Category Archives: Peer Gynt

Theo Rutgers en Jantina Figeland speult Ibsen

In de Heerenveensche Koerier verscheen op 19 mei 1949 het volgende korte berichtje over de opvoering van het toneelstuk Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt) van de Noorse toneelstukkenschrijver Henrik Ibsen in het openluchttheater an de Heezeresch bee Deever. Zie afbeelding 2.

Peer Gynt te Diever.
In het openluchttheater te Diever zullen in de komende zomer vier opvoeringen worden gegeven van Ibsen’s toneelspel Peer Gynt. Deze opvoeringen zullen weer geheel geschieden met eigen krachten. Men meent goede vertolkers voor de rollen van Peer Gynt en Solvejg te hebben gevonden. Er heeft één vroege opvoering plaats voor scholieren en wel op 23 juni; de andere opvoeringen zullen worden gegeven op 7, 16 en 27 juli.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief

Op de hier afgebeelde zwart-wit foto zijn te zien van links naar rechts:
Dirk Theodorus (Theo) Rutgers in de rol van Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt);
Jantien (Jantina) Figeland in de rol van de Groene Vrouw;
Antje Dijkstra in de rol van Opperkobold;
Achter en rechts van Antje Dijkstra staan kobolds. De rol van kobold werd gespeeld door de jongedames:
Grietje Bakker, Trijntje Davids, Janna Houwer, Marietje Kruize, Hillie Offerein, Janna Offerein, Annie Seinen, Aaltje Smidt, Hillie Smit, Janna Smit en Annigje Vierhoven.
De redactie weet helaas niet wie van deze elf jongedames op de hier afgebeelde zwart-wit foto staat. Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief kan hier wel duidelijkheid over verschaffen ? Bijvoorbeeld kinderen van de hiervoor genoemde jongedames, die deze foto in het album van hun moeder hebben gezien ? Je weet maar nooit !

Toneelvereniging Diever voerde in 1949 met veel succes het enige niet door William Shakespeare geschreven stuk in haar geschiedenis op. Het was het buitengewoon moeilijk speelbare stuk Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt) van Henrik Ibsen.
De nog jonge zeer talentvolle dominee Dirk Theodorus (Theo) Rutgers, die toen nog in de pastorie aan de brink van Deever woonde, speelde de rol van Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt) op fenomenale wijze.
De nog zeer jonge en zeer talentvolle Jantien (Jantina) Figeland, die toen in café Brinkzicht aan de brink van Deever woonde, speelde de rol van de Groene Vrouw op fenomenale wijze.

De nog negentienjarige Antje Dijkstra speelde de rol van opperkobold. De redactie heeft in de openbare bronnen geen recensies van haar spel kunnen vinden. Zij is geboren op 4 oktober 1926. Zij trouwde met Lambertus (Bertus) Koning. Zij woont/woonde in Delden. De redacties is in de openbare bronnen nog op zoek naar meer gegevens van haar.
Janna Houwer is geboren op 9 augustus 1931 in Wapse. Ze trouwde met Albert Harreveld. Ze woont/woonde in Nieuwleusen. In juli 1947 was ze 16 jaren oud.
Janna Offerein is geboren op 15 augustus 1932 in Wapse. Zij is overleden op 12 april 2022 in Möppel. Zij was getrouwd met Jans Smidt. In juli 1947 was ze 14 jaren oud.
Aaltje Smidt is geboren op 12 augustus 1930 in Deever. Zij is overleden op 19 september 2020. Ze trouwde met Hendrik Offerein. Ze woonden in Deever. In juli 1947 was ze 16 jaren oud.
Janna Smit is geboren op 1 maart 1931 op Kalter’n. Zij trouwde met Jan Kappe. Zij woonde na haar trouwen in Oll’ndeever. In juli 1947 was ze 16 jaren oud.
De redactie is in de openbare bronnen nog op zoek naar (meer) gegevens van de dames die de rol van kobold speelden. Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief kan de redactie helpen aan gegevens ?
De redactie verwijst naar enige berichten, die hij heeft geschreven over de uitvoering van het toneelstuk Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt). De zeer gewaardeerde bezoeker van ut Deevers Archief klikke daartoe op het onderwerp Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt).

Henrik Ibsen behandelt in het toneelstuk Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt) het leven van een eenvoudige boerenzoon, die alle denkbare avonturen beleeft voor hij als oude man terugkeert in zijn geboortestreek en sterft.
Het speelt zich af in de bergen van Noorwegen, tussen dorpelingen en kobolds, in Marokko, onder de Bedoeïenen, in een gekkenhuis in Kaïro en aan boord van een schip.
Als jonge man verleidt Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt) een bruid op haar trouwdag, wordt verliefd op Solvejg, een jong meisje dat op de bruiloft is, en moet vluchten. Hij komt terecht bij de kobolds, en verwekt een kind bij de Groene Vrouw.
Dan bouwt hij een hut voor zichzelf in de bergen, waar Solvejg hem vindt en hem belooft dat ze altijd van hem zal houden. De kobolds komen hun rechten opeisen en weer moet Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt) vluchten. Solvejg belooft op hem te wachten. Vele jaren later komt Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt) terug in de hut om te sterven en vindt daar tot zijn vreugde Solvejg, die haar hele leven op hem gewacht heeft. Haar liefde verlost hem van zijn zonden en hij sterft in haar armen.

Afbeelding 1

Afbeelding 2
Dirk Theodorus (Theo) Rutgers speelde de rol van Peer Gynt;
Mevrouw Joop Veentra, de echtgenote van Dirk Theodorus (Theo) Rutgers, speede de rol van Solvejg.


Afbeelding 3
Dirk Theodorus (Theo) Rutgers is op 29 januari 1922 geboren in Leeuwarden als zoon van assistent-accountant Johannes Rutgers en Inne Rippen.


Afbeelding 4

Afbeelding 5

Posted in Alle Deeversen, Eup’mlogtspel, Henrik Ibsen, Peer Gynt | Leave a comment

Woar wol Ome Kees hen mit de gemiente Deever ?

In de Provinciale Drentsche en Asser Courant van 7 mei 1949 verscheen een uitgebreid verslag van onder meer een gesprek met burgemeester Jan Cornelis Meiboom van de gemiente Deever over de naoorlogse vooruitzichten van de gemiente Deever en zijn bewoners.

Diever heeft perspectief, maar er moeten nog moeilijkheden overwonnen worden
Wanneer men op een mooie zonnige voorjaarsdag door Diever wandelt, dan voelt men als het ware de rust die er heerst en dan komt geen moment de gedachte naar voren dat men hier nu is in een gemeente, waar men ondergedompeld wordt in een bruisend en kolkend maatschappelijk leven. Dat is ook allerminst het geval. Rustige, vaak karakteristieke boerderijen, liggen langs de wegen en zelfs de dorpskern bestaat uit flinke boerderijen, terwijl daartussen een kleine doch actieve middenstand haar activiteit ontplooit.
Daarom is het in Diever prettig vertoeven en dat daarvan gretig gebruik gemaakt wordt. In de laatste jaren bewezen door de zeer vele aanvragen die uit het gehele land worden ontvangen, om in Diever de vacantie door te kunnen brengen, aanvragen overigens die lang niet alle kunnen worden ingewilligd, omdat daarvoor de accomodatie ten enen male ontbreekt. Diever is echter méér dan een bij vacantiegangers in trek zijnde gemeente, hoewel dit onderdeel werkelijk niet wordt verwaarloosd, wijl men weet, dat Diever als vacantieoord grote mogelijkheden heeft.
Diever is ook een echt Drentse gemeente, waar in het verleden hard is gewerkt en waar ook nu een nijvere bevolking woont, die er door gestaag werken voor zorgt dat de gemeente blijft op de plaats waar zij steeds gestaan heeft en waar ook haar plaats voor de toekomst is, namelijk in de eerste gelederen. Het is een agrarische gemeente bij uitstek en het streven van het gemeentebestuur is er dan ook op gericht, dat Diever dit blijft. Boer zijn in de eerste plaats, doch daarnaast volledige aandacht besteden aan de vreemdelingen-industrie, dat zijn de pijlers, waarop het gehele maatschappelijke leven in Diever rust.

Begiftigd met rijk natuurschoon
De oppervlakte van de gemeente Diever beslaat 7456 bunder, waarvan 3800 bunder in cultuur is gebracht, terwijl de rest bestaat uit bos en heide, zodat de gemeente op het gebied van natuurschoon rijk gezegeld is. Rond 1200 hectare is het landgoed Berkenheuvel groot, het landgoed, dat in het jaar 1857 werd gesticht. Het was eerst een kale heidevlakte, die alleen een grote bekoring had als de heide bloeide. Enige jaren later ging dit enorme complex over in handen van mr. A. C. van Daalen te Bennekom, die van de eens zo kale en dorre vlakte prachtige bossen maakte. Deze bossen vormen natuurlijk een zeer schoon gedeelte van de gemeente, doch daarnaast is in de loop der jaren een 900 bunder staatsbossen aangelegd, terwijl er nog rond 1300 bunder ongerepte heide is. Men kan er dus dagenlang dwalen zonder eenzelfde mooie plek tweemaal te bezoeken.
Dan is er nog de historische kerk, die vermoedelijk dateert uit de 12e of 13e eeuw en die in het jaar 1759 gedeeltelijk door brand werd verwoest en het oude schultehuis met z’n merkwaardig front, daterende uit den jare 1604, gerestaureerd in 1938-1939 en thans in gebruik als een combinatie van museum en dorpshuis.

Restauratie broodnodig
Wanneer men de toren van Diever zo volledig de gehele omgeving ziet beheersen en ook stofferen, dan moet het ons van het hart, dat men deze in Diever lelijk in verval heeft laten komen. De kerk is het eigendom van de Nederlands Hervormde gemeente, de toren behoort aan de burgerlijke gemeente, doch zowel de toren als de kerk hebben een grondige restauratie broodnodig. Men is het daarover trouwens in Diever wel eens, want er is reeds een groot gat in de toren, waar nog regelmatig stenen uitvallen, terwijl de kerk eveneens in een vervallen toestand verkeert. En dat is jammer, temeer omdat storm en regen in dezen vrij spel hebben en deze elementen stug aan de algehele verwoesting werken.
Toch kan Diever deze toren en kerk niet missen, waarbij wij het dan alleen maar van toeristisch standpunt willen bekijken, want in deze hechte dorpsgemeenschap behoort een historische, maar hechte kerk en toren. Daarom kan dan ook slechts gehoopt worden, dat de instanties die hiermede te maken hebben, elkander zullen weten te vinden, opdat deze bezienswaardigheid tot ln een verre toekomst blijft bestaan. Gelukkig is het zover, dat door de gemeente een bedrag op de begroting is uitgetrokken om plannen tot restauratie mogelijk te maken, zodat er dus enig schot in de zaak zit.

Ook gemeentehuis in verval
Ook het gemeentehuls is in verval en hiervan kan in geen enkel opzicht gezegd worden, dat het een representatief Huis der Gemeente is. We hadden dezer dagen in de burgemeesterskamer een gesprek met de heer J. C. Meyboom, burgemeester der gemeente, die vertelde ons, dat er wel besprekingen waren gevoerd over een nieuw gemeentehuis, doch dat reeds bij de voorbereidende besprekingen het nodiger werd geoordeeld een nieuwe school te bouwen dan een nieuw gemeentehuls, omdat het nu eenmaal belangrijker is, dat 120 schoolkinderen dagelijks volledig profiteren van licht, lucht en zon, dan dat 12 ambtenaren ruime en mooie bureaux hebben.
Een standpunt dat volledig te waarderen zou zijn, indien de gemeente beschikte over een gemeentehuis, dat ook maar even de toets der kritiek zou kunnen doorstaan. Dat is evenwel in genen dele het geval en het. sprekendste bewijs daarvan is wel de kamer van de burgemeester. Oud en vervallen is het enige wat men er van kan zeggen en om bijvoorbeeld even in details te treden, er is geen vierkante meter goed behang meer te vinden. Het wemelt van de muizengaten en wanneer de burgemeester een aan de wand hangend portret van een zijner voorgangers oplicht, ontdekken we zelfs een compleet muizennest.
En hier moeten de paartjes worden ontvangen, die door de ambtenaar van de burgerlijke stand in de echt worden verbonden. Een raadszaal heeft de gemeente Diever niet. De raad vergadert altijd des avonds ter secretarie als de ambtenaren naar huis zijn.
Ook in dit opzicht is men in Diever overtuigd van het feit, dat er verbetering dient te komen, doch de eindjes moeten aan elkander kunnen worden geknoopt en het gaat nu eenmaal niet aan de gelden, waarover de gemeente heeft te beschikken, tweemaal uit te geven. We hebben nu pas weer voorzieningen voor de brandweer getroffen, aldus de burgemeester, die onze verbaasde blikken natuurlijk opmerkte, en men kan toch niet zeggen, dat dat niet nodig is. Natuurlijk, dat is óók nodig en het is ook nodig, dat de schoolkinderen hun lessen in een uitstekend geoutilleerd schoolgebouw ontvangen. Dit houdt evenwel niet in, dat een representatief Huis der Gemeente niet nodig zou zijn.

Hadden we 80 woningen…
De ontboezeming over kerk, toren en gemeentehuis moest ons van het hart, doch we waren daardoor terecht gekomen bij een onderwerp, dat prettiger stof tot praten bood, namelijk de activiteit inzake de woningbouw. Sinds de bevrijding zijn in Diever namelijk 25 woningen verrezen, die alle bewoond zijn of binnen enige weken bewoond zullen worden, doch dat is nodig ook, aldus de burgemeester, want we hebben hier nog ongeveer 80 gevallen van ontoelaatbare samenwoning, hetgeen overigens niet wil zeggen, dat dit allemaal gedwongen samenwoningen zijn. Er is hier een bepaalde traditie dat kinderen bij de ouders „in trouwen”, doch wanneer we die meerekenen, dan zouden we toch aan een tachtig woningen voldoende hebben om te kunnen zeggen, dat Diever het woninggebrek volkomen onder de knie heeft. En het bouwvolume voor 1949 bestaat uit 9 woningen.
Het is ook prettig te vernemen, dat Diever niet heeft te kampen met een arbeidersoverschot, hoewel dit in de toekomst wel verwacht wordt. Er bestaat reeds een geregeld contact met de DETI, want het gemeentebestuur heeft er geen enkel bezwaar tegen indien in Diever enkele industrieën zouden worden gevestigd. In het uitbreidingsplan is daarvoor een complex ter grootte van vijf hectare gereserveerd te Dieverbrug, waar ook reeds een meubelfabriek is verrezen, waar een 30-tal arbeiders geregeld werk vindt. Overigens bezit de gemeente geen industrieën, uitgezonderd dan de beide zuivelfabrieken te Wapse en te Diever, die recpectievelijk in 1897 en 1899 tot stand kwamen als handkrachtfabriekjes. Het zijn inmiddels flinke bedrijven geworden (Diever bijvoorbeeld heeft 190 leden en verwerkte verleden jaar 3.300.000 kg. melk, Wapse heeft 220 leden en verwerkte 3.600.000 kg. melk), die evenwel veel hinder ondervinden van de slechte kwaliteit water, die men in Diever vindt.

Een groot probleem
Want de watergeschiedenis vormt een groot probleem voor de gehele gemeente, omdat het water van zeer slechte kwaliteit is. Het is namelijk bijzonder agressief ten opzichte van lood en er hebben zich in deze gemeente dan ook vrij veel gevallen van loodvergiftiging voorgedaan. De gehele gemeente Diever behoort tot het concessiegebied van de N.V. Waterleidingmaatschappij Overijssel en men weet reeds wat dit zeggen wil, omdat we de hierdoor ontstane toestand ook reeds elders hebben gehoord en beschreven. Toch moet hier van een onhoudbare toestand worden gesproken, want de aangrenzende gemeenten Vledder en Havelte (Wapserveen) zijn aangesloten op het net van de Waterleidingmaatschappij Overijssel terwijl Smilde binnen afzienbare tijd van goed leidingwater wordt voorzien door de Waterleiding Maatschappij Drenthe. Diever ligt er dan dus tussen als een soort enclave. Wij schijnen te moeten wachten op de watertoren, die te Ruinen zal verrijzen zo verzuchtte de burgemeester, niettegenstaande ook de bevolking er van overtuigd is, dat Diever goed leidingwater, zowel voor mens als voor dier, bitter nodig heeft. De beide zuivelfabrieken zijn uitstekend ingericht, maar zij hebben wat de kwaliteit van de producten betreft, toch wel heel erg te kampen met de slechte kwaliteit van het water. Opgemerkt zij nog, dat Diever rond 400 aansluitbare percelen heeft.

Vrijwilligers voor
De gemeente is trots op haar zwembad, niet alleen omdat dit in een grote behoefte voorziet, doch ook door de wijze waarop dit schitterend te midden der bossen gelegen bad tot stand is gekomen. Dat is geweest in het begin van de bezetting toen er elke avond een groot aantal vrijwilligers de schop opnam om ten behoeve van het aan te leggen zwembad graafwerk te verrichten. Als er honderd gravers waren dan waren er weinig, kwamen er tweehonderd op, dan zei men in Diever dat er een behoorlijke opkomst was. Des daags werkten de “beroepsarbeiders”, des avonds de “amateurs” en zodoende is het zwembad, dat in warme seizoenen een tienduizendtal bezoekers weet te trekken, dan ook in korte tijd tot stand gekomen.

Openluchttheater
Toen in de winter 1945-1946 zich in Diever de heer L. D. Broekema als arts vestigde, heeft men in die gemeente niet kunnen bevroeden dat als gevolg daarvan Diever nog eens bekendheid zou genieten door zijn openluchtspelen. En toch is dat het geval geweest.
Immers de toneelvereniging Diever lag ten gevolge van de bezetting zieltogend terneer, hetgeen dokter Broekema ter ore kwam. Hij had op amateurtoneelgebied zijn sporen verdiend en toen de dokter medewerking verleende, kon in datzelfde seizoen nog het toneelstuk van Jan Fabricius “De verdwenen ring” worden gespeeld.
Het gevolg daarvan is geweest dat men dit toneel-amateurisme niet weer wilde loslaten en het zijn mevrouw N. Meyboom-Velthuis en de heren Broekema en A. Andreae geweest, die de toneelvereniging nieuw leven hebben ingeblazen. De Oranjevereniging van Diever riep voor het koninginnefeest 1946 de hulp in van het driemanschap en toen heeft men gezegd: wij brengen een openluchtspel. Gebracht werd in dat seizoen “Midzomernachtsdroom” van Shakespeare en dat is eigenlijk een overrompelend succes geworden voor hen, die hiervoor al hun krachten gaven. Er was veel publiek, er werd goed gespeeld en het besluit was reeds genomen, namelijk we gaan er mee door.
In het zomerseizoen 1947 werd hetzelfde werk vier maal gebracht met steeds groter succes. Er kon dat seizoen een zeer behoorlijk saldo worden geboekt en daarvan is in 1948 een openluchttheater gebouwd dat zo schitterend te midden der bossen is gelegen. Momenteel is Peer Gynt in studie, waarvan vier voorstellingen in de maanden juni en juli op het programma staan.
Vast staat, aldus de burgemeester Meyboom, dat dit werk nu staat en valt met dokter Broekema. Wellicht dat dit over enige jaren anders zal zijn, maar nu nog niet. Dokter Broekema heeft een goede speelgroep gevormd, maar de vereniging telt maar dertig leden. Peer Gynt vraagt toch veel meer acteurs en actrices, burgemeester ? Ja, maar daarvoor doen we dan een beroep op de bevolking en we willen gaarne erkennen, dat we over medewerking niet te klagen hebben. Anders konden we trouwens dergelijke werken ook onmogelijk opvoeren.
Een grote moeilijkheid wordt nog gevormd door het vervoer van de personen, maar wellicht dat de momenteel gevoerde besprekingen daarvoor een oplossing brengen. U moet niet vergeten dat ons openluchttheater plaats biedt aan duizend personen, en om dit aantal aan en af te voeren valt werkelijk niet mee.

Gezocht oord
Ook overigens is Diever een gezocht oord, want er werden in het verleden steeds veel concoursen en dergelijke gehouden van muziek- en zangverenigingen. Ook dit jaar zal zulks weer het geval zijn ter gelegenheid van het zilveren jubileum der plaatselijke muziekvereniging. Het bestuur hiervan heeft het aangedurfd dit jubileum te vieren met een federatief concours, waarvoor zelfs verenigingen uit de vaandelafdeling hun medewerking hebben toegezegd.
Door de aanwezigheid van een zwembad staat de zwemsport natuurlijk ook in het brandpunt der belangstelling en zo zal op de tweede Pinksterdag de zwemclub uit Apeldoorn de strijd aanbinden met de Dieverse zwemmers en zwemsters, terwijl voorts demonstraties zullen worden gegeven.
Men ziet het, de zaak wordt in Diever goed aangepakt, doch dit is ook een gevolg van het levendige en gevarieerde verenigingsleven dat Diever kent. Verschillende verenigingen van sociaal belang hebben hun vleugels over de gehele gemeente uitgespreid, zodat alle dorpen en gehuchten worden bewerkt. Het culturele en sportleven trekt echter gescheiden op. Diever en Wapse, die bijvoorbeeld ook beide een zuivelfabriek hebben, bezitten beide ook bloeiende muziek-, zang-, toneel- en sportverenigingen. Beide dorpen zijn Drentse gemeenschappen in de beste zin van het woord; Diever, gelegen om de brink, Wapse, waar de woningboerderijen rond de es zijn verrezen. Er zijn al eens plannen geopperd tussen de beide zuivelfabrieken een fusie tot stand te brengen, doch dat voornemen is nimmer doorgevoerd kunnen worden.

Rijksdienst voor het Nationale Plan
In Uw buurgemeente Dwingeloo is men ernstig verontrust burgemeester over de plannen van de Rijksdienst voor het Nationale Plan. Hoe staat men daar in Diever tegenover? De plannen van deze Rijksdienst omvatten voor de gemeente Diever weinig cultuurgrond, aldus luidde het antwoord van burgemeester Meyboom. Het is natuurlijk abnormaal, dat de eigenaren der gronden niet kunnen meepraten, maar het is voor mij zeer de vraag, of zulks niet alsnog gebeurt. Ik neem eigenlijk aan, dat de eigenaren nog wel een stem in het kapittel krijgen of dat in ieder geval de landbouworganisaties worden ingeschakeld.
In Diever betreft het echter verreweg voor het grootste deel bos en gronden die niet voor ontginning in aanmerking komen. Kunnen we dit ter geruststelling van de ingezetenen van Diever mededelen, burgemeester ? Ja zeker. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat er geen enkel stukje cultuurgrond onder valt, maar in het raam van het geheel is dat toch zeer miniem. Diever is een gemeente, die op verschillend gebied nog zeer veel mogelijkheden biedt, speciaal op het gebied der vreemdelingen-industrie. Er is een volijverige Vereniging voor Vreemdelingenverkeer, doch de pensionlijst die telkenjare wordt aangelegd, is lang niet voldoende om aan alle aanvragen te voldoen. Op agrarisch gebied bestaat er evenwel geen enkele rem en of hinderpaal en de Diever boeren weten de mogelijkheden die de bedrijven bieden, uitnemend uit te bulten. Volhouden op agrarisch gebied en nog iets meer medewerking voor het ontvangen van de vele gasten, en Diever kan de toekomst met vertrouwen tegemoet zien.

Het wapen van Diever
Diever: hoofdplaats van het Dieverder dingspil, Méér dan de andere vijf dingspilhoofdplaatsen draagt het huidige dorp nog het kenmerk van zijn groot verleden door de aanwezigheid van het zo fraaie “schultehuis”.
Het wapen der familie Ketel: een blauwe dwarsbalk op een zilveren (wit) veld is in steen boven de deur aangebracht en ernstig is overwogen om dit blazoen in het gemeentewapen op te nemen, omdat van 1595 tot 1737 telkens een lid van dit geslacht schulte van Diever is geweest.
Tenslotte is hier echter van afgezien, omdat het Dieverder dingspil een lengtemaat, de roede heeft gekend, die 16 voeten telde, terwijl in alle andere dingspillen met een roede van slechts 14 voeten werd gerekend.
Deze specifiek Dieverse eigenaardigheid leende zich prachtig tot verwerking in het wapen en wel door er een verticale streep (een zogenaamde paal) in aan te brengen, die in zestien stukjes verdeeld is.
De verdere motieven van het Dieverder wapen zijn ontleend, zowel aan de alleroudste als aan de jongste geschiedenis. Aan de oudste geschiedenis is het potje ontleend dat in een bovenhoek van het wapen is geplaatst. Het is van een vorm die alleen de bouwers der hunebedden in Nederland hebben toegepast en in de wetenschap staat het bekend als kraaghals- of kranenflesje. Dit is gedaan, omdat de Dieverder hunebedden wetenschappelijk zeer belangrijke gegevens hebben opgeleverd, waardoor onder meer is komen vast te staan, dat het volk dat deze monumenten naliet, Drenthe langs de Hondsrug, vanuit het Zuiden is binnengekomen en later naar het zuidwesten in de richting der Veluwe weer heeft verlaten.
Het symbool uit de jongste geschiedenis herkent ieder, het is het esdoornblad, dat als maple-leaf in Nederland zo populair is geworden. Het is een herinnering aan de episode der bevrijding, waarbij 10 slachtoffers in Diever zelf vielen voor het executiepeloton der Duitsers en waarbijverder te Dieverbrug een glorierijke bladzijde in de Drentse geschiedenis werd geschreven, toen vrijwilligers onder leiding van de opzichter der Rijkswaterstaat R. Koers een brug over de Hoofdvaart bouwden, nagenoeg onder de ogen der Duitsers, waardoor de bevrijding van Zuid-WestDrenthe, Noord-Overijssel en geheel Friesland meer dan 3 volle dagen vervroegd kon worden.
Het wapen heeft, wat kleur betreft, een merkwaardigheid die geen enkel ander Nederlands gemeentewapen kan aanwijzen: het schild is namelijk bedekt met “bont” en wel “hermelijn”. Dit wordt in de wapenkunde voorgesteld met een witte kleur, op regelmatige wijze bedekt met kruisvormige zwarte figuurtjes, die de hermelijnstaartjes voorstellen. Het wapen ziet er nu aldus uit: een hermelijnen schild, in het midden bedekt met een wit-rood gekleurde “paal” met zestien vakjes, links boven staat naast die paal een rood kraaghalsflesje en rechts onder een rood esdoornblad. Op de gebruikelijke wijze is het schild ter versiering met een gouden kroon gedekt.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie begrijpt niet waar burgemeester Jan Cornelis Meiboom (die in de Deeverse volksmond ome Kees of slimme Keer werd genoemd) het in de paragraaf ‘een groot probleem’ het met loodvergiftiging als gevolg van vervuild water over heeft.
Pas op 15 mei 1957 bereikte de waterleiding ut dörp Deever en kon voor het eerst leidingwater in Deever worden getapt. Voorheen stond in huizen een handpomp, waarmee water ‘uut de welle’  werd opgepompt.

Posted in Gemiente Deever, Peer Gynt | Leave a comment

See hept Keuning Kimbelijn in 2002 espeult

De toneelvereniging Deever voerde in 2002 in het openluchttheater an de Heezeresch bee Deever het openluchtspel Keuning Kimbelijn op. Het is van enig geschiedkundig belang te vermelden dat niemand minder dan de meer dan vierhonderd jaar geleden overleden William Shakespeare uit Stratford upon Avon het stuk omstreeks 1611 heeft geschreven.
In het tragische blijspel, komische tragedie, tragikomische tragedie of dramatische romance Keuning Kimbelijn zijn de twee belangrijkste thema’s onschuld en jaloezie.
In 1981 was de toneelvereniging Deever nog niet toe aan Keuning Kimbelijn, ze was een beetje huiverig geworden voor het spelen van tragedies, want het was al eens voorgekomen dat de toeschouwers tijdens een sterfscène onbedaarlijk hadden zitten lachen. Ja, dat heb je met die tragikomische tragedies.
Bij de redactie van ut Deevers Archief zijn van de openluchtspelen in het openluchttheater an de Heezeresch bee Deever slechts twee ansichtkaarten in kleuren bekend.
Helaas is van het in 1949 gespeelde toneelstuk Peer Gynt van Henrik Ibsen geen ansichtkaart uitgegeven.
Op de bijgaand afgebeelde ansichtkaart in kleuren zijn toneelspelers in het openluchtspel Keuning Kimbelijn te zien. De redactie weet nog niet welke toneelspelers op deze ansichtkaart zijn te zien, maar zou het uiteraard wel graag willen weten. Deze ansichtkaart is in 2002 op de markt gebracht door uitgeverij Van der Meulen uit Sneek.
Een afbeelding van de andere ansichtkaart in kleuren is ten zeerste te bewonderen in ut Deevers Archief.

De redactie meent dat het openluchtspel van 2002 de volgende rolverdeling had.
Cymbeline, koning van Brittanië – Wim Smits;
Koningin, tweede vrouw van de koning – Coby van Muijen;
Posthumes, echtgenoot van Imogen – Berend Vrielink;
Cloten, zoon van de koning – Berend Bijker;
Arviragus, zoon van de koning – Gosse Eefting;
Guiderius, zoon van de koning – Paul Weijers;
Pisanio, knecht van Posthumes – Rob Jongepier;
Hofdames – Els Oosterloo, Ester Zwaan;
Philario, vriend van Posthumes – Gied Donkers;
Jachimo, Romeinse edelman – Gert-Jan van Muijen;
Fransman, edelman in Rome – Matthias Smits;
Belarius, verbannen edelman – Bert Kroon;
Kamermeisje, helpster van Imogen – Yvonnen van Ginneken;
Edelmannen – Henk Kerstholt, Evert Brugging, Jans Tabak, Floris Albrecht, Cees de Vries, Rino Romijn, Harrie van Dijk;
Caius Lucius, bevelhebber Romeinse troepen – Harrie van Dijk;
Jupiter, god van de Romeinen – Floris Albrecht;
Cipier -Rino Romein.

De grote vraag aan de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief is vanzelfsprekend de volgende.
Wie herkent wie van de toneelspelers op de hier afgebeelde ansichtkaart ?
Het komt de redactie voor dat de man met de Asterix-en-Obelix-helm en de grote Asterix-en-Obelix-hangsnor de hoofdrolspeler is, te weten Wim Smits in de rol van Keuning Kimbelijn van Brittanië.

Posted in Ansigtkoate, Eup’mlogtspel, Henrik Ibsen, Peer Gynt, Shakespearitis | Leave a comment

Un skier wètervaarfskildereegie van De Grüne Vrou

De Deeverse huisdokter Ludolf Dirk Broekema koos als op te voeren toneelstuk in het openluchttheater an de Heezeresch bee Deever voor de voorstellingen op 7, 16, 23 en 27 juli 1949 het toneelstuk Peer Gynt van de Noorse schrijver Hendrik Ibsen. Dat was een gedurfde beslissing, maar leidde in de jaren daarna niet tot een steeds andere keuze uit de zeer grote biodiversiteit in toneelstukken van beroemde toneelstukkenschrijvers.
Dokter Broekema bleef vanaf 1950 jaar na jaar helaas alleen maar kiezen voor monotonie, voor uitgekauwde toneelstukjes van die eeuwen geleden gestorven Sjakie uut Spier. De conclusie is te trekken dat huisdokter Ludolf Dirk Broekema een belangrijke medeveroorzaker is van de tot op de dag van vandaag niet uit te roeien, want commercieel aangewakkerde sheakespearitis in Deever. De shakespearitus neemt daardoor in Deever steeds ernstiger vormen aan.
Het spel van Peer Gynt werd in 1949 gedragen door twee topspelers, te weten de zeer getalenteerde hervormde dominee Dirk Theodorus (Theo) Rutgers in de rol van Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt) en het toptalent mejuffrouw Jantien (Jantina) Figeland in de rol van De Groene Vrouw.
Van het ontwerp van de jurk van De Groene Vrouw is gelukkig een fraai waterverfschilderijtje bewaard gebleven. De redactie van ut Deevers Archief wil de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief een afbeelding van dit fraaie aquarelletje van de jurk van de groene koboldvrouw uiteraard niet onthouden. Zie afbeelding 1. De redactie wil wel bijzonder graag de naam van de maker van dit waterverfschilderijtje in dit bericht vermelden. Wie van de zeer gewaardeerde bezoekers van ut Deevers Archief kan de redactie hierover informeren ?
En de jurk van De Groene Vrouw is ook bewaard gebleven. Mevrouw Jantien (Jantina) Figeland heeft deze jurk tot aan haar dood op 20 december 2016 toe bewaard. Wie anders dan zij kon deze jurk hebben ? Ze moet hele goede herinneringen aan deze jurk hebben gehad. Zie in afbeelding 2 het bericht ‘Executeur ontdekt historische jurk’, dat op 22 maart 2017 in de Olde Möppeler (Möppeler Kraante, Meppeler Courant) verscheen. De niet door enige toneelstukkenkennis gehinderde plaatselijke verslaggever schrijft dat Jantien (Jantina) Figeland de jurk mogelijkerwijs bij één van de Shakespearevoorstellingen heeft gedragen. Laat dat nou net niet het geval zijn geweest.

Op 1 februari 2024 stuurde de redactie het volgende bericht naar de secretaris van de toneelvereniging Diever
Ik heb een vraag over de jurk van de groene vrouw uit het toneelstuk Peer Gynt van Hendrik Ibsen.
Ter informatie verwijs ik eerst naar het bericht ‘Un skier wètervaarfskildereegie van De Grüne Vrou’ in ut Deevers Archief.
Mijn vraag/verzoeken zijn de volgende:
Is de in het hiervoor vermelde bericht vermelde jurk (kostuum) in het bezit gekomen van de toneelvereniging Diever ?
Zo ja, dan zou ik graag een kleurenfoto van deze jurk (kostuum) bij het hiervoor vermelde bericht plaatsen.
Als uw vereniging zelf een foto van deze jurk (kostuum) heeft gemaakt, dan zou ik graag een jpg-bestand van deze foto willen ontvangen en met uw toestemming en met bronvermelding en verwijzing naar uw webstee bij het hiervoor vermelde bericht plaatsen.
A
ls uw vereniging niet een foto van deze jurk (kostuum) heeft gemaakt, dan zou ik graag in de gelegenheid worden gesteld zelf een foto van deze jurk (kostuum) te maken.
Ik ben u bij voorbaat bijzonder erkentelijk voor de te nemen moeite.
Ik wacht uw reactie met belangstelling af.

Op 13 maart 2024 ontving de redactie de volgende zeer gewaardeerde reactie van secretaris Henk Postma van de toneelvereniging Diever
Een poos geleden informeerde u naar de jurk van de groene vrouw, die Jantina Figeland ooit gedragen heeft.
Helaas hebben wij die jurk niet kunnen vinden.
In onze opslag hebben wij honderden kostuums en door de jaren heen zijn er steeds weer nieuwe kostuums bijgekomen, waardoor met enige regelmaat ruimte gemaakt moest worden.
Meerdere keren zijn kostuum-verkopen georganiseerd, waardoor vele kostuums bij andere verenigingen en particulieren zijn terechtgekomen.
Het is daardoor onbekend waar deze jurk is gebleven.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie zal trachten bij de executeur testamentair gegevens in te winnen over de overdracht van dit culturele erfgoed aan de toneelvereniging..

Afbeelding 1
Aquarel van de jurk van ‘de groene vrouw’. De redactie is nog niet bekend met de naam van de maker van deze aquarel. 

Afbeelding 2
Bericht in de Olde Möppeler (Möppeler Kraante, Meppeler Courant) van 22 maart 2017.

Posted in Eup’mlogtspel, Henrik Ibsen, Jantina Figeland, Kuunst, Peer Gynt, Wètervaarfskildereeje | Leave a comment

Jantina Figeland excelleert in 13 openluchtspelen

Jantien Figeland, die zichzelf Jantina noemde, excelleerde vanaf het begin van het openluchtspel in 1946 gedurende 13 seizoenen in het openluchtspel. Jantien (Jantina) Figeland, is geboren op 13 september 1928 in Meppel en is overleden op 20 december 2016 in Lochem.

Een toeschouwer schreef Jantina Figeland in 1947 in een persoonlijke brief het volgende:
Het is maar een suggestie en misschien voel je er zelf wel helemaal niet voor, maar zou het niet wat zijn je kennelijke aanleg voor het toneel te ontwikkelen ? Misschien zien we je dan later in ons beroepstoneel en kom ik vast naar je kijken.

Jantina Figeland is geen toneelspeelster van beroep geworden, maar excelleerde wel op schitterende wijze in de eerste dertien seizoenen in het openluchtspel an de Bolderbrink (de toekomstige Shakespearebrink) in de volgende fraaie hoofdrollen:

1946 – Puck in het toneelstuk ‘Een midzomernachtsdroom’ van William Shakespeare;
1947 – Puck in het toneelstuk ‘Een midzomernachtsdroom’ van William Shakespeare;
1948 – Ariël in het toneelstuk ‘De storm’ van William Shakespeare;
1949 – De Groene Vrouw in het toneelstuk ‘Peer Gynt’ van Henrik Ibsen;
1950 – Ophelia in het toneelstuk ‘Hamlet’ van William Shakespeare;
1951 – Viola in het toneelstuk ‘Driekoningenavond’ van William Shakespeare;
1952 – Rosalinde in het toneelstuk ‘Naar het u bevalt’ van William Shakespeare;
1953 – Helena in het toneelstuk ‘Eind goed al goed’ van William Shakespeare;
1954 – Cordelia in het toneelstuk ‘Koning van de vlakte’ van William Shakespeare;
1955 – Puck in het toneelstuk ‘Een midzomernachtsdroom’ van William Shakespeare;
1956 – Katharina in het toneelstuk ‘Het temmen van de feeks’ van William Shakespeare;
1957 – Beatrice in het toneelstuk ‘Veel gedoe om niets’ van William Shakespeare;
1958 – Julia in het toneelstuk ‘Romeo en Julia’ van William Shakespeare.

En altijd verschenen in de kranten zeer positieve recensies over haar toneelspel.
In de zogenaamde ‘historische kalender’ voor het jaar 2006 van de Historische Vereniging Vroegere Gemeente Diever, zeg maar de heemkunduge vurening uut Deever is op de bladzijde voor de maand februari ook aandacht besteed aan Jantien (Jantina) Figeland.

Terecht mag gesteld worden dat Jantien (Jantina) Figeland vanaf het begin in 1946 tot in 1958 een zeer grote bijdrage heeft geleverd aan de populariteit van het openluchtspel in het openluchttheater an de Bolderbrink (de toekomstige Shakespearebrink) op de Heezeresch bee Deever; waardoor zij mede aan de basis heeft gestaan van de grote jaarlijkse toeloop naar het openluchtspel in het openluchttheater. Die toeloop heeft in de gemiente Deever een grote impuls gegeven aan de inkomsten van neringdoenden, met name neringdoenden die actief zijn in de toeristenindustrie.

Toch ontbreekt node het door het bestuur van de toneelvereniging Diever uitdrukkelijk aan Jantien (Jantina) Figeland toegezegde -maar nooit gehouden- interview met de steractrice over haar dertien hoofdrollen in het openluchtspel voor opname in het jubileumboekje Speelkwartier, zestig jaar toneelvereniging Diever 1946-2006.
Jantien (Jantina) Figeland is na het verschijnen van het boekje een tijdlang kapot geweest van de loer die één van de samenstellers (de naam is bekend bij de redactie van ut Deevers Archief) haar heeft gedraaid. Dat is toch wel een grote blamage voor de samenstellers van het boekje, dat zijn vast geen echte Deeversen geweest. Dat is toch wel voor altijd een dingetje. Dat maakt het jubileumboekje eigenlijk toch wel een beetje een waardeloos prullebakboekje. Echt wè.

De hier afgebeelde zwart-wit foto is afkomstig uit de verzameling van wijlen Jantien (Jantina) Figeland zelf. De foto is gemaakt op 12 juli 1957 op de saandweg deur ut Grünedal bij de witgekalkte woning met huisnummer 2 van Jitse Betten en Eltje Oost (dit echtpaar ligt begraven op de kaarkhof an de Grönnegerweg bee Deever).
De redactie is bij zijn bezoek aan Jantien (Jantina) Figeland in haar woonplaats Lochem in 2005 vergeten te vragen van welk merk haar motorfiets was. Wie herkent het merk ? De motorfiets moet tamelijk nieuw, misschien wel gloednieuw, zijn geweest, want de voorband oogt heel nieuw.

Vanwege de grote culturele verdiensten van Jantien (Jantina) Figeland voor de gemiente Deever ontkomen De Hoge Dametjes En Heertjes Van De Voorkant Van Het Onbetwistbare Culturele Gelijk In Het Raadhuis Aan De Gemeentehuislaan In Deever niet aan de naamsverandering van een weg in het Midzomernachtsdroompark, te weten de naam Pucklaan te wijzigen in de naam Jantina Figelandlaan. En dat mag in het kader van die verstikkende shakespearificatie van Deever best wel flink wat eurootjes kosten.

De redactie van ut Deevers Archief heeft de kleurenfoto van één van de straatnaamborden van de Pucklaan in park Midzomernachtsdroom in de bos bee Kalter’n gemaakt op 26 april 2018.

De redactie biedt voor de onafhankelijke gedachtenvorming van De Hoge Dametjes En Heertjes Van De Voorkant Van Het Onbetwistbare Culturele Gelijk In Het Raadhuis Aan De Gemeentehuislaan In Deever diep buigend en mit de pette in de haand het bij dit bericht gevoegde bescheiden conceptvoorontwerpje van het nieuwe straatnaambord.
Is de juiste Nederlandse schrijfwijze Midzomernachtdroom of Midzomernachtsdroom ?

Posted in Alle Deeversen, Cultuur, Eup’mlogtspel, Henrik Ibsen, Jantina Figeland, Olde moter, Peer Gynt | Leave a comment

Theo Rutgers speult Peer Gynt van Henrik Ibsen

De redactie van ut Deevers Archief heeft in het najaar van 2005 met veel zorg, plezier en voldoening de zo genoemde ‘historische kalender’ voor het jaar 2006 samengesteld voor de toen nog vele leden van de lokale heemkundige vereniging uut Deever. Het onderwerp van die kalender was ‘het Openluchtspel in de beginjaren van zijn bestaan’. Bijgaande tekst en afbeelding stonden op de bladzijde voor de maand april 2006 (grasmaand). 

Toneelvereniging Diever voerde in 1949 met veel succes het enige niet door William Shakespeare geschreven stuk in haar geschiedenis op. Het was het buitengewoon moeilijk speelbare stuk Peer Gynt van Henrik Ibsen.
De jonge zeer talentvolle dominee Theo Rutgers, die toen nog in de pastorie op de brink van Deever woonde, speelde de rol van Peer Gynt op fenomenale wijze.

Een krant beschreef de voorbereiding op het stuk van de eveneens zeer talentvolle Jantina Figeland als volgt:
In de herberg op de hoek (café Brinkzicht in Diever) stond een meisje te zemen. Naast haar op een tafeltje lag opengeslagen het boek Peer Gynt van Henrik Ibsen. Zij wuifde naar de voorbijgangers en riep door de open deur dat zij terloops haar rol nog even doornam voor de voorstelling van die avond.

Busmaatschappij N.T.M. bood, vanwege het toen nog geringe particuliere autobezit, bezoekers van het openluchtspel gunstig geprijsd busvervoer.

Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
De redactie vindt het bijzonder jammer dat in het openluchttheater an ut Grunedal in Deever ná 1949 steeds maar weer, op weliswaar bijna perfecte wijze, een toneelstuk van William Shakespearer is opgevoerd.
Wat een monocultur, wat een gebrek aan toneeldiversiteit. Schotel het grote publiek maar weer een lekker stuk fast cultural food voor in het verpretparkiserende Royal Shakespeare Theatre an ut Grunedal. Succes verzekerd. Hoge luister- en kijkcijfers. Lovende kritieken in kranten. Hoge inkomsten. Hoog rendement. Hoge beoordelingen in De Telegraaf ……

Waarom niet elk jaar een toneelstuk van een andere, zo niet grotere toneelstukkenschrijver dan Willem Schudspeer opgevoerd ? Denk aan schrijvers, zoals: Aischylos, Aristofane, Armando, Edward Albee, Benno Barnard, Samuel Beckett, Thomas Bernhard, Marian Boyer, Berthold Brecht, Gerbrand Bredero, Abe Brouwer, Jacob Cats, Hugo Claus, Samuel Coster, Noël Coward, Jan Decorte, Euripides, August Defresne, Don Duyns, Rainer Werner Fassbinder, Dimitri Frenkel Frank, Esther Gerritsen, John Galsworthy, Johann Wolfgang Goethe, Maria Goos, Ron de Graaf, Günther Grass, Andreas Gryphius, Paul Haenen, Peter Handke, Herman Heijermans, Gerben Hellinga, Lillian Hellman, Judith Herzberg, Pieter Corneliszoon Hooft, Victor Hugo, Henrik Ibsen, Tom Lanoye, Lope de Vega, Federico Garcia Lorca, Sarah Kane, William Somerset Maugham, Arthur Miller, Molière, Heiner Müller, John Nederlof, Pablo Neruda, William Jan Otten, Harold Pinter, Jean Racine, Wanda Reisel, Gerard Jan Rijnders, Jean Paul Sartre, Wim T. Schippers, Werner Schwab, George Bernard Shaw, Sophokles, August Strindberg, Koos Terpstra, Anton Tsjechov, Lot Vekemans, Joost van den Vondel, Ton Vorstenbosch, Alex van Warmerdam, Oscar Wilde, Tennessee Williams, Willem de Wolf, Karst Woudstra en zeer zeer vele anderen.

Abracadabra-476Abracadabra-552

 

Posted in Cultuur, Dorpskracht, Eup’mlogtspel, Henrik Ibsen, Historische kalender, Peer Gynt | Leave a comment

Domeneer Theo Rutgers speult Peer Gynt

Toneelvereniging Diever voerde in 1949 met veel succes het enige niet door William Shakespeare geschreven stuk in haar geschiedenis op. Het was het buitengewoon moeilijk speelbare toneelstuk Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt) van de Noorse dramaturg Henrik Ibsen . De jonge zeer talentvolle dominee Theo Rutgers, die vanaf 1 augustus 1948 in de pastorie an de brink van Deever woonde, speelde de rol van Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt) op fenomenale wijze. In de Olde Möppeler (Meppeler Courant) van woensdag 25 mei 1949 verscheen het bericht ‘Diever speelt Peer Gynt’ over de voorbereidingen van de opvoering van dit toneeelstuk in het openluchttheater an de Heezeresch bee Deever.

Diever speelt Peer Gynt
Diever ziet alweer met rasse schreden de dag naderen, waarop de eerste opvoering zal worden gegeven in het openluchttheater in het bos. In de kringen van de toneelvereniging wordt druk gewerkt. De ‘hoofdrollen’ studeren en repeteren en tal van voorbereidingen moeten worden besproken. Bovendien lrijgt het hele dorp het langzamerhand druk met de voorbereidingen. Alles zal evenals de vorige jaren weer tot in de puntjes in orde moeten zijn.
‘Diever’ speelt dit jaar Peer Gynt van de Noorse dramaturg Henrik Ibsen, de geschiedenis van een wonderlijke jongen, een echte zoon van het hoge Noorden. Dat Diever het met dit werk lang niet gemakkelijk zal krijgen, laat zich begrijpen. Maar men ziet er niet tegen op. ‘Deze werken boeien en fascineren ons telkens weer tot en met. Steeds weer opnieuw ontdekken we weer iets in de tekst, dat we niet eerder hadden opgemerkt en begrepen en dit juist is het wat ons zo bijzonder trekt’, aldus burgemeester Meiboom van Diever, een der promotors van deze openluchtspelen. Bij de opvoeringen zal tevens gebruik worden gemaakt van de zo bij uitstek illustratieve muziek, welke de Noorse componist Edward Grieg voor Peer Gynt schreef, hetgeen ongetwijfeld sfeer en indruk bijzonder zal verstevigen.
De hoofdrol, de rol van Peer Gynt, wordt gespeeld door dominee Rutgers, die van Solvejg, verpersoonlijking van de reine liefde, door mevrouw Rutgers, Åse, Peers moeder, door mevrouw Meiboom, terwijl de rol van de Groene Vrouw gespeeld wordt door mejuffrouw J. Figeland en de heer Andrea de rollen van Koning van Dover en Knopegieter op zich neemt. In totaal werken ongeveer 100 personen aan deze opvoeringen mee. De regie berust, evenals vorige jaren, weer in de kundige handen van dokter Broekema.
In tegenstelling met het vorige jaar, zal het dit jaar zo zijn, dat bijna een ieder ’s avonds nog weer thuis kan komen. De D.A.B.O. rijdt na afloop der opvoeringen vermoedelijk de volgende routes: Diever, Smilde, Assen, Groningen; Diever, Uffelte, Havelte, Nijeveen, Meppel, Ruinerwold, Ruinen, Ansen, Dwingeloo; Diever, Dwingeloo, Dwingeloo, Eursinge, Hoogeveen, Beilen, Beilervaart, Dwingeloo. De N.T.M. zal de verbindingen met Leeuwarden, Sneekl, Heerenveen, Appelscha, enzovoort verzorgen, terwijl de E.D.S. zorgt voor het vervoer uit de omgeving van Emmen, Sleen, Zweeloo en Oosterhesselen. Bovendien is er de toezegging van de R.V.I., dat bij aanvragen voor een bezoek aan het openluchtspel te Diever, ontheffing van het rijverbod zal worden verleend.
Rest ons nog te vermelden, dat de eerste opvoering op 23 juni aanstaande zal plaats vinden onder meer voor leerlingen der scholen en inwoners van Diever tegen een speciaal tarief. De volgende opvoeringen vinden plaats op 7 juli, 16 juli en 27 juli.

In het Friesch Dagblad van 30 juli 1948 verscheen het volgende korte bericht over de bevestiging en intrede van dominee Theo Rutgers op 1 augustus 1948 bij de Nederlands Hervormde Gemeente in Deever.

Bevestiging en intrede
1 Augustus aanstaande hoopt de heer D. Th. Rutgers, voorheen wonende te Leeuwarden, beroepen predikant bij de Nederlands Hervormde Gemeente te Diever (Dr.), na des morgens bevestigd te zijn door den hoogeerwaarde zeergeleerde heer prof. dr. Th. C. Vriezen te Groningen, des namiddags te 2.30 uur zijn intrede aldaar te doen.
Aantekeningen van de redactie van ut Deevers Archief
Åse, de moeder van Peer Gynt (spreek uit Pèr Guunt), is een van de belangrijkste personages in het toneelstuk Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt). Zij is het die hem telkens tot de orde roept. Getergd door de fratsen van haar zoon, roept ze al in het eerste bedrijf wanhopig: “Ach, lag ik maar in mijn kist ! Hemel, was ik maar nooit geboren !”
Halverwege het stuk is het dan zo ver. In een prachtige scène begeleidt Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt) zijn bange moeder Åse naar het hiernamaals door haar een gelukkige hemelse toekomst voor te spiegelen. De Noorse componist Edward Grieg weet dit zeldzame moment, waarop Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt) zich een goed mens toont, goed te vatten in de Peer Gyntsuite nr. 1, deel II – De dood van Åse .

De redactie van ut Deevers Archief heeft in het najaar van 2005 met veel zorg, plezier en voldoening de zo genoemde ‘historische kalender’ voor het jaar 2006 samengesteld voor de toen nog vele zeer gewaardeerde leden van de heemkunduge verening uut Deever. Het onderwerp van die kalender was ‘het Openluchtspel in de beginjaren van zijn bestaan’.
De redactie verwijst naar de afbeelding van de bladzijde van de kalender voor de maand april 2006.
De redactie verwijst ook naar het bericht Theo Rutgers speult Peer Gynt van Henrik Ibsen.

 Afbeelding 1
Deze prachtige en unieke zwart-wit foto van de scéne ‘de dood van Åse’ in het toneelstuk Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt) is een tijdje geleden opgedoken. De jonge dominee Theo Rutgers zit op het bed en speelt de rol van Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt). Mevrouw Nelly (Nell) Meiboom-Veltmann (die in de Deeverse volksmond altijd tante Nel werd genoemd) ligt in bed en speelt de rol van Åse, de moeder van Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt). Åse ligt op haar sterfbed.
In deze prachtige scène begeleidt Peer Gynt zijn bange moeder Åse naar het hiernamaals door haar een gelukkige hemelse toekomst voor te spiegelen. Let vooral ook op de kat op het opklapbare houten kermisdanstentstoeltje en de zandbodem van het podium.
Mevrouw Nelly (Nell) Meiboom-Veltmann (die in de Deeverse volksmond altijd tante Nel werd genoemd) was zo zelfingenomen met haar toneelprestatie als moeder van Peer Gynt (spreek uit: Pèr Guunt), dat zij haar in 1947 geboren zoon de voornaam Peer (spreek uit: Pèr) gaf.  Zoon Peer (spreek uit Pèr) werd in de Deeverse volksmond altijd Peerke genoemd.

Afbeelding 2
Afbeelding uit de reclamefolder voor het openluchtspel ‘Peer Gynt’

Afbeelding 3
In de Olde Möppeler (Meppeler Courant) van woensdag 25 mei 1949 verscheen het bericht ‘Diever speelt Peer Gynt’ over de voorbereidingen van de opvoering van het toneelstuk Peer Gynt in het openluchttheater an de Heezeresch bee Deever.

Posted in Eup’mlogtspel, Henrik Ibsen, Peer Gynt | Leave a comment

Ik heb ten minste een eigen dakje boven mijn hoofd

In de krant ‘Het vrije volk – democratisch-socialistisch dagblad’ van zaterdag 8 januari 1955 verscheen het bericht ‘Diever op de bres voor totaal vervallen kerk’ over het geld inzamelen voor de restauratie van het vervallen kerkgebouw van de hervormde geloofsgemeente aan de brink van Deever.

Diever op de bres voor totaal vervallen kerk
Drents dorp brengt vijftig gulden per gezin op …!
(Van een onzer verslaggevers)
Het Nederlands hervormde kerkje van Diever -de oudste gotische kerk in het Drentse landschap- staat op instorten. Toen in Augustus vorig jaar de nieuwe directeur van het Provinciaal Museum te Assen, de heer G.C. Helbers, eens in Diever kwam kijken, zei hij: ‘Direct restaureren of anders een bord laten schilderen: ‘Oude ruïne te bezichtigen.’, want dan is het te laat.’
Daar schrokken ze in Diever geweldig van. Niet dat ze niet wisten, hoe doodziek hun veertiende-eeuwse kerk was. Toen dominee met Kerstmis preekte, lekte het zo hard op de geelhouten banken, dat hij soms nauwelijks te verstaan was: ’tik-tik… tik-tik-pèts.’

Samen een zwembad graven, toneel spelen en veel geld inzamelen …

Ingezetenen van Diever hadden hun vaste plaatsje -in de tweede of derde bank, vlak voor de preekstoel- verlaten en zaten plotseling ergens anders: ‘Want het giet daar !’
Het water droop langs de lampen en Kerstkransen. En nu en dan was er een oorverdovend lawaai geweest: er kwam weer ergens een stuk naar beneden… Zeker in de noordbeuk: daar fladderden de duiven in en uit, door de gaten in het dak. Dominee had rustig doorgepreekt. ‘Ik heb ten minste nog een eigen dakje boven mijn hoofd.’, had hij later gezegd.

Met elkaar doe je heel wat !
We zijn een bezoek gaan brengen aan het nog steeds prachtige kerkje van Diever. We hebben een bouwval gezien, een stuk vergane glorie van binnen en buiten even mistroostig.
Strompelend over omlaaggekomen dakpannen en stenen -‘Loopt u er niet te dicht omheen !’- hebben wij buiten de ronde gedaan.
De toren vertoont een grote wond: een tijd geleden verscheen er plotseling een bult op, als een enorme steenpuist. Niet lang daarna brak hij open en kwam de buitenmuur omlaag. De steunberen van de beide zijgewelven van de kerk zijn aangevreten en afgebrokkeld: volkomen onbetrouwbaar. Muurankers hangen nutteloos uit de muren naar voren. Wind en regen dringen binnen in ontelbare scheuren en gaten. En een lelijk ‘corset’ van ijzeren balken tracht de torenromp nog bij elkaar te houden.

En binnen ? Een allerbedroevendste consistoriekamer, waar de rotte planken onder je voeten doorbuigen -‘de dominee weet precies waar hij staan kan.’-.
De balken en planken van de zoldering en kap blijken totaal verteerd te zijn. Er zijn donkere hoeken waar niemand meer komt en ook niet komen kan: er ligt alleen puin en vogelvuil.
Nu zijn ze in Diever niet alleen geschrokken: ze hebben er ook onmiddellijk iets gedaan. En het gebeurd met de grondigheid, waarmee de inwoners van dit Drentse dorp eerder ‘grote objecten’ aanpakten. Hadden ze niet gezamenlijk -vrouwen en kinderen incluis- hun zwembad gegraven, toen ze het hebben wilden ?
Totdat het zwembad er kwam, werden de kinderen elke Zaterdagmiddag naar de Koekoeksvijver gestuurd, met zeep en handdoek bij zich. Er viel niet altijd wat te wassen: soms stond de vijver droog. Dat verdroot de inwoners van Diever zeer. En dus kwam er een zwembad. Als de vrouwen een kruiwagen met zand en leem wegkruiden, aan de reand van Berkenheuvel, ging hij niet zo vol. Maar als de smidsknecht er mee weg liep, deden ze er allemaal nog gauw een schep bovenop !
En was niet uit hun toneelvereniging het langzaam beroemd geworden Openluchtspel gegroeid ? (Deze zomer is de Midzomernachtsdroom weer aan de beurt en zullen opnieuw duizenden bezoekers naar Diever stromen). In een dorp, waar Oberon en Puck, Peer Gynt en Hamlet, Koning Lear of Ophelia wonen, kan men de kerk niet naar beneden laten komen !

Men ging dus met een lijsrt in het dorp rond, om eens te peilen, wat ze er van de toestand dachten. Toen de lijst terugkeerde, telde men aan giften een bedrag van f. 22.000, dat was gemiddeld per gezin in Diever VIJFTIG GULDEN.
‘Als we nu subsidie aanvragen, hoeft niemand te zeggen: laten ze in Diever eerst zélf maar eens tonen of ze er iets voor over hebben !’
Nee, dat hoeft niemand te zeggen. Op die lijst staan bedragen van enkele guldens en tientjes, die in termijnen geïnd kunnen worden. Dat zijn giften uit gezinnen, waar gerust van een ‘offer’ gesproken kan worden.
Er was ook nog een restauratiefondsje van drieduizend gulden. Dat maakte er dus in totaal f. 25.000 van.
En natuurlijk startten ze in Diever onmiddellijk met een goed opgezette folder-actie. Daar kwamen tot dusverre vijfduizend gulden op binnen.
Diever zélf heeft dus op het ogenblik f. 30.000 voor zijn kerk in kas. Maar dat zal f. 55.000 moeten worden. Aangevuld met alle verkrijgbare subsidies, zullen dan net de …. enkele tonnen binnenkomen, die nodig zijn om Diever een pronkjuweel van een kerk terug te geven.
Tussen haakjes: misschien krijgt u nooit zo’n folder van Diever onder ogen. Er staat een lang verhaal over de kerk op. Maar er staat ook een gironummer op te lezen: Commissie tot Restauratie van de Nederlands Hervormde Kerk te Diever, postgironummer 641200 …

Aantekeningen van de redactie van het Deevers Archief
De redactie is op zoek naar een exemplaar van de in het artikel genoemde restauratie-folder.

Posted in Deever, Kaarke an de brink, Peer Gynt, Tiekening | Leave a comment