtje zal worden bedekt met cementpannen. Zijn deze pannen geproduceerd bij de Concordia an de Deeverbrogge ? Ook vermeldt de beschrijving dat het schuurtje zal worden voorzien van een ijzeren ventilatieraam in het voorgeveltje en in het achtergeveltje.
Op de bouwtekening van het schuurtje is het achtergeveltje (an de westkaante, an de kaante van de Noordesch) voorzien van een enkele deur. Op de bouwtekening van het schuurtje is het voorgeveltje (an de oostkaante, an de kaante van de Bosweg) voorzien van een dubbele deur. Dat wil zeggen dat de liekwaeg’nmenner de liekwaeg’n door de geopende deuren an de veurkaante vóór de groeve naar buiten en na de groeve naar binnen moest rijden. Op de bouwtekening van het schuurtje is in het zijgeveltje (an de noordkante, an de kaante van de bos) een soort van stalraam (niet het Deeverse model) voorzien. Het zijgeveltje van het schuurtje an de südkaante (an de kaante van Deever) is waarschijnlijk een blinde gevel. Zie de ‘oude gevels’ op de navolgende afbeelding.
.
De afdeling Deever van het Nederlands Padvinders Gilde (kantoor houdende in de gemeentelijke dokterswoning, Hoofdstraat 6 in Deever) diende als eigenaar van het liekwaeg’nschuurtie op 14 maart 1966 een bouwaanvraag voor het veranderen van het schuurtie op het marktterrein in Deever in een clubschuurtie voor zijn zo genoemde Pioniersvendel (een vendel is een legeronderdeel; de commandant van een vendel was een hopman; hopman is een verbastering van het Duitse woord Hauptmann) in bij de gemiente Deever. De kadastrale ligging van het liekwaeg’nschuurtie is sectie B, nummer 3128 (gedeeld). Mevrouw Hendrika Johanna Wilhelmina Friedrich, de vrouw van huisarts Ludolf Dirk Broekema uut Deever, heeft de bouwaanvraag ondertekend.

De gerenommeerde gemeentelijke bouwmeester G. Keulen (woonde hij an de Tusschendarp in Deever ?) (Wie heeft gegevens van G. Keulen ? Wat was zijn voornaam ?) is de ontwerper van het briljante vernielplan voor het liekwaeg’nschuurtie. Hij is de maker van de in november 1965 gemaakte bouwtekening. Zie de bijgevoegde afbeelding. De gebroeders Goitse (geboren op 18 maart 1904 en overleden op 16 september 1988, ligt begraven op de kaarhof an de Grönnegerweg in Deever) en Jan van Wijk (geboren op 21 oktober 1905, overleden op 26 november 1996, ligt begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg in Deever, een dochter van hem woont nog an de Deeverbrogge) van de Deeverbrogge hebben het werkje voor 800 gulden uitgevoerd.
Bouwmeester G. Keulen bedacht dat in het voorgeveltje (an de oostkaante, an de kaante van de Bosweg) de dubbele deur plaats moest maken voor een enkele deur, bestaande uit een wit geverfde onder- en bovendeur en een zijraampje en dat het voorgeveltje donkerrood moest worden geverfd.
Bouwmeester G. Keulen bedacht dat in het achtergeveltje (an de westkaante, an de kaante van de Noordesch) de enkele deur plaats moest maken voor een wit geverfde dubbele deur en dat het achtergeveltje lichtgroen moest worden geverfd. De gebroeders Goitse en Jan van Wijk hebben waarschijnlijk de dubbele deur uit het voorgeveltje gesloopt en in het achtergeveltje geplaatst en zij hebben waarschijnlijk de enkele deur uit het achtergeveltje gesloopt en in het voorgeveltje geplaatst. De gebroeders Goitse en Jan van Wijk hebben waarschijnlijk de stenen die vrijkwamen bij het slopen van het achtergeveltje gebruikt bij het repareren van het voorgeveltje. Maar waarom moesten de deuren zonodig van plaats worden verwisseld ?
Bouwmeester G. Keulen bedacht dat in het blinde zijgeveltje (an de südkaante, an de kaante van Deever) drie ramen moesten worden aangebracht en dat dit zijgeveltje lichtgroen moest worden geverfd.
Bouwmeester G. Keulen bedacht dat het raampje in het zijgeveltje (an de noordkaante, an de kaante van de bos) plaats moest maken voor een groter raam en dat dit zijgeveltje donkerrood moest worden geverfd.

De gevraagde vergunning werd op 22 maart 1966 verleend onder de voorwaarden dat het geheel moest worden uitgevoerd in overleg met de gemeentelijke bouwmeester G. Keulen en dat alles ten volle genoegen van burgemeester Jan Cornelis Meiboom (die in de volksmond ome Kees werd genoemd) en wethouders moest zijn en dat van de aanvang en voltooiing van de werkzaamheden kennis moest worden gegeven aan de gemeentelijke bouwmeester G. Keulen.
Het ontwerp van bouwmeester G. Keulen is uitgevoerd, met dien verstande dat het verven van de muren helaas niet is uitgevoerd. En dat in die mooie en spannende tijd van de flower-power en de flower-power-kleuren en de blow-power en de psychedelische-muziek-power, die de knopen leggen lerende pioniervendeliertjes ogenschijnlijk is ontgaan. Of mochten de vendeliertjes de geveltjes niet verven, omdat dit bij nader inzien toch niet ten volle genoegen van de voorkant van het gelijk was ?

De vraag is of de heren dorpskrachten van de Historische Vereniging Gemeente Deever het ‘in de oorspronkelijke staat terugbrengen’ van het liekwaeg’nschuurtie hebben uitgevoerd op grond van overleg met de gemeentelijke erfgoedinspectie en op basis van een bouwaanvraag en een (lichte of zware) vergunning van de voorkant van het gelijk ?
De vraag is of de heren dorpskrachten van de Historische Vereniging Gemeente Deever overleg hebben gehad met de provinciale erfgoedinspectie (het liekwaeg’nschuurtie wordt immers een provinciaal erfgoedpandje)
De vraag is of de heren dorpskrachten van de Historische Vereniging Gemeente Deever, in al die jaren dat zij rondliepen met plannen om het liekwaeg’nschuurtie onder hun jeukende handen te nemen, enig historisch onderzoek hebben verricht, alvorens massaal aan de afwas te beginnen ? Bezint eer gij begint !

De redactie brengt niets anders dan zeer veel hulde aan de immer hardwerkende, goedwillende en goedbedoelende dorpskrachten van de Historische Vereniging Gemeente Deever. De redactie stelt uit het voorgaande echter wel vast, dat voor het wel enigszins benaderen van de oorspronkelijke staat van het liekwaeg’nschuurtie in het zijgeveltje an de noordkaante (an de kaante van de bos) nog het raampje moet worden geplaatst (zie de oude noordgevel op de afbeelding) en dat in het achtergeveltje (an de westkaante, an de kaante van de Noordesch) de dubbele deur nog moet worden vervangen door een enkele deur (zie de oude westgevel op de afbeelding). Zie ook de foto’s in het bericht ‘Liekwaeg’nschuurtie wöd een groevemuseumpie’. De dorpskrachten van de Historische Vereniging Gemeente Deever moeten de eenmaal begonnen klus wel massaal en goed afmaken.

Posted in Aarfgood, Bosweg, Deever, Dorpskracht, Lijkwagendienst, Maarktturrein, Museum | Leave a comment

Nog un monement’nschiltie an de toren an de brink

In de Meppeler Courant van 8 september 2014 verscheen het navolgende kleine berichtje over de presentatie van het nieuwe landelijke monumentenschildje.

Primeur in Pancratiuskerk
Diever. De openingshandeling van de Open Monumentendag in de gemeente Westenveld vindt vrijdag om 16.00 uur plaats in de Sint Pancratiuskerk in Diever. Tijdens de openingshandeling heeft er een primeur plaats: landelijk wordt tijdens het Open Monumentendag weekeinde het nieuwe landelijke ‘moumentenschildje’ gepresenteerd en de gemeente Westenveld mag de Drentse onthulling voor haar rekening nemen. Voor het weekeinde van de Open Monumentendag in de gemeente Westenveld heeft zich een record aantal monumenteneigenaren en bewoners aangemeld. In totaal zijn 33 monumenten geopend voor het publiek.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Sint Pancratiuskerk, het blijft merkwaardig het kerkgebouw aan de brink van Deever te bestempelen als de kerk van een rooms-katholieke geloofsgemeente, terwijl deze kerk al eeuwen niet meer in gebruik is bij deze geloofsgemeente.
Het kerkgebouw aan de brink van Deever, die in gebruik is bij de Nederlands hervormde geloofsgemeente (dominee, schrijf ik het zo goed ?), is een rijksmonument en is voorzien van het sinds 1954 internationaal gebruikte blauw-witte schildje. Zie de kleurenfoto die de redactie van ut Deevers Archief op 13 november 2014 maakte. Het schildje is keurig met 3 roestvast stalen schroefjes bevestigd aan de gemeentelijke toren, die blijkbaar onderdeel is van het rijksmonument. Niet alle rijksmonumenten zijn voorzien van het blauw-witte schildje. Het schildje geeft aan dat het betreffende pand in oorlogstijd moet worden beschermd en moet leiden tot eerbiediging van het pand door strijdende partijen tijdens gevechtshandelingen.

Een rijksmonument is een bouwwerk of object, of het restant daarvan, die van algemeen belang is wegens de schoonheid, de betekenis voor de wetenschap of de cultuurhistorische waarde.
Tijdens de Open Monumentendagen 2014 in het tweede weekeinde van september is het nieuwe schildje in gebruik genomen. Zie de kleurenfoto die de redactie van ut Deevers Archief op 13 november 2014 maakte. In Drenthe werd het eerste schildje bevestigd aan de gemeentelijke toren aan de brink staat. Voorwaar een gebeurtenis van groot historisch belang. Opvallend is dat het wit-oranje schildje niet gewoon naast het blauw-witte schildje is bevestigd.
Maar hoe is het nieuwe schildje aan de gemeentelijk toren bevestigd ? Schroefjes zijn niet te zien. Met lijm soms ?
De toren was eigendom van de gemiente Deever en is nu eigendom van de gemeente Westenveld. De Nederlands hervormde geloofsgemeente is erfpachter van de gemeentelijke toren aan de brink. Subsidietechnisch gezien schijnt dat een betere constructie te zijn.
Wellicht is het nieuwe schildje aan het verkeerde pand geschroefd en moet ook een schildje naast de hoofdingang van het kerkgebouw aan de tufstenen muur worden bevestigd.
Binnen de grenzen van de gemiente Deever zal het wit-oranje schildje naar verwachting aan de volgende rijksmonumenten worden bevestigd:
Restanten van een kalkovencomplex bij Rijksweg 26, Deeverbrogge;
Kerk aan de brink van Deever, Hoofdstraat 45, Deever;
Voormalig schultehuis, Brink 7, Deever;
Voormalig armenwerkhuis, Grönnigerweg 6, Deever;
Voormalige boerderij ‘de Caathof’, Holtenweg 2, Deeverbrogge;
Korenmolen ‘de Vlijt’, Dingspil 17, Deever;
Hunebed D52, op de Stienakkers an de Grönnigerweg, Diever;
Boerderij met zijbaander, Achterstraat 14, Deever;
Voormalige smederij, Hoofdstraat 49, Deever;
Boerderij met zijbaander, Kruisstraat 2, Deever;
Dubbel verdiepingsloos woonhuis, Kruisstraat 4, Deever;
Boerderij met zijbaander, Kastanjelaan 18, Deever;
Hallenhuisboerderij met voorgeplaatst dwarshuis, Brink 11, Deever;
Pothok met potstal bij hallenhuisboerderij, bij Brink 11, Deever;
Hollenhuisboerderij met dwarsdeel, Hoofdstraat 34, Deever.

Posted in Aarfgood, Brink, Kaarke an de brink, Rieksmonement, Toor'n an de brink | Leave a comment

Proat’n in ut Deevers-Hooghaarlemmerdieks

Jans Tabak uut de Aachterstroate in Deever wint de kwis Loos
De kwis Loos werd in het kader van Meertmoand Streektoalmoand dagelijks op de Drentse tillevisie uitgezonden. Loos was een samenwerkingsproject van RTV Drenthe en het Huus van de Taol. Harm Dijkstra presenteerde de tillevisiekwis. Elke dag kwisten twee streektaalliefhebbers tegen elkaar. De winnaar ging door naar de volgende ronde. De kandidaten die het langst in de kwis bleven, die kwisten de laatste week van maart mee in de finalerondes.
Wijlen Jans Tabak uut de Aachterstroate in Deever werd de winnaar. Jans was de looste van ’t hiele stel. Als prijs mocht hij zo’n platte computer, een tablet van het type Ipad van het merk Apple, mit hen de Aachterstroate nemen.
Was wijlen Jans Tabak zo ongeveer nog de enige inwoner van Deever die het Deevers vloeiend sprak ??? !!! Dat zou best eens zo kunnen zijn geweest.
Maar zijn Deevers kon bij lange na niet tippen aan het prachtige gesproken Deevers van wijlen Jantje Andreae-Oost van ’t Kastiel, dat doorspekt was met zelden meer gebruikte Deeverse woorden (bijvoorbeeld agin, seins, mit lieveloa, putie, wiemel, poppie, brummel, buunseling, driet’n, mieg’n).

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Het is een illusie te denken dat via een Huus van de Toal of een kwis op de tillevisie de belangstelling voor de Dreinse streektoal (een verzameling dialecten), laat staan ut Deevers kan worden verzekerd.
Toen in het Deever van na de Tweede Wereldoorlog geboren en getogen Deeversen in de zeventiger jaren van de vorige eeuw, in plaats van in ut Deevers, in een soort van koeterwaals Deevers-Hooghaarlemmerdijks tegen hun eigen kinderen gingen praten, was het helaas gedaan met de toekomst van ut echte Deevers.

Maar wie weet desalniettemin nochthans evenwel de betekenis van het gezegde ‘De iene dag rök noar lodderein en de aandere dag noar siepels ? Wijlen Jantje Oost en wijlen Jans Tabak hadden het zeker wel geweten.

Posted in Aagterstroate, Aarfgood, Deever, Deevers, Jans Roelof Tabak, Overlijdensbericht | Leave a comment

Greinspoaltie 70 stiet now an un fietspad van asfalt

De redactie van ut Deevers Archief heeft de vijf kleurenfoto’s van greinspoaltie LXX (greinspoaltie 70) gemaakt in de middag van donderdag 22 november 2019.
Greinspoaltie LXX (greinspoaltie 70) staat niet meer op zijn oorspronkelijke plek, maar staat nu meer in de richting van de oorspronkelijke plek van greinspoaltie LXXI (greinspoaltie 71), langs het asfaltfietspad tussen de Olde Willem en de Bosweg bij Us Blau Hiem in Appelsga
Op un greinspoaltie hoort het wapen van de provincie Drente an de Dreinse kaante van de greinse te staan en hoort het wapen van de provincie Fryslân aan de Friese kant te staan. Dat was bij dit keurig onderhouden greinspoaltie LXX (greinspoaltie 70) wel in orde.
De redactie is vastbesloten van elk nog aanwezig provinciaal greinspoaltie op de greinse van de gemiente Deever in Drente en de gemiente Ooststellinwaarf in Fryslân een flink aantal zelf gemaakte foto’s in ut Deevers Archief op te nemen. En zo mogelijk ook veel foto’s van bezoekers van ut Deevers Archief. Ech wè.

Posted in Aarfgood, de Olde Willem, Greinse, Greinspoal, Woater’n | Leave a comment

Greinspoaltie 50 steet op 100 meter van de olde stee

De redactie van ut Deevers Archief heeft de vier kleurenfoto’s gemaakt in de middag van donderdag 22 november 2019.
Greinspoaltie L (greinspoaltie 50) is aanwezig. Greinspoaltie L (greinspoaltie 50) staat op het rechte deel van de Drents-Friese greinse tussen de wegen De Monden en de Appelsgascheweg, maar staat niet meer op zijn oorspronkelijke plek. Greinspoaltie L (greinspoaltie 50) staat nu ongeveer honderd meter ten westen van zijn oorspronkelijke plaats.
Op een greinspoaltie hoort het wapen van de provincie Drente an de Dreinse kaante van de greinse te staan en hoort het wapen van de provincie Fryslân aan de Friese kant van de greinse te staan. Dat is bij dit keurig onderhouden greinspoaltie L (greinspoaltie 50) wel in orde.
De redactie is vastbesloten van elk nog aanwezig provinciaal greinspoaltie op de greinse van de gemiente Deever in Drente en de gemiente Ooststellinwaarf in Fryslân een flink aantal zelf gemaakte foto s in ut Deevers Archief op te nemen. En zo mogelijk ook mooie oude foto’s van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief. Ech wè.

Posted in Aarfgood, Greinse, Greinspoal, Zorgvliet | Leave a comment

Ut verropp’m van un saandweggie in Oll’ndeever

In de Olde Möppeler (Möppeler Kraante, Meppeler Courant) van 6 september 2010 stond een ingestuurde brief van de zeer geachte heer Wim Dooren over ut verropp’m van een old saandweggie in Oll’ndeeverer.

Een zandweggetje in Westerveld
Inwoners van Oldendiever, gemeente Westerveld, voeren een handtekeningenactie. Ze willen dat Burgemeester en Wethouders een oud zandweggetje van zo’n 200 meter lengte in stand houdt. Dat betekent zo nu en dan wat takken snoeien en de begroeiing van het weggetje verwijderen.
Dit Oostwegje komt voor op oude landkaarten uit 1853 en is alleen daarom al cultuur-historisch en landschappelijk waardevol. Veel van zulke weggetjes zijn gesneuveld tijdens de ruilverkaveling. Wat er in het Westerveldse landschap nog over is aan oud en authentiek moet worden behouden.
De Oldendieverse actievoerders zullen ongetwijfeld succes behalen. Zo maakte Progressief Westerveld zich al eerder eens sterk voor een stukje zandweg nabij de openbare basisschool in Diever. Het Oostwegje in Oldendiever is ontegenzeggelijk van veel groter cultuur-historisch belang.
Nog belangrijker dan dit ene weggetje is een gemeentebestuur dat zulke blunders gewoon niet maakt. Zodat burgers niet om de haverklap handtekeningenacties moeten voeren voor iets waarover elke discussie overbodig is.
Nodig is een gemeentebestuur dat simpelweg oog heeft voor de zaken die Westerveld maken tot wat het is: natuurwaarden, cultuur-historische waarden in bebouwd én onbebouwd gebied, kleinschalige economische bedrijvigheid en toerisme vanwege natuur, landschap en cultuur. Projecten zoals Culturele gemeente 2009, Dorpskern Dwingeloo, Havelterberg 2009, Duurzame Landschapsontwikkeling zijn uiteindelijk veel minder belangrijk dan cultureel, historisch en groen besef in de dagelijkse van gewone lopende zaken. Als dat dagelijkse besef ontbreekt, dan zijn die grootschalige projecten eigenlijk alleen maar bestuurlijke protserigheid: de kleren van de keizer.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De veelal niet Deeverse Hoge Heren Van De Voorkant Van Het Gelijk In Het Raadhuis aan de Gemeentehuislaan in Deever hebben zich voor geen ene cultuur-historische mallemoer wat aangetrokken van de ingestuurde zeer terechte brief van de zeer verontruste zeer geachte heer Wim Dooren.
Want heden ten dage is het deel van het verdwenen saandweggie bee’j ut hüsie van de Oosies an de Holteweg niet meer openbaar toegankelijk. Het publiek wordt via het groene bordje an de stiele van ut hekke gesommeerd vooral weg te wezen en rond te lopen. An de stiele van ut hekke is geen bordje ‘Verboden toegang’ en ook geen bordje ‘Eigen weg’ bevestigd. Ut saandweggie is klaarblijkelijk wel toegevoegd aan het landgoedje met de naam Oostkaampie van de twee uitvinders van het midwintertoeteren in Oll’ndeever, top-Oll’nendeeversen , top-interviewers en mede-redacteurs van het boekje ‘Oldendiever in de twintigste eeuw’. Hebben de twee midwintertoeteraars ut saandweggie gekocht van de Hoge Heren Van De Voorkant Van Het Gelijk ?
Zouden de twee midwintertoeteraars uut Oll’ndeever, top-Oll’nendeeversen, top-interviewers en mede-redacteurs van het boekje ‘Oldendiever in de twintigste eeuw’ en bewoners van het landgoedje met de naam Oostkaampie ook deelgenomen hebben aan de handtekeningenactie voor het behoud van het openbare saandweggie vóór hun landhuisje ? Ut saandweggie was een cultuur-historisch juweeltje van de eerste orde.
De redactie betwijfeld ten zeerste dat ut saandweggie ooit de naam Oostweggie heeft gehad. En Oostkaampie is ook geen oude veldnaam. De redactie heeft het kastanjebruine vermoeden dat de twee midwintertoeteraars de bedenkers van de namen Oostweggie, Oostkaampie en Oosthüsie zijn. Maar was is de cultuur-historisch juiste naam van ut saandweggie ?
Het aan het landgoedje Oostkaampie toegevoegde deel van ut saandweggie is op de eerste foto te zien en is door middel van een hek afgesloten van het openbare deel van ut saanweggie.
Het openbare deel van ut saandweggie is te zien op de tweede foto. De Hoge Heren Van De Voorkant Van Het Gelijk, kantoor houdende in het Raadhuis aan de Gemeentehuislaan in Deever, zijn wellicht voor ut saandweggie bewust vergeten voor het snoeien van overhangende takken en het verwijderen van begroeiing een onbetaald contract te sluiten met de midwintertoeterverening uut Oldendeever.
Op de derde foto is de bijna (bewust ?) verborgen ingang van ut saandweggie vanaf de saandweg met de naam Zuurlanderes te zien.
De redactie heeft de drie hier afgebeelde kleurenfoto’s op woensdag 19 september 2018 gemaakt.

Posted in Aarfgood, Oll'ndeever, Saandweg | Leave a comment

Een en ander behoort tot de historie van Deever ??

In het blaadje ‘Avondzon’ van de sectie Diever van de Stichting Welzijn Ouderen verscheen in april 1977 in nummer 4 van jaargang 5 het artikeltje ‘Diever’s mooiste’.

Diever’s mooiste
Wanneer we familie of vrienden van elders op visite krijgen, dan gaan we, als het goed is, reeds van te voren overleggen, op welke wijze we ze eens de mooiste punten van ons woongebied zullen laten zien. Alleen als er iets niet helemaal pluis is, zoals achter het ijzeren gordijn, waar dingen zijn die het daglicht niet kunnen verdragen, hebben we daar moeite mee.
Zulks is niet het geval met ons geliefd Diever. Mocht daar al eens iets zijn, dat minder fraai is, dan verbergen we dat niet, maar tonen dat openlijk, aan ieder die ons met een bezoek wil vereren.
Dan stellen we ons voor, de excursie te beginnen, daar waar we het gewoonlijk doen, bij, of tegenover de eendenvijver.
De daar ontstane ruimte, keurig en smaakvol van bestrating voorzien, met nog wat gelegenheid om te rusten, voor de wat ouderen, stellen we onze bezoekers voor, als een erfenis van onze vorige burgemeester. Voorwaar een nalatenschap, die de investering is waard gebleken.
Maar dan komt de grote schrik: Er is een bezoeker bij, die wat vrij rondkijkt en maling heeft aan onze explicatie. Hij ontdekt daar de wanstaltige overblijfselen, waar de familie Keizer eens woonde, en wilde daar ook wel eens van weten of dat soms Diever’s mooiste was.
U begrijpt, dat wij daardoor lelijk in verlegenheid kwamen. Heel wat woorden hadden we nodig om uit de doeken te doen, waarom een dergelijke puinhoop op oudejaarsnacht door de jeugd niet was opgeruimd.
Zo goed en zo kwaad als ons dat mogelijk was, hebben we geprobeerd, uiteen te zetten, dat onze vroegere burgervader, breed geschouderd als hij was, zich daar steeds als een hinderpaal heeft vóór gezet, maar dat we nu, met veel minder breed geschouderde, hoopten, spoedig van dit monsterlijke dorpsbeeld te worden verlost.
Het is een van buiten komende bezoeker niet goed duidelijk te maken, waarom met het fatsoeneren van deze plek, in ons mooie dorp, alsmaar wordt gewacht, terwijl het een ergernis voor de wandelaar is.
De handige bezoeker veronderstelde, dat onze burgemeester mogelijk nooit deze kant uitkomt, iets dat wijzelf voor onmogelijk hielden.
Het ware te wensen, dat nog vóór het komende seizoen, dit obstakel verwijderd gaat worden, anders kunnen we reclame ‘Ga liever naar Diever’ voorlopig wel in de ijskast bergen.
Mocht een en ander naar onze wens, vóór het verschijnen van ‘Avondzon’ zijn uitgevoerd, dan kan deze bijdragen toch nog als bladvulling dienen.
Een en ander behoort tot de historie van Diever.
Een wandelaar

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Een en ander behoort tot de historie van Deever ? De redactie denkt van niet en denkt volledig het tegendeel.
De redactie denkt dat het stukje tekst gewoon uit de dikke duim of de dikke pijp gezogen is.
Excursies beginnen natuurlijk niet bij de eendenvijver (een voormalige braandkoele) an de Kruusstroate (wie wil er nu naar eenden koekeloeren ?), maar op de brink van Deever, die ooit vol stond met erfgoed.
Wie zou toch die schrijver met de uiterst merkwaardige schuilnaam ‘Een wandelaar’ kunnen zijn ? Zou het een zwalkend rechts conservatief liberaal lid van de zogenaamde ‘dikke boerenstand’ uut Deever kunnen zijn geweest; een agrarisch toptalent, die zich in 1977 dood ergerde aan het bouwvallige arbeiderskeuterijtje van Albert Keizer naast transportbedrijf De Graaf an de Kruusstroate in Deever ?
Schreef hij dit stukje tekst om een slijmerig wit voetje bij burgemeester Hermen Overweg te halen ?
Het is bepaald geen positief stukje tekst ter bevordering van het welzijn van de Deeverse ouden van dagen, die vast en zeker de familie Albert Keizer goed hebben gekend.
De schrijver ‘Een wandelaar’ vindt dat de Deeverse jeugd het bouwvallige keuterijtje in de oudejaarsnacht had moeten opruimen. Dit getuigd van een totale minachting van de Deeverse jeugd en de Deeverse oudejaarstraditie. De jeugd sleepte vroeger op oudejaarsavond alles wat los en vast zat naar de brink van Deever, maar vernielde niet. Wellicht dat de jeugd elders, bijvoorbeeld op Neejevene of op Koldervene, om een paar volstrekt willekeurige plaatsen te noemen, dit vroeger wel deed, maar de redactie denkt toch van niet.
De schrijver ‘Een wandelaar’ geeft de schuld van de voortdurende aanwezigheid van het bouwvallige arbeiderskeuterijtje naast transportbedrijf De Graaf an de Kruustroate aan 
de breedgeschouderde (??) burgemeester Jan Cornelis Meiboom (die in de volksmond altijd ome Kees werd genoemd), echter ome Kees en de zijnen hadden bewezen ware kampioenen in het afbreken van Deevers aarfgoed te zijn. Aan ome Kees kan het niet hebben gelegen.
Tijdens het bewind van burgemeester Hermen Overweg werd het arbeiderskeuterijtje van Albert Keizer alsnog afgebroken en werd een eindje verder richting ’s Kasteel (Kasteel 2) als schrale troost een soort van nieuw nepkeuterijtje nagebouwd. En weer was een fraai Deevers erfgoedpand verdwenen.
De twee kleurenfoto’s van het huisje van de familie Albert Keizer zijn gemaakt door wijlen Henk van de Bos.
Op de tweede foto zijn te zien Albert Keizer (geboren op 14 augustus 1883, overleden op 30 december 1979, hij ligt begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg) en Koendert Tissingh (geboren op 11 maart 1906, overleden op 20 mei 1983 in Deever, hij ligt begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg).

Posted in Aarfgood, Alle Deeversen, Deever, Keutereegie, Kruusstroate, Verdwenen object | Leave a comment

Lieste van de greinspoalties 41 tot en mit 77

Het is vanuit historisch oogpunt van niet verwaarloosbaar belang te weten waar de grens tussen de gemiente Deever in de provincie Drente en de gemeente Ooststellingwerf in de provincie Friesland ligt. De provinciale grens wordt gemarkeerd door gietijzeren grenspalen.
Greinspoal XLI (greinspoal 41) staat op het driegemeentenpunt Deever, Ooststellingwerf, Vledder.
Greinspoal LXXVII (greinspoal 77) staat op het driegemeentenpunt Deever, Ooststellingwerf, Smilde.
De redactie van ut Deevers Archief heeft verdeeld over een aantal middagen van greinspoal XLI (greinspoal 41) tot aan greinspoal LXXVI (greinspoal 77) langs de uit rechte stukken bestaande grens gebanjerd om de nog aanwezige grenspalen op te zoeken en op de foto te zetten.

Op bijgaande twee afgebeelde tekeningen zijn de nog aanwezige grenspalen op de grens van de gemiente Deever in de provincie Drenthe en de gemeente Ooststellingwerf in de provincie Friesland aangegeven.

Grenspaal XLI (grenspaal 41) is niet meer aanwezig (de plaats van grenspaal 41 is een driegemeentenpunt);
Grenspaal XLII (grenspaal 42) is niet meer aanwezig;
Grenspaal XLIII (grenspaal 43) staat op de oorspronkelijke plaats;
Grenspaal XLIV (grenspaal 44) staat op de oorspronkelijke plaats (knik in de grens);
Grenspaal XLV (grenspaal 45) staat aan de Verwersweg, maar niet op de oorspronkelijke plaats;
Grenspaal XLVI (grenspaal 46) staat op de oorspronkelijke plaats (knik in de grens);
Grenspaal XLVII (grenspaal 47) is aanwezig, maar staat 120 m van de oorspronkelijke plaats en 3,50 m uit de grens;
Grenspaal XLVIII (grenspaal 48) is niet aanwezig, staat hopelijk op een erf (knik in de grens);
Grenspaal XLIX (grenspaal 49) staat nu aan de Monden, staat tussen de oorspronkelijke plaats van grenspalen 48 en 49;
Grenspaal L (grenspaal 50) is aanwezig, staat tussen de oorspronkelijke plaats van grenspalen 50 en 51;
Grenspaal LI (grenspaal 51) is niet meer aanwezig;
Grenspaal LII (grenspaal 52) is niet meer aanwezig;
Grenspaal LIII (grenspaal 53) is niet meer aanwezig;
Grenspaal LIV (grenspaal 54) is niet meer aanwezig;
Grenspaal LV (grenspaal 55) is aanwezig; staat bijna op zijn oorspronkelijke plaats;
Grenspaal LVI (grenspaal 56) staat op de oorspronkelijke plaats;
Grenspaal LVII (grenspaal 57) is niet meer aanwezig;
Grenspaal LVIII (grenspaal 58) staat op de oorspronkelijke plaats;
Grenspaal LIX (grenspaal 59) staat op de oorspronkelijke plaats;
Grenspaal LX (grenspaal 60) is niet meer aanwezig;
Grenspaal LXI (grenspaal 61) staat op de oorspronkelijke plaats;
Grenspaal LXII (grenspaal 62) is niet meer aanwezig;
Grenspaal LXIII (grenspaal 63) is aanwezig; staat bijna op zijn oorspronkelijke plaats op de knik in de grens;
Grenspaal LXIV (grenspaal 64) is niet meer aanwezig;
Grenspaal LXV (grenspaal 65) is aanwezig; staat tussen de oorspronkelijke plaats van grenspalen 64 en 65;
Grenspaal LXVI (grenspaal 66) is niet meer aanwezig;
Grenspaal LXVII (grenspaal 67) is aanwezig; staat tussen de oorspronkelijke plaats van grenspalen 67 en 68;
Grenspaal LXVIII (grenspaal 68) is niet meer aanwezig;
Grenspaal LXIX (grenspaal 69) is niet meer aanwezig;
Grenspaal LXX (grenspaal 70) is aanwezig; staat tussen de oorspronkelijke plaats van grenspalen 70 en 71;
Grenspaal LXXI (grenspaal 71) is aanwezig;
Grenspaal LXXII (grenspaal 72) was aanwezig; grenspaal LXXII (grenspaal 72) is niet meer aanwezig;
Grenspaal LXXIII (grenspaal 73) staat op de oorspronkelijke plaats;
Grenspaal LXXIV (grenspaal 74) staat op de oorspronkelijke plaats;
Grenspaal LXXV (grenspaal 75) is niet meer aanwezig;
Grenspaal LXXVI (grenspaal 76) staat op de oorspronkelijke plaats;
Grenspaal LXXVII (grenspaal 77) is niet meer aanwezig (de plaats van grenspaal 77 is een driegemeentenpunt).

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief

In de webstee www.varenius.nl is een en ander te lezen over de grensafbakening van Friesland met Drente en Overijssel in de 19de en 20ste eeuw.
De webstee www.frdrenthe.blogspot.nl biedt bijzonder interessante gegevens over de grenspalen tussen de provincie Drente en de provincie Friesland, waaronder veel grenspalen op de grens van de gemiente Deever in de provincie Drente en de gemeente Ooststellingwerf in de provincie Friesland. Na het aanklikken van de koppeling en het openen van het scherm wel even een flink eind naar beneden ‘scrollen’ (wie weet het juiste Nederlandse werkwoord ?).
In de webstee www.panoramio.com zijn ook afbeeldingen en plaatsen te bekijken van greinspoal’n op de greinse van de gemiente Deever in de provincie Drente en de gemeente Ooststellingwerf in de provincie Friesland.
De redactie nodigt bezoekers van ut Deevers Archief graag uit te reageren met een afbeelding en een juiste beschrijving van de positie van de nog aanwezige grenspalen, waarvan de gegevens nog niet zijn opgenomen en vooral van verdwenen grenspalen.

Posted in Aarfgood, de Olde Willem, Greinse, Greinspoal, Woater’n, Zorgvliet | Leave a comment

Ut naembröttie van de Greinsweg op Baark’nheuvel

Het lijkt de redactie van ut Deevers Archief een echte uitdaging voor de vrijwilligers van de heemkundige vereniging uut Deever om bij elk van de oorspronkelijke wegen op het landgoed Berkenheuvel, uiteraard in samenwerking met de Nederlandsche Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten en het Staatboschbeheer, weer van die mooie witte kleine naambordjes met zwarte letters aan bomen te spijkeren.
En dan natuurlijk ook een naambordje plaatsen bij wegen die de Nederlandsche Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten al heeft laten overwoekeren door cultureluurnatuur.
Je mag van de Nederlandsche Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten toch wel bordjes aan bomen vastspijkeren ? Nestkastjes worden op het landgoed Berkenheuvel toch ook aan bomen vastgespijkerd ?
Laten we ons culturele erfgoed vooral behouden en de steeds meer verloren gegane en gaande namen van wegen op het landgoed Berkenheuvel aan de vergetelheid ontrukken.
Op bijgaande afbeelding op een ansichtkaart, die is uitgegeven in juli 1951, toen het landgoed Berkenheuvel nog eigendom was van de erven van mr. Albertus Christiaan van Daalen uit Bennekom, is als voorbeeld het naambordje van de Grensweg bij de Hoekenbrink te zien.

Posted in Aarfgood, Albertus Christiaan van Daalen, Ansichtkoate, Bosgesigte, Landgoed Berkenheuvel | Leave a comment

De kleine Henduk en de grote Henduk an ’t waark

In de beeldbank van de Historische Vereniging Nijeeveen is een mooie kleurenfoto aanwezig van de gebroeders Klaas Kleine en Berend Kleine. Lourens Schipper, de beheerder van deze prachtige beeldbank (die zouden meer historische verenigingen moeten hebben), gaf de redactie toestemming deze kleurenfoto -zie de bijgaande afbeelding- in ut Deevers Archief te tonen. De redactie is de Historische Vereniging Nijeveen en in het bijzonder Lourens Schipper, bijzonder erkentelijk voor deze toestemming. Maar in welk jaar is deze foto gemaakt ? Wie het weet, die mag het melden aan de redactie !

Op de foto zijn de smeden Klaas Kleine (links) (de kleine Hendrik) (Klaas, hei neeje klomp’m an ?) en zijn jongere broer Berend Kleine (rechts) (de grote Hendrik) bezig met het leggen van een ijzeren band om een houten wagenwiel. Ze zijn bezig voor de smederij met de naam ‘de grote Hendrik’ van Berend Kleine an de Heufdstroate in Deever. Het wagenwiel ligt op een oude molensteen.
Let op het bankje rechts achter Berend Kleine, dat zo te zien is gemaakt door Bouwbedrijf Nijzingh an de Brinkstroate in Deever. Achter Klaas Kleine is te zien dat achter het plantenklimrek geen deur meer zit. Aan de muur is te zien dat de ruimte waar een deur zat, ooit is dicht gemetseld.
Klaas Kleine had zijn smederij met de naam ‘de kleine Hendrik’ (let op de woordspeling; Hendrik Kleine was de vader van Klaas Kleine en Berend Kleine) an de Peperstroate aachter de kaarke. Hendrik Kleine had eerst een smederij op Koldervene (vroeger Coldervene), later in Meppel.
In dit pand op de hier afgebeelde kleurenfoto was vroeger de smederij van de gebroeders Hendrik en Albert Kloeze gevestigd. In die tijd was de deur wel aanwezig.
In dit pand is later een winkel met de naam ‘In de Lindetuin’ gevestigd geweest. De redactie heeft bijgaande kleurenfoto van deze winkel op 13 november 2008 gemaakt. Het was nog herfst. Blijkbaar was toen in de zijmuur weer een deur aangebracht en het metselwerk gerepareerd en waren de raamluiken weggehaald. In de bestrating was in 2008 de oude molensteen nog wel aanwezig.
Zie voor nog een kleurenfoto, die de redactie op 28 juli 2016 gemaakt, het bericht ‘Het leven moet niet vliegen, maar fladderen’.
Nu dit pand een rijksmonumentje is (voor zolang het duurt, je weet maar nooit), zal het gesloop en geknutsel en gedoe aan de buitengevels wel onder curatele staan.

Posted in Aarfgood, Deever, Heufdstroate, Klaas Kleine, Neringdoende, Rieksmonement | Leave a comment

Greinspoaltie 63 stiet vlak bee de Kaele Duun’n

De redactie van ut Deevers Archief heeft de vier hier afgebeelde kleurenfoto’s van greinspoaltie LXIII (greinspoaltie 63) op de greinse van de gemiente Deever in Drente en de gemiente Ooststellingwaarf in Fryslân gemaakt op donderdag 22 november 2019.
Greinspoaltie LXIII (greinspoaltie 63) staat op de knik van de greinse ten zuiden van de Kaele Duun’n in de buurt van een houten klimstellage, die gelukkig aan de Friese kant van de greinse staat.

Posted in Aarfgood, Greinse, Greinspoal, Woater’n | Leave a comment

Greinspoaltie 61 stiet woar ut altied hef estoan

De redactie van ut Deevers Archief heeft de vier kleurenfoto’s van greinspoaltie LXI (greinspoaltie 61) gemaakt in de middag van donderdag 22 november 2019. Greinspoaltie LXI (greinspoaltie 61) staat gelukkig wel op zijn oorspronkelijke plaats. Greinspoaltie LXI (greinspoaltie 61) staat waar hij altijd heeft gestaan. Greinspoaltie LXI (greinspoaltie 61) staat bijna aan de voet van de Kaele Duun’n in de buurt van de wateroverstort van ut Greinsstuwmeer (voorheen Greinspoele). Aan de linkerkant van afbeelding 1 en aan de rechterkant van afbeelding 4 is een omheining te zien. De redactie heeft zich suf gepiekerd over de functie van dit omheinde stukje grond, maar kon geen functie bedenken.
Op een greinspoaltie hoort het wapen van de provincie Drente an de Dreinse kaante van de greinse te staan en hoort het wapen van de provincie Friesland aan de Friese kant van de greinse te staan. Dat is bij dit keurig onderhouden greinspoaltie LXI (greinspoaltie 61) wel in orde.
De redactie is vastbesloten van elk nog aanwezig greinspoaltie op de greinse van de gemiente Deever in Drente en de gemiente Ooststellinwaarf in Fryslân een flink aantal zelf gemaakte foto’s in ut Deevers Archief op te nemen. En zo mogelijk ook mooie foto’s van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief. Ech wè.

Afbeelding 1

Afbeelding 2

Afbeelding 3

Afbeelding 4

Posted in Aarfgood, Greinse, Greinspoal, Greinspoele | Leave a comment

Ut fietsepad noast de olde Stienwieker saandweg

5In de collectie Dienst Landelijk Gebied van het Drents Archief is bijgaand getoonde zwart-wit foto aanwezig. Deze niet zo scherpe foto heeft fotonummer LG0507114 en is in 1971 gemaakt door de heer Constandse. Deze foto is gemaakt in het kader van de voorbereiding van de volkomen overbodige ruilverkaveling Deever.
De saandweg over de Westeresch tussen Oll’ndeever en de Dwarsdrift heeft wonder boven wonder de rampzalige cultuurvernietigende verkaveling van de oeroude esgronden in Deever en Oll’ndeever en Wittelte overleefd. Met het verdwijnen van de oeroude esgronden verdwenen ook de oeroude veldnamen. De ruilverkaveling was een cultuurhistorische ramp van de zwaarste orde.
De redactie van ut Deevers Archief heeft deze saandweg op zijn lijst van Deevers aarfgood gezet.
Op de zwart-wit foto is ut fietsepad noast de Stienwieker saandweg te zien. Aan de linkerkant is de nieuwe U.L.O.-school te zien. Ook zijn te zien de gemeentelijk toren an de brink van Deever en korenmolen ‘de Vlijt’ in Oll’ndeever.
Te gelegener tijd, en zeker niet met geschwinde spoed en zeker ook niet in gestrekte draf, zal de redactie van ut Deevers Archief een recente foto van dit deel van de Stienwieker saandweg in dit bericht opnemen.

Posted in Aarfgood, Saandweg, Westeresch | Leave a comment

Greinspoaltie 65 steet bee ut Ekingerdiekie

De redactie van ut Deevers Archief heeft de vijf kleurenfoto’s van greinspoaltie LXV (greinspoaltie LXV) gemaakt in de middag van donderdag 22 november 2019.
Greinspoaltie 65 (greinspoaltie 65) stond altijd bij de Meeuwenpoel. Greinspoaltie LXV (greinspoaltie 65) staat nu aan het begin van ut Ekingerdiekie (voorheen Ekingerpad) bij de Schaapsdrift bij een paaltje met bordjes met aanduidingen van fietsroutes.
Op een greinspoaltie hoort het wapen van Drente an de Dreinse kaant van de greinse te staan en hoort het wapen van Frylân aan de Friese kant van de greinse te staan. Dat is bij dit keurig onderhouden greinspoaltie LXV (greinspoaltie 65) wel in orde.
De redactie is vastbesloten van elk nog aanwezig provinciaal greinspoaltie op de greinse van de gemiente Deever in Drente en de gemiente Ooststellinwaarf in Fryslân een flink aantal zelf gemaakte foto’s in ut Deevers Archief op te nemen. En zo mogelijk ook mooie foto’s van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief. Ech wè.

Posted in Aarfgood, de Olde Willem, Greinse, Greinspoal, Woater’n | Leave a comment

Ut bolder’n was, is en blef Deevers aarfgood

De redactie van ut Deevers Archief heeft de hier afgebeelde zeven kleurenfoto’s gemaakt in de middag van woensdag 6 november 2019 tijdens ut bolder’n. De kleurenfoto’s zijn gemaakt op de Bolderbrink an de Dwarsdrift in Deever.
Na het overlijden van de gebroeders Gerrits (de Garries jongen) en Teunis Roozeboom was de vaste groep bolderaars hard aan uitbreiding en ‘verjonging’ toe. Gelukkig zijn enige echte ‘jonge’ Deeverse jongen met het spel mee gaan doen, zodat nu met gepaste trots kan worden gemeld dat in november 2019 de ‘jongste’ bolderaar achtenzestig jaar was. Maar de groep bolderaars kan nog wel met enige spelers worden uitgebreid, want er was een tijd dat ze met elf man speelden. Een nieuwe speler hoeft niet per sé een echte Deeverse te zijn. Want de speler met het donkerblauwe vest is een echte Dwingeler. Een nieuwe speler hoeft niet per sé direct bee ut bolder’n ut Deevers te proat’n, mor möt ut Deevers wè good vurstoan, 
De redactie van ut Deevers Archief signaleerde enige nieuwe ontwikkelingen in ut bolder’n.
Onder het blok met daarop de eurocenten ligt nu een zwarte rubberen mat. Door deze mat is het zicht op de eurocenten, die na het omgooien van het blok op de rubberen mat zijn gevallen, verbeterd. De gevallen eurocenten zijn gemakkelijker van de mat te rapen dan in het zand. Het zand moet zo nu en dan wel van de rubberen mat worden geveegd. Daarvoor dient de meegebachte bessem.
De eigenaar van het aangrenzende tippie gruunlaand heeft zijn tippie met gaas afgerasterd en heeft bij un vreenpoal un stiggeltie gemaakt. Als een bolderstien in het vuur van de strijd toch onverhoopt aan de andere kant van de afrastering terecht komt, dan hoeft het gaas niet verropt te worden, dan kan de bolderaar voor het passeren van de afrastering gebruik maken van ut stiggeltie. Ut stiggeltie kan ook gewoon worden gebruikt als rustplaats voor de minder jonge bolderaar.
De redactie van ut Deevers Archief verwijst voor de volledigheid naar de berichten die zichtbaar worden na het aanklikken van de categorie Bolderen in het rechter deel van het scherm of onder aan het bericht.

 

Posted in Aarfgood, Alle Deeversen, Bolder’n, Traditie | Leave a comment

Greinspoaltie 67 steet now op un aandere stee

De redactie van ut Deevers Archief heeft de vijf kleurenfoto’s van greinspoaltie LXVII (greinspoaltie 67) gemaakt in de middag van donderdag 22 november 2019.
Greinspoaltie LXVII (greinspoaltie 67) staat niet meer op zijn oorspronkelijke plaats, maar staat nu 142 meter in de richting van de oorspronkelijke plek van greinspoaltie LXIIX (greinspoaltie 68), op het kruispunt van een zandweg en een zandweg met een fietspad, dat onderdeel is van een fietsroute.
Op een greinspoaltie hoort het wapen van de Drente an de Dreinse kaante van de greinse te staan en hoort het wapen van Fryslân aan de Friese kant van de greinse te staan. Dat was bij dit keurig onderhouden greinspoaltie wel in orde.
De redactie is vastbesloten van elk nog aanwezig provinciaal greinspoaltie op de greinse van de gemiente Deever in Drente en de gemiente Ooststellinwaarf in Fryslân een flink aantal zelf gemaakte foto’s in ut Deevers Archief op te nemen. En zo mogelijk ook mooie foto’s van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief. Ech wè.

Posted in Aarfgood, Greinse, Greinspoal, Woater’n | Leave a comment

Allerheiligen en Allerzielen in de Sint Pancratiuskerk

De redactie van het Deevers Archief vindt bij het digitaliseren van zijn papieren archief, bestaande uit vooral veel dozen en veel mappen en veel ordners met veel foto’s, kranten- en tijdschriftenknipsels, reclamemateriaal, folders uut de gemiente Deever, en zo voort, en zo voort, en zo voort, zo nu en dan een door hem belangwekkend geacht documentje. In dit geval betreft het de ‘liturgie van de zondag Allerheiligen/Allerzielen’ op 7 november 2010 van de Nederlands Hervormde Gemeente Diever. Zie de bijgevoegde afbeelding van het voorblad van dit documentje. 

Allerzielen (het feest van alle zielen) is de dag waarop in de rooms-katholieke kerk alle gelovige zielen van gestorvenen worden herdacht. Allerzielen wordt sinds de twaalfde eeuw op 2 november gevierd, op de dag na Allerheiligen. In de nederlands-hervormde kerk worden Allerzielen en Allerheiligen niet gevierd. Allerzielen wordt niet gevierd, omdat de nederlands-hervormde kerk de leer van het vagevuur ontkent. Allerheiligen wordt niet gevierd, omdat de nederlands-hervormde kerk heiligenverering afwijst.
Het is dus op zijn minst merkwaardig, om niet te zeggen hoogst merkwaardig, te noemen dat de hiervoor genoemde liturigische herdenking -zonder bemiddeling tussen levenden en doden- op zondag 7 november 2010, op de laatste zondag van het kerkelijke jaar, voor allen die gedurende dat kerkelijke jaar zijn gestorven, te bestempelen als een viering van Allerzielen/Allerheiligen. En dat nota bene in een kerkgebouw die door nephistorielogen, cultuurbarbaren en religieuze nitwits hardnekkig de katholieke Sint Pancratius kerk wordt genoemd. En dat nota bene met muzikale begeleiding van een zangclupje met de katholieke naam Sint Pancratius Cantorij.
De tekening op het voorblad van de ‘liturgie voor de viering van de zondag Allerheiligen/Allerzielen’ is zonder enige twijfel nagetekend van een zwart-wit ansichtkaart van het nederlands-hervormde kerkgebouw an de brink van Deever, die in juni 1959 is uitgegeven door kantoorboekhandel Roelof (Roef) van Goor an de Kruusstroate in Deever. Zie de bijgevoegde afbeelding.
Een uitgave van de zwart-wit ansichtkaart is in juni 1959 verkocht door Van Goor’s Kantoorboekhandel, Diever.
Een heruitgave van de zwart-wit ansichtkaart is in februari 1961 verkocht door Van Goor’s Kantoorboekhandel, Diever.
Een heruitgave van de zwart-wit ansichtkaart is in november 1965 verkocht door Van Goor’s Kantoorboekhandel, Diever.
Een heruitgave van de zwart-wit ansichtkaart is in oktober 1967 verkocht door Van Goor’s Kantoorboekhandel, Diever.
Een heruitgave van de zwart-wit ansichtkaart is in november 1968 verkocht door Van Goor’s Kantoorboekhandel, Diever.
De redactie heeft het vermoeden dat Roelof (Roef) van Goor in de periode 1959-1968 meer uitgaven van de hier afgebeelde zwart-wit ansichtkaart heeft verkocht. Wie kan de redactie daarover gegevens verschaffen ?
Oense Abe Brouwer begon op maandag 4 maart 1957 op 56-jarige leeftijd, toen het wat slechter ging met zijn schrijverscarrière, as stroatemaeker van de gemiente Deever. Op de afbeelding van de zwart-wit ansichtkaart is aan de onderkant van de afbeelding straatwerk in uitvoering te zien. Beter gezegd: aan de onderkant van de afbeelding is veldkeitjeswerk in uitvoering te zien, want het betreft de door Oense Abe met veel geduld gemaakte veldkeitjesstrook met onder meer religieuze figuren om de kaarketuun van het kerkgebouw an de brink van Deever. Zijn de veldkeitjes onder meer afkomstig uit de vernielde Peperstroate ? De redactie heeft de veldkeitjesstrook met de figuren van Oense Abe op zijn lijst van Deevers aardgood geplaatst.

Posted in Aarfgood, Abe Brouwer, Ansichtkoate, Kaarke an de brink | Leave a comment

Plechtige afkondiging grondwetswijziging in 1953

De redactie kreeg in de jaren 2000-2008 bij zijn bezoeken aan wijlen Anne Mulder – een Deeverse uut de Aachterstroate – die eerst an de Kloosterstroate in Deever, daarna in Gasselte, later in Assen woonde en overleden is in Voorburg bij zijn dochter – steeds van hem verhalen, schrijfsels, artikelen, krantenknipsels, documenten en foto’s over Deever ter hand gesteld met de bedoeling deze voor hem al dan niet in geredigeerde vorm te publiceren en zo mogelijk van zijn foto’s te voorzien.
Het is de redactie bij het leven van Anne Mulder helaas niet gelukt al zijn Deeverse documenten en foto’s in het papieren blad Opraekelen van de heemkundige vereniging uut Deever te publiceren, dan maar posthuum – en met alle respect – en beetje bij beetje opnemen in de webstee van ut Deevers Archief.
Tussen zijn foto’s zat ook een zwart-wit foto van de plechtige afkondiging van een wijziging van de grondwet in de deur van het oude gemeentehuis an de brink van Deever. Zie de bijgaande afbeelding.

Vanaf 1948 mocht een grondwetswijziging ook in het gemeentehuis worden voorgelezen, mits de voorleesruimte vrij toegankelijk was voor het publiek.
De redactie meende eerst dat de foto gemaakt moest zijn tijdens het voorlezen van de wijziging van de grondwet in 1956, denkende dat het oude gemeentehuis pas in 1956 is gesloopt. Dat bleek een vergissing van een jaar te zijn, die achteraf te voorkomen was geweest.
Jannes Smit, oud-inwoner van Dieverbrug en oud-burgemeester van de gemeente Oudewater en de gemeente Losser, wees de redactie op het feit dat de verhuizing uit het oude gemeentehuis aan de brink van Deever naar het noodgebouw op het Bultie plaats vond in het najaar van 1955, waarna de sloop van het oude gemeentehuis direct daarna een aanvang nam. Jannes Smit is zijn ambtelijke loopbaan in het noodgemeentehuis op het Bultie op 21 augustus 1956 begonnen. Hij was daar een collega van Anne Mulder.
De redactie heeft zich op het internet suf gezocht naar andere foto’s van deze plechtigheid, die gemaakt zijn in of voor het huis van andere gemeenten, maar heeft geen foto’s kunnen vinden. De redactie trekt voorzichtig en voorlopig de conclusie dat de hier getoonde kostelijke foto uit de verzameling van Anne Mulder historische waarde heeft. De foto is een topstuk. De foto behoort tot ut fotografiese aarfgood van Deever.
De zwart-wit foto van Anne Mulder is gemaakt op 22 juni 1953. Het voorlezen van de wijziging van de grondwet begon in de ochtend om half elf. Het geeft altijd weer voldoening als de datering van een historisch waardevolle foto helemaal klopt.
De wijziging van de grondwet werd voorgelezen door Anne Mulder. Let wel ! Nota bene ! Te doen gebruikelijk bij een dergelijke zeldzame plechtigheid is dat de wijziging van de grondwet wordt voorgelezen door De Hoge Heer Burgemeester of De Minder Hoge Heer Secretaris van de betreffende gemeente. Mor neet in de gemiente Deever.
De Hoge Heer Burgemeester Jan Cornelis Meiboom (die in de volksmond altijd ome Kees werd genoemd) schitterde door afwezigheid. Hij had op zijn minst uit respect voor volk en vaderland in zijn zwarte pandjesjas en met zijn ambtsketting om rechts naast Anne Mulder moeten staan. Was hij in gemeentelijke werktijd voor het Openluchttheater op pad ? Had hij het te druk met het lobbywerk voor het nieuwe gemeentehuis op de plek van het oude gemeentehuis, in het bijzonder met de inrichting van zijn aanstaande nieuwe werkkamer ? Of is hij de maker van deze foto ?
En De Minder Hoge Heer Secretaris Jan Boesjes voelde zich blijkbaar ook niet geroepen die stroperige wetsteksten plechtig voor te lezen. Hij kijkt een beetje grammietug en verveeld in de lens van de camera. Hij heeft zijn armen over elkaar geslagen, lichaamstaal, een teken dat hij de plechtigheid al lang dik zat is.
De redactie van ut Deevers Archief herkende helaas niet alle personen op de foto.
De man op de voorgrond is gemeentesecretaris Jan Boesjes.
De redactie weet niet wie de man met de pijp is. Een gemeenteambtenaar ?
Achter de man die interessant aan het doen is met zijn pijp is nog net een deel van het gezicht van iemand te zien; de redactie weet niet wie die persoon is.
Rechts naast de vrouw staat commies Otte Franke van Elselo (hij is geboren op 3 april 1908 in Hindeloopen, hij is overleden op 11 september 1987 in Bergum).
De vrouw op de foto is Hennie Hulshof, die op de secretarie van het gemeentehuis werkte en die later trouwde met bakker en kruidenier Klaas Echten uit Wittelte.
De redactie weet niet wie die grote padvinder in de korte broek is.
De redactie weet niet wie de man aan de linkerkant van de foto is. Is het een wethouder ?
Te doen gebruikelijk bij een dergelijke zeldzame plechtigheid is dat de wethouders van de gemeente ook aanwezig zijn.
Wie kan de redactie voorzien van gegevens van de personen op de hier afgebeelde foto ?
Het is natuurlijk belangwekkend te weten of en hoeveel Deevers publiek stond mee te luisteren op de brink. Dat is op de foto niet te zien. In 1953 werd de grondwet beperkt herzien ten aanzien van de buitenlandse betrekkingen van het Rijk.

Posted in Aarfgood, Alle Deeversen, Gemiente Deever, Topstuk | Leave a comment

Carbid schieten is nu een nationaal erfgoed

Op 30 juni 2014 verscheen in de Meppeler Courant het navolgende korte bericht over het kebid scheet’n (carbid schieten), dat op de lijst van zo genoemd immaterieel erfgoed is komen te staan.

Wapse – Carbid schieten krijgt een plaats op de nationale erfgoedlijst. De traditie waarbij een melkbus wordt gevuld met carbid die dan met veel kabaal moet ontploffen, komt als vijftigste op die lijst. Dat heeft Ineke Strouken, directeur van het Nederlands Centrum voor Volkscultuur en Immaterieel Erfgoed (VIE) bekend gemaakt. De zo genoemde Nationale Inventaris van Immaterieel Erfgoed in Nederland moet gemaakt worden, omdat Nederland de conventie van de VN-organisatie heeft ondertekend.

Aantekeningen van de redactie van het Deevers Archief
Dit bericht is zeker de moeite waard in het Deevers Archief te worden opgenomen. Eindelijk is daar die nationale erkenning voor een breed over het Nederlandse platteland verspreide oudejaarsgebruik. Zie de webstee www.immaterieelerfgoed.nl.

Hebben de kebied scheeters in Deever en Wapse daar zo lang op zitten wachten ? Dat zal toch niet zo zijn ? Het nalaten van deze lawaaiige traditie aan komende generaties zal zonder die vijftigste plaats (en laatste ?) op die erfgoedlijst zeker ook wel lukken. Of zitten er voordelen aan om op zo’n lijst te staan ? Bijvoorbeeld stelt het Nederlands Centrum voor Volkscultuur en Immaterieel Erfgoed uit een erfgoedfonds zo nu en dan geld beschikbaar voor het aanschaffen van nieuwe melkbussen (worden die nog wel gemaakt) ?

En waarom is de op sterven na dood zijnde prachtige traditie van bolderen niet, nog niet of nog steeds niet in die Nationale Inventaris Immateriaal Cultureel Erfgoed Koninkrijk Nederland opgenomen ? En waarom staat het ‘poasvuur sleep’m’ niet op die lijst ?.

De vraag wanneer het kebied scheet’n binnen de gemiente Deever is begonnen lijkt niet zo moeilijk te beantwoorden.
De vraag is meer wanneer Grote Frièrik Ofrein an ’t Kleine Brinkie, de Kloeze in de Heufdstroate, de Kloeze in Wittelte en Santing in Wapse daadwerkelijk zijn begonnen met autogeen lassen, want bij deze lasmethode wordt kebied gebruikt.
Het autogeen lassen dateert van na 1880. Voorstelbaar is dat deze lasmethode ongeveer 110 jaar geleden voor het eerst binnen de gemiente Deever werd toegepast. Omstreeks die tijd of later zal in de gemiente Deever met kebied scheet’n zijn begonnen. Dus deze traditie zal ongeveer een eeuw oud zijn. Voorstelbaar is ook dat het kebied scheet’n uit andere streken is overgenomen en niet in de gemiente Deever is uitgevonden..

In de naoorlogse periode van weinig geld en weinig vuurwerk kocht de jeugd tegen het oude jaar voor een paar kwartjes een klompe kebied bij de smid. Voor het gewone lichtere gebolder (geknal) maakten de jongens gebruik van goed afsluitbare blikken (bijvoorbeeld verfblikken), hoe beter het blik afsloot hoe harder de knal, maar een Buisman-blikje deed het ook wel een tijdje. Met een hamer en een spijker een gaatje in het midden van de onderkant van het blik slaan, een klontje kebied in het blikje, flink wat speeje (spuug) erbij, lid (deksel) op het blikje drukken, even schudden voor een goede gasontwikkeling, blikje onder de klomp, vuurtje bij het gaatje houden en boem. En dan doorgaan met het gebolder, totdat het blikje het begaf. Je was een soort van held voor tien minuten als je de grotere blikken vanuit de hand durfde te laten knallen.

Maar als de culturele verscheidenheid in Nederland mag worden vergeleken met de zeer rijke culturele verscheidenheid in een land, zoals Perú, dan is het in Nederland maar armoedig gesteld met het nog overgebleven immateriële culturele erfgoed.

Posted in Aarfgood, Kebied skeet’n, Poasvuur sleep'm | Leave a comment

Witteler fumilienaème Bee de Baarg bestiet neet mièr

Jan bij de Berg (geboren op 19 juli 1860 te Wittelte, overleden op 3 april 1916 te Wittelte) en Lammigje Offerein (geboren op 18 mei 1860 te Wittelte, overleden op 9 juni 1932 te Wittelte) trouwden op 27 april 1888. Het echtpaar kreeg drie kinderen, te weten Jantje (Jantie), Roelof (Roef) en Jantiena.
De ongetrouwde Jantje (Jantie) bij de Berg overleed op 5 juni 1965. Met het overlijden van de ongetrouwde Roelof (Roef) bij de Berg op 16 juli 1968 is de familienaam bij de Berg uitgestorven.
Roef en Jantie bee de Baarg woonden aan de Wapserveenseweg -komende vanaf de Wittelterweg- in de eerste boerderij aan de linkerkant.
Uit overlijdensakte nummer 15 van 2 november 1827 blijkt dat de op 1 november 1827 in Wittelte overleden landbouwer Jan Jakobs bij de Berg is geboren op 30 september 1754 in Wittelte. Hij was een zoon van Jakob Remmelts en Geertje Jans.
Het vermoeden bestaat dat de familienaam bij de Berg (bee de Baarg) in de Napoleontische tijd is ontstaan, toen de Franse bezetter bij het invoeren van de burgelijke stand de mensen dwong een achternaam aan te nemen. Deze Wittelter familie moet zich verbonden hebben gevoeld met de Wittelter Berg (de Baarg), woonde toen misschien wel dichter bij de Berg (de Baarg) dan Roef en Jantie. Op de vraag van de ambtenaar ‘wat is uw achternaam’ gaf Jan Jacobs wellicht als antwoord ’k hep gien aachternaème’. Op de vraag van de ambtenaar ‘waar woont u’ gaf Jan Jacobs mogelijk als antwoord ‘bee de baarg’. De reactie van de ambtenaar zal wellicht geweest zijn ‘dan schrijf ik bij uw achternaam ‘bij de Berg’.’
De redactie heeft het graf van de familie Bij de Berg op de lijst van Deevers funerair aarfgood gezet.

Familie Bij de Berg – Geboorteakten

Diever, geboorteakte, 7 april 1851, aktenummer 14
Kind: Lammigje bij de Berg, geboren te Wittelte (Deever) op 05-04-1851, dochter van Roelof Jans bij de Berg, beroep: landbouwer; oud: 32 jaren, en Jantje Willems Jonkers, beroep: zonder; oud: 33 jaren.

Diever, geboorteakte, 10 april 1856, aktenummer 8
Kind: Lammigje bij de Berg, geboren te Wittelte (Deever) op 09-04-1856, dochter van Roelof Jans bij de Berg, beroep: landbouwer; oud: 37 jaren, en Jantje Willem Jonkers, beroep: zonder; oud: 37 jaren.

Diever, geboorteakte, 17 oktober 1857, aktenummer 27
Kind: Janna bij de Berg, geboren te Wittelte (Deever) op 16-10-1857, dochter van Roelof Jans bij de Berg, beroep: landbouwer; oud: 39 jaren, en Jantje Willems Jonkers, beroep: zonder; oud: 39 jaren.

Diever, geboorteakte, 20 juli 1860, aktenummer 22
Kind: Jan bij de Berg, geboren te Wittelte (Deever) op 19-07-1860, zoon van Roelof Jans bij de Berg, beroep: landbouwer; oud: 41 jaren, en Jantje Willems Jonkers, beroep: zonder; oud: 41 jaren.

Diever, geboorteakte, 25 maart 1889, aktenummer 13
Kind: Jantje bij de Berg, geboren te Wittelte (Deever) op 24-03-1889, dochter van Jan bij de Berg, beroep: landbouwer; oud: 28 jaren, en Lammigje Offerein, beroep: zonder.

Diever, geboorteakte, 24 januari 1891, aktenummer 7
Kind: Roelof bij de Berg, geboren te Wittelte (Deever) op 23-01-1891, zoon van Jan bij de Berg, beroep: landbouwer; oud: 30 jaren, en Lammigje Offerein, beroep: zonder.

Diever, geboorteakte, 1 februari 1893, aktenummer 8
Kind: Jantiena bij de Berg, geboren te Wittelte (Deever) op 30-01-1893, dochter van Jan bij de Berg, beroep: landbouwer; oud: 32 jaren, en Lammigje Offerein, beroep: zonder.

Familie Bij de Berg, huwelijksakten

Deever, huwelijksakte, 26 april 1828, aktenummer 4
Bruidegom: Roelof Veldkamp, oud: 36 jaren; beroep: landbouwer, zoon van Heime Veldkamp en Jantje Jans, beroep: landbouwersche. Bruid: Geesje bij de Berg, oud: 34 jaren; beroep: zonder, dochter van Jan Jacobs bij de Berg en Lammigje Jans, beroep: landbouwersche. NB. vader bruidegom overleden; vader bruid overleden.

Deever, huwelijksakte, 24 december 1841, aktenummer 10
Bruidegom: Roelof Jannes Hessels, geboren te Diever; oud: 36 jaren; beroep: landbouwer; weduwnaar van Hendrikje Elting, zoon van Jannes Hessel en Janna Berents, beroep: landbouwersche. Bruid: Janna Jans bij de Berg, geboren te Deever; oud: 33 jaren; beroep: zonder, dochter van Jan Jacobs en Lammigje Jans, beroep: landbouwersche. NB. vader bruidegom overleden; vader bruid overleden.

Deever, huwelijksakte, 7 mei 1850, aktenummer 9
Bruidegom: Roelof Jans bij de Berg, geboren te Deever; oud: 31 jaren; beroep: landbouwer, zoon van Jan Jacobs bij de Berg en Lammigje Jans, beroep: landbouwersche. Bruid: Jantje Willems Jonkers, geboren te Dwingelo; oud: 32 jaren; beroep: naaister, dochter van Willem Fredriks Jonkers, beroep: landbouwer, en Janna Schippers, beroep: zonder. NB. vader bruidegom overleden.

Deever, huwelijksakte, 28 april 1877, aktenummer 7|
Bruidegom: Hendrik Hessels, geboren te Deever; oud: 34 jaren; beroep: landbouwer, zoon van Roelof Hendriks Hessels en Hilligje Willems Mulder. Bruid: Lammigje bij de Berg, geboren te Deever; oud: 21 jaren; beroep: zonder, dochter van Roelof Jans bij de Berg, beroep: landbouwer, en Jantje Willem Jonkers, beroep: zonder. NB. vader bruidegom overleden; moeder bruidegom overleden.

Deever, huwelijksakte, 14 mei 1885, aktenummer 6
Bruidegom: Hendrik Boerhof, geboren te Smilde; oud: 28 jaren; beroep: landbouwer, zoon van Harm Boerhof en Grietje Hendriks Eis. Bruid: Janna bij de Berg, geboren te Deever; oud: 27 jaren; beroep: zonder, dochter van Roelof Jans bij de Berg, beroep: landbouwer, en Jantje Willems Jonkers, beroep: zonder. NB. vader bruidegom overleden; moeder bruidegom overleden.

Deever, huwelijksakte, 27 april 1888, aktenummer 7
Bruidegom: Jan bij de Berg, geboren te Deever; oud: 27 jaren; beroep: landbouwer, zoon van Roelof Jans bij de Berg, beroep: landbouwer, en Jantje Willems Jonkers, beroep: zonder. Bruid: Lammigje Offerein, geboren te Deever; oud: 27 jaren; beroep: zonder, dochter van Fredrik Kornelis Offerein en Jantje Koops Eleveld. NB. vader bruid overleden; moeder bruid overleden.

Familie Bij de Berg, overlijdensakten

Deever, overlijdensakte, 2 november 1827, aktenummer 15
Overledene: Jan Jakobs by de Berg, geboren te Deever op 30-09-1754; beroep: landbouwer; overleden te Wittelte (Diever) op 01-11-1827; oud: 73 jaren, zoon van Jakob Remmelts en Geertje Jans. Gehuwd geweest met NN NN, in leven.

Deever, overlijdensakte, 24 september 1831, aktenummer 18
Overledene: Geesje Jans bij de Berg, geboren te Deever op 24-06-1803; overleden te Deever op 22-09-1831; oud: 28 jaren, dochter van Jan Jacobs bij de Berg en Lammigje Jans Bult. Gehuwd geweest met Roelof Heimen Veldkamp, in leven.

Deever, overlijdensakte, 16 oktober 1854, aktenummer 25
Overledene: Lammigje Roelofs by de Berg, geboren te Deever op 05-04-1851; beroep: zonder; overleden te Wittelte (Deever) op 15-10-1854; oud: 3 jaren, dochter van Roelof Jans by de Berg en Jantje Willems Jonkers.

Deever, overlijdensakte, 7 augustus 1857, aktenummer 14
Overledene: Grietje Jans bij de Berg, geboren te Deever op 15-07-1798; beroep: zonder; overleden te Deever op 06-08-1857; oud: 59 jaren, dochter van Jan Jacobs bij de Berg en Lammigje Jans Bult. Gehuwd geweest met Harm Bartelds Bos, in leven.

Deever, overlijdensakte, 8 april 1880, aktenummer 13
Overledene: Janna bij de Berg, geboren te Deever op 07-05-1808; beroep: landbouwersche; overleden te Oldendiever (Deever) op 07-04-1880; oud: 71 jaren, dochter van Jan Jacobs bij de Berg en Lammigje Jans. Gehuwd geweest met Roelof Jans Hessels, overleden.

Deever, overlijdensakte, 7 november 1888, aktenummer 39
Overledene: Roelof Jans bij de Berg, geboren te Deever op 03-10-1818; beroep: landbouwer; overleden te Wittelte (Deever) op 06-11-1888, zoon van Jan Jacobs bij de Berg en Lammigje Jans. Gehuwd geweest met Jantje Willems Jonkers, in leven.

Deever, overlijdensakte, 23 december 1903, aktenummer 47
Overledene: Jantiena bij de Berg, geboren te Deever op 30-01-1893; overleden te Wittele (Deever) op 22-12-1903; oud: 10 jaren, dochter van Jan bij de Berg, beroep: landbouwer, en Lammigje Offerein.

Deever, overlijdensakte, 4 april 1916, aktenummer 13
Overledene: Jan bij de Berg, geboren te Deever; beroep: landbouwer; overleden te Wittelte (Deever) op 03-04-1916; oud: 55 jaren, zoon van Roelof Jans bij de Berg en Jantje Willems Jonkers. Gehuwd geweest met Lammigje Offerein, in leven.

Deever, overlijdensakte, 18 april 1918, aktenummer 7
Overledene: Lammigje bij de Berg, geboren te Deever; beroep: zonder; overleden te Deever op 17-04-1918; oud: 62 jaren, dochter van Roelof Jans bij de Berg en Jantje Willem Jonkers. Gehuwd geweest met Hendrik Roelofs Hessels, overleden.

Deever, overlijdensakte, 2 februari 1925, aktenummer 3
Overledene: Janna bij de Berg, geboren te Diever; beroep: zonder; overleden te Deever op 01-02-1925; oud: 67 jaren, dochter van Roelof Jans bij de Berg en Jantje Willems Jonkers. Gehuwd geweest met Hendrik Boerhof, in leven.

Posted in Aarfgood, Alle Deeversen, de Witteler Baarg, Wittelte | Leave a comment

Greinspoaltie 47 steet bee un olde kerreven

Langs de greinse tussen Fryslân en Drente ligt het overblijfsel van een zo genoemde landweer. Deze landweer stamt waarschijnlijk uit de late middeleeuwen en heeft globaal op de grens van de provincie Drente en de provincie Fryslân gelegen. Een landweer is een opgeworpen aarden verdedigingswal. Deze wal moest mensen en dieren, die vanuit Drente naar Fryslân wilden, tegenhouden. Tussen de weg van Zorgvlied naar Elsloo en de Appelschaseweg is het overblijfsel van een deel van de landweer nog in goede staat.
De redactie van ut Deevers Archief heeft de hier afgebeelde vier kleurenfoto’s gemaakt op woensdag 11 december 2019.
Ter hoogte van recreatiepark Groot Bartje op Zorgvlied staat op het overblijfsel van de landweer het greinspoaltie XLVII (greinspoaltie 47). Het wapen van Fryslân op het greinspoaltie is keurig aan de Friese kant van het paaltje te zien. Het wapen van Drente op het greinspoaltie is keurig aan de Drentse kant van het paaltje te zien.
Op het overblijfsel van de landweer in de buurt van het greinspoaltie XLVII (greinspoalyie 47) staat zo te zien al jaren een met algen bedekte caravan weg te rotten en wat is de bedoeling van die tractorband ? Heeft de eigenaar van de aangrenzende recreatiewoning dan totaal geen respect voor de historische waarde van het overblijfsel van de landweer ?
Is de eigenaar van het aangrenzende perceel, waarop de zichtbare – niet voor permanente bewoning bedoelde – recreatiebungalow staat, ook de eigenaar van het aangrenzende deel van de landweer ? Toch zeker niet ? Het deel van het overblijfsel van de landweer ter plekke zal van de provincie Drente of van de provincie Fryslân of van beide provincies zijn. Wellicht is de eigenaar van de niet-verplaatsbare recreatiewoning en de recreatiegrond op enigerlei wijze te vermurwen zijn gammele met algen bedekte wegrottende verplaatsbare recreatiewoning naar zijn eigen recreatiegrond te slepen ? Of moet het bevoegd gezag gaan handhaven ?
De redactie verwijst voor de volledigheid ook naar het bericht Greinspoaltie 47 niet op dezelfde plaats herplaatst.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief van 19 april 2023
De heer Hans Salverda heeft op 19 april 2023 met zijn slimme telefoon de coördinaten van grenspaal 47 opgemeten:
52°55’34.7″ Noorderbreedte en 6°15’11.9″ Oosterlengte.

Posted in Aarfgood, Greinse, Greinspoal, Zorgvliet | Leave a comment

Greinspoaltie 72 is now ee’m vot

De redactie van ut Deevers Archief heeft bijgaande kleurenfoto gemaakt op donderdag 22 november 2019. Op de kleurenfoto ligt het zichtbare deel van de Olde Willemsweg in de provincie Fryslân.
Greinspoaltie LXXII (greinspoaltie 72) op de greinse van de gemiente Deever in Drente en de gemiente Oooststellingwaarf in Fryslân stön in de baarm van de Olde Willemsweg an de kaante van de Tilgröppe, mor is now ee’m vot. Het paaltje is op de afgebeelde kleurenfoto niet meer aan de rechterkant te zien.
De redactie heeft in de middag van 22 november 2019 aan beide kanten van de weg over een langer stuk in de bermen, in de bermsloten en in de weilanden lang en nauwkeurig gezocht, maar heeft greinspoaltie LXXII (greinspoaltie 72) helaas niet gevonden.
De afgelopen maanden (najaar 2019) is gewerkt aan de verharding en de bermen van de Olde Willemsweg. Wellicht is greinspoaltie LXXII (greinspoaltie 72) daarvoor tijdelijk even verwijderd en aan de kant gelegd. Daardoor was greinspoaltie LXXII (greinspoaltie 72) helaas gemakkelijk en snel oplaadbaar en vervoerbaar geworden.
Wellicht heeft een fanatieke verzamelaar ut swoare greinspoaltie alleen of met de hulp van een tweede persoon op een aanhangwagentje achter een auto geladen en meegenomen.
Bij de strikt noodzakelijke herplaatsing van greinspoaltie LXXII (greinspoaltie 72) zal zorgvuldig aandacht moeten worden besteed aan een stevige verankering van de paal in de bodem.

Posted in Aarfgood, de Olde Willem, Greinse, Greinspoal | Leave a comment

Weinigen hebben Geert Dekker uitgeleid

De kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever is de laatste rustplaats van de Deeverse dorpsfiguur Geert Dekker. Hee was keuterboertie, mor ok liekwaeg’nmenner, koster, orgelpomper en klokkelüder. Dorpsfiguur Geert Dekker is geboren op 26 februari 1876 in Dwingel. Hij is een zoon van arbeider Jan Dekker en Marchje Wijkstra. Na een kort ziekbed overleed dorpsfiguur Geert Dekker op 5 maart 1963 op 87-jarige leeftijd in het ziekenhuis in Meppel. Dorpsfiguur Geert Dekker is niet getrouwd geweest.

Zijn stoffelijke resten en zijn zerk zijn anno 2019 gelukkig nog wel aanwezig op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever. Zie de bijgevoegde kleurenfoto, die de redactie van ut Deevers Archief op woensdag 12 december 2019 van zijn zerk heeft gemaakt. De redactie heeft dit graf op zijn lijst van Deevers aarfgood gezet. De zerk van dorpsfiguur Geert Dekker moet toekomstbestendig, klimaatbestendig, grafsteenblunderbestendig, sloopbestendig en duurzaam bewaard blijven voor de komende generaties.

De zerk van Geert Dekker behoeft wel enig onderhoud, bijvoorbeeld flink schrobben met heet sodawater. De zerkenecoloog van de gemeente Westenveld zou echter na diepgaande bestudering van de begroeiing van de zerk van Geert Dekker tot de conclusie kunnen komen dat bijvoorbeeld een witte ronde vlek op de zerk het beschermde, uiterst zeldzame en met uitsterven bedreigde Deeverse zerkenkorstmosje is en vervolgens het schoonmaken door middel van bijvoorbeeld het flink schrobben met sodawater per gemeentelijk decreet verbiedt.

Arend Mulder schreef in 1975 in zijn boekje ‘De historie en pre-historie van Diever in woord en beeld’ op bladzijde 93 over dorpsfiguur Geert Dekker: Tallozen heeft hij uitgeluid, weinigen hebben hem uitgeleid.

Weinigen hebben hem uitgeleid. De redactie zou wel graag willen weten: wie was de menner van de liekwaeg’n waarop de kist met het lichaam van liekwaeg’nmenner Geert Dekker naar de kaarkhof is gebracht ? Nog minder dan weinigen zullen na zijn dood op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever zijn geweest om zijn graf te bezoeken. Anno 2019 zal niemand, behalve misschien wellicht alleen de kaarkhofstrüners en kaarkhofkenners wijlen Jans Tabak en de redactie van ut Deevers Archief, zijn graf hebben bezocht.

De Minder Hoge Heertjes Van Het Grote Kaarkhof Uitbaten Van De Gemeente Westenveld, die zijn belast met de positieve financiële uitbating van de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever, hebben bij graven waarvoor weer de exorbitant hoge huurpenningen voor de grafgrond moeten worden afgedragen, bedacht dat bij het passeren van het uiterlijke tijdstip van afdracht van deze exorbitant hoge huurpenningen, de betreffende zerk direct, maar dan ook direct, en met geschwinde spoed en in gestrekte draf, moet worden gesloopt.

Een dergelijk overijverig, fanatiek, gründlich en pünktlich sloopgedrag kent zijn gelijke niet in de keiharde wereld van het met een positief financieel resultaat uitbaten van kerkhoven. En levert bij het minste of geringste foutje of haperingetje of kortsluitinkje in de vertaling van de resultaten van de Grote Gemeentelijke Geautomatiseerde Grafpenningen Vergaarsysteem naar een Betrouwbare Actuele Slooplijst fatale oerdomme fouten op, bijvoorbeeld in de vorm van het onlangs onterecht slopen van zerken op de kaarkhof bee Deever. En getroffen nabestaanden konden daardoor witheet, roodwoedend en gewelddadig worden.

Maar het leverde in 2019 natuurlijk voor het Van Dale Groot Woordenboek Van De Nederlandse Taal wel een van de prachtigste nieuwe woorden op: grafstenenblunder. En wie van de Minder Hoge Heertjes Van Het Grote Kaarkhof Uitbaten Van De Gemeente Westenveld was toch die grafstenenblunderaar ? De Deeverse vertaling van het woord grafstenenblunderaar zou ongeveer bij benadering zaark’nknooier zijn.

De stoffelijke resten in een graf, waarvan de zerk is gesloopt, worden vooralsnog niet geruimd. Vooralsnog niet, maar wanneer dan wel ? Rechthebbenden en nabestaanden en anderen kunnen dus voorlopig nog wel naar de plaats van het graf gaan (wel de plek goed onthouden, even een fotootje maken), mogen van de uitbater van de kaarkhof misschien nog wel een bloemetje of een plantje of een frutseldingetje op het graf zetten, maar kunnen niet meer naar de zerk van hun dierbare kijken.

Dat lijkt de stok te zijn waarmee de rechthebbenden en nabestaanden en anderen worden geslagen voor het niet meer willen, niet meer kunnen, of helaas niet op tijd afdragen van de exorbitant hoge huurpenningen voor de grafgrond aan de Minder Hoge Heertjes Van Het Grote Kaarkhof Uitbaten Van De Gemeente Westenveld. Dat lijkt het nieuwe, verhollandiseerde, zakelijke, keiharde, kille, no nonsence, lik-op-stuk beleid te zijn van de Minder Hoge Heertjes Van Het Grote Kaarkhof Uitbaten Van De Gemeente Westenveld.

Zit het slopen van een zerk bij de exorbitant hoge huurpenningen voor de grafgrond inbegrepen ?
Of wordt voor het slopen van een zerk een aparte rekening naar de ex-rechthebbenden gestuurd ?
Worden de kosten voor het herstellen van de materiële en vooral de immateriële schade na een grafsteenblunder verrekend in nieuwe exorbitanter hoge penningen voor het huren van grafgrond ?
Zijn de rechthebbenden van een te slopen zerk eigenaar van hun eigen zelf betaalde zerk of is de gemeente Westenveld plotsklaps eigenaar van die te slopen zerk geworden ?

De redactie schat in dat de exorbitant hoge huurpenningen voor de grond waarin Geert Dekker is begraven, al lang niet meer zijn afgedragen. Er zijn geen rechthebbenden. Er zijn geen nabestaanden. Er zijn geen belangstellenden. Er zijn geen bezoekers. En dan faalt het nieuwe, verhollandiseerde, zakelijke, keiharde, kille, no nonsence, lik-op-stuk beleid van de Minder Hoge Heertjes Van Het Grote Kaarkhof Uitbaten Van De Gemeente Westenveld. Want niemand kan met de uitvoering van dat beleid worden getroffen. Dus is het gevaar voor accute sloop van de zerk van Geert Dekker betrekkelijk klein te noemen.

Posted in Aarfgood, Dorpsfiguur, Geert Dekker, Kaarkhof Grönnegerweg | Leave a comment

Broembroem en vroemvroem in de stilte

De redactie van ut Deevers Archief wil de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief uiteraard alle mooie en lelijke hoeken en mooie en lelijke uithoeken en mooie en lelijke gaten van de gemiente Deever laten zien en daar hoort zeer zeker de greinse van de gemiente Deever bij.
De redactie heeft de drie hier getoonde kleurenfoto’s van ut Ekingerpattie in de Ekingerbrook tuss’n ut greinspoaltie LXIII (greinspoaltie 63) en ut greinspoaltie LXV (greinspoaltie 65) op de greinse van de gemiente Deever en de puvincie Fryslân in de noamedag van donderdag 22 november 2019 emeuk’n. Greinspoaltie LXIV (greinspoaltie 64) stön ok langus ut pattie, mor is vot, is verdween’n, wie hef dat poaltie mit eneu’m ?
De looprichting van de redactie was van greinspoaltie LXV (greinspoaltie 65) hen greinspoaltie LXIII (greinspoaltie 63).
Ut Ekingerpattie ligt jammer genoeg op een soort van diekie, een soort van barrière, daarmee is de grote stille cultuurheide in wording openlandschappelijk en ecologisch gezien lelijk verminkt en in tweeën gesneden. Die verhoogde ligging is waarschijnlijk bedoeld om ut schelp’mpattie bij veel wateroverlast te behoeden voor overstromingen. Dan moet wel heel veel regen in het gebied vallen. Maar ut Ekingerpattie is daardoor wel bijzonder toekomstvast en klimaatbestendig geworden.
De redactie verbaasde zich bij het lopen over ut Ekingerpattie dat die ene overgebleven maar wel bijzonder beeldbepalende ekkelboom langus ut pattie in de natte Ekingerbrook, vlak bee de Kaele Duun’n, daar nog steeds staat en nog steeds niet door de cultuurnatuuruitvinders van de Stoat om zeep is geholpen. Daarmee is het archaïsche en utopische droombeeld van die zogenaamde grote stille kale barre verlaten Atlantische steppe vlak bij die zogenaamde grote stille kale barre verlaten Atlantische woestijn wel volledig verstoord. En daardoor is kettingzaaggevaar wel degelijk aanwezig. Deze ekkelboom moet derhalve met geschwinde spoed en in gestrekte draf op de lijst van monumentale bomen in de gemiente Deever worden geplaatst. En aan de ekkelboom moet ook een speciaal fluoriserend bordje met de volgende tekst komen te hangen: Streng verboden om te kettingzagen.
De redactie dacht bij het lopen over ut Ekingerpattie in de Ekingerbrook in een stiltegebied te lopen en alleen het suizen van de wind, het vallen van de regen, geluiden van vogels en zijn eigen voetstappen te zullen horen, maar dat bleek helaas niet het geval te zijn.
Vanaf verschillende kanten was die hele middag voortdurend het irritante zenuwslopende broembroem geronk van kettingzagen te horen, blijkbaar gaat de kaalslag in het cultuurbosgebied gewoon door.
En ook duidelijk te horen was het storende monotone vroemvroem gedruis van het drukke verkeer op de provinciale weg N381 tussen Beilen en Drachten, die langs de aandere kaante van Appelsche had moeten lopen. Dit kan alsnog gebeuren bij een mogelijke toekomstige ombouw van de N381 tot autosnelweg. Dan kan een flink deel van de bestaande N381 worden gesloopt en worden teruggegeven aan de cultuurnatuuruitvinders van de Stoat. Dan kunnen daar bijvoorbeeld zuurstoffabrieken en koolzuurslurpers in de vorm van ekkelboo’m worden geplant.

Posted in Aarfgood, Greinse, Greinspoal, Staatsbosbeheer | Leave a comment

Ut Greinsstuwmeer bee de Kaele Duun’n

De redactie van ut Deevers Archief wil de zeer gewaardeerde trouwe bezoekers van ut Deevers Archief uiteraard alle mooie hoeken en mooie gaten van de gemiente Deever laten zien en daar hoort zeer zeker de greinse van de gemiente Deever bij.
De redactie heeft de vier hier getoonde kleurenfoto’s van ut Greinsstuwmeer (vrogger de Greinspoele) (vroeger de Grenspoel) bee de Kaèle Duun’n op donderdag 22 november 2019 gemaakt. Ut Greinsstuwmeer (vrogger de Greinspoele), de naam zegt het al een beetje, ligt op de grens van de provincie Drente en de provincie Fryslân.
Het stuk van ut Greinsstuwmeer (vrogger de Greinspoele) dat op de eerste kleurenfoto is te zien, ligt in de gemiente Deever in de provincie Drente.
De stukken van ut Greinsstuwmeer (vrogger de Greinspoele) die op de tweede, de derde en de vierde kleurenfoto zijn te zien, liggen in de provincie Fryslân.
Ut greinsstuwmeer (vrogger de Greinspoele) is te vinden tussen greinspoaltie LIX (greinspoaltie 59) en greinspoaltie LX (greinspoaltie 60). De greinse löp dwas deur ut Greinsstuwmeer (vrogger de Greinspoele).
De hier afgebeelde zwart-wit ansichtkaart van de Greinspoele bee Zorgvliet met op de achtergrond de Appelsgasche Zandduinen (de Kaèle Duun’n) is in juni 1958 uitgegeven, da’s alweer meer dan zestig jaar geleden.
Ut Greinsstuwmeer was toen gelukkig nog een Greinspoelegie. Het overtollige hemelwater kon in die jaren nog ongehinderd en onbetutteld via een beekje naar lager gelegen gebieden ten zuiden van de Appelsgasche Zandduinen (de Kaèle Duun’n) naar de Vledder Aa stromen.
Op de achterkant van de zwart-wit ansichtkaart is helaas niet vermeld wie de uitgever van deze kaart was en bij wie deze kaart op Zorgvliet te koop was.

Posted in Aarfgood, Ansichtkoate, Bosgesigte, Greinse, Greinspoal, Greinspoele, Woater’n | Leave a comment

Liekwaeg’nschuutie wöd gien groevemuseumpie

In het dorp Deever is in 1913 een liekwaeg’nschuutie gebouwd op het gemeentelijke marktterrein an de Bosweg. Het huisje is in opdracht van de Vereeniging Lijkwagendienst uut Deever gebouwd. Het schuurtje was de stalling voor de liekwaeg’n.
De om werk verlegen dorpskrachten van de heemkundige vereniging uut Deever hebben het in verval geraakte liekwaeg’nschuutie in 2016 een flinke opknapbeurt gegeven.
De Deeverse padvinderij heeft in het verleden het schuurtje in gebruik gehad als een soort van clubschuurtje en heeft -volgens zeggen- ramen en raampjes in de twee zijgeveltjes aangebracht en heeft -volgens zeggen- in het voorgeveltje aan de kant van de Bosweg de oorspronkelijke dubbele deur vervangen door een enkele deur en een raampje. Dus de Deeverse padvinders hebben het huisje flink verropt.
De om werk verlegen dorpskrachten van de heemkundige vereniging uut Deever hebben vorig jaar de ramen en de raampjes in de zijgeveltjes met een soort van gelijklijkende baksteen dichtgemetseld. Deze plaatsen blijven helaas wel duidelijk zichtbaar. Het is niet anders. De dakpannen zijn van de doake gehaald en hebben een grondige wasbeurt gehad.
De om werk verlegen dorpskrachten van de heemkundige vereniging uut Deever hebben vorig jaar de enkele deur en het raampje in de voorgeveltje vervangen door een dubbele deur. Het voorbeeld voor deze dubbele deur zit in het achtergeveltje, maar is niet nagemaakt.
Het is toch wel intrigerend waarom in het voorgeveltje ook een dubbele deur zat en nu weer zit.
Opende de liekwaeg’nmenner Geert Dekker noa un groeve beide baanders en reed hij dan met paard en lijkwagen de aachterbaander in, om zo de (zware ?) liekwaeg’n alvast in de goede uitrijrichting op te stellen ? De liekwaeg’nmenner spande daarna het paard uit en sloot vervolgens beide baanders ? Dan moet het paard wel onder de niet al te hoge baanderdeuren door hebben gekund.
De redactie is wel benieuwd of het bestek en de bouwtekening van het liekwaeg’nschuutie bewaard zijn gebleven. Want de redactie wil nog wel controleren of zijn beweringen ten aanzien van de vier geveltjes van het schuurtje juist zijn.
De beroemde autodidactische groevedeskundige van de plaatselijke heemkundige vereniging wijlen Jans Tabak uut de Aachterstroate in Deever was bijzonder geïnteresseerd en onderlegd in groeverituelen en was voornemens in het schuurtje een soort van particulier groevemuseumpie in te richten. Het zal er door zijn overlijden helaas ook niet meer van komen. Van zijn kennis van groeverituelen is niets op papier vastgelegd.
Het liekwaeg’nschuutie staat ook vermeld op de lijst van zogenaamde provinciale monumenten. Maar wat is eigenlijk zo’n vermelding waard ? Wat zijn de lusten en de lasten van een vermelding op deze lijst ? Levert zo’n vermelding geld voor beheer en onderhoud op ? Of zijn de lasten groter dan de lusten ?
De redactie van het Deevers Archief heeft bijgaande kleurenfoto’s op 2 januari 2017 gemaakt.

Posted in Aarfgood, Bosweg, Deever, Jans Roelof Tabak, Lijkwagendienst, Maarktturrein, Vurening | Leave a comment

Greinspoaltie 59 steet in ut aarg hoge grondwaeter

De redactie van ut Deevers Archief wil de zeer gewaardeerde trouwe bezoekers van ut Deevers Archief uiteraard alle mooie hoeken en mooie gaten van de gemiente Deever laten zien en daar hoort zeer zeker de greinse van de gemiente Deever bij, in het bijzonder de greinse tussen de gemiente Deever in Drente en de gemiente Ooststellingwaarf in Fryslân.
De redactie heeft in een apart bericht een lijst van negenendertig greinspoalties op de grens van de gemiente Deever die tevens de grens is tussen de provincie Drente en de provincie Friesland opgenomen.
Greinspoaltie LIX (greinspoaltie 59) staat iets ten westen van ut Greinsstuwmeer (vrogger de Greinspoele). De grens loopt van greinspoaltie LIX (greinspoaltie 59) recht door ut Greinsstuwmeer (vrogger de Greinspoele) naar het verdwenen greinspoaltie LX (greinspoaltie 60) ten oosten van ut Greinsstuwmeer (vrogger de Greinspoele).
De redactie heeft de vijf hier afgebeelde kleurenfoto’s gemaakt op donderdag 22 november 2019, in een zonloze grijsbewolkte druilerige middag.
Ut greinspoaltie staat keurig onderhouden met zijn poot in het erg hoge grondwater, dat bij ut greinspoaltie aan de oppervlakte komt. Zeer opvallend is dat op een nogal erg hoogliggend deel, bijna het hoogstliggende deel van dit gebied bij de provinciegrens, meer dan tien meter boven het normaal Amsterdams peil (N.A.P.), de grondwaterstand zo hoog blijft staan. Zou de Stoat in dit gebied in alle stilte verborgen wateropstuwende maatregelen hebben genomen ? Het heeft er alle schijn van.
Op de derde en vierde kleurenfoto is te zien, nou ja niet helemaal, dat het wapen van Frylân aan de Friese kant van de greinse is te zien en dat het wapen van Drente an de Dreinse kaante van de greinse is te zien.
Op de eerste kleurenfoto is op de provinciale greinse ook un swaarfstientie te zien. De redactie vraagt zich af of dit een achtergebleven greinsstien is, dat wil zeggen een vroege voorloper van de huidige greinspoalties ? De redactie heeft elders op ut Deeverse diel van de puvinciale greinsroute gien swaarfstien’n op de greinse eseene, maar dat wil uiteraard niet zeggen dat deze niet aanwezig zijn.
De redactie wil van elk van de negenendertig greinspoalties, te weten greinspoaltie XLI (greinspoaltie 41) tot en met greinspoaltie LXXVI (greinspoaltie 76), een afbeelding in ut Deevers Archief opnemen. Dat gaat zeker wel lukken, echter de redactie heeft het vermoeden dat beheerder provincie Fryslân van die 36 oorspronkelijke greinspoalties een flink aantal heeft weggehaald. Dat wil zeggen dat de beheerder van de greinspoalties zich niet meer houden aan de oude regel dat op lange rechte stukken van de greinse bij elk greinspoaltie het voorgaande greinspoaltie en het volgende greinspoaltie moet zijn waar te nemen.
De redactie nodigt de zeer gewaardeerde trouwe bezoekers van ut Deevers Archief graag uit te reageren met foto’s van greinspoalties en een juiste beschrijving van de plaats waar een foto van een greinspoaltie is gemaakt.

Posted in Aarfgood, Greinse, Greinspoal, Greinspoele, Woater’n | Leave a comment

Uutkiekplatform stiet veul te wiet van ut stoefsaand

De redactie van ut Deevers Archief kwaamp bee sien haarfsttochte van ut iene dreegemient’npunt Deever, Vledder, Ooststellingwaarf langs de greinse van de gemiente Deever hen ut aandere dreegemient’npunt Deever, Smilde, Ooststellingwaarf ok langs greinspoalie LXIII (greinspoaltie 63), woar de greinse tuss’n de puvincie Drente en de puvincie Freeslaand un flinke knikke mak.
De redactie saag un raer holt’n lomp uutkiekplatform in de buurte van dat greinspoaltie LXIII (greinspoaltie 63). Ut uutkiekplatform steet wè an de Freese kaante van de greinse, dus gelokkug neet in de gemiente Deever. Leerlingen van ut Bezundere Jeugdwaark Aekinga uut Appelsga hept ut uutkiekplatform in 1995 ebout.
Ut lompe uutkiekplatform hef dree hiele grote platforms, die as neet neudig bint, so veule volluk löp doar nooit rond. Van al dat holt haar’n die jonges van ut jeugdwaark uut Appelsga ok un toch seker twee kièr so hoge mor dan echte uutkiektoor’n kunn’n bouw’n. Ech wè. En de lompe baarg holt steet ok op de vukeerde plekke. Neet umdat ut platform veul te dichte bee de greinse van de gemiente Deever steet, mor umdat ut platform veul te wiet van de Kaele Duun’n steet. Ut platform möt seshonded meter hen ut noorden wöd’n vuplaest, hen de Kaele Duun’n, dan hept de trouwe klaant’n van de Stoat noa de vurbouwing van ut lompe platform tot un echte hoge uutkiektoor’n, boo’m op die toor’n un meraekels mooie uutkiek over die veul en veul te groot ewöd’n Kaele Duun’n, die de Stoat söls un ‘Atlantisch woestijntje’ durft te nuu’m, mor dan wè iene die de Stoat deur un grote groffe ontbossing van De Zuurstoffabriek En Koolzuurslurper Van Friesland gau sölf ee’m emeuk’n hef.
De redactie van ut Deevers Archief hef de twee kleu’nfoto’s emeuk’n op donderdag 21 november 2019. Op de tweede kleu’nfoto is greinspoaltie LXIII (greinspoaltie 63) wè te seen, ee’m good kiek’n, ut is gien suukplaetie.

Posted in Aarfgood, Greinse, Greinspoal, Woater’n | Leave a comment